summaryrefslogtreecommitdiffstats
path: root/man/nl/dpkg-source.man
diff options
context:
space:
mode:
authorDaniel Baumann <daniel.baumann@progress-linux.org>2024-05-06 00:45:20 +0000
committerDaniel Baumann <daniel.baumann@progress-linux.org>2024-05-06 00:45:20 +0000
commit9a08cbfcc1ef900a04580f35afe2a4592d7d6030 (patch)
tree004cc7027bca2f2c0bcb5806527c8e0c48df2d6e /man/nl/dpkg-source.man
parentInitial commit. (diff)
downloaddpkg-upstream.tar.xz
dpkg-upstream.zip
Adding upstream version 1.19.8.upstream/1.19.8upstream
Signed-off-by: Daniel Baumann <daniel.baumann@progress-linux.org>
Diffstat (limited to '')
-rw-r--r--man/nl/dpkg-source.man884
1 files changed, 884 insertions, 0 deletions
diff --git a/man/nl/dpkg-source.man b/man/nl/dpkg-source.man
new file mode 100644
index 0000000..5599db3
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-source.man
@@ -0,0 +1,884 @@
+.\" dpkg manual page - dpkg-source(1)
+.\"
+.\" Copyright © 1995-1996 Ian Jackson <ijackson@chiark.greenend.org.uk>
+.\" Copyright © 2000 Wichert Akkerman <wakkerma@debian.org>
+.\" Copyright © 2006-2007 Frank Lichtenheld <djpig@debian.org>
+.\" Copyright © 2006-2015 Guillem Jover <guillem@debian.org>
+.\" Copyright © 2008-2011 Raphaël Hertzog <hertzog@debian.org>
+.\" Copyright © 2010 Joey Hess <joeyh@debian.org>
+.\"
+.\" This is free software; you can redistribute it and/or modify
+.\" it under the terms of the GNU General Public License as published by
+.\" the Free Software Foundation; either version 2 of the License, or
+.\" (at your option) any later version.
+.\"
+.\" This is distributed in the hope that it will be useful,
+.\" but WITHOUT ANY WARRANTY; without even the implied warranty of
+.\" MERCHANTABILITY or FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE. See the
+.\" GNU General Public License for more details.
+.\"
+.\" You should have received a copy of the GNU General Public License
+.\" along with this program. If not, see <https://www.gnu.org/licenses/>.
+.
+.\"*******************************************************************
+.\"
+.\" This file was generated with po4a. Translate the source file.
+.\"
+.\"*******************************************************************
+.TH dpkg\-source 1 %RELEASE_DATE% %VERSION% dpkg\-suite
+.nh
+.SH NAAM
+dpkg\-source \- gereedschap voor het manipuleren van een Debian broncodepakket
+(.dsc)
+.
+.SH OVERZICHT
+\fBdpkg\-source\fP [\fIoptie\fP...] \fIcommando\fP
+.
+.SH BESCHRIJVING
+\fBdpkg\-source\fP pakt Debian broncodearchieven in en uit.
+
+Bij geen enkel van deze commando's is het toegelaten om meerdere opties tot
+één enkele optie te combineren of de waarde van een optie via een apart
+argument op te geven.
+.
+.SH COMMANDO'S
+.TP
+\fB\-x\fP, \fB\-\-extract\fP \fIbestandsnaam\fP.dsc [\fIuitvoermap\fP]
+Extraheer een broncodepakket (\fB\-\-extract\fP sinds dpkg 1.17.14). Er moet één
+argument dat geen optie is, opgegeven worden, namelijk de naam van het
+controlebestand (\fB.dsc\fP) van de Debian broncode. Facultatief kan een tweede
+argument dat geen optie is, opgegeven worden om de map op te geven waarin
+het pakket geëxtraheerd moet worden. Die mag nog niet bestaan. Indien geen
+uitvoermap opgegeven werd, zal het broncodepakket uitgepakt worden in een
+map met als naam \fIbroncode\fP\-\fIversie\fP, die onder de huidige werkmap ligt.
+
+\fBdpkg\-source\fP zal uit het controlebestand de namen van de andere bestanden
+lezen die samen het broncodepakket vormen. Er wordt van uitgegaan dat ze
+zich in dezelfde map bevinden als het \fB.dsc\fP\-bestand.
+
+De permissies en het eigenaarschap van de bestanden uit het geëxtraheerde
+pakket zullen zodanig ingesteld worden dat ze beantwoorden aan wat men zou
+mogen verwachten mochten de bestanden en mappen gewoon aangemaakt zijn \-
+mappen en uitvoerbare bestanden zullen 0777 zijn en gewone bestanden 0666 en
+beide zullen aangepast worden op basis van het umask van degene die het
+pakket uitpakt. Indien de bovenliggende map setgid is, zullen de
+geëxtraheerde mappen dat ook zijn en al de bestanden en mappen zullen dit
+groepseigenaarschap overerven.
+
+Indien het broncodepakket een niet\-standaardindeling gebruikt (momenteel
+betekent dit alle indelingen behalve “1.0”), dan zal de naam ervan
+opgeslagen worden in \fBdebian/source/format\fP, zodat standaard deze indeling
+gebruikt wordt bij de volgende malen dat het broncodepakket gebouwd wordt.
+
+.TP
+\fB\-b\fP, \fB\-\-build\fP \fImap\fP [\fIindelingsspecifieke\-parameters\fP]
+Bouw een broncodepakket (\fB\-\-build\fP sinds dpkg 1.17.14). Het eerste argument
+dat geen optie is, wordt gebruikt als de naam van de map die de voor Debian
+gereedgemaakte broncodeboom bevat (d.w.z. met een onderliggende map debian
+en eventuele veranderingen aan de originele bestanden). Afhankelijk van de
+broncodepakketindeling die men gebruikt om het broncodepakket te bouwen,
+kunnen bijkomende parameters opgegeven worden.
+
+\fBdpkg\-source\fP zal het broncodepakket bouwen volgens de eerste indeling die
+gevonden wordt in de hierna volgende geordende lijst: de indeling opgegeven
+met de commandoregeloptie \fI\-\-format\fP, de indeling aangegeven in
+\fBdebian/source/format\fP, “1.0”. Het terugvallen op “1.0” word afgeschaft en
+zal op een bepaald moment in de toekomst weggelaten worden. U zou de
+gewenste broncode\-indeling steeds moeten documenteren in
+\fBdebian/source/format\fP. Zie het onderdeel \fBINDELINGEN VAN
+BRONCODEPAKKETTEN\fP voor een uitgebreide beschrijving van de verschillende
+indelingen voor broncodepakketten.
+
+.TP
+\fB\-\-print\-format\fP \fImap\fP
+Geef weer welke indeling gebruikt zou worden om het broncodepakket te bouwen
+indien \fBdpkg\-source \-\-build \fP\fImap\fP aangeroepen werd (in dezelfde condities
+en met dezelfde parameters; sinds dpkg 1.15.5).
+
+.TP
+\fB\-\-before\-build\fP \fImap\fP
+Voer de overeenkomstige uitbreiding (hook) uit van de broncodepakketindeling
+(sinds dpkg 1.15.8). Deze uitbreiding wordt telkens aangeroepen voor het
+pakket gebouwd wordt (\fBdpkg\-buildpackage\fP roept ze zeer vroeg aan, zelfs
+voor \fBdebian/rules clean\fP). Dit commando is idempotent en kan meermaals
+aangeroepen worden. Niet alle broncode\-indelingen implementeren iets in deze
+uitbreiding, en die welke dat wel doen bereiden gewoonlijk de broncodeboom
+voor op het bouwproces, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat de
+Debian\-patches toegepast worden.
