summaryrefslogtreecommitdiffstats
path: root/man/nl/update-alternatives.pod
diff options
context:
space:
mode:
authorDaniel Baumann <daniel.baumann@progress-linux.org>2024-04-27 09:40:31 +0000
committerDaniel Baumann <daniel.baumann@progress-linux.org>2024-04-27 09:40:31 +0000
commitb86570f63e533abcbcb97c2572e0e5732a96307b (patch)
treecabc83be691530ae685c45a8bc7620ccc0e1ebdf /man/nl/update-alternatives.pod
parentInitial commit. (diff)
downloaddpkg-b86570f63e533abcbcb97c2572e0e5732a96307b.tar.xz
dpkg-b86570f63e533abcbcb97c2572e0e5732a96307b.zip
Adding upstream version 1.20.13.upstream/1.20.13upstream
Signed-off-by: Daniel Baumann <daniel.baumann@progress-linux.org>
Diffstat (limited to '')
-rw-r--r--man/nl/update-alternatives.pod548
1 files changed, 548 insertions, 0 deletions
diff --git a/man/nl/update-alternatives.pod b/man/nl/update-alternatives.pod
new file mode 100644
index 0000000..6fe0e93
--- /dev/null
+++ b/man/nl/update-alternatives.pod
@@ -0,0 +1,548 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+update-alternatives - symbolische koppelingen onderhouden welke
+standaardcommando's bepalen
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<update-alternatives> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<update-alternatives> creëert, verwijdert, onderhoudt en toont informatie
+over de symbolische koppelingen die het Debian systeem van alternatieven
+vormen.
+
+Het is mogelijk dat verschillende programma's die dezelfde of vergelijkbare
+functies vervullen, op hetzelfde moment op hetzelfde systeem geïnstalleerd
+zijn. Op veel systemen zijn bijvoorbeeld tezelfdertijd meerdere teksteditors
+geïnstalleerd. Dit biedt de gebruikers van een systeem keuzemogelijkheden en
+laat iedere gebruiker toe desgewenst een andere editor te gebruiken. Maar
+het maakt het ook moeilijk voor een programma om een goede keuze te maken
+betreffende de op te starten editor indien de gebruiker geen specifieke
+voorkeur opgegeven heeft.
+
+Debian's systeem van alternatieven is erop gericht dit probleem op te
+lossen. Een algemene naam in het bestandssysteem wordt onderling gedeeld
+door alle bestanden die inwisselbare functionaliteit bieden. Het systeem van
+alternatieven samen met de systeembeheerder bepalen naar welk effectief
+bestand door deze algemene naam verwezen wordt. Indien bijvoorbeeld zowel de
+editor B<ed>(1) als B<nvi>(1) op het systeem geïnstalleerd zijn, zal het
+systeem van alternatieven er voor zorgen dat de algemene naam
+I</usr/bin/editor> standaard naar I</usr/bin/nvi> verwijst. De
+systeembeheerder kan dit aanpassen en hem in plaats daarvan naar
+I</usr/bin/ed> doen verwijzen. In dat geval zal het alternatievensysteem
+deze instelling niet wijzigen totdat het er expliciet om gevraagd wordt.
+
+De algemene naam is geen rechtstreekse symbolische koppeling naar het
+geselecteerde alternatief. Hij is eerder een symbolische koppeling naar een
+naam in de I<map> I<alternatives> die op zijn beurt een symbolische
+koppeling is naar het eigenlijke bestand waarnaar verwezen wordt. Dit wordt
+gedaan zodat de wijzigingen van de systeembeheerder beperkt kunnen blijven
+tot de map I<%CONFDIR%>: de FHS (zie aldaar) legt uit waarom dit een goede
+zaak is.
