diff options
Diffstat (limited to '')
-rw-r--r-- | man/nl/dpkg.man | 1184 |
1 files changed, 1184 insertions, 0 deletions
diff --git a/man/nl/dpkg.man b/man/nl/dpkg.man new file mode 100644 index 0000000..e609b51 --- /dev/null +++ b/man/nl/dpkg.man @@ -0,0 +1,1184 @@ +.\" dpkg manual page - dpkg(1) +.\" +.\" Copyright © 1996 Juho Vuori <javuori@cc.helsinki.fi> +.\" Copyright © 1999 Jim Van Zandt <jrv@vanzandt.mv.com> +.\" Copyright © 1999-2003 Wichert Akkerman <wakkerma@debian.org> +.\" Copyright © 2000-2003 Adam Heath <doogie@debian.org> +.\" Copyright © 2002 Josip Rodin +.\" Copyright © 2004-2005 Scott James Remnant <keybuk@debian.org> +.\" Copyright © 2006-2016 Guillem Jover <guillem@debian.org> +.\" Copyright © 2007-2008 Ian Jackson <ijackson@chiark.greenend.org.uk> +.\" Copyright © 2008-2011 Raphaël Hertzog <hertzog@debian.org> +.\" +.\" This is free software; you can redistribute it and/or modify +.\" it under the terms of the GNU General Public License as published by +.\" the Free Software Foundation; either version 2 of the License, or +.\" (at your option) any later version. +.\" +.\" This is distributed in the hope that it will be useful, +.\" but WITHOUT ANY WARRANTY; without even the implied warranty of +.\" MERCHANTABILITY or FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE. See the +.\" GNU General Public License for more details. +.\" +.\" You should have received a copy of the GNU General Public License +.\" along with this program. If not, see <https://www.gnu.org/licenses/>. +. +.\"******************************************************************* +.\" +.\" This file was generated with po4a. Translate the source file. +.\" +.\"******************************************************************* +.TH dpkg 1 %RELEASE_DATE% %VERSION% dpkg\-suite +.nh +.SH NAAM +dpkg \- pakketbeheerder voor Debian +. +.SH OVERZICHT +\fBdpkg\fP [\fIoptie\fP...] \fIactie\fP +. +.SH WAARSCHUWING +Deze handleiding is bedoeld voor gebruikers die de commandoregelopties van +dpkg en de pakkettoestanden meer in detail willen begrijpen dan met de info +van \fBdpkg \-\-help\fP mogelijk is. + +Zij zou \fIniet\fP gebruikt moeten worden door pakketonderhouders die willen +begrijpen hoe \fBdpkg\fP hun pakketten installeert. De beschrijving van wat +\fBdpkg\fP doet bij het installeren en verwijderen van pakketten is bijzonder +inadequaat. +. +.SH BESCHRIJVING +\fBdpkg\fP is gereedschap voor het installeren, bouwen, verwijderen en beheren +van Debian pakketten. Het belangrijkste en meer gebruikersvriendelijke +frontend voor \fBdpkg\fP is \fBaptitude\fP(1). \fBdpkg\fP zelf wordt volledig +gestuurd via commandoregelparameters, die bestaan uit exact één actie en nul +of meer opties. De actieparameter zegt \fBdpkg\fP wat het moet doen en de +opties sturen in zekere zin het gedrag van de actie. + +\fBdpkg\fP kan ook gebruikt worden als een frontend voor \fBdpkg\-deb\fP(1) en +\fBdpkg\-query\fP(1). De lijst van ondersteunde acties kunt u verderop in het +onderdeel \fBACTIES\fP vinden. Indien \fBdpkg\fP een dergelijke actie tegenkomt, +voert het gewoon \fBdpkg\-deb\fP of \fBdpkg\-query\fP uit met de parameters die het +meekreeg. Maar momenteel worden aan hen geen specifieke opties +doorgegeven. Indien u een dergelijke optie wenst te gebruiken moet u deze +programma's rechtstreeks gebruiken. +. +.SH "INFORMATIE OVER PAKKETTEN" +\fBdpkg\fP houdt bruikbare informatie bij over beschikbare pakketten. De +informatie wordt ingedeeld in drie klassen: \fBstates\fP (toestand) , +\fBselection states\fP (selectietoestand) en \fBflags\fP (vlaggen). Het is de +bedoeling deze waarden hoofdzakelijk met behulp van \fBdselect\fP aan te +passen. +.SS Pakketstatus +.TP +\fBnot\-installed\fP (niet geïnstalleerd) +Het pakket is niet op uw systeem geïnstalleerd. +.TP +\fBconfig\-files\fP (configuratiebestanden) +Enkel de configuratiebestanden van het pakket bevinden zich op het systeem. +.TP +\fBhalf\-installed\fP (gedeeltelijk geïnstalleerd) +De installatie van het pakket werd begonnen, maar om een of andere reden +niet afgerond. +.TP +\fBunpacked\fP (uitgepakt) +Het pakket is uitgepakt, maar niet geconfigureerd. +.TP +\fBhalf\-configured\fP (gedeeltelijk geconfigureerd) +Het pakket is uitgepakt en de configuratie werd aangevat, maar om een of +andere reden niet afgerond. +.TP +\fBtriggers\-awaited\fP (afhandeling triggers wordt afgewacht) +Het pakket wacht het verwerken van triggers door een ander pakket af. +.TP +\fBtriggers\-pending\fP (aanhangige triggers) +Het pakket werd getriggerd. +.TP +\fBinstalled\fP (geïnstalleerd) +Het pakket werd correct uitgepakt en geconfigureerd. +.SS Pakketselectiestatus +.TP +\fBinstall\fP (installeren) +Het pakket werd geselecteerd om geïnstalleerd te worden. +.TP +\fBhold\fP (te handhaven) +Een pakket dat als \fBte handhaven\fP werd gemarkeerd, wordt niet behandeld +door \fBdpkg\fP, tenzij het ertoe gedwongen wordt met de optie \fB\-\-force\-hold\fP. +.TP +\fBdeinstall\fP (de\-installeren) +Het pakket werd geselecteerd om gede\-installeerd te worden (d.w.z. dat we +alle bestanden wensen te verwijderen, op de configuratiebestanden na) +.TP +\fBpurge\fP (wissen) +Het pakket werd geselecteerd om gewist te worden (d.w.z. dat we alles uit de +systeemmappen wensen te verwijderen, zelfs de configuratiebestanden). +.TP +\fBunknown\fP +Het betreft een onbekende pakketselectie. Een pakket dat zich eveneens in de +toestand \fBnot\-installed\fP (niet\-geïnstalleerd) bevindt en een \fBok\fP\-vlag +heeft, zal de volgende keer weggelaten worden bij het opslaan van de +databank. +.SS Pakketvlaggen +.TP +\fBok\fP +Een pakket dat als \fBok\fP gemarkeerd staat bevindt zich in een gekende +toestand, maar verdere afhandeling kan nog nodig zijn. +.TP +\fBreinstreq\fP +Een pakket dat als \fBreinstreq\fP gemarkeerd werd, is defect en moet opnieuw +geïnstalleerd worden. Deze pakketten kunnen niet verwijderd worden, tenzij +dit met de optie \fB\-\-force\-remove\-reinstreq\fP geforceerd wordt. +. +.SH ACTIES +.TP +\fB\-i\fP, \fB\-\-install\fP \fIpakketbestand\fP... +Installeer het pakket. Indien de optie \fB\-\-recursive\fP of \fB\-R\fP opgegeven +werd, moet \fIpakketbestand\fP evenwel naar een map verwijzen. + +Een installatie bestaat uit de volgende stappen: +.br + +\fB1.\fP Het extraheren van de controle\-bestanden van het nieuwe pakket. +.br + +\fB2.\fP Indien voorafgaand aan de nieuwe installatie een andere versie van +hetzelfde pakket geïnstalleerd was, het \fIprerm\fP\-script van het oude pakket +uitvoeren. +.br + +\fB3.\fP Indien het pakket een \fIpreinst\fP\-script meelevert, dat uitvoeren. +.br + +\fB4.\fP Het uitpakken van de nieuwe bestanden en tegelijk een reservekopie van +de oude bestanden maken, zodat ze hersteld kunnen worden mocht er iets fout +lopen. +.br + +\fB5.