+
+.TP
+\fB\-\-after\-build\fP \fImap\fP
+Voer de overeenkomstige uitbreiding (hook) uit van de broncodepakketindeling
+(sinds dpkg 1.15.8). Deze uitbreiding wordt telkens aangeroepen nadat het
+pakket gebouwd werd (\fBdpkg\-buildpackage\fP roept ze als laatste aan). Dit
+commando is idempotent en kan meermaals aangeroepen worden. Niet alle
+broncode\-indelingen implementeren iets in deze uitbreiding, en die welke dat
+wel doen gebruiken ze gewoonlijk om ongedaan te maken wat \fB\-\-before\-build\fP
+gedaan heeft.
+
+.TP
+\fB\-\-commit\fP [\fImap\fP] ...
+Tekent veranderingen op in de broncodeboom die in \fImap\fP uitgepakt werd
+(sinds dpkg 1.16.1). Aan dit commando kunnen afhankelijk van de
+broncode\-indeling bijkomende parameters opgegeven worden. Het zal een
+foutmelding geven bij indelingen waarvoor deze operatie geen betekenis
+heeft.
+
+.TP
+\fB\-?\fP, \fB\-\-help\fP
+Toon de gebruiksaanwijzing en sluit af. Met de optie \fB\-\-format\fP kunnen de
+indelingsspecifieke bouw\- en extractie\-opties getoond worden.
+.TP
+\fB\-\-version\fP
+Toon de versie en sluit af.
+.
+.SH OPTIES
+.SS "Generieke bouwopties"
+.TP
+\fB\-c\fP\fIcontrolebestand\fP
+Duidt aan wat het belangrijkste controlebestand van de broncode is waaruit
+informatie gelezen moet worden. Standaard is dat \fBdebian/control\fP. Indien
+het opgegeven wordt met een relatieve padnaam, dan wordt die geïnterpreteerd
+te beginnen bij de basismap van de broncodeboom.
+.TP
+\fB\-l\fP\fIchangelog\-bestand\fP
+Duidt het changelog\-bestand aan waaruit informatie gelezen moet
+worden. Standaard is dat \fBdebian/changelog\fP. Indien het opgegeven wordt met
+een relatieve padnaam, dan wordt die geïnterpreteerd te beginnen bij de
+basismap van de broncodeboom.
+.TP
+\fB\-F\fP\fIchangelog\-indeling\fP
+Geeft de indeling van het bestand changelog aan. Zie
+\fBdpkg\-parsechangelog\fP(1) voor informatie over alternatieve indelingen.
+.TP
+\fB\-\-format=\fP\fIwaarde\fP
+Gebruik de opgegeven indeling om het broncodepakket te bouwen (sinds dpkg
+1.14.17). Het vervangt een eventuele in \fBdebian/source/format\fP opgegeven
+indeling.
+.TP
+\fB\-V\fP\fInaam\fP\fB=\fP\fIwaarde\fP
+Stel een uitvoersubstitutievariabele in. Zie \fBdeb\-substvars\fP(5) voor een
+bespreking van uitvoersubstitutie.
+.TP
+\fB\-T\fP\fIsubstvars\-bestand\fP
+Lees substitutievariabelen uit \fIsubstvars\-bestand\fP. De standaard is om geen
+enkel bestand te lezen. Deze optie kan meermaals gebruikt worden om uit
+verschillende bestanden substitutievariabelen te lezen (sinds dpkg 1.15.6).
+.TP
+\fB\-D\fP\fIveld\fP\fB=\fP\fIwaarde\fP
+Vervang in de uitvoer een veld uit het controlebestand of voeg er een toe.
+.TP
+\fB\-U\fP\fIveld\fP
+Verwijder in de uitvoer een veld uit het controlebestand.
+.TP
+\fB\-Z\fP\fIcompressie\fP, \fB\-\-compression\fP=\fIcompressie\fP
+Duidt het compressieniveau aan dat gebruikt wordt bij het maken van
+tar\-archieven en diff\-bestanden (\fB\-\-compression\fP sinds dpkg 1.15.5). Merk
+op dat deze optie niet tot effect heeft dat bestaande tar\-archieven opnieuw
+gecomprimeerd worden. Ze heeft enkel invloed op nieuwe
+bestanden. Ondersteunde waarden zijn: \fIgzip\fP, \fIbzip2\fP, \fIlzma\fP en
+\fIxz\fP. De standaardwaarde is \fIxz\fP voor de indeling 2.0 en recentere
+indelingen en \fIgzip\fP voor de indeling 1.0. \fIxz\fP wordt enkel sinds dpkg
+1.15.5 ondersteund.
+.TP
+\fB\-z\fP\fIniveau\fP, \fB\-\-compression\-level\fP=\fIniveau\fP
+Het te gebruiken compressieniveau (\fB\-\-compression\-level\fP sinds dpkg
+1.15.5). Zoals dit het geval is bij \fB\-Z\fP, beïnvloedt dit enkel nieuw
+aangemaakte bestanden. Ondersteunde waarden zijn: \fI1\fP tot \fI9\fP, \fIbest\fP, en
+\fIfast\fP. De standaardwaarde is \fI9\fP voor gzip en bzip2, \fI6\fP voor xz en
+lzma.
+.TP
+\fB\-i\fP[\fIregex\fP], \fB\-\-diff\-ignore\fP[=\fIregex\fP]
+U kunt een perl reguliere expressie opgeven om bestanden die ermee
+overeenkomen weg te houden uit de lijst bestanden waarover de gemaakte diff
+(overzicht van ondergane wijzigingen) gaat (\fB\-\-diff\-ignore\fP sinds dpkg
+1.15.6). (Deze lijst wordt gegenereerd door een find\-opdracht.) (Als het
+broncodepakket gebouwd wordt als een versie 3 broncodepakket dat gebruik
+maakt van een VCS (Version Control System \- versiebeheersysteem), kan dit
+gebruikt worden om niet\-toegepaste wijzigingen aan specifieke bestanden te
+laten negeren. Door \-i.* te gebruiken zullen ze allemaal genegeerd worden.)
+
+De optie \fB\-i\fP zelf schakelt deze instelling in met een standaard reguliere
+expressie (met behoud van eventuele wijzigingen aan de standaard reguliere
+expressie onder invloed van een eerder gebruikt \fB\-\-extend\-diff\-ignore\fP) die
+zorgt voor het uitfilteren van controlebestanden en \-mappen van de meest
+courante versiebeheersystemen, van back\-upbestanden en wisselbestanden en
+van bouwuitvoermappen van Libtool. Er kan slechts één reguliere expressie
+actief zijn. Van meerdere \fB\-i\fP\-opties zal enkel de laatste uitwerking
+hebben.
