summaryrefslogtreecommitdiffstats
path: root/man/nl
diff options
context:
space:
mode:
Diffstat (limited to 'man/nl')
-rw-r--r--man/nl/deb-buildinfo.pod160
-rw-r--r--man/nl/deb-changelog.pod154
-rw-r--r--man/nl/deb-changes.pod132
-rw-r--r--man/nl/deb-conffiles.pod44
-rw-r--r--man/nl/deb-control.pod256
-rw-r--r--man/nl/deb-extra-override.pod46
-rw-r--r--man/nl/deb-md5sums.pod43
-rw-r--r--man/nl/deb-old.pod46
-rw-r--r--man/nl/deb-origin.pod68
-rw-r--r--man/nl/deb-override.pod46
-rw-r--r--man/nl/deb-postinst.pod63
-rw-r--r--man/nl/deb-postrm.pod74
-rw-r--r--man/nl/deb-preinst.pod56
-rw-r--r--man/nl/deb-prerm.pod60
-rw-r--r--man/nl/deb-shlibs.pod72
-rw-r--r--man/nl/deb-split.pod80
-rw-r--r--man/nl/deb-src-control.pod307
-rw-r--r--man/nl/deb-src-files.pod48
-rw-r--r--man/nl/deb-src-rules.pod66
-rw-r--r--man/nl/deb-src-symbols.pod212
-rw-r--r--man/nl/deb-substvars.pod155
-rw-r--r--man/nl/deb-symbols.pod85
-rw-r--r--man/nl/deb-triggers.pod70
-rw-r--r--man/nl/deb-version.pod76
-rw-r--r--man/nl/deb.pod62
-rw-r--r--man/nl/deb822.pod82
-rw-r--r--man/nl/dpkg-architecture.pod452
-rw-r--r--man/nl/dpkg-buildflags.pod566
-rw-r--r--man/nl/dpkg-buildpackage.pod532
-rw-r--r--man/nl/dpkg-checkbuilddeps.pod90
-rw-r--r--man/nl/dpkg-deb.pod242
-rw-r--r--man/nl/dpkg-distaddfile.pod76
-rw-r--r--man/nl/dpkg-divert.pod191
-rw-r--r--man/nl/dpkg-fsys-usrunmess.pod158
-rw-r--r--man/nl/dpkg-genbuildinfo.pod150
-rw-r--r--man/nl/dpkg-genchanges.pod200
-rw-r--r--man/nl/dpkg-gencontrol.pod134
-rw-r--r--man/nl/dpkg-gensymbols.pod206
-rw-r--r--man/nl/dpkg-maintscript-helper.pod200
-rw-r--r--man/nl/dpkg-mergechangelogs.pod83
-rw-r--r--man/nl/dpkg-name.pod108
-rw-r--r--man/nl/dpkg-parsechangelog.pod204
-rw-r--r--man/nl/dpkg-query.pod419
-rw-r--r--man/nl/dpkg-realpath.pod70
-rw-r--r--man/nl/dpkg-scanpackages.pod96
-rw-r--r--man/nl/dpkg-scansources.pod84
-rw-r--r--man/nl/dpkg-shlibdeps.pod247
-rw-r--r--man/nl/dpkg-source.pod573
-rw-r--r--man/nl/dpkg-split.pod202
-rw-r--r--man/nl/dpkg-statoverride.pod168
-rw-r--r--man/nl/dpkg-trigger.pod124
-rw-r--r--man/nl/dpkg-vendor.pod84
-rw-r--r--man/nl/dpkg.cfg.pod34
-rw-r--r--man/nl/dpkg.pod1021
-rw-r--r--man/nl/dsc.pod195
-rw-r--r--man/nl/dselect.cfg.pod34
-rw-r--r--man/nl/dselect.pod473
-rw-r--r--man/nl/start-stop-daemon.pod294
-rw-r--r--man/nl/update-alternatives.pod364
59 files changed, 10637 insertions, 0 deletions
diff --git a/man/nl/deb-buildinfo.pod b/man/nl/deb-buildinfo.pod
new file mode 100644
index 0000000..af85d79
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-buildinfo.pod
@@ -0,0 +1,160 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-buildinfo - Indeling van het Debian bouw-informatiebestand
+
+=head1 OVERZICHT
+
+I<bestandsnaam>B<.buildinfo>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Van elke bouw van een Debian broncodepakket kan de bouwinformatie opgeslagen worden in een controlebestand B<.buildinfo>, dat een aantal velden bevat volgens de indeling L<deb822(5)>.