+
+Bij het installeren, wijzigen of verwijderen van elk pakket dat een bestand
+met een bepaalde functionaliteit levert, wordt B<update-alternatives>
+aangeroepen om informatie over dat bestand in het systeem voor alternatieven
+bij te werken. B<update-alternatives> wordt gewoonlijk aangeroepen vanuit de
+volgende scripts van de Debian pakketbeheerder, B<postinst> (configure) om
+het alternatief te installeren en vanuit B<prerm> en B<postrm> (remove) om
+het alternatief te verwijderen. B<Opmerking:> In de meeste (zo niet alle)
+gevallen mogen geen andere acties van beheerderscripts
+B<update-alternatives> aanroepen, in het bijzonder B<upgrade> en
+B<disappear> niet, aangezien elke andere dergelijke actie de handmatige
+status van een alternatief kan verloren laten gaan, of het alternatief
+tijdelijk kan laten heen en weer schakelen, of volledig laten overschakelen
+wanneer meerdere van hen dezelfde prioriteit hebben.
+
+Het is dikwijls nuttig om een aantal alternatieven te synchroniseren, zodat
+ze als groep aangepast worden. Als er bijvoorbeeld verschillende versies van
+de editor B<vi>(1) geïnstalleerd zijn, moet de man-pagina waarnaar verwezen
+wordt door I</usr/share/man/man1/vi.1> overeenkomen met het uitvoerbaar
+programma waarnaar door I</usr/bin/vi> verwezen
+wordt. B<update-alternatives> handelt dit af met behulp van I<master>
+(hoofd-) en I<slave> (secundaire of slaaf-) koppelingen. Als de
+hoofdkoppeling gewijzigd wordt, worden eventuele ermee verband houdende
+secundaire koppelingen ook gewijzigd. Een hoofdkoppeling en zijn ermee
+verbonden secundaire koppelingen vormen samen een I<link> I<group>
+(koppelingengroep).
+
+Elke koppelingengroep bevindt zich op gelijk welk moment in de tijd in één
+van twee modi: automatische modus of manuele modus. Als een groep zich in
+automatische modus bevindt, dan zal wanneer pakketten geïnstalleerd of
+verwijderd worden, het alternatievensysteem automatisch beslissen of en hoe
+de koppelingen bijgewerkt moeten worden. In de manuele modus zal het
+alternatievensysteem de keuze van de systeembeheerder behouden en vermijden
+om de koppelingen te wijzigen (behalve wanneer iets defect is).
+
+Een koppelingengroep bevindt zich in de automatische modus als die voor het
+eerst op het systeem geïntroduceerd wordt. Indien de systeembeheerder aan de
+automatische instellingen van het systeem veranderingen aanbrengt, zal dit
+de volgende keer dat B<update-alternatives> uitgevoerd wordt op de groep van
+de gewijzigde koppeling, opgemerkt worden en de groep zal automatisch
+omgeschakeld worden naar manuele modus.
+
+Aan elk alternatief is een I<prioriteit> gekoppeld. Als een koppelingengroep
+zich in de automatische modus bevindt, dan zijn het de alternatieven met de
+hoogste prioriteit waarnaar verwezen zal worden door leden van die groep.
+
+Als de optie B<--config> gebruikt wordt, zal B<update-alternatives> een
+lijst geven met al de keuzemogelijkheden voor de koppelingengroep waarvan de
+opgegeven I<naam> de naam is van het hoofdalternatief. De huidige keuze
+wordt gemarkeerd met een‘*’. Daarna zult u gevraagd worden naar uw keuze
+voor deze koppelingengroep. Afhankelijk van de gemaakte keuze, kan het zijn
+dat de koppelingengroep niet langer in de modus I<auto> (automatische modus)
+verkeert. U zult de optie B<--auto> moeten gebruiken om terug te keren naar
+de automatische modus (of u kunt B<--config> opnieuw uitvoeren en het item
+selecteren dat als automatisch gemarkeerd staat).
+
+Indien u op een niet-interactieve manier wilt configureren, kunt u in de
+plaats daarvan de optie B<--set> gebruiken (zie hierna).
+
+Verschillende pakketten die hetzelfde bestand leveren, moeten dat B<op een
+coöperatieve manier> doen. Het gebruik van B<update-alternatives> is met
+andere woorden in dergelijke gevallen B<verplicht> voor alle betrokken
+pakketten. Het is niet mogelijk om een bepaald bestand uit een pakket te
+vervangen dat geen gebruik maakt van het B<update-alternatives> mechanisme.