\fP Indien voorafgaand aan de nieuwe installatie een andere versie van +hetzelfde pakket geïnstalleerd was, het \fIpostrm\fP\-script van het oude pakket +uitvoeren. Merk op dat dit script uitgevoerd wordt na het \fIpreinst\fP\-script +van het nieuwe pakket, omdat nieuwe bestanden neergeschreven worden tegelijk +met het verwijderen van oude bestanden. +.br + +\fB6.\fP Het configureren van het pakket. Zie \fB\-\-configure\fP voor +gedetailleerde informatie over hoe dit gebeurt. +.TP +\fB\-\-unpack \fP\fIpakketbestand\fP... +Pak het pakket uit, maar configureer het niet. Indien de optie +\fB\-\-recursive\fP of \fB\-R\fP opgegeven werd, moet \fIpakketbestand\fP evenwel naar +een map verwijzen. +.TP +\fB\-\-configure \fP\fIpakket\fP...|\fB\-a\fP|\fB\-\-pending\fP +Configureer een pakket dat uitgepakt, maar nog niet geconfigureerd +werd. Indien echter \fB\-a\fP of \fB\-\-pending\fP opgegeven wordt in plaats van +\fIpakket\fP, worden alle uitgepakte maar niet\-geconfigureerde pakketten +geconfigureerd. + +Om een pakket dat reeds geconfigureerd werd opnieuw te configureren, moet u +echter het commando \fBdpkg\-reconfigure\fP(8) gebruiken. + +Het configureren bestaat uit de volgende stappen: +.br + +\fB1.\fP Het uitpakken van de conffiles (configuratiebestanden) en tegelijk een +reservekopie maken van de oude conffiles, zodat ze hersteld kunnen worden +mocht er iets fout lopen. +.br + +\fB2.\fP Indien het pakket een \fIpostinst\fP\-script meelevert, dat uitvoeren. +.TP +\fB\-\-triggers\-only\fP \fIpakket\fP...|\fB\-a\fP|\fB\-\-pending\fP +Verwerkt enkel triggers (sinds dpkg 1.14.17). Alle aanhangige triggers +zullen verwerkt worden. Indien pakketnamen opgegeven werden, zullen enkel de +triggers van die pakketten verwerkt worden, elk exact eenmaal waar +nodig. Het gebruiken van deze optie kan pakketten achterlaten in een +ongepaste toestand van \fBtriggers\-awaited\fP (wachten op triggerafhandeling) +of \fBtriggers\-pending\fP (aanhangige triggers). Dit kan later gerepareerd +worden door het uitvoeren van \fBdpkg \-\-configure \-\-pending\fP. +.TP +\fB\-r\fP, \fB\-\-remove\fP \fIpakket\fP...|\fB\-a\fP|\fB\-\-pending\fP +Een geïnstalleerd pakket verwijderen. Dit verwijdert alles behalve de +conffiles (configuratiebestanden) en andere gegevens die opgeruimd worden +door het script \fIpostrm\fP, waardoor vermeden kan worden dat het pakket +opnieuw geconfigureerd moet worden als het opnieuw geïnstalleerd wordt +(conffiles zijn configuratiebestanden die vermeld worden in het +controlebestand \fIDEBIAN/conffiles\fP). Indien er geen controlebestand +\fIDEBIAN/conffiles\fP en geen script \fIDEBIAN/postrm\fP bestaat, is dit commando +equivalent met het aanroepen van \fB\-\-purge\fP. Indien \fB\-a\fP of \fB\-\-pending\fP +opgegeven werd in plaats van een pakketnaam, zullen alle pakketten die +uitgepakt zijn maar in het bestand \fI%ADMINDIR%/status\fP gemarkeerd staan om +verwijderd te worden, verwijderd worden. + +Het verwijderen van een pakket bestaat uit de volgende stappen: +.br + +\fB1.\fP Het uitvoeren van het \fIprerm\fP\-script +.br + +\fB2.\fP Het verwijderen van de geïnstalleerde bestanden +.br + +\fB3.\fP Het uitvoeren van het \fIpostrm\fP\-script +.br + +.TP +\fB\-P\fP, \fB\-\-purge\fP \fIpakket\fP...|\fB\-a\fP|\fB\-\-pending\fP +Een geïnstalleerd of een reeds verwijderd pakket wissen. Dit verwijdert +alles, inclusief conffiles (configuratiebestanden) en alles wat anders +opgeruimd wordt vanuit \fIpostrm\fP. Indien \fB\-a\fP of \fB\-\-pending\fP opgegeven +werd in plaats van een pakketnaam, dan zullen alle uitgepakte of verwijderde +pakketten die echter in het bestand \fI%ADMINDIR%/status\fP gemarkeerd zijn om +gewist te worden, gewist worden. + +Merk op: sommige configuratiebestanden kunnen niet gekend zijn door \fBdpkg\fP +omdat ze via de configuratiescripts gecreëerd en afzonderlijk afgehandeld +worden. In dat geval zal \fBdpkg\fP ze niet zelf verwijderen, maar het +\fIpostrm\fP\-script van het pakket (dat door \fBdpkg\fP geactiveerd wordt) moet +tijdens een wis\-operatie voor hun verwijdering zorgen. Dit is uiteraard +enkel van toepassing op bestanden in systeemmappen, niet op +configuratiebestanden die neergeschreven werden in de persoonlijke map van +gebruikers. + +Het wissen van een pakket bestaat uit de volgende stappen: +.br + +\fB1.\fP Het verwijderen van het pakket als het nog niet verwijderd was. Zie +\fB\-\-remove\fP voor gedetailleerde informatie over hoe dit gebeurt. +.br + +\fB2.\fP Het uitvoeren van het \fIpostrm\fP\-script +.br +.TP +\fB\-V\fP, \fB\-\-verify\fP [\fIpakketnaam\fP...] +Controleert de integriteit van \fIpakketnaam\fP of van alle pakketten indien er +geen naam opgegeven werd. De controle gebeurt door een vergelijking te maken +van informatie uit de bestanden die door een pakket geïnstalleerd worden met +de metadata\-informatie over die bestanden die in de database van \fBdpkg\fP +opgeslagen is (sinds dpkg 1.17.2). De metadata\-informatie over die bestanden +in de database is afkomstig van het binaire pakket zelf. Die metadata worden +verzameld tijdens het installatieproces op het moment van het uitpakken van +het pakket. + +Momenteel is de enige functionele toets die uitgevoerd wordt, een +verificatie van de md5\-controlesom van de inhoud van het bestand tegenover +de opgeslagen waarde in de bestandsdatabase. De toets wordt enkel uitgevoerd +als de database de md5\-controlesom van het bestand bevat. Om na te gaan of +er eventueel metadata ontbreken in de database, kan het commando \fB\-\-audit\fP +gebruikt worden. + +De indeling van de uitvoer kan met de optie \fB\-\-verify\-format\fP gekozen +worden. Standaard wordt de indeling \fBrpm\fP gebruikt, maar dit kan in de +toekomst veranderen en om die reden zouden programma's die de uitvoer van +dit commando ontleden, expliciet moeten aangeven welke indeling zij +verwachten. +.TP +\fB\-C\fP, \fB\-\-audit\fP [\fIpakketnaam\fP...] +Voert op de database correctheids\- en consistentietoetsen uit met betrekking +tot \fIpakketnaam\fP of alle pakketten als er geen pakketnaam opgegeven werd +(individuele pakkettoetsen sinds dpkg 1.17.10). Voorbeelden zijn: zoeken +naar pakketten die slechts gedeeltelijk geïnstalleerd werden op uw systeem +of met ontbrekende, foute of verouderde controlegegevens of +\-bestanden. \fBdpkg\fP zal een suggestie geven over wat er te doen staat om ze +te repareren. +.TP +\fB\-\-update\-avail\fP [\fIPackages\-bestand\fP] +.TQ +\fB\-\-merge\-avail\fP [\fIPackages\-bestand\fP] +Werk de kennis bij van \fBdpkg\fP en \fBdselect\fP over welke pakketten +beschikbaar zijn. Bij de actie \fB\-\-merge\-avail\fP wordt oude informatie +gecombineerd met informatie uit het \fIPackages\-bestand\fP. Bij de actie +\fB\-\-update\-avail\fP wordt de oude informatie vervangen door de informatie uit +het \fIPackages\-bestand\fP. Het \fIPackages\-bestand\fP dat door Debian verdeeld +wordt, heeft gewoon «\fIPackages\fP» als naam. Indien het argument +\fIPackages\-bestand\fP ontbreekt of «\fB\-\fP» als naam heeft, zal het gelezen +worden van de standaardinvoer (sinds dpkg 1.17.7). \fBdpkg\fP houdt zijn +overzicht van beschikbare pakketten bij in \fI%ADMINDIR%/available\fP. + +Een eenvoudiger commando om in één keer het bestand \fIavailable\fP op te halen +en bij te werken is \fBdselect update\fP. Merk op dat dit bestand grotendeels +nutteloos is als u niet \fBdselect\fP gebruikt, maar een op APT gebaseerd +frontend: APT heeft zijn eigen systeem om zicht te houden op de beschikbare +pakketten. +.TP +\fB\-A\fP, \fB\-\-record\-avail\fP \fIpakketbestand\fP... +Werk de kennis van \fBdpkg\fP en \fBdselect\fP over welke pakketten beschikbaar +zijn, bij met informatie uit het pakket \fIpakketbestand\fP. Indien de optie +\fB\-\-recursive\fP of \fB\-R\fP opgegeven werd, moet \fIpakketbestand\fP evenwel +verwijzen naar een map. +.TP +\fB\-\-forget\-old\-unavail\fP +Nu \fBverouderd\fP en een bewerkingsloze opdracht aangezien \fBdpkg\fP automatisch +geen kennis meer heeft van gede\-installeerde niet\-beschikbare pakketten +(sinds dpkg 1.15.4), maar enkel van die welke geen gebruikersinformatie, +zoals pakketselecties, bevatten. +.TP +\fB\-\-clear\-avail\fP +Wis de huidige informatie over de beschikbaarheid van pakketten. +.TP +\fB\-\-get\-selections\fP [\fIpakketnaampatroon\fP...] +Haal de lijst van pakketselecties op en schrijf die naar de +standaarduitvoer. Als geen patroon opgegeven wordt, zullen +niet\-geïnstalleerde pakketten (d.w.z. die welke voordien gewist werden) niet +getoond worden. +.TP +\fB\-\-set\-selections\fP +Stel pakketselecties in met behulp van het bestand dat van de +standaardinvoer gelezen wordt. Dit bestand moet als indeling “\fIpakket\fP +\fIstatus\fP” hebben, waarbij status \fBinstall\fP (installeren), \fBhold\fP (te +handhaven), \fBdeinstall\fP (de\-installeren) of \fBpurge\fP (wissen) kan +zijn. Lege regels en commentaarregels die met ‘\fB#\fP’ beginnen, zijn ook +toegelaten. + +Het bestand \fIavailable\fP moet up\-to\-date zijn opdat dit commando dienstig +zou zijn, anders zullen niet\-gekende pakketten genegeerd worden en zal er in +dat verband een waarschuwing gegeven worden. Zie de commando's +\fB\-\-update\-avail\fP en \fB\-\-merge\-avail\fP voor meer informatie. +.TP +\fB\-\-clear\-selections\fP +Stel de aangevraagde status voor elk niet\-essentieel pakket in op deinstall +(de\-installeren) (sinds dpkg 1.13.18). Dit is bedoeld om gebruikt te worden +onmiddellijk voor \fB\-\-set\-selections\fP om eventuele pakketten te +de\-installeren die niet in de lijst staan die doorgegeven wordt aan +\fB\-\-set\-selections\fP. +.TP +\fB\-\-yet\-to\-unpack\fP +Zoekt pakketten op die geselecteerd werden om geïnstalleerd te worden, maar +die om één of andere reden nog niet geïnstalleerd werden. +.IP +Merk op: dit commando maakt zowel gebruik van het bestand available als van +de pakketselectie. +.TP +\fB\-\-predep\-package\fP +Toon één enkel pakket dat het doel is van een of meer relevante voorafgaande +vereisten en dat zelf geen niet\-voldane voorafgaande vereisten heeft. +.IP +Indien er een dergelijk pakket is, geef het dan weer in de vorm van een item +voor het bestand Packages dat passend verder bewerkt kan worden. +.IP +Merk op: dit commando maakt zowel gebruik van het bestand available als van +de pakketselectie. +.IP +Geeft 0 terug als een pakket weergegeven werd, 1 als geen geschikt pakket te +vinden is en 2 in geval van een fout. +.TP +\fB\-\-add\-architecture \fP\fIarchitectuur\fP +Voeg \fIarchitectuur\fP toe aan de lijst van architecturen waarvoor pakketten +geïnstalleerd kunnen worden zonder \fB\-\-force\-architecture\fP te gebruiken +(sinds dpkg 1.16.2). De architectuur waarvoor \fBdpkg\fP gebouwd werd +(d.w.z. de uitvoer van \fB\-\-print\-architecture\fP), maakt steeds deel uit van +die lijst. +.TP +\fB\-\-remove\-architecture \fP\fIarchitectuur\fP +Verwijder \fIarchitectuur\fP uit de lijst van architecturen waarvoor pakketten +geïnstalleerd kunnen worden zonder \fB\-\-force\-architecture\fP te gebruiken +(sinds dpkg 1.16.2). Indien de architectuur momenteel in de database in +gebruik is, dan zal deze operatie geweigerd worden, behalve wanneer +\fB\-\-force\-architecture\fP opgegeven wordt. De architectuur waarvoor \fBdpkg\fP +gebouwd werd (d.w.z. de uitvoer van \fB\-\-print\-architecture\fP), kan nooit uit +die lijst verwijderd worden. +.TP +\fB\-\-print\-architecture\fP +Toon de architectuur van de pakketten die \fBdpkg\fP installeert (bijvoorbeeld +“i386”). +.TP +\fB\-\-print\-foreign\-architectures\fP +Toon een lijst, met regeleindes als scheidingsteken, van de bijkomende +architecturen waarvoor pakketten mogen geïnstalleerd worden volgens de +configuratie van \fBdpkg\fP (sinds dpkg 1.16.2). +.TP +\fB\-\-assert\-\fP\fIfunctionaliteit\fP +Bevestigt dat \fBdpkg\fP de gevraagde functionaliteit ondersteunt. Geeft de +waarde 0 terug als de functionaliteit volledig ondersteund wordt, 1 als de +functionaliteit gekend is maar \fBdpkg\fP er nog geen ondersteuning voor kan +bieden en 2 als de functionaliteit niet gekend is. De huidige lijst van +functionaliteiten die kunnen bevestigd worden, is: +.RS +.TP +\fBsupport\-predepends\fP +Biedt ondersteuning voor het veld \fBPre\-Depends\fP (sinds dpkg 1.1.0). +.TP +\fBworking\-epoch\fP +Biedt ondersteuning voor epoches in versietekenreeksen (sinds dpkg 1.4.0.7). +.TP +\fBlong\-filenames\fP +Biedt ondersteuning voor lange bestandsnamen in archieven van het type +\fBdeb\fP(5) (sinds dpkg 1.4.1.17). +.TP +\fBmulti\-conrep\fP +Biedt ondersteuning voor meervoudige \fBConflicts\fP (tegenstrijdig met) en +\fBReplaces\fP (vervangt) (sinds dpkg 1.4.1.19). +.TP +\fBmulti\-arch\fP +Biedt ondersteuning voor multi\-architectuurvelden en hun semantiek (sinds +dpkg 1.16.2). +.TP +\fBversioned\-provides\fP +Biedt ondersteuning voor versiespecifieke \fBProvides\fP (voorziet in) (sinds +dpkg 1.17.11). +.RE +.TP +\fB\-\-validate\-\fP\fIding tekenreeks\fP +De juistheid van de syntaxis van \fIding\fP \fItekenreeks\fP valideren (sinds dpkg +1.18.16). Geeft waarde 0 terug als de \fItekenreeks\fP geldig is, waarde 1 als +de \fItekenreeks\fP ongeldig is, maar in een lakse context aanvaard kan worden +en waarde 2 als de \fItekenreeks\fP ongeldig is. De huidige lijst van \fIdingen\fP +die gevalideerd kunnen worden, omvat: +.RS +.TP +\fBpkgname\fP +Valideert de opgegeven pakketnaam (sinds dpkg 1.18.16). +.TP +\fBtrigname\fP +Valideert de opgegeven triggernaam (sinds dpkg 1.18.16). +.TP +\fBarchname\fP +Valideert de opgegeven architectuurnaam (sinds dpkg 1.18.16). +.TP +\fBversion\fP +Valideert de opgegeven versie (sinds dpkg 1.18.16). +.RE +.TP +\fB\-\-compare\-versions \fP\fIver1 op ver2\fP +.