+
+Dit is erg bruikbaar voor het wegknippen van vreemde bestanden die mee
+opgenomen geraken in de diff, bijvoorbeeld als u de broncode onderhoudt in
+een versiebeheersysteem en een werkkopie (checkout) wilt gebruiken om een
+broncodepakket te bouwen, zonder dat daarin ook de extra bestanden en mappen
+die ze meestal bevat (bijvoorbeeld CVS/, .cvsignore, .svn/), mee opgenomen
+worden. De standaard reguliere expressie is reeds zeer exhaustief, maar
+indien u ze moet vervangen, moet u ermee rekening houden dat ze standaard
+een overeenkomst kan opleveren met elk onderdeel van een pad. Indien u dus
+een overeenkomst zoekt met het begin van een bestandsnaam of enkel met
+volledige bestandsnamen, zult u zelf de nodige ankers (bijvoorbeeld ‘(^|/)’,
+‘($|/)’) moeten opgeven.
+.TP
+\fB\-\-extend\-diff\-ignore\fP=\fIregex\fP
+De opgegeven perl reguliere expressie breidt de standaardwaarde die door
+\fB\-\-diff\-ignore\fP gebruikt wordt, uit en de huidige waarde ervan als die
+ingesteld werd (sinds dpkg 1.15.6). Het doet dit door “\fB|\fP\fIregex\fP” samen
+te voegen met de bestaande waarde. Deze optie is handig om te gebruiken in
+\fBdebian/source/options\fP om bepaalde automatisch gegenereerde bestanden uit
+te sluiten bij het automatisch genereren van patches.
+.TP
+\fB\-I\fP[\fIbestandspatroon\fP], \fB\-\-tar\-ignore\fP[=\fIbestandspatroon\fP]
+Indien deze optie opgegeven werd, wordt het patroon doorgegeven aan de optie
+\fB\-\-exclude\fP van \fBtar\fP(1) wanneer dit commando ingeroepen wordt om een
+bestand .orig.tar of .tar aan te maken (\fB\-\-tar\-ignore\fP sinds dpkg
+1.15.6). Bijvoorbeeld, \fB\-I\fPCVS zal tar CVS\-mappen doen overslaan bij het
+genereren van een .tar.gz\-bestand. Deze optie kan meermaals herhaald worden
+om meerdere patronen die uitgesloten moeten worden op te sommen.
+
+\fB\-I\fP zelf voegt standaard \fB\-\-exclude\fP\-opties toe die zorgen voor het
+uitfilteren van controlebestanden en \-mappen van de meest courante
+versiebeheersystemen, van back\-upbestanden en wisselbestanden en van
+bouwuitvoermappen van Libtool.
+.PP
+\fBOpmerking:\fP hoewel zij vergelijkbare bedoelingen hebben, hebben \fB\-i\fP en
+\fB\-I\fP een heel verschillende syntaxis en semantiek. \fB\-i\fP kan slechts
+eenmaal opgegeven worden en verwacht een reguliere expressie die
+perl\-compatibel is en die vergeleken wordt met het volledige relatieve pad
+van elk bestand. \fB\-I\fP kan meermaals opgegeven worden en verwacht een
+bestandsnaampatroon met shell\-jokertekens. Het patroon wordt toegepast op
+het volledige relatieve pad maar ook op elk individueel onderdeel van het
+pad. De exacte semantiek van de optie \fB\-\-exclude\fP van tar is enigszins
+gecompliceerd. Zie voor een volledige documentatie
+https://www.gnu.org/software/tar/manual/tar.html#wildcards.
+
+De standaard reguliere expressies en patronen voor beide opties zijn te zien
+in de uitvoer van het commando \fB\-\-help\fP.
+.SS "Generieke extractieopties"
+.TP
+\fB\-\-no\-copy\fP
+Kopieer de originele tar\-archieven bij het geëxtraheerde broncodepakket niet
+(sinds dpkg 1.14.17).
+.TP
+\fB\-\-no\-check\fP
+Controleer voor het uitpakken geen ondertekeningen en controlesommen (sinds
+dpkg 1.14.17).
+.TP
+\fB\-\-no\-overwrite\-dir\fP
+Overschrijf de extractiemap niet als ze al bestaat (sinds dpkg 1.18.8).
+.TP
+\fB\-\-require\-valid\-signature\fP
+Weiger het broncodepakket uit te pakken als het geen OpenPGP\-ondertekening
+bevat die kan gecontroleerd worden (sinds dpkg 1.15.0) met ofwel de
+\fItrustedkeys.gpg\fP\-sleutelbos van de gebruiker, één van de
+leveranciersspecifieke sleutelbossen of met één van de officiële
+sleutelbossen van Debian (\fI/usr/share/keyrings/debian\-keyring.gpg\fP en
+\fI/usr/share/keyrings/debian\-maintainers.gpg\fP).
+.TP
+\fB\-\-require\-strong\-checksums\fP
+Wijger het broncodepakket uit te pakken als het geen krachtige
+controlesommen bevat (sinds dpkg 1.18.7). Momenteel is \fBSHA\-256\fP de enige
+gekende controlesom die als krachtig aanzien wordt.
+.TP
+\fB\-\-ignore\-bad\-version\fP
+Als bij een controle het versienummer van het broncodepakket foutief blijkt
+te zijn, maakt deze instelling dat de gegeven waarschuwing geen fataal
+karakter heeft (sinds dpkg 1.17.7). Deze optie zou enkel nodig moeten zijn
+bij het extraheren van oude broncodepakketten met een defecte versie om
+neerwaartse compatibiliteit te verzekeren.
+
+.SH "INDELINGEN VAN BRONCODEPAKKETTEN"
+Indien u niet weet welke indeling te kiezen voor de broncode, zou u wellicht
+ofwel “3.0 (quilt)” of “3.0 (native)” moeten kiezen. Zie
+https://wiki.debian.org/Projects/DebSrc3.0 voor informatie over het in
+gebruik nemen van deze indelingen binnen Debian.
+
+.SS "Indeling: 1.0"
+Een broncodepakket volgens deze indeling bestaat ofwel uit een
+\&\fB.orig.tar.gz\fP gekoppeld aan een \fB.diff.gz\fP of één enkele \fB.tar.gz\fP (in
+dat geval wordt van het pakket gezegd dat het \fInative\fP (eigen \- van
+oorsprong van Debian) is). Optioneel mag bij het originele tar\-archief een
+afzonderlijke handtekening van de toeleveraar \fB.orig.tar.gz.asc\fP gevoegd
+zijn. De extractie ervan wordt ondersteund sinds dpkg 1.18.5.
+
+\fBExtraheren\fP
+
+Een Debian\-eigen (native) pakket extraheren is een eenvoudige extractie van
+het enige tar\-archief in de doelmap. Een niet\-eigen pakket extraheren
+bestaat eruit dat eerst \fB.orig.tar.gz\fP uitgepakt wordt en dat dan de patch
+erop toegepast wordt uit het bestand \fB.diff.gz\fP. Voor alle bestanden waarop
+een patch toegepast werd, wordt de tijdsaanduiding teruggezet op het
+tijdstip van extraheren van het broncodepakket (dit vermijdt
+scheeftrekkingen van de tijdsaanduiding hetgeen tot problemen kan leiden
+wanneer automatisch gegenereerde bestanden gepatcht worden). Het
+diff\-bestand kan nieuwe bestanden aanmaken (de volledige debian\-map wordt op
+die manier aangemaakt), maar kan geen bestanden verwijderen (lege bestanden
+blijven achter).