+
+=head1 TERMINOLOGIE
+
+Aangezien de activiteit van B<update-alternatives> behoorlijk ingewikkeld
+is, kunnen een aantal specifieke termen helpen bij het verduidelijken van
+zijn werking.
+
+=over
+
+=item algemene naam (of alternatievenkoppeling)
+
+Een naam, zoals I</usr/bin/editor>, die via het systeem van alternatieven
+verwijst naar één of een aantal bestanden met een gelijkaardige functie.
+
+=item alternatief-naam
+
+De naam van een symbolische koppeling in de map alternatives.
+
+=item alternatief (of alternatief-pad)
+
+De naam van een specifiek bestand in het bestandssysteem, dat met behulp van
+het alternatievensysteem via een algemene naam benaderbaar gemaakt kan
+worden.
+
+=item alternatievenmap
+
+Een map, standaard I<%CONFDIR%/alternatives>, die de symbolische koppelingen
+bevat.
+
+=item administratieve map
+
+Een map, standaard I<%ADMINDIR%/alternatives>, die de statusinformatie voor
+B<update-alternatives> bevat.
+
+=item koppelingengroep
+
+Een reeks symbolische koppelingen die met elkaar verband houden en waarvan
+het de bedoeling is dat ze als groep bijgewerkt worden.
+
+=item hoofdkoppeling (master link)
+
+De alternatievenkoppeling uit een koppelingengroep die bepaalt hoe de andere
+koppelingen uit de groep geconfigureerd worden.
+
+=item secundaire koppeling (of slaafkoppeling) (slave link)
+
+Een alternatievenkoppeling uit een koppelingengroep die gecontroleerd wordt
+door de instelling van de hoofdkoppeling.
+
+=item automatische modus
+
+Als een koppelingengroep zich in automatische modus bevindt, verzekert het
+alternatievensysteem dat de koppelingen uit de groep verwijzen naar het voor
+de groep passende alternatief met de hoogste prioriteit.
+
+=item manuele modus
+
+Als een koppelingengroep zich in manuele modus bevindt, zal het
+alternatievensysteem geen enkele wijziging aanbrengen aan de instellingen
+van de systeembeheerder.
+
+=back
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<--install> I<koppeling naam pad prioriteit> [B<--slave> I<koppeling naam
+pad>]...
+
+Een groep alternatieven toevoegen aan het systeem. I<koppeling> is de
+algemene naam voor de hoofdkoppeling. I<naam> is de naam van zijn
+symbolische koppeling in de alternatievenmap. I<pad> is het alternatief dat
+voor de hoofdkoppeling aangevoerd wordt. De argumenten na B<--slave> zijn de
+algemene naam, de naam van de symbolische koppeling in de alternatievenmap
+en het alternatief-pad van een slaaf-koppeling. Nul of meer
+B<--slave>-opties kunnen opgegeven worden. Elk van hen moet door drie
+argumenten gevolgd worden. Merk op dat het hoofdalternatief moet bestaan. Zo
+niet, dan zal de aanroep mislukken. Indien evenwel een slaaf-alternatief
+niet bestaat, dan zal de overeenkomstige slaaf-alternatievenkoppeling gewoon
+niet geïnstalleerd worden (er zal wel een waarschuwing gegeven
+worden). Indien een echt bestand geïnstalleerd is waar een
+alternatievenkoppeling geïnstalleerd moet worden, wordt dat behouden tenzij
+de optie B<--force> gebruikt wordt.
+
+Indien de opgegeven alternatief-naam reeds bestaat in de registers van het
+alternatievensysteem, dan zal de verstrekte informatie toegevoegd worden als
+een nieuwe reeks van alternatieven voor de groep. Anders zal een nieuwe
+groep in automatische modus toegevoegd worden met die informatie. Indien de
+groep zich in automatische modus bevindt en de pas toegevoegde alternatieven
+een grotere prioriteit hebben dan om het even welke andere geïnstalleerde
+alternatieven voor die groep, dan zullen de symbolische koppelingen
+bijgewerkt worden zodat ze verwijzen naar de pas toegevoegde alternatieven.