\" .TP +.\" .B \-\-command\-fd \fIn\fP +.\" Accept a series of commands on input file descriptor \fIn\fP. Note: +.\" additional options set on the command line, and through this file descriptor, +.\" are not reset for subsequent commands executed during the same run. +Vergelijk versienummers, waarbij \fIop\fP een binaire operator is. \fBdpkg\fP +geeft de waarde waar (\fB0\fP) terug indien voldaan werd aan de opgegeven +conditie, en onwaar (\fB1\fP) in het andere geval. Er zijn twee groepen +operatoren, die van elkaar verschillen in de manier waarop zij omgaan met +een lege \fIver1\fP of \fIver2\fP. Voor de volgende operatoren komt een lege +versie voor elke andere versie: \fBlt le eq ne ge gt\fP. Voor de volgende +operatoren komt een lege versie na elke andere versie: \fBlt\-nl le\-nl ge\-nl +gt\-nl\fP. In de volgende operatoren wordt enkel voorzien met het oog op +compatibiliteit met de syntaxis van het bestand control: \fB< << +<= = >= >> >\fP. De operatoren \fB<\fP en \fB>\fP zijn +verouderd en zouden omwille van de verwarrende semantiek \fBniet\fP gebruikt +mogen worden. Om dit te illustreren: \fB0.1 < 0.1\fP wordt als waar +beoordeeld. +.TP +\fB\-?\fP, \fB\-\-help\fP +Geef een korte hulptekst weer. +.TP +\fB\-\-force\-help\fP +Geef hulp over de opties \fB\-\-force\-\fP\fIiets\fP. +.TP +\fB\-Dh\fP, \fB\-\-debug=help\fP +Geef hulp over debug\-opties. +.TP +\fB\-\-version\fP +Geef versie\-informatie over \fBdpkg\fP. +.TP +\fBdpkg\-deb acties\fP +Zie \fBdpkg\-deb\fP(1) voor meer informatie over de volgende acties. + +.nf +\fB\-b\fP, \fB\-\-build\fP \fImap\fP [\fIarchief\fP|\fImap\fP] + Bouw een deb\-pakket. +\fB\-c\fP, \fB\-\-contents\fP \fIarchief\fP + Geef de inhoud van een deb\-pakket weer. +\fB\-e\fP, \fB\-\-control\fP \fIarchief\fP [\fImap\fP] + Extraheer de controle\-informatie uit een pakket. +\fB\-x\fP, \fB\-\-extract\fP \fIarchief map\fP + Extraheer de bestanden die een pakket bevat. +\fB\-X\fP, \fB\-\-vextract\fP \fIarchief map\fP + Extraheer de bestandsnamen die een pakket bevat + en geef ze weer. +\fB\-f\fP, \fB\-\-field\fP \fIarchief\fP [\fIcontroleveld\fP...] + Geef controleveld(en) van een pakket weer. +\fB\-\-ctrl\-tarfile\fP \fIarchief\fP + Schrijf het controle\-tar\-bestand dat een Debian pakket + bevat, weg. +\fB\-\-fsys\-tarfile\fP \fIarchief\fP + Schrijf het bestandssysteem\-tar\-bestand dat een Debian + pakket bevat, weg. +\fB\-I\fP, \fB\-\-info\fP \fIarchief\fP [\fIcontrolebestand\fP...] + Toon informatie over een pakket. +.fi + +.TP +\fBdpkg\-query acties\fP +Zie \fBdpkg\-query\fP(1) voor meer informatie over de volgende acties. + +.nf + +\fB\-l\fP, \fB\-\-list\fP \fIpakketnaampatroon\fP... + Som de pakketten op die aan het opgegeven + patroon beantwoorden. +\fB\-s\fP, \fB\-\-status\fP \fIpakketnaam\fP... + Rapporteer de status van het opgegeven pakket. +\fB\-L\fP, \fB\-\-listfiles\fP \fIpakketnaam\fP... + Som de bestanden op die uit \fIpakketnaam\fP + op uw systeem geïnstalleerd worden. +\fB\-S\fP, \fB\-\-search\fP \fIbestandsnaamzoekpatroon\fP... + Zoek naar een bestandsnaam uit een geïnstalleerd + pakket. +\fB\-p\fP, \fB\-\-print\-avail\fP \fIpakketnaam\fP... + Geef over \fIpakketnaam\fP de details weer + die te vinden zijn in \fI%ADMINDIR%/available\fP. + Gebruikers van op APT gebaseerde frontends + moeten in plaats hiervan + \fBapt\-cache show\fP \fIpakketnaam\fP gebruiken. +.fi +. +.SH OPTIES +Alle opties kunnen zowel aan de commandoregel opgegeven worden als in het +\fBdpkg\fP configuratiebestand \fI%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg\fP of in fragmentbestanden +(met namen die overeenkomen met het shellpatroon '[0\-9a\-zA\-Z_\-]*') in de +configuratiemap \fI%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg.d/\fP. Elke regel in het +configuratiebestand is ofwel een optie (exact hetzelfde als de +commandoregeloptie maar zonder de verbindingstekens aan het begin) of een +commentaar (als hij begint met een ‘\fB#\fP’). +.br +.TP +\fB\-\-abort\-after=\fP\fIaantal\fP +Pas aan na hoeveel fouten \fBdpkg\fP moet afbreken. Standaard is dat 50. +.TP +\fB\-B\fP, \fB\-\-auto\-deconfigure\fP +Het is mogelijk dat wanneer een pakket verwijderd wordt, een ander +geïnstalleerd pakket het verwijderde pakket nodig heeft. Deze optie +gebruiken heeft tot gevolg dat het pakket dat van het verwijderde pakket +afhankelijk was, automatisch gedeconfigureerd wordt. +.TP +\fB\-D\fP\fIoctaal\fP\fB, \-\-debug=\fP\fIoctaal\fP +Schakel debuggen in. \fIoctaal\fP wordt gevormd door de gewenste waarden uit de +onderstaande lijst in een bitwise OR\-bewerking samen te nemen (merk op dat +deze waarden in toekomstige uitgaven kunnen veranderen). \fB\-Dh\fP of +\fB\-\-debug=help\fP geeft deze debugwaarden weer. + + Getal Beschrijving + 1 Algemene informatieve voortgangsinformatie + 2 Activering en status van beheerdersscripts + 10 Uitvoer voor elk verwerkt bestand + 100 Veel uitvoer voor elk verwerkt bestand + 20 Uitvoer voor elk configuratiebestand + 200 Veel uitvoer voor elk configuratiebestand + 40 Vereisten en tegenstrijdigheden + 400 Veel uitvoer i.v.m. vereisten/tegenstrijdigheden + 10000 Activatie en verwerking van triggers + 20000 Veel uitvoer i.v.m. triggers + 40000 Belachelijk veel uitvoer i.v.m. triggers + 1000 Veel geleuter over bijv. de map dpkg/info + 2000 Belachelijk veel geleuter +.TP +\fB\-\-force\-\fP\fIdingen\fP +.TQ +\fB\-\-no\-force\-\fP\fIdingen\fP, \fB\-\-refuse\-\fP\fIdingen\fP +Het uitvoeren van sommige dingen opleggen of weigeren (\fBno\-force\fP en +\fBrefuse\fP betekenen hetzelfde). \fIdingen\fP is een door komma's gescheiden +lijst van hierna gespecificeerde zaken. \fB\-\-force\-help\fP geeft er een +beschrijving van weer. Zaken die met een (*) gemarkeerd zijn, worden +standaard opgelegd. + +\fIWaarschuwing: Deze opties zijn vooral bedoeld om enkel door experts +gebruikt te worden. Er gebruik van maken zonder een volkomen begrip van hun +effecten kan uw volledig systeem defect maken.\fP + +\fBall\fP: Schakelt alle forceer\-opties aan (of uit). + +\fBdowngrade\fP(*): Een pakket installeren, zelfs als reeds een nieuwere versie +ervan geïnstalleerd is. + +\fIWaarschuwing: Momenteel voert \fP\fBdpkg\fP\fI geen enkele vereistencontrole uit +bij degradaties en zal dan ook niet waarschuwen indien een degradatie een +vereiste van een ander pakket defect maakt. Dit kan ernstige neveneffecten +hebben. Degraderen van essentiële componenten van het systeem kan zelfs uw +hele systeem onbruikbaar maken. Te gebruiken met voorzichtigheid.