+
+\fBBouwen\fP
+
+Een Debian\-eigen (native) pakket bouwen is gewoon een enkel tar\-archief
+maken met daarin de broncodemap. Een niet\-eigen pakket bouwen bestaat uit
+het extraheren van het originele tar\-archief in een aparte map “.orig” en
+het opnieuw aanmaken van het bestand \fB.diff.gz\fP door de \fImap\fP van het
+broncodepakket te vergelijken met de .orig\-map.
+
+\fBBouwopties (met \-\-build):\fP
+
+Indien een tweede argument opgegeven wordt dat geen optie is, moet het de
+naam van de originele broncodemap zijn of van het tar\-archief of een lege
+tekenreeks als het pakket Debian\-specifiek is en dus geen diffs bevat in
+verband met de debianisering. Indien geen tweede argument opgegeven werd,
+zal \fBdpkg\-source\fP zoeken naar het tar\-bestand met de originele broncode
+\fIpakket\fP\fB_\fP\fItoeleveraarsversie\fP\fB.orig.tar.gz\fP of naar de map met de
+originele broncode \fImap\fP\fB.orig\fP, afhankelijk van de argumenten \fB\-sX\fP.
+
+\fB\-sa\fP, \fB\-sp\fP, \fB\-sk\fP, \fB\-su\fP en \fB\-sr\fP zullen geen bestaande tar\-bestanden
+of \-mappen overschrijven. Indien dat wel gewenst wordt, dan moeten in de
+plaats daarvan \fB\-sA\fP, \fB\-sP\fP, \fB\-sK\fP, \fB\-sU\fP en \fB\-sR\fP gebruikt worden.
+.PP
+.TP
+\fB\-sk\fP
+Geeft aan dat verwacht mag worden dat de originele broncode in de vorm van
+een tar\-bestand kan aangetroffen worden, wat standaard
+\fIpakket\fP\fB_\fP\fItoeleveraarsversie\fP\fB.orig.tar.\fP\fIextensie\fP is. Het zal deze
+originele broncode als een tar\-bestand laten staan of ze naar de huidige map
+kopiëren als ze zich daar nog niet bevindt. Het tar\-archief zal uitgepakt
+worden in \fImap\fP\fB.orig\fP met het oog op het genereren van het diff\-bestand.
+.TP
+\fB\-sp\fP
+Zoals \fB\-sk\fP maar dit zal naderhand de map weer verwijderen.
+.TP
+\fB\-su\fP
+Geeft aan dat verwacht mag worden dat de originele broncode in de vorm van
+een map kan aangetroffen worden, wat standaard
+\fIpakket\fP\fB\-\fP\fItoeleveraarsversie\fP\fB.orig\fP is, en \fBdpkg\-source\fP zal er een
+nieuw archief met de originele broncode mee maken.
+.TP
+\fB\-sr\fP
+Zoals \fB\-su\fP, maar het zal die map na gebruik verwijderen.
+.TP
+\fB\-ss\fP
+Geeft aan dat de originele broncode zowel als een map als in de vorm van een
+tar\-bestand te vinden is. \fBdpkg\-source\fP zal de map gebruiken om het
+diff\-bestand te creëren, maar het tar\-bestand om het \fB.dsc\fP\-bestand te
+maken. Gebruik deze optie met zorg \- indien de map en het tar\-bestand niet
+overeenkomen zal er een slecht broncodearchief gegenereerd worden.
+.TP
+\fB\-sn\fP
+Geeft aan dat er niet naar een originele broncode gezocht moet worden en dat
+er geen diff\-bestand aangemaakt moet worden. Als er een tweede argument
+opgegeven wordt, moet het de lege tekenreeks zijn. Dit wordt gebruikt voor
+Debian\-specifieke pakketten die geen afzonderlijke toeleveraarsbroncode
+hebben en om die reden ook geen debianiserings\-diffs.
+.TP
+\fB\-sa\fP of \fB\-sA\fP
+Geeft aan dat naar de originele broncode gezocht moet worden in de vorm van
+een tar\-bestand of een map. Als er een tweede argument opgegeven wordt, mag
+dat een van die twee zijn of een lege tekenreeks (dit is het equivalent voor
+het gebruik van \fB\-sn\fP). Indien er een tar\-bestand gevonden wordt, zal het
+dat uitpakken om het diff\-bestand aan te maken en het daarna verwijderen
+(dit is het equivalent voor \fB\-sp\fP). Indien een map aangetroffen wordt, zal
+het die inpakken om de originele broncode te creëren en ze vervolgens
+verwijderen (dit is het equivalent voor \fB\-sr\fP). Indien geen van beide
+gevonden wordt, zal het aannemen dat het pakket geen debianiserings\-diffs
+heeft, maar enkel een eenvoudig broncodearchief (dit is het equivalent voor
+\fB\-sn\fP). Indien beide aangetroffen worden, dan zal \fBdpkg\-source\fP de map
+negeren, en ze overschrijven als \fB\-sA\fP opgegeven werd (dit is het
+equivalent voor \fB\-sP\fP) of een foutmelding geven als \fB\-sa\fP opgegeven
+werd. \fB\-sa\fP is de standaard.
+.TP
+\fB\-\-abort\-on\-upstream\-changes\fP
+Het proces mislukt als het gegenereerde diff\-bestand wijzigingen aan
+bestanden buiten de onderliggende debian\-map bevat (sinds dpkg 1.15.8). Deze
+optie is in \fBdebian/source/options\fP niet toegestaan, maar ze kan wel
+gebruikt worden in \fBdebian/source/local\-options\fP.
+.PP
+
+\fBExtractieopties (met \-\-extract):\fP
+
+In alle gevallen zal een eventuele bestaande originele broncodeboom
+verwijderd worden.
+.TP
+\fB\-sp\fP
+Als dit bij het extraheren gebruikt wordt, dan zal het de (eventuele)
+originele broncode in zijn vorm van tar\-bestand laten. Indien dit zich nog
+niet in de huidige map bevindt, of indien er zich een bestaand maar
+verschillend bestand bevindt, zal het naar daar gekopieerd worden. (\fBDit is
+de standaard\fP).
+.TP
+\fB\-su\fP
+Pakt de originele broncodeboom uit.
+.TP
+\fB\-sn\fP
+Zorgt ervoor dat de originele broncode noch naar de huidige map gekopieerd
+wordt noch uitgepakt wordt. Een eventuele originele broncodeboom die zich in
+de huidige map bevond, wordt nog steeds verwijderd.
+.PP
+Al de \fB\-s\fP\fIX\fP\-opties sluiten elkaar wederzijds uit. Indien u er meer dan
+één opgeeft, dan zal enkel de laatste gebruikt worden.
+.TP
+\fB\-\-skip\-debianization\fP
+Slaat het toepassen van de debian diff bovenop de broncode van de
+toeleveraar over (sinds dpkg 1.15.1).
+.
+.SS "Indeling: 2.0"
+Extraheren wordt sinds dpkg 1.13.9 ondersteund, bouwen sinds dpkg
+1.14.8. Ook gekend als wig&pen. Deze indeling wordt niet aangeraden voor
+massaal gebruik, de indeling “3.0 (quilt)” vervangt ze. Wig&pen was de
+eerste specificatie van een broncodepakketindeling van de nieuwe generatie.
+
+Het gedrag van deze indeling is hetzelfde als bij de indeling “3.0 (quilt)”,
+behalve dat het geen gebruik maakt van een expliciete lijst van
+patches. Alle bestanden in \fBdebian/patches/\fP die beantwoorden aan de
+reguliere expressie \fB[\ew\-]+\fP moeten geldige patches zijn: zij worden op
+het moment van extraheren toegepast.