+
+=item B<--set> I<naam pad>
+
+Het programma I<pad> instellen als alternatief voor I<naam>. Dit is het
+equivalent voor B<--config>, maar het is non-interactief en dus bruikbaar in
+scripts.
+
+=item B<--remove> I<naam pad>
+
+Een alternatief en alle eraan gekoppelde secundaire (of slaaf-)koppelingen
+verwijderen. I<naam> is een naam in de alternatievenmap en I<pad> is een
+absolute bestandsnaam waaraan I<naam> gekoppeld zou kunnen zijn. Indien
+I<naam> inderdaad gekoppeld is aan I<pad>, dan wordt I<naam> bijgewerkt,
+zodat die verwijst naar een ander geschikt alternatief (en wordt de groep
+opnieuw in automatische modus geplaatst), of verwijderd als er geen
+dergelijk alternatief meer voorhanden is. Gelieerde slaafkoppelingen zullen
+navenant bijgewerkt of verwijderd worden. Indien de koppeling momenteel niet
+naar I<pad> verwijst, worden geen koppelingen gewijzigd. Enkel de informatie
+over het alternatief wordt dan verwijderd.
+
+=item B<--remove-all> I<naam>
+
+Alle alternatieven en alle ermee verbonden secundaire (of slaaf-)koppelingen
+verwijderen. I<naam> is een naam in de alternatievenmap.
+
+=item B<--all>
+
+B<--config> uitvoeren op alle alternatieven. Het kan nuttig zijn om dit te
+combineren met B<--skip-auto> om alle alternatieven te inspecteren en te
+configureren, die niet in automatische modus geconfigureerd zijn. Ook worden
+defecte alternatieven getoond. Een eenvoudige manier om alle defecte
+alternatieven te repareren is dus het aanroepen van B<yes '' |
+update-alternatives --force --all>.
+
+=item B<--auto> I<naam>
+
+De koppelingengroep achter het alternatief voor I<naam> omschakelen naar
+automatische modus. In dit proces worden de hoofdkoppeling en zijn
+slaafkoppelingen bijgewerkt zodat ze verwijzen naar de geïnstalleerde
+alternatieven met de hoogste prioriteit.
+
+=item B<--display> I<naam>
+
+Informatie over de koppelingengroep tonen. De getoonde informatie bevat de
+modus van de groep (auto of manueel), de hoofdkoppeling en de
+slaafkoppelingen, het alternatief waarnaar de hoofdkoppeling momenteel
+verwijst, de andere alternatieven die beschikbaar zijn (en hun
+overeenkomstige slaaf-alternatieven) en het momenteel geïnstalleerde
+alternatief met de hoogste prioriteit.
+
+=item B<--get-selections>
+
+Alle namen opsommen van de hoofdalternatieven (die welke een
+koppelingengroep controleren) en hun status (sinds versie 1.15.0). Elke
+regel kan tot 3 velden bevatten (door één of meer spaties van elkaar
+gescheiden). Het eerste veld is de naam van het alternatief. Het tweede is
+de status ervan (ofwel B<auto> ofwel B<manual>). Het laatste bevat het
+momenteel gekozen alternatief (let op: dit is een bestandsnaam en kan dus
+spaties bevatten).
+
+=item B<--set-selections>
+
+Op standaardinvoer configuratie voor alternatieven lezen in de door
+B<--get-selections> gegenereerde indeling en deze dienovereenkomstig
+herconfigureren(sinds versie 1.15.0).
+
+=item B<--query> I<naam>
+
+Informatie weergeven over de koppelingengroep zoals B<--display> dat doet,
+maar dan op een manier die door een machine ontleed kan worden (sinds versie
+1.15.0, zie hierna bij het onderdeel B<INDELING GEGEVENSOPVRAGING>).
+
+=item B<--list> I<naam>
+
+Alle doelen van de koppelingengroep weergeven.