+
+Ieder veld begint met een markering, zoals B<Source> of B<Binary> (niet hoofdlettergevoelig), gevolgd door een dubbele punt en de tekstinhoud van het veld (hoofdlettergevoelig tenzij anders vermeld). Velden worden enkel door veldmarkeringen begrensd. De tekstinhoud van het veld kan met andere woorden verschillende regels lang zijn, maar de installatiegereedschappen zullen bij het verwerken van de tekstinhoud de regels gewoonlijk samenvoegen (behalve in het geval van de multiregel-velden B<Binary-Only-Changes>, B<Installed-Build-Depends>, B<Environment>, B<Checksums-Md5>, B<Checksums-Sha1> en B<Checksums-Sha256>; zie hierna)
+
+De controle-data mogen ingesloten liggen in een OpenPGP-handtekening met ASCII-harnas volgens de specificatie RFC4880.
+
+De naam van het B<.buildinfo>-bestand is afhankelijk van het type bouw en is zo specifiek als nodig, maar niet meer. Voor een bouw die B<any> bevat, is de naam I<broncode-naam>B<_>I<binaire-versie>B<_>I<arch>B<.buildinfo>. In geval het een bouw betreft die B<all> bevat, is de naam I<broncode-naam>B<_>I<binaire-versie>B<_>B<all.buildinfo>. En in geval het een bouw betreft die B<source> bevat, is de naam I<broncode-naam>B<_>I<broncode-versie>B<_>B<source.buildinfo>.
+
+=head1 VELDEN
+
+=over
+
+=item B<Format:> I<indelingsversie> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld bepaalt de indelingsversie van het bestand. De syntaxis van de veldwaarde is een versienummer met een hoofdversie- en een onderversiecomponent. Wijzigingen aan de indeling die niet neerwaarts compatibel zijn, hebben een verhoging van het hoofdversienummer tot gevolg en neerwaarts compatibele veranderingen (zoals het toevoegen van extra velden) verhogen het onderversienummer. De huidige indelingsversie is B<1.0>.
+
+=item B<Source:> I<broncode-naam> [B<(>I<broncode-versie>B<)>] (verplicht)
+
+De naam van het broncodepakket. Indien de versie van het broncodepakket verschilt van de versie van het binaire pakket, dan zal de I<broncode-naam> gevolgd worden door een I<broncode-versie> tussen haakjes. Dit kan het geval zijn als de bouw gebeurt voor een uitsluitend binaire upload die niet door de onderhouder uitgevoerd wordt.
+
+=item B<Binary:> I<lijst-binaire-pakketten> (vereist in de context)
+
+Dit samengevouwen veld is een met een spatie gescheiden lijst van gebouwde binaire pakketten. Indien de bouw enkel de broncode betreft, dan wordt het veld weggelaten (sinds dpkg 1.20.0).
+
+=item B<Architecture:> I<arch-lijst> (verplicht)
+
+Dit veld met spaties als scheidingsteken, somt de architecturen op van de bestanden die momenteel gebouwd worden. Gebruikelijke architecturen zijn B<amd64>, B<armel>, B<i386>, enz. Merk op dat de waarde B<all> bedoeld is voor pakketten die architectuuronafhankelijk zijn. Indien ook de broncode voor het pakket gebouwd wordt, is ook de bijzondere vermelding B<source> aanwezig. Jokertekens voor architecturen mogen nooit voorkomen in de lijst.