+
+Bij het bouwen van een nieuw broncodepakket worden eventuele wijzigingen aan
+de broncode van de toeleveraar opgeslagen in een patch met als naam
+\fBzz_debian\-diff\-auto\fP.
+.
+.SS "Indeling: 3.0 (native) (d.w.z. debian\-eigen)"
+Wordt ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Deze indeling is een uitbreiding van
+de native pakketindeling, zoals gedefinieerd in de indeling 1.0. Ze
+ondersteunt alle compressiemethodes en negeert standaard eventuele
+VCS\-specifieke bestanden en mappen (bestanden en mappen die verband houden
+met het versiebeheersysteem) evenals vele tijdelijke bestanden (zie de
+uitvoer van de optie \fB\-\-help\fP voor de standaardwaarde van de optie \fB\-I\fP).
+.
+.SS "Indeling: 3.0 (quilt)"
+Wordt ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Een broncodepakket volgens deze
+indeling bevat minstens een origineel tar\-archief (\fB.orig.tar.\fP\fIext\fP
+waarbij \fIext\fP \fBgz\fP, \fBbz2\fP, \fBlzma\fP en \fBxz\fP kan zijn) en een debian
+tar\-archief (\fB.debian.tar.\fP\fIext\fP). Het kan ook bijkomende originele
+tar\-archieven bevatten (\fB.orig\-\fP\fIcomponent\fP\fB.tar.\fP\fIext\fP). \fIcomponent\fP
+mag enkel alfanumerieke tekens (‘a\-zA\-Z0\-9’) en koppeltekens (‘\-’)
+bevatten. Optioneel mag bij elk origineel tar\-archief een afzonderlijke
+handtekening van de toeleveraar (\fB.orig.tar.\fP\fIext\fP\fB.asc\fP en
+\&\fB.orig\-\fP\fIcomponent\fP\fB.tar.\fP\fIext\fP\fB.asc\fP), gevoegd worden. De extractie
+ervan wordt ondersteund sinds dpkg 1.17.20 en het bouwen sinds dpkg 1.18.5.
+
+.PP
+\fBExtraheren\fP
+.PP
+Eerst wordt het belangrijkste originele tar\-archief uitgepakt en nadien
+worden alle bijkomende originele tar\-archieven uitgepakt in onderliggende
+mappen die genoemd worden naar het \fIcomponent\fP\-gedeelte van hun
+bestandsnaam (een eventuele reeds bestaande map wordt vervangen). Het debian
+tar\-archief wordt bovenop de broncodemap geëxtraheerd nadat eerst een
+eventuele reeds bestaande \fBdebian\fP\-map verwijderd werd. Merk op dat het
+debian tar\-archief een onderliggende map \fBdebian\fP moet bevatten, maar dat
+het ook binaire bestanden kan bevatten buiten die map (zie de optie
+\fB\-\-include\-binaries\fP).
+.PP
+Vervolgens worden alle patches toegepast die vermeld zijn in
+\fBdebian/patches/\fP\fIleverancier\fP\fB.series\fP of \fBdebian/patches/series\fP,
+waarbij \fIleverancier\fP de naam is in kleine letters van de huidige
+leverancier, of \fBdebian\fP als geen leverancier gedefinieerd is. Indien het
+eerste bestand gebruikt wordt en het laatste niet bestaat (of een
+symbolische koppeling is), dan zal het laatste vervangen worden door een
+symbolische koppeling naar het eerste. Dit is bedoeld om het gebruik van
+\fBquilt\fP bij het beheer van het geheel van patches te
+vereenvoudigen. Leveranciersspecifieke series\-bestanden hebben tot doel het
+serialiseren van meerdere leveranciersgebonden ontwikkelingstakken op een
+declaratieve manier mogelijk te maken, wat verkieslijker is boven een open
+codering van deze manipulatie in \fBdebian/rules\fP. Dit is in het bijzonder
+nuttig wanneer de broncode voorwaardelijk gepatched moet worden omdat de
+betrokken bestanden geen ingebouwde ondersteuning hebben voor conditionele
+occlusie. Merk nochtans op dat hoewel \fBdpkg\-source\fP op correcte wijze de
+ontleding uitvoert van series\-bestanden met expliciete opties die gebruikt
+worden voor het toepassen van patches (op elke regel opgeslagen na de
+bestandsnaam van de patch en één of meer spaties), het deze opties negeert
+en steeds patches verwacht die kunnen toegepast worden met de optie \fB\-p1\fP
+van \fBpatch\fP. Het zal dus een waarschuwing geven als het dergelijke opties
+tegenkomt en het bouwen zal waarschijnlijk mislukken.
+.PP
+Opmerking: indien leveranciers\-series\-bestanden gebruikt worden, geeft
+\fBlintian\fP(1) onvoorwaardelijke waarschuwingen als gevolg van een
+controversieel Debian\-specifiek besluit. Extern gebruik zou hierdoor niet
+getroffen mogen worden. Om dergelijke waarschuwingen het zwijgen op te
+leggen kunt u het dpkg\-profiel van lintian gebruiken door aan \fBlintian\fP(1)
+de optie «\fB\-\-profile dpkg\fP» mee te geven.
+.PP
+Voor alle bestanden waarop een patch toegepast werd, wordt de
+tijdsaanduiding teruggezet op het tijdstip van extraheren van het
+broncodepakket (dit vermijdt scheeftrekkingen van de tijdsaanduiding hetgeen
+tot problemen kan leiden wanneer automatisch gegenereerde bestanden gepatcht
+worden).
+.PP
+In tegenstelling tot het standaardgedrag van \fBquilt\fP wordt verwacht dat
+patches zonder gedoe toegepast kunnen worden. Indien dat niet het geval is,
+zou u de patches moeten verversen met \fBquilt\fP, anders zal \fBdpkg\-source\fP
+met een foutmelding afbreken terwijl het probeert ze toe te passen.
+.PP
+Analoog aan het standaardgedrag van \fBquilt\fP kunnen patches ook bestanden
+verwijderen.
+.PP
+Als tijdens het extraheren patches werden toegepast, wordt het bestand
+\&\fB.pc/applied\-patches\fP aangemaakt.
+.PP
+\fBBouwen\fP
+.PP
+Alle originele tar\-archieven die in de huidige map gevonden worden, worden
+geëxtraheerd in een tijdelijke map en daarbij wordt dezelfde logica gevolgd
+als bij het uitpakken. De debian\-map wordt naar de tijdelijke map gekopieerd
+en alle patches worden toegepast, behalve de automatische patch
+(\fBdebian\-changes\-\fP\fIversie\fP of \fBdebian\-changes\fP, afhankelijk van
+\fB\-\-single\-debian\-patch\fP). De tijdelijke map wordt vergeleken met de map van
+het broncodepakket. Indien de diff niet leeg is, zal het bouwen mislukken,
+tenzij \fB\-\-single\-debian\-patch\fP of \fB\-\-auto\-commit\fP gebruikt werden en in
+dat geval wordt de diff opgeslagen in de automatische patch. Indien de
+automatische patch aangemaakt/verwijderd wordt, wordt hij toegevoegd
+aan/verwijderd van het bestand series en van de metadata van \fBquilt\fP.