\fP + +\fBconfigure\-any\fP: Ook elk uitgepakt maar niet\-geconfigureerd pakket waarvan +het huidige pakket afhankelijk is, configureren. + +\fBhold\fP: Ook pakketten verwerken die met “hold” (te handhaven) gemarkeerd +zijn. + +\fBremove\-reinstreq\fP: Een pakket verwijderen, zelfs als het defect is en er +aangegeven staat dat een herinstallatie nodig is. Dit kan bijvoorbeeld tot +gevolg hebben dat delen van het pakket op het systeem achterblijven, maar +\fBdpkg\fP zal er dan niet meer van op de hoogte zijn. + +\fBremove\-essential\fP: Het pakket verwijderen, zelfs al wordt het als +essentieel beschouwd. Essentiële pakketten bevatten meestal hele basale Unix +commando's. Ze verwijderen kan tot gevolg hebben dat het hele systeem stopt +met werken. Gebruik dit dus met voorzichtigheid. + +\fBdepends\fP: Alle vereistenproblemen omzetten in waarschuwingen. Dit heeft +invloed op de velden \fBPre\-Depends\fP en \fBDepends\fP. + +\fBdepends\-version\fP: Zich niet om versies bekommeren bij het toetsen van +vereisten. Dit heeft invloed op de velden \fBPre\-Depends\fP en \fBDepends\fP. + +\fBbreaks\fP: Installeren, zelfs als dit een ander pakket defect zou maken +(sinds dpkg 1.14.6). Dit heeft invloed op het veld \fBBreaks\fP. + +\fBconflicts\fP: Installeren, zelfs als er een tegenstelling is met een ander +pakket. Dit is gevaarlijk, want gewoonlijk zal dit het overschrijven van +bepaalde bestanden tot gevolg hebben. Dit heeft invloed op het veld +\fBConflicts\fP. + +\fBconfmiss\fP: Zonder vragen steeds het ontbrekende conffile +(configuratiebestand) installeren. Dit is gevaarlijk, aangezien het betekent +dat een verandering die aan een bestand aangebracht werd (het verwijderen +ervan), niet behouden wordt. + +\fBconfnew\fP: Als een conffile (configuratiebestand) aangepast werd en de +versie uit het pakket gewijzigd werd, dan steeds zonder vragen de nieuwe +versie installeren, tenzij ook \fB\-\-force\-confdef\fP opgegeven werd. In dat +geval wordt de voorkeur gegeven aan de standaardactie. + +\fBconfold\fP: Als een conffile (configuratiebestand) aangepast werd en de +versie uit het pakket gewijzigd werd, dan steeds zonder vragen de oude +versie behouden, tenzij ook \fB\-\-force\-confdef\fP opgegeven werd. In dat geval +wordt de voorkeur gegeven aan de standaardactie. + +\fBconfdef\fP: Als een conffile (configuratiebestand) aangepast werd en de +versie uit het pakket gewijzigd werd, dan steeds zonder vragen voor de +standaardactie kiezen. Indien er geen standaardactie is, zal het programma +stoppen en de gebruiker een vraag stellen, tenzij ook \fB\-\-force\-confnew\fP of +\fB\-\-force\-confold\fP opgegeven werd. In dat geval zal het dit gebruiken om +over de uiteindelijke actie te beslissen. + +\fBconfask\fP: Als een conffile (configuratiebestand) aangepast werd, altijd +aanbieden om het te vervangen door de versie uit het pakket, ook al werd de +versie uit het pakket niet gewijzigd (sinds dpkg 1.15.8). Indien ook een van +de opties \fB\-\-force\-confnew\fP, \fB\-\-force\-confold\fP of \fB\-\-force\-confdef\fP +opgegeven werd, zal het die gebruiken om over de uiteindelijke actie te +beslissen. + +\fBoverwrite\fP: Een bestand van een pakket overschrijven met het bestand van +een ander pakket. + +\fBoverwrite\-dir\fP: Een map van een pakket overschrijven met het bestand van +een ander pakket. + +\fBoverwrite\-diverted\fP: Een omgeleid bestand overschrijven met een +niet\-omgeleide versie. + +\fBstatoverride\-add\fP: Bij het toevoegen ervan een bestaande statusmodificatie +overschrijven (sinds dpkg 1.19.5). + +\fBstatoverride\-remove\fP: Bij het verwijderen ervan een ontbrekende +statusmodificatie negeren (sinds dpkg 1.19.5). + +\fBsecurity\-mac\fP(*): Bij het installeren van bestanden op het bestandssysteem +gebruik maken van platformspecifieke beveiliging, gebaseerd op Mandatory +Access Controls (MAC) (since dpkg 1.19.5). Op Linux\-systemen gebruikt de +implementatie SELinux. + +\fBunsafe\-io\fP: Bij het uitpakken geen veilige I/O\-operaties uitvoeren (sinds +dpkg 1.15.8.6). Momenteel houdt dit in dat geen +bestandssysteemsynchronisatie gebeurt vooraleer bestanden hernoemd +worden. Daarvan is geweten dat dit op sommige bestandssystemen tot +aanzienlijk slechtere prestaties leidt, en dit jammer genoeg vooral op die +bestandssystemen die veilige I/O het meest nodig hebben omwille van hun +onbetrouwbaar gedrag, hetgeen bij abrupte systeemcrashes aanleiding kan +geven tot bestanden met lengte zero. + +\fIOpmerking\fP: Overweeg liever om voor ext4, de belangrijkste betrokkene, +gebruik te maken van de aankoppeloptie \fBnodelalloc\fP, waardoor zowel het +prestatieverlies als de problemen inzake de betrouwbaarheid van gegevens +opgevangen worden. Dit laatste door er voor te zorgen dat het +bestandssysteem geen bestanden aanmaakt met lengte zero als er zich een +abrupte crash voordoet en software actief is die geen synchronisatie +uitvoert voorafgaand aan een atomische hernoeming. + +\fIWaarschuwing: Het gebruik van deze optie kan de prestaties verbeteren ten +koste van het verlies van gegevens. Gebruik ze behoedzaam.\fP + +\fBscript\-chrootless\fP: De scripts van de pakketonderhouder uitvoeren zonder +te \fBchroot\fP(2)en naar \fBinstdir\fP, zelfs als het pakket deze werkwijze niet +ondersteunt (sinds dpkg 1.18.5). + +\fIWaarschuwing: Dit kan uw computersysteem vernietigen, gebruik dit uiterst +behoedzaam.\fP + +\fBarchitecture\fP: Pakketten verwerken, zelfs als ze de verkeerde of geen +architectuur hebben. + +\fBbad\-version\fP: Pakketten verwerken, zelfs als ze een verkeerde versie +hebben (sinds dpkg 1.16.1). + +\fBbad\-path\fP: In \fBPATH\fP ontbreken belangrijke programma's, waardoor het +waarschijnlijk is dat er zich problemen zullen voordoen. + +\fBnot\-root\fP: Proberen om zaken te (de\-)installeren, zelfs in opdracht van +een niet\-systeembeheerder. + +\fBbad\-verify\fP: Een pakket installeren, zelfs als de authenticiteitscontrole +mislukt. + +.TP +\fB\-\-ignore\-depends\fP=\fIpakket\fP,... +Voor de opgegeven pakketten het toetsen van afhankelijkheden negeren +(eigenlijk wordt de controle wel uitgevoerd, maar er worden enkel +waarschuwingen in verband met tegenstrijdigheden gegeven en verder +niets). Dit heeft invloed op de velden \fBPre\-Depends\fP, \fBDepends\fP en +\fBBreaks\fP. +.TP +\fB\-\-no\-act\fP, \fB\-\-dry\-run\fP, \fB\-\-simulate\fP +Alles wat gedaan moet worden, uitvoeren, maar geen veranderingen +wegschrijven. Dit wordt gebruikt om te zien wat er bij de opgegeven actie +zou gebeuren, zonder dat er effectief iets gewijzigd wordt. + +Zorg ervoor om \fB\-\-no\-act\fP voor de actie\-parameter op te geven, anders zou u +ongewenste resultaten kunnen bekomen. (bijvoorbeeld zal \fBdpkg \-\-purge foo +\-\-no\-act\fP eerst pakket foo wissen en dan proberen pakket \-\-no\-act te wissen, +ook al verwachtte u wellicht dat er niets gedaan zou worden) +.TP +\fB\-R\fP, \fB\-\-recursive\fP +Alle gewone bestanden die beantwoorden aan het patroon \fB*.deb\fP, recursief +behandelen in de opgegeven mappen en al hun onderliggende mappen. Dit kan +gebruikt worden samen met de acties \fB\-i\fP, \fB\-A\fP, \fB\-\-install\fP, \fB\-\-unpack\fP +en \fB\-\-record\-avail\fP. +.TP +\fB\-G\fP +Een pakket niet installeren als reeds een nieuwere versie van dat pakket +geïnstalleerd is. Dit is een alias voor \fB\-\-refuse\-downgrade\fP. +.TP +\fB\-\-admindir=\fP\fImap\fP +De administratieve map instellen op \fIdirectory\fP. In deze map zitten veel +bestanden met informatie over de status van geïnstalleerde of +gede\-installeerde pakketten, enz. Standaard is dat «\fI%ADMINDIR%\fP» +.TP +\fB\-\-instdir=\fP\fImap\fP +Instellen van de installatiemap, welke de map aangeeft waarin pakketten +geïnstalleerd zullen worden. \fBinstdir\fP is ook de map die aan \fBchroot\fP(2) +doorgegeven wordt vooraleer de installatiescripts van een pakket uitgevoerd +worden, waardoor de scripts \fBinstdir\fP als de hoofdmap beschouwen. Standaard +is dat «\fI/\fP» +.TP +\fB\-\-root=\fP\fImap\fP +De hoofdmap instellen op \fBdirectory\fP, hetgeen de installatiemap instelt op +«\fImap\fP» en de administratieve map op «\fImap\fP\fB%ADMINDIR%\fP». +.TP +\fB\-O\fP, \fB\-\-selected\-only\fP +Enkel de pakketten verwerken welke geselecteerd werden om geïnstalleerd te +worden. Het eigenlijke markeren gebeurt door \fBdselect\fP of door \fBdpkg\fP als +het de pakketten behandelt. Als bijvoorbeeld een pakket verwijderd wordt, +zal het als geselecteerd om verwijderd te worden gemarkeerd worden. +.TP +\fB\-E\fP, \fB\-\-skip\-same\-version\fP +Het pakket niet installeren als dezelfde versie van dat pakket reeds +geïnstalleerd is. +.TP +\fB\-\-pre\-invoke=\fP\fIcommando\fP +.TQ +\fB\-\-post\-invoke=\fP\fIcommando\fP +Instellen dat een uitbreiding (hook) \fIcommando\fP via \*(lqsh \-c\*(rq moet +uitgevoerd worden voor of na het uitvoeren van \fBdpkg\fP bij de acties +\fIunpack\fP, \fIconfigure\fP, \fIinstall\fP, \fItriggers\-only\fP, \fIremove\fP, \fIpurge\fP, +\fIadd\-architecture\fP en \fIremove\-architecture\fP van \fBdpkg\fP (sinds dpkg 1.15.4 +en de acties \fIadd\-architecture\fP en \fIremove\-architecture\fP (sinds dpkg +1.17.19). Deze optie kan meermaals opgegeven worden. De volgorde waarin de +opties opgegeven worden, wordt behouden, waarbij deze uit de +configuratiebestanden voorrang hebben. De omgevingsvariabele +\fBDPKG_HOOK_ACTION\fP wordt ingesteld voor de uitbreidingen (hooks) bij de +huidige actie van \fBdpkg\fP. Merk op dat frontends die uitgevoerd worden, +\fBdpkg\fP meermaals kunnen activeren, waardoor de uitbreidingen meer keren dan +verwacht uitgevoerd kunnen worden. +.TP +\fB\-\-path\-exclude=\fP\fIglob\-patroon\fP +.TQ +\fB\-\-path\-include=\fP\fIglob\-patroon\fP +Het \fIglob\-patroon\fP bij het installeren instellen als een filter voor paden, +ofwel door paden die aan het opgegeven patroon beantwoorden, uit te sluiten +ofwel door eerder uitgesloten paden opnieuw toe te voegen (sinds dpkg +1.15.8). + +\fIWaarschuwing: houd er rekening mee dat u, afhankelijk van de paden die +uitgesloten worden, uw systeem volledig defect kunt maken. Gebruik dit +behoedzaam.\fP + +In de glob\-patronen kunnen dezelfde jokertekens gebruikt worden als in de +shell, waarbij ‘*’ overeenkomt met om het even welke reeks tekens, met +inbegrip van de lege tekenreeks evenals van ‘/’. Bijvoorbeeld, +«\fI/usr/*/READ*\fP» komt overeen met «\fI/usr/share/doc/package/README\fP». Zoals +gebruikelijk komt ‘?’ overeen met één willekeurig teken (opnieuw met +inbegrip van ‘/’). En ‘[’ geeft het begin aan van een klasse van tekens, die +een lijst van tekens, bereiken of complementaties kan bevatten. Zie +\fBglob\fP(7) voor gedetailleerde informatie over het gebruik van +glob\-patronen. Merk op dat het mogelijk is dat de huidige implementatie meer +mappen en symbolische koppelingen terug toevoegt dan nodig is. Dit is om op +veilig te spelen en mogelijke mislukkingen bij het uitpakken te +vermijden. In de toekomst kan eraan gewerkt worden om dit te verbeteren. + +Dit kan gebruikt worden om alle paden te verwijderen op enkele specifieke +paden na. Een typische casus is: + +.nf +\fB\-\-path\-exclude=/usr/share/doc/*\fP +\fB\-\-path\-include=/usr/share/doc/*/copyright\fP +.fi + +om alle documentatiebestanden op de copyrightbestanden na te verwijderen. + +Deze twee opties kunnen meermaals opgegeven en afwisselend ingevoegd +worden. Ze worden allebei in de opgegeven volgorde verwerkt, waarbij de +laatste regel die een overeenkomst met een bestandsnaam oplevert, de +uiteindelijke beslissing geeft. + +De filters worden toegepast bij het uitpakken van de binaire pakketten en +hebben als zodanig enkel weet van het type object dat op dat ogenblik +gefilterd wordt (bijv. een gewoon bestand of een map) en hebben geen zicht +op welke objecten nadien zullen komen. Omdat deze filters neveneffecten +hebben (in tegenstelling tot \fBfind\fP(1)\-filters), zal het uitsluiten van een +exacte padnaam, die toevallig een map\-object, zoals \fI/usr/share/doc\fP, +blijkt te zijn, niet het gewenste effect hebben en zal enkel die padnaam +uitgesloten worden (die automatisch terug toegevoegd kan worden als de code +dit noodzakelijk acht). Van alle erop volgende bestanden die zich in die +mappen bevinden, zal het uitpakken mislukken. + +Suggestie: zorg ervoor dat de glob\-patronen niet weggewerkt worden door uw +shell. +.TP +\fB\-\-verify\-format\fP\fI naam\-van\-indeling\fP +Stelt de indeling in van de uitvoer van het commando \fB\-\-verify\fP (sinds dpkg +1.17.2). + +Momenteel is \fBrpm\fP de enige ondersteunde indeling van de uitvoer. Ze +bestaat uit een regel voor elk pad waarvoor een toets mislukte. De regels +beginnen met 9 tekens om van iedere specifieke toets het resultaat te +rapporteren, waarbij een ‘\fB?\fP’ betekent dat de toets niet uitgevoerd kon +worden (ontbrekende ondersteuning, bestandspermissies, enz.), een ‘\fB.\fP’ +betekent dat de toets slaagde en een alfanumeriek teken betekent dat een +specifieke toets mislukte. Een mislukte toets van de md5\-controlesom (de +inhoud van het bestand werd gewijzigd) wordt aangegeven met een ‘\fB5\fP’ op de +plaats van het derde teken. De regel wordt gevolgd door een spatie en een +attribuutteken (momenteel ‘\fBc\fP’ voor conffiles (configuratiebestanden)), +nog een spatie en de padnaam. +.TP +\fB\-\-status\-fd \fP\fIn\fP +Status\- en voortgangsinformatie die leesbaar is voor machines naar +bestandsindicator \fIn\fP sturen. Deze optie kan meermaals opgegeven +worden. Meestal wordt de informatie met één item per regel weergegeven in +een van de volgende vormen: +.RS +.TP +\fBstatus: \fP\fIpakket\fP\fB: \fP\fIstatus\fP +De status van het pakket wijzigde. \fIstatus\fP is zoals in het statusbestand. +.TP +\fBstatus: \fP\fIpakket\fP\fB : error : \fP\fIomstandig\-foutbericht\fP +Er trad een fout op. Eventuele regeleindes in het \fIomstandig\-foutbericht\fP +zullen voor de uitvoer omgezet worden naar spaties. +.TP +\fBstatus: \fP\fIbestand\fP\fB : conffile\-prompt : '\fP\fIecht\-oud\fP\fB' '\fP\fIecht\-nieuw\fP\fB' \fP\fIdoor\-gebruiker\-bewerkt\fP\fB \fP\fIdoor\-distributie\-bewerkt\fP +Er wordt een vraag in verband met een conffile (configuratiebestand) gesteld +aan de gebruiker. +.TP +\fBprocessing: \fP\fIfase\fP\fB: \fP\fIpakket\fP +Verzonden juist voor het begin van een verwerkingsfase. \fIfase\fP is een van +de volgende: \fBupgrade\fP, \fBinstall\fP (beide verzonden voor het uitpakken), +\fBconfigure\fP, \fBtrigproc\fP, \fBdisappear\fP, \fBremove\fP, \fBpurge\fP. +.RE +.TP +\fB\-\-status\-logger\fP=\fIcommando\fP +Door een machine te lezen informatie over pakketstatus en voortgang +versturen naar de standaardinvoer van het shell\-commando \fIcommando\fP dat via +\*(lqsh \-c\*(rq moet uitgevoerd worden (sinds dpkg 1.16.0). Deze optie kan +meermaals opgegeven worden. De indeling van de uitvoer is dezelfde als bij +\fB\-\-status\-fd\fP. +.TP +\fB\-\-log=\fP\fIbestandsnaam\fP +Updates van toestandswijzigingen en acties loggen in \fIbestandsnaam\fP in +plaats van in het standaardlogbestand \fI%LOGDIR%/dpkg.log\fP. Indien deze +optie meerdere keren opgegeven wordt, wordt de laatst opgegeven bestandsnaam +gebruikt. Log\-berichten zijn in de volgende vorm: +.RS +.TP +YYYY\-MM\-DD HH:MM:SS \fBstartup\fP \fItype\fP \fIcommando\fP +Voor elke aanroep van dpkg waarbij \fItype\fP ofwel \fBarchives\fP (met een +\fIcommando\fP \fBunpack\fP of \fBinstall\fP) is ofwel \fBpackages\fP (met een +\fIcommando\fP \fBconfigure\fP, \fBtriggers\-only\fP, \fBremove\fP of \fBpurge\fP). +.TP +YYYY\-MM\-DD HH:MM:SS \fBstatus\fP \fItoestand\fP \fIpkt\fP \fIgeïnstalleerde\-versie\fP +Voor updates van toestandswijzigingen. +.TP +YYYY\-MM\-DD HH:MM:SS \fIactie\fP \fIpkt\fP \fIgeïnstalleerde\-versie\fP \fIbeschikbare\-versie\fP +Voor acties waarbij \fIactie\fP een van de volgende is: \fBinstall\fP, \fBupgrade\fP, +\fBconfigure\fP, \fBtrigproc\fP, \fBdisappear\fP, \fBremove\fP of \fBpurge\fP. +.TP +YYYY\-MM\-DD HH:MM:SS \fBconffile\fP \fIbestandsnaam\fP \fIbeslissing\fP +Voor conffile\-wijzigingen (wijzigingen aan een configuratiebestand) waarbij +\fIbeslissing\fP ofwel \fBinstall\fP ofwel \fBkeep\fP is. +.RE +.TP +\fB\-\-no\-pager\fP +Schakelt het gebruik van een pagineringsprogramma uit bij het weergeven van +informatie (sinds dpkg 1.19.2). +.TP +\fB\-\-no\-debsig\fP +Niet proberen pakket\-ondertekeningen te verifiëren. +.TP +\fB\-\-no\-triggers\fP +In deze doorloop geen triggers uitvoeren (sinds dpkg 1.14.17), maar +activeringen blijven wel opgetekend worden. Indien het gebruikt wordt in +combinatie met \fB\-\-configure\fP \fIpakket\fP of \fB\-\-triggers\-only\fP \fIpakket\fP, dan +zullen de postinst\-scripts van het vermelde pakket nog steeds uitgevoerd +worden, zelfs als enkel nog het uitvoeren van triggers dient te +gebeuren. Het gebruik van deze optie kan pakketten achterlaten in een +ongepaste toestand van \fBtriggers\-awaited\fP en \fBtriggers\-pending\fP. Dit kan +later gerepareerd worden door \fBdpkg \-\-configure \-\-pending\fP uit te voeren. +.TP +\fB\-\-triggers\fP +Annuleert een eerder gegeven \fB\-\-no\-triggers\fP (sinds dpkg 1.14.17). +. +.SH AFSLUITSTATUS +.TP +\fB0\fP +De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd. Of een commando dat een toets +of een assertie verrichtte gaf waar als resultaat. +.TP +\fB1\fP +Een commando dat een toets of een assertie verrichtte gaf onwaar als +resultaat. +.TP +\fB2\fP +Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de +commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de +database, het toewijzen van geheugen, enz. +. +.SH OMGEVING +.SS "Externe omgeving" +.TP +\fBPATH\fP +Er wordt verwacht dat deze variabele in de omgeving gedefinieerd wordt en de +systeempaden aangeeft waar verschillende noodzakelijke programma's gevonden +kunnen worden. Indien deze variabele niet ingesteld is of de programma's +niet gevonden kunnen worden, zal \fBdpkg\fP afbreken. +.TP +\fBHOME\fP +Indien de variabele ingesteld is, zal \fBdpkg\fP hem gebruiken als de map waar +het gebruikersspecifieke configuratiebestand kan gelezen worden. +.TP +\fBTMPDIR\fP +Indien de variabele ingesteld is, zal \fBdpkg\fP hem gebruiken als de map +waarin tijdelijke bestanden en mappen kunnen aangemaakt worden. +.TP +\fBSHELL\fP +Het programma dat \fBdpkg\fP zal uitvoeren bij het starten van een nieuwe +interactieve shell of bij het voortbrengen van een commando via een shell. +.TP +\fBPAGER\fP +.TQ +\fBDPKG_PAGER\fP +Het programma dat \fBdpkg\fP zal uitvoeren als het een pagineringsprogramma +gebruikt, bijvoorbeeld voor het tonen van de verschillen tussen de +configuratiebestanden. Indien \fBSHELL\fP niet ingesteld is, dan zal «\fBsh\fP» +gebruikt worden. \fBDPKG_PAGER\fP overschrijft de omgevingsvariabele \fBPAGER\fP +(sinds dpkg 1.19.2). +.TP +\fBDPKG_COLORS\fP +Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt +mogen worden zijn: \fBauto\fP (standaard), \fBalways\fP en \fBnever\fP. +.TP +\fBDPKG_FORCE\fP +Stelt de forceer\-vlaggen in (sinds dpkg 1.19.5). Indien deze variabele +aanwezig is, zullen geen ingebouwde forceer\-standaardwaarden toegepast +worden. Indien de variabele aanwezig, maar leeg is, zullen alle +forceer\-vlaggen gedeactiveerd worden. +.TP +\fBDPKG_FRONTEND_LOCKED\fP +Ingesteld door een frontend voor pakketbeheer om dpkg te informeren dat het +de frontendgrendel niet mag bemachtigen (since dpkg 1.19.1). +.SS "Interne omgeving" +.TP +\fBLESS\fP +Ingeval dit niet reeds ingesteld is, wordt dit door \fBdpkg\fP als “\fB\-FRSXMQ\fP” +gedefinieerd bij het voortbrengen van een pagineringsprogramma (sinds dpkg +1.19.2). Om dit standaardgedrag aan te passen kan deze variabele vooraf +ingesteld worden op een andere waarde, met inbegrip van een lege tekenreeks, +of kunnen de variabelen \fBPAGER\fP of \fBDPKG_PAGER\fP ingesteld worden om +specifieke opties uit te schakelen met «\fB\-+\fP», bijvoorbeeld +\fBDPKG_PAGER="less \-+F"\fP. +.TP +\fBDPKG_ROOT\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP in de omgeving van het pakketonderhouderscript om +aan te geven op welke installatie gewerkt moet worden (sinds dpkg +1.18.5). Het is de bedoeling dat deze waarde vooraan toegevoegd wordt aan +elk pad waarop scripts van de pakketonderhouder ageren. Tijdens een normale +operatie is deze variabele leeg. Indien pakketten geïnstalleerd worden in +een afwijkende \fBinstdir\fP (installatiemap), zal \fBdpkg\fP de scripts van de +pakketonderhouder normaal uitvoeren met behulp van \fBchroot\fP(2) en deze +variabele leeg laten, maar indien \fB\-\-force\-script\-chrootless\fP opgegeven +werd, wordt het aanroepen van \fBchroot\fP(2) overgeslagen en is \fBinstdir\fP +niet leeg. +.TP +\fBDPKG_ADMINDIR\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder om aan te geven welke map gebruikt