+
+=item B<--config> I<naam>
+
+De beschikbare alternatieven voor een koppelingengroep tonen en de gebruiker
+toelaten om interactief te selecteren welke er gebruikt moet worden. De
+koppelingengroep wordt bijgewerkt.
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--altdir> I<map>
+
+Duidt de alternatievenmap aan als die anders dan de standaard moet
+zijn. Standaard is dit «I<%CONFDIR%/alternatives>».
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+Specificeert de administratieve map als die anders dan de standaard moet
+zijn. Standaard is deze «I<%ADMINDIR%/alternatives>»
+
+=item B<--instdir> I<map>
+
+Specificeert de installatiemap waar alternatievenkoppelingen gecreëerd
+zullen worden (sinds versie 1.20.1). Standaard is dat «».
+
+=item B<--root> I<map>
+
+Specificeert de basismap (sinds versie 1.20.1). Hiermee worden ook de
+alternatieven, installatie- en administratieve mappen aangepast. Standaard
+is deze «».
+
+=item B<--log> I<bestand>
+
+Duidt het logbestand aan (sinds versie 1.15.0) als dat anders dan de
+standaard (%LOGDIR%/alternatives.log) moet zijn.
+
+=item B<--force>
+
+Toestaan om een echt bestand te vervangen of te verwijderen dat
+geïnstalleerd is waar een alternatievenkoppeling geïnstalleerd of verwijderd
+moet worden.
+
+=item B<--skip-auto>
+
+Voor alternatieven die in automatische modus behoorlijk geconfigureerd zijn,
+de configuratievraag overslaan. Deze optie is enkel relevant in combinatie
+met B<--config> of B<--all>.
+
+=item B<--quiet>
+
+Geen commentaar genereren tenzij er zich fouten voordoen.
+
+=item B<--verbose>
+
+Meer commentaar genereren bij wat er gedaan wordt.
+
+=item B<--debug>
+
+Zelfs nog meer commentaar genereren bij wat er gedaan wordt, nuttig bij het
+debuggen (sinds versie 1.19.3).
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<2>
+
+Er deden zich problemen voor tijdens het ontleden van de commandoregel of
+het uitvoeren van de actie.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld is en de optie B<--admindir> niet opgegeven werd, zal
+dit gebruikt worden als de administratieve basismap.
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%CONFDIR%/alternatives/>
+
+De standaardmap voor alternatieven. Kan gewijzigd worden met de optie
+B<--altdir>.
+
+=item I<%ADMINDIR%/alternatives/>
+
+De standaardmap voor beheersdoeleinden. Kan gewijzigd worden met de optie
+B<--admindir>.
+
+=back
+
+=head1 INDELING GEGEVENSOPVRAGING
+
+De indeling die gebruikt wordt bij B<--query> is een RFC822-achtige vlakke
+indeling. Ze bestaat uit I<n> + 1 blokken, waarbij I<n> het aantal
+beschikbare alternatieven is uit de opgevraagde koppelingengroep. Het eerste
+blok bevat de volgende velden:
+
+=over
+
+=item B<Name:> I<naam>
+
+De naam van het alternatief in de alternatievenmap.
+
+=item B<Link:> I<koppeling>
+
+De algemene naam van het alternatief.
+
+=item B<Slaves:> I<lijst-van-slaven>
+
+Als dit veld aanwezig is, bevatten de B<volgende> regels alle
+slaaf-koppelingen die gelieerd zijn met de hoofdkoppeling van het
+alternatief. Per regel wordt één slaaf vermeld. Elke regel bevat één spatie,
+de algemene naam van het slaaf-alternatief, opnieuw een spatie en het pad
+naar de slaaf-koppeling.
+
+=item B<Status:> I<status>
+
+De status van het alternatief (B<auto> of B<manual>) (automatisch of
+manueel).
+
+=item B<Best:> I<beste-keuze>
+
+Het pad naar het beste alternatief voor deze koppelingengroep. Komt niet
+voor als er geen alternatieven beschikbaar zijn.
+
+=item B<Value:> I<momenteel-geselecteerd-alternatief>
+
+Het pad naar het momenteel geselecteerde alternatief. Het kan ook de
+magische waarde B<none> hebben. Die wordt gebruikt als de koppeling niet
+bestaat.