+
+Een eventuele wijziging aan een binair bestand kan niet weergegeven worden
+in een diff en zal dus tot een mislukking leiden, tenzij de onderhouder
+bewust besloot dat gewijzigd binair bestand toe te voegen aan het Debian
+tar\-archief (door het op te sommen in
+\fBdebian/source/include\-binaries\fP). Het bouwen zal ook mislukken als er
+binaire bestanden aangetroffen worden in de onderliggende map debian, tenzij
+zij op de witte lijst gezet werden via \fBdebian/source/include\-binaries\fP.
+
+De bijgewerkte map debian en de lijst van gewijzigde binaire bestanden wordt
+dan gebruikt om het Debian tar\-archief te genereren.
+
+De automatisch gegenereerde diff bevat geen wijzigingen aan VCS\-specifieke
+bestanden (d.w.z. bestanden eigen aan het versiebeheersysteem) en aan veel
+tijdelijke bestanden (kijk in de uitvoer van \fB\-\-help\fP voor de
+standaardwaarde die met de optie \fB\-i\fP) verbonden is. In het bijzonder wordt
+de map \fB.pc\fP die door \fBquilt\fP gebruikt wordt, genegeerd tijdens het
+genereren van de automatische patch.
+
+Opmerking: \fBdpkg\-source\fP \fB\-\-before\-build\fP (en \fB\-\-build\fP) zal ervoor
+zorgen dat alle patches die in het bestand series opgesomd zijn, toegepast
+worden, zodat bij het bouwen van een pakket steeds alle patches toegepast
+zijn. Het doet dit door te zoeken naar niet\-toegepaste patches (ze worden
+opgesomd in het bestand \fBseries\fP maar niet in \fB.pc/applied\-patches\fP) en
+indien de eerste patch uit die reeks foutloos toegepast kan worden, zal het
+ze allemaal toepassen. De optie \fB\-\-no\-preparation\fP kan gebruikt worden om
+dit gedrag uit te schakelen.
+
+.PP
+\fBWijzigingen optekenen\fP
+.TP
+\fB\-\-commit\fP [\fImap\fP] [\fIpatchnaam\fP] [\fIpatchbestand\fP]
+Genereert een patch in verband met de lokale wijzigingen die niet door het
+patchsysteem van \fBquilt\fP beheerd worden en integreert die in het
+patchsysteem onder de naam \fIpatchnaam\fP. Indien de naam ontbreekt, zal er
+interactief om gevraagd worden. Indien \fIpatchbestand\fP opgegeven werd, wordt
+dat gebruikt als de te integreren patch in verband met de lokale
+wijzigingen. Na de integratie wordt een editor opgestart, zodat u de
+meta\-informatie in de koptekst van de patch kunt bewerken.
+
+Een \fIpatchbestand\fP opgeven is vooral nuttig na een mislukte bouwpoging die
+dat bestand vooraf aanmaakte. Op grond daarvan wordt dat bestand na
+integratie verwijderd. Merk ook op dat de wijzigingen die het patch\-bestand
+bevat, reeds toegepast moeten zijn op de boom en dat de bestanden die door
+de patch aangepast werden geen bijkomende niet\-opgetekende wijzigingen mogen
+bevatten.
+
+Indien het genereren van de patch gewijzigde binaire bestanden opmerkt,
+zullen die automatisch toegevoegd worden aan
+\fBdebian/source/include\-binaries\fP, zodat die terecht komen in het debian
+tar\-archief (exact op dezelfde manier als \fBdpkg\-source \-\-include\-binaries
+\-\-build\fP zou doen).
+.PP
+\fBBouwopties\fP
+.TP
+\fB\-\-allow\-version\-of\-quilt\-db=\fP\fIversie\fP
+Laat \fBdpkg\-source\fP toe het broncodepakket te bouwen als de versie van de
+metadata van \fBquilt\fP de opgegeven versie is, zelfs al kent \fBdpkg\-source\fP
+die niet (sinds dpkg 1.15.5.4). Dit zegt effectief dat de opgegeven versie
+van de \fBquilt\fP\-metadata compatibel is met versie 2 die momenteel door
+\fBdpkg\-source\fP ondersteund wordt. De versie van de metadata van \fBquilt\fP
+wordt opgeslagen in \fB.pc/.version\fP.
+.TP
+\fB\-\-include\-removal\fP
+Negeer verwijderde bestanden niet en neem ze op in de automatisch
+gegenereerde patch.
+.TP
+\fB\-\-include\-timestamp\fP
+Voeg de tijdsaanduiding toe in de automatisch gegenereerde patch.
+.TP
+\fB\-\-include\-binaries\fP
+Voeg alle gewijzigde binaire bestanden toe aan het debian tar\-archief. Voeg
+ze ook toe in \fBdebian/source/include\-binaries\fP: in erop volgende
+bouwactiviteiten zullen ze standaard toegevoegd worden en is deze optie dus
+niet meer nodig.
+.TP
+\fB\-\-no\-preparation\fP
+Tracht de bouwboom niet voor te bereiden door patches toe te passen die
+blijkbaar niet toegepast zijn (sinds dpkg 1.14.18).
+.TP
+\fB\-\-single\-debian\-patch\fP
+Gebruik \fBdebian/patches/debian\-changes\fP in plaats van
+\fBdebian/patches/debian\-changes\-\fP\fIversie\fP voor de naam van de tijdens het
+bouwen automatisch gegenereerde patch (sinds dpkg 1.15.5.4). Deze optie is
+in het bijzonder nuttig als het pakket wordt onderhouden in een VCS
+(versiebeheersysteem) en een reeks patches niet op een betrouwbare manier
+gegenereerd kan worden. De huidige verschillen (de diff) met de
+toeleveraarsversie moeten dan eerder in een enkele patch opgeslagen
+worden. Deze optie wordt geplaatst in \fBdebian/source/local\-options\fP en gaat
+samen met een bestand \fBdebian/source/local\-patch\-header\fP waarin uitgelegd
+wordt hoe de door Debian aangebrachte wijzigingen best herzien kunnen
+worden, bijvoorbeeld in het versiebeheersysteem dat gebruikt wordt.
+.TP
+\fB\-\-create\-empty\-orig\fP
+Creëer automatisch een leeg primair origineel tar\-archief als dat ontbreekt
+en er wel bijkomende originele tar\-archieven zijn (sinds dpkg 1.15.6). Deze
+optie is bedoeld om gebruikt te worden als het broncodepakket slechts een
+bundel is van samengestelde toegeleverde software zonder een “centraal”
+programma.
+.TP
+\fB\-\-no\-unapply\-patches, \-\-unapply\-patches\fP
+Standaard zal \fBdpkg\-source\fP de patches uit de uitbreiding (hook)
+\fB\-\-after\-build\fP automatisch terugdraaien als het die tijdens
+\fB\-\-before\-build\fP heeft toegepast (\fB\-\-unapply\-patches\fP sinds dpkg 1.15.8,
+\fB\-\-no\-unapply\-patches\fP sinds dpkg 1.16.5). Deze opties laten u toe om het
+proces van automatisch terugdraaien van patches uitdrukkelijk in of uit te
+schakelen. Deze opties mogen enkel in \fBdebian/source/local\-options\fP
+gebruikt worden, zodat alle gegenereerde broncodepakketten standaard
+hetzelfde gedrag vertonen.