moet worden om \fBdpkg\fP +te beheren (sinds dpkg 1.16.0). Deze variabele wordt steeds ingesteld op de +huidige waarde van \fB\-\-admindir\fP. +.TP +\fBDPKG_FORCE\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van de subprocessen voor alle +momenteel geactiveerde forceer\-optienamen, gescheiden door komma's (sinds +dpkg 1.19.5). +.TP +\fBDPKG_SHELL_REASON\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP in de shell die door de conffile\-prompt (een vraag +in verband met de configuratie) geactiveerd wordt met het oog op het +onderzoeken van de situatie (sinds dpkg 1.15.6). Momenteel is de geldige +waarde: \fBconffile\-prompt\fP. +.TP +\fBDPKG_CONFFILE_OLD\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP in de shell die door de conffile\-prompt (een vraag +in verband met de configuratie) geactiveerd wordt om de situatie te +onderzoeken (sinds dpkg 1.15.6). Bevat het pad naar de oude conffile +(configuratiebestand). +.TP +\fBDPKG_CONFFILE_NEW\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP in de shell die door de conffile\-prompt (een vraag +in verband met de configuratie) geactiveerd wordt om de situatie te +onderzoeken (sinds dpkg 1.15.6). Bevat het pad naar de nieuwe conffile +(configuratiebestand). +.TP +\fBDPKG_HOOK_ACTION\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP in de shell die geactiveerd wordt bij het +uitvoeren van een uitbreiding (hook) (sinds dpkg 1.15.4). Bevat de huidige +actie van \fBdpkg\fP. +.TP +\fBDPKG_RUNNING_VERSION\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder als de versie van het exemplaar van \fBdpkg\fP dat momenteel +uitgevoerd wordt (sinds dpkg 1.14.17). +.TP +\fBDPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder als de naam van het pakket (zonder +architectuurkwalificatie) dat behandeld wordt (sinds dpkg 1.14.17). +.TP +\fBDPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE_REFCOUNT\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder als het pakketreferentieaantal, d.w.z. het aantal +pakketexemplaren met een status groter dan \fBnot\-installed\fP +(niet\-geïnstalleerd) (sinds dpkg 1.17.2). +.TP +\fBDPKG_MAINTSCRIPT_ARCH\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder als de architectuur waarvoor het pakket gebouwd werd +(sinds dpkg 1.15.4). +.TP +\fBDPKG_MAINTSCRIPT_NAME\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder als de naam van het script dat uitgevoerd wordt. Dit is +een van de volgende: \fBpreinst\fP, \fBpostinst\fP, \fBprerm\fP of \fBpostrm\fP (sinds +dpkg 1.15.7). +.TP +\fBDPKG_MAINTSCRIPT_DEBUG\fP +Gedefinieerd door \fBdpkg\fP binnen de omgeving van het script van de +pakketonderhouder als de waarde (‘\fB0\fP’ of ‘\fB1\fP’), waarmee nota genomen +wordt van het feit of debuggen aangevraagd werd (met de optie \fB\-\-debug\fP) +voor de scripts van de pakketonderhouder (sinds dpkg 1.18.4). +. +.SH BESTANDEN +.TP +\fI%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg.d/[0\-9a\-zA\-Z_\-]*\fP +Bestanden met configuratiefragmenten (sinds dpkg 1.15.4). +.TP +\fI%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg\fP +Configuratiebestand met standaardopties. +.TP +\fI%LOGDIR%/dpkg.log\fP +Standaard logbestand (zie \fI%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg\fP en de optie \fB\-\-log\fP). +.P +De andere bestanden worden hieronder weergegeven in hun standaardmap. Zie de +optie \fB\-\-admindir\fP om te weten hoe u de locatie van deze bestanden kunt +wijzigen. +.TP +\fI%ADMINDIR%/available\fP +Lijst van beschikbare pakketten. +.TP +\fI%ADMINDIR%/status\fP +Status van de beschikbare pakketten. Dit bestand bevat informatie over het +feit of een pakket al dan niet gemarkeerd werd om verwijderd te worden, of +het al dan niet geïnstalleerd is, enz. Zie het onderdeel \fBINFORMATIE OVER +PAKKETTEN\fP voor meer informatie. + +Dagelijks wordt een reservekopie van het statusbestand gemaakt in +\fI/var/backups\fP. Die kan nuttig zijn mocht het bestand verloren gegaan zijn +of beschadigd ten gevolge van problemen met het bestandssysteem. +.P +De indeling en de inhoud van een binair pakket worden beschreven in +\fBdeb\fP(5). +. +.SH BUGS +\fB\-\-no\-act\fP geeft gewoonlijk minder informatie dan nuttig kan zijn. +. +.SH VOORBEELDEN +Om de geïnstalleerde pakketten op te sommen die verband houden met de editor +\fBvi\fP(1) (merk op dat \fBdpkg\-query\fP standaard niet langer het bestand +\fIavailable\fP laadt en dat in de plaats daarvan daarvoor de optie +\fBdpkg\-query\fP \fB\-\-load\-avail\fP gebruikt moet worden): +.br + \fBdpkg \-l '*vi*'\fP +.br + +Om de items uit \fI%ADMINDIR%/available\fP over twee pakketten te zien: +.br + \fBdpkg \-\-print\-avail elvis vim | less\fP +.br + +Om zelf in de lijst van pakketten te zoeken: +.br + \fBless %ADMINDIR%/available\fP +.br + +Om een geïnstalleerde pakket elvis te verwijderen: +.br + \fBdpkg \-r elvis\fP +.br + +Om een pakket te installeren moet u het eerst zoeken in een archief of op +een CD. Het bestand \fIavailable\fP laat zien dat het pakket vim zich in de +sectie \fBeditors\fP bevindt: +.br + \fBcd /media/cdrom/pool/main/v/vim\fP + \fBdpkg \-i vim_4.5\-3.deb\fP +.br + +Om een lokale kopie te maken van de pakketselectietoestand: +.br + \fBdpkg \-\-get\-selections >myselections\fP +.br + +U zou dit bestand kunnen overbrengen naar een andere computer en nadat u +daar het bestand \fIavailable\fP bijgewerkt hebt met het frontend voor +pakketbeheer van uw voorkeur (zie https://wiki.debian.org/Teams/Dpkg/FAQ +voor meer details), bijvoorbeeld: +.br + \fBapt\-cache dumpavail | dpkg \-\-merge\-avail\fP +.br +of met dpkg 1.17.6 of vroegere versies: +.br + \fBavail=`mktemp`\fP + \fBapt\-cache dumpavail >"$avail"\fP + \fBdpkg \-\-merge\-avail "$avail"\fP + \fBrm "$avail"\fP +.br +kunt u het installeren met: +.br + \fBdpkg \-\-clear\-selections\fP + \fBdpkg \-\-set\-selections <myselections\fP +.br + +Merk op dat dit eigenlijk niet echt iets installeert of verwijdert, maar +enkel de selectiestatus voor de gevraagde pakketten instelt. U heeft een +andere toepassing nodig om de gevraagde pakketten echt te downloaden en te +installeren. Voer bijvoorbeeld \fBapt\-get dselect\-upgrade\fP uit. + +U zult ondervinden dat \fBdselect\fP(1) gewoonlijk een meer comfortabele manier +biedt om de selectiestatus van pakketten te wijzigen. +.br +. +.SH "BIJKOMENDE FUNCTIONALITEIT" +U kunt bijkomende functionaliteit verkrijgen door het installeren van elk +van de volgende pakketten: \fBapt\fP, \fBaptitude\fP en \fBdebsums\fP. +. +.SH "ZIE OOK" +.ad l +\fBaptitude\fP(1), \fBapt\fP(1), \fBdselect\fP(1), \fBdpkg\-deb\fP(1), \fBdpkg\-query\fP(1), +\fBdeb\fP(5), \fBdeb\-control\fP(5), \fBdpkg.cfg\fP(5), en \fBdpkg\-reconfigure\fP(8). +. +.SH AUTEURS +Zie \fI%PKGDOCDIR%/THANKS\fP voor een lijst van mensen die bijgedragen hebben +aan \fBdpkg\fP. |