+
+=back
+
+De andere blokken geven de beschikbare alternatieven weer in de opgevraagde
+koppelingengroep:
+
+=over
+
+=item B<Alternative:> I<pad-van-dit-alternatief>
+
+Het pad naar het alternatief uit dit blok.
+
+=item B<Priority:> I<waarde-van-prioriteit>
+
+De prioriteitswaarde van dit alternatief.
+
+=item B<Slaves:> I<lijst-van-slaven>
+
+Als dit veld voorkomt, bevatten de B<volgende> regels alle
+slaaf-alternatieven die gelieerd zijn aan de hoofdkoppeling van het
+alternatief. Per slaaf wordt één regel gebruikt. Elke regel bevat één
+spatie, de algemene naam van het slaaf-alternatief, opnieuw een spatie en
+het pad naar het slaaf-alternatief.
+
+=back
+
+=head2 Voorbeeld
+
+ $ update-alternatives --query editor
+ Name: editor
+ Link: /usr/bin/editor
+ Slaves:
+ editor.1.gz /usr/share/man/man1/editor.1.gz
+ editor.fr.1.gz /usr/share/man/fr/man1/editor.1.gz
+ editor.it.1.gz /usr/share/man/it/man1/editor.1.gz
+ editor.pl.1.gz /usr/share/man/pl/man1/editor.1.gz
+ editor.ru.1.gz /usr/share/man/ru/man1/editor.1.gz
+ Status: auto
+ Best: /usr/bin/vim.basic
+ Value: /usr/bin/vim.basic
+
+ Alternative: /bin/ed
+ Priority: -100
+ Slaves:
+ editor.1.gz /usr/share/man/man1/ed.1.gz
+
+ Alternative: /usr/bin/vim.basic
+ Priority: 50
+ Slaves:
+ editor.1.gz /usr/share/man/man1/vim.1.gz
+ editor.fr.1.gz /usr/share/man/fr/man1/vim.1.gz
+ editor.it.1.gz /usr/share/man/it/man1/vim.1.gz
+ editor.pl.1.gz /usr/share/man/pl/man1/vim.1.gz
+ editor.ru.1.gz /usr/share/man/ru/man1/vim.1.gz
+
+=head1 DIAGNOSTIEK
+
+Als B<update-alternatives> gebruikt wordt met B<--verbose>, dan ratelt het
+onophoudelijk over zijn activiteiten op zijn standaard uitvoerkanaal. Indien
+er zich problemen voordoen, produceert B<update-alternatives> foutmeldingen
+op zijn standaard foutkanaal en geeft het een afsluitstatus 2 terug. Deze
+diagnostiek zou eenvoudig te verstaan moeten zijn. Mocht u dit niet vinden,
+gelieve dat dan als een bug te rapporteren.
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+Er zijn verschillende pakketten die een teksteditor leveren die compatibel
+is met B<vi>, bijvoorbeeld B<nvi> en B<vim>. Welke er gebruikt wordt, wordt
+geregeld door de koppelingengroep B<vi>, die koppelingen bevat naar het
+programma zelf en naar de ermee verband houdende man-pagina.
+
+Om weer te geven welke beschikbare pakketten B<vi> leveren en wat de huidige
+instelling ervoor is, gebruikt u de actie B<--display>:
+
+=over
+
+ update-alternatives --display vi
+
+=back
+
+Om een specifieke B<vi>-toepassing te kiezen, gebruikt u als
+systeembeheerder dit commando en vervolgens kiest u een nummer uit de lijst:
+
+=over
+
+ update-alternatives --config vi
+
+=back
+
+Om terug te keren naar een situatie waarbij de B<vi>-toepassing automatisch
+gekozen wordt, doet u als systeembeheerder dit:
+
+=over
+
+ update-alternatives --auto vi
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<ln>(1), FHS (the Filesystem Hierarchy Standard - de standaardisatie van
+bestandsorganisatie en mappenstructuur op unix-achtige systemen).
+