+.TP
+\fB\-\-abort\-on\-upstream\-changes\fP
+Het proces mislukt als een automatische patch gegenereerd werd (sinds dpkg
+1.15.8). Deze optie kan gebruikt worden om te verzekeren dat alle
+wijzigingen terdege geregistreerd worden in aparte \fBquilt\fP\-patches
+vooraleer het broncodepakket gegenereerd wordt. Deze optie is niet
+toegestaan in \fBdebian/source/options\fP, maar mag gebruikt worden in
+\fBdebian/source/local\-options\fP.
+.TP
+\fB\-\-auto\-commit\fP
+Het proces mislukt niet als een automatische patch gegenereerd werd. In de
+plaats daarvan wordt hij onmiddellijk opgetekend in het bestand series van
+\fBquilt\fP.
+
+.PP
+\fBExtractieopties\fP
+.TP
+\fB\-\-skip\-debianization\fP
+Slaat het extraheren van het debian tar\-archief bovenop de broncode van de
+toeleveraar over (sinds dpkg 1.15.1).
+.TP
+\fB\-\-skip\-patches\fP
+Pas op het einde van de extractie geen patches toe (sinds dpkg 1.14.18).
+.
+.SS "Indeling: 3.0 (custom) (d.w.z. aangepast)"
+Ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Deze indeling is bijzonder. Ze stelt
+eigenlijk geen echte broncodepakketindeling voor, maar kan gebruikt worden
+om broncodepakketten met arbitraire bestanden te maken.
+.PP
+\fBBouwopties\fP
+.PP
+Alle argumenten die geen opties zijn, worden geïnterpreteerd als bestanden
+die geïntegreerd moeten worden in het gegenereerde broncodepakket. Ze moeten
+bestaan en zich bij voorkeur in de huidige map bevinden. Tenminste één
+bestand moet opgegeven worden.
+.TP
+\fB\-\-target\-format=\fP\fIwaarde\fP
+\fBVerplicht\fP. Definieert de echte indeling van het gegenereerde
+broncodepakket. Het gegenereerde .dsc\-bestand zal in het veld \fBFormat\fP deze
+waarde bevatten en niet “3.0 (custom)”.
+.
+.SS "Indeling: 3.0 (git)"
+Ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Dit is een experimentele indeling.
+.PP
+Een broncodepakket volgens deze indeling bestaat uit een eenvoudige
+bundeling van een git\-depot \fB.git\fP die de broncode van het pakket bevat. Er
+kan ook een bestand \fB.gitshallow\fP bestaan die de revisies vermeldt van een
+git shallow clone (een summiere kloon van een git\-depot).
+.PP
+\fBExtraheren\fP
+.PP
+De bundel wordt gekloond in de doelmap als een git\-depot. Als er een bestand
+gitshallow bestaat, wordt het als \fI.git/shallow\fP geïnstalleerd binnenin het
+gekloonde git\-depot.
+.PP
+Merk op dat standaard het nieuwe depot dezelfde tak zal binnengehaald hebben
+die binnengehaald was in de originele broncode. (Meestal is dat “master”,
+maar dat kan om het even wat zijn). Eventuele andere takken zullen
+beschikbaar zijn onder \fIremotes/origin/\fP.
+.PP
+\fBBouwen\fP
+.PP
+Vooraleer voort te gaan, worden een aantal controles uitgevoerd om zeker te
+zijn dat er geen niet\-vastgelegde wijzigingen zijn die niet mogen genegeerd
+worden.
+.PP
+\fBgit\-bundle\fP(1) wordt gebruikt om een bundel te genereren van het
+git\-depot. Standaard worden alle takken en tags uit het depot in de bundel
+opgenomen.
+.PP
+\fBBouwopties\fP
+.TP
+\fB\-\-git\-ref=\fP\fIref\fP
+Laat toe om een git\-referentie op te geven die in de bundel opgenomen moet
+worden. Daar gebruik van maken schakelt het standaardgedrag om alle takken
+en tags op te nemen uit. Kan meermaals vermeld worden. De \fIreferentie\fP kan
+de naam van een tak of een tag zijn die opgenomen moet worden. Het kan ook
+een parameter zijn die doorgegeven kan worden aan
+\fBgit\-rev\-list\fP(1). Gebruik bijvoorbeeld \fB\-\-git\-ref=\fPmaster om enkel de
+master\-tak op te nemen. Om alle takken en tags, behalve de tak persoonlijk
+op te nemen, gebruikt u \fB\-\-git\-ref=\fP\-\-all \fB\-\-git\-ref=\fP^persoonlijk.
+.TP
+\fB\-\-git\-depth=\fP\fIaantal\fP
+Creëert een summiere (shallow) kloon met een geschiedenis die afgekapt werd
+bij het opgegeven aantal revisies.
+.SS "Indeling: 3.0 (bzr)"
+Ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Dit is een experimentele indeling. Ze
+genereert één enkel tar\-archief met daarin het bzr\-depot.
+.PP
+\fBExtraheren\fP
+.PP
+Het tar\-archief wordt uitgepakt en daarna wordt bzr gebruikt om een
+werkkopie van de huidige tak te maken.
+.PP
+\fBBouwen\fP
+.PP
+Vooraleer voort te gaan, worden een aantal controles uitgevoerd om zeker te
+zijn dat er geen niet\-vastgelegde wijzigingen zijn die niet mogen genegeerd
+worden.
+.PP
+Daarna wordt het versiebeheerspecifieke deel van de broncodemap gekopieerd
+naar een tijdelijke map. Vooraleer deze tijdelijke map in een tar\-archief
+ingepakt wordt, worden verschillende opruimtaken verricht om plaats te
+winnen.
+.SH DIAGNOSTIEK
+.SS "geen broncode\-indeling opgegeven in debian/source/format"
+Het bestand \fBdebian/source/format\fP moet altijd bestaan en de gewenste
+broncode\-indeling aangeven. Met het oog op neerwaartse compatibiliteit wordt
+indeling “1.0” verondersteld als het bestand niet bestaat, maar u zou hierop
+niet moeten betrouwen: ergens in de toekomst zal \fBdpkg\-source\fP aangepast
+worden, zodat het zal mislukken als het bestand niet bestaat.
+
+De verantwoording is dat indeling “1.0” niet langer de aanbevolen indeling
+is. U zou gewoonlijk één van de recentere indelingen (“3.0 (quilt)”, “3.0
+(native)”) moeten kiezen, maar \fBdpkg\-source\fP zal dit niet automatisch voor
+u doen. Indien u de oude indeling wilt blijven gebruiken, moet u dat
+expliciet aangeven en “1.0” plaatsen in \fBdebian/source/format\fP.
+.SS "de diff wijzigt de volgende bestanden van de toeleveraar"
+Als u broncode\-indeling “1.0” gebruikt, is het meestal geen goed idee om
+rechtstreeks wijzigingen aan te brengen in bestanden van de toeleveraar,
+vermits de wijzigingen verborgen en grotendeels niet\-gedocumenteerd belanden
+in het bestand .diff.gz. U zou uw wijzigingen dan beter opslaan als patches
+in de map debian en ze dan op het ogenblik van het bouwen toepassen. Om deze
+complexe werkwijze te vermijden, kunt u ook de indeling “3.0 (quilt)”
+gebruiken, die dit geïntegreerd aanbiedt.
+.SS "kan wijziging aan \fIbestand\fP niet representeren"
+Wijzigingen aan de broncode van de toeleveraar worden gewoonlijk met
+patch\-bestanden opgeslagen, maar niet alle wijzigingen kunnen met patches
+gerepresenteerd worden, omdat die enkel de inhoud van gewone tekstbestanden
+kunnen aanpassen. Indien u een bestand tracht te vervangen door iets van een
+ander type (bijvoorbeeld een gewoon bestand vervangen door een symbolische
+koppeling of een map), zult u deze foutmelding krijgen.
+.SS "nieuw gecreëerd leeg bestand \fIbestand\fP zal niet gerepresenteerd worden in de diff"
+Lege bestanden kunnen niet met behulp van patch\-bestanden aangemaakt
+worden. Deze wijziging wordt dus niet geregistreerd in het broncodepakket en
+u wordt daarover ingelicht.
+.SS "\fItoegangsrechten\fP uitvoerbare modus van \fIbestand\fP zullen niet gerepresenteerd worden in de diff"
+Patch\-bestanden registreren geen toegangsrechten van bestanden en dus wordt
+het feit dat een bestand uitvoerbaar is, niet in het broncodepakket
+opgeslagen. Deze waarschuwing brengt dit feit in herinnering.
+.SS "\fItoegangsrechten\fP bijzondere modus van \fIbestand\fP zullen niet gerepresenteerd worden in de diff"
+Patch\-bestanden registreren geen toegangsrechten van bestanden en dus worden
+wijzigingen aan toegangsrechten niet opgeslagen in het broncodepakket. Deze
+waarschuwing brengt dit feit in herinnering.
+.
+.SH OMGEVING
+.TP
+\fBDPKG_COLORS\fP
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt
+mogen worden zijn: \fBauto\fP (standaard), \fBalways\fP en \fBnever\fP.
+.TP
+\fBDPKG_NLS\fP
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het
+activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als
+internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige
+waarden zijn: \fB0\fP and \fB1\fP (standaard).
+.TP
+\fBSOURCE_DATE_EPOCH\fP
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als de tijdsaanduiding
+(timestamp) (in seconden sinds de epoch) om de mtime vast te zetten op de
+items uit het \fBtar\fP(5)\-bestand.
+.TP
+\fBVISUAL\fP
+.TQ
+\fBEDITOR\fP
+Gebruikt door de broncode\-indelingmodules “2.0” en “3.0 (quilt)”.
+.TP
+\fBGIT_DIR\fP
+.TQ
+\fBGIT_INDEX_FILE\fP
+.TQ
+\fBGIT_OBJECT_DIRECTORY\fP
+.TQ
+\fBGIT_ALTERNATE_OBJECT_DIRECTORIES\fP
+.TQ
+\fBGIT_WORK_TREE\fP
+Gebruikt door de broncode\-indelingmodules “3.0 (git)”.
+.
+.SH BESTANDEN
+.SS debian/source/format
+Dit bestand bevat op één enkele regel de indeling die gebruikt moet worden
+om het broncodepakket te bouwen (mogelijke indelingen werden hierboven
+beschreven). Voorafgaande of nakomende witruimte is niet toegelaten.
+.SS debian/source/include\-binaries
+Dit bestand bevat een lijst van binaire bestanden (één per regel) die
+opgenomen moeten worden in het debian tar\-archief. Voorafgaande of nakomende
+spaties worden gestript. Regels die beginnen met ‘\fB#\fP’ zijn commentaar en
+worden overgeslagen. Lege regels worden genegeerd.
+.SS debian/source/options
+Dit bestand bevat een lijst met lange opties die automatisch voorgevoegd
+moeten worden aan de reeks commandoregelopties die gebruikt worden bij het
+inroepen van het commando \fBdpkg\-source \-\-build\fP of \fBdpkg\-source
+\-\-print\-format\fP. Opties zoals \fB\-\-compression\fP en \fB\-\-compression\-level\fP
+zijn zeer geschikt voor dit bestand.
+.P
+Elke optie moet op een aparte regel geplaatst worden. Lege regels en regels
+die beginnen met ‘\fB#\fP’ worden genegeerd. De ‘\fB\-\-\fP’ vooraan moeten
+weggelaten worden en korte opties zijn niet toegelaten. Facultatieve
+witruimte rond het symbool ‘\fB=\fP’ en facultatieve aanhalingstekens rond de
+waarde zijn toegelaten. Hierna volgt een voorbeeld van een dergelijk
+bestand:
+.P
+ # laat dpkg\-source een bestand debian.tar.bz2 aanmaken met maximale compressie
+ compression = "bzip2"
+ compression\-level = 9
+ # gebruik debian/patches/debian\-changes als automatische patch
+ single\-debian\-patch
+ # negeer wijzigingen aan config.{sub,guess}
+ extend\-diff\-ignore = "(^|/)(config.sub|config.guess)$"
+.P
+Opmerking: \fB\-\-format\fP\-opties worden niet aanvaard in dit bestand. U moet
+daarvoor eerder \fBdebian/source/format\fP gebruiken.
+.SS debian/source/local\-options
+Precies zoals \fBdebian/source/options\fP, behalve dat het bestand niet
+opgenomen wordt in het gegenereerde broncodepakket. Dit kan nuttig zijn om
+een voorkeur op te slaan die eigen is aan de onderhouder of aan een bepaald
+depot van een versiebeheersysteem waarin het pakket onderhouden wordt.
+.SS "debian/source/local\-patch\-header \fRen\fP debian/source/patch\-header"
+Vrij opgemaakte tekst die geplaatst wordt bovenaan de automatische patch die
+gegenereerd wordt bij de indelingen “2.0” en “3.0
+(quilt)”. \fBlocal\-patch\-header\fP wordt niet toegevoegd aan het gegenereerde
+broncodepakket, terwijl dat met \fBpatch\-header\fP wel het geval is.
+.SS debian/patches/\fIleverancier\fP.series
+.SS debian/patches/series
+Dit bestand somt alle patches op die toegepast moeten worden (in de
+opgegeven volgorde) bovenop het broncodepakket van de toeleveraar. Spaties
+vooraan en achteraan worden weggehaald. \fIleverancier\fP is de naam in kleine
+letters van de huidige leverancier of \fBdebian\fP als geen leverancier
+gedefinieerd werd. Indien het leveranciersspecifieke series\-bestand niet
+bestaat, zal het leveranciersloze series\-bestand gebruikt worden. Regels die
+beginnen met ‘\fB#\fP’ zijn commentaar en worden overgeslagen. Lege regels
+worden genegeerd. De overige regels beginnen met de bestandsnaam van een
+patch (relatief ten opzichte van de map \fBdebian/patches/\fP) tot aan de
+eerste spatie of het einde van de regel. Facultatieve \fBquilt\fP\-opties kunnen
+daarna komen tot aan het einde van de regel of tot aan het eerste
+‘\fB#\fP’\-teken dat voorafgegaan wordt door één of meer spaties (hetgeen het
+begin van een commentaarstuk aangeeft dat doorloopt tot het einde van de
+regel).
+.SH BUGS
+Het punt waarop de vervanging van velden plaats vindt, vergeleken met
+bepaalde standaardinstellingen voor uitvoervelden, is eerder onduidelijk.
+.SH "ZIE OOK"
+.ad l
+\fBdeb\-src\-control\fP(5), \fBdeb\-changelog\fP(5), \fBdsc\fP(5).