+
+=item B<Version:> I<versie-tekenreeks> (verplicht)
+
+Gewoonlijk is dit het originele versienummer van het pakket, welke vorm de auteur van het programma er ook voor gebruikt. Het kan ook een Debian-revisienummer bevatten (voor niet uit Debian stammende pakketten). De exacte indeling en het sorteringsalgoritme worden beschreven in B<deb-version>(7).
+
+=item B<Binary-Only-Changes:>
+
+=item S< >I<changelog-item>
+
+Dit multiregel-veld bevat in voorkomend geval de samengevoegde tekst van het changelog-item voor een uitsluitend binaire upload die niet door de onderhouder uitgevoerd wordt (een binary-only non-maintainer upload - binNMU). Om van dit veld een geldig multiregel-veld te maken, worden lege regels vervangen door één enkel punt (‘.’) en springen alle regels in met één spatie. De exacte inhoud hangt af van de changelog-indeling.
+
+=item B<Checksums-Md5:> (verplicht)
+
+=item B<Checksums-Sha1:> (verplicht)
+
+=item B<Checksums-Sha256:> (verplicht)
+
+=item S< >I<controlesom> I<grootte> I<bestandsnaam>
+
+Deze multiregel-velden bevatten een lijst van bestanden met voor elk van hen een controlesom en een grootte. Deze velden hebben een identieke syntaxis en verschillen onderling enkel inzake het gebruikte algoritme voor de controlesom: MD5 voor B<Checksums-Md5>, SHA-1 voor B<Checksums-Sha1> en SHA-256 voor B<Checksums-Sha256>.
+
+De eerste regel van de veldwaarde (het deel dat op dezelfde regel staat als de door een dubbele punt gevolgde veldnaam) is steeds leeg. De inhoud van het veld wordt in de vervolgregels verwoord, één regel per bestand. Elke regel bestaat uit elementen die onderling door een spatie gescheiden zijn en het bestand beschrijven: zijn controlesom, zijn bestandsgrootte en zijn naam.
+
+Deze velden sommen alle bestanden die de bouw vormen.
+
+=item B<Build-Origin:> I<naam>
+
+De naam van de distributie waaruit dit pakket afkomstig is.
+
+=item B<Build-Architecture:> I<arch> (verplicht)
+
+De Debian-architectuur van de installatie waarin de pakketten gebouwd worden. Gebruikelijke architecturen zijn B<amd64>, B<armel>, B<i386>, enz.
+
+=item B<Build-Date:> I<bouwdatum>
+
+De datum waarop het pakket gebouwd werd. Hij moet dezelfde indeling hebben als de datum in een B<deb-changelog>(5)-item.
+
+=item B<Build-Kernel-Version:> I<bouwkernel-versie>
+
+De uitgave en de versie (in een niet-gespecificeerde indeling) van de kernel die op het bouwsysteem functioneert. Dit veld zal enkel aanwezig zijn als het bouwprogramma er expliciet om gevraagd heeft, om het eventueel weglekken van gevoelige informatie te voorkomen.
+
+=item B<Build-Path:> I<bouwpad>
+
+Het absoluut bouwpad, wat overeenkomt met de uitgepakte broncodeboom. Dit veld is enkel aanwezig als de leverancier het toegelaten heeft aan de hand van een patroonvergelijking om het eventueel weglekken van gevoelige informatie te voorkomen.
+
+Op Debian en zijn derivaten zullen enkel bouwpaden die beginnen met I</build/> aanleiding geven tot het aanmaken van dit veld.
+
+=item B<Build-Tainted-By:>
+
+=item S< >I<lijst-met-bezoedelingsredenen>
+
+Dit gevouwen veld bevat een niet-exhaustieve lijst, met spatie als scheidingsteken, van labels (samengesteld uit alfanumerieke tekens en gedachtestreepjes) met redenen die aanduiden waarom de huidige bouw bezoedeld werd (sinds dpkg 1.19.5).
+
+Op Debian en zijn derivaten kunnen de volgende reden-labels gegeven worden:
+
+=over
+
+=item B<merged-usr-via-aliased-dirs>
+
+Het systeem heeft een via aliassen samengevoegde map I</usr> (vroeger gekend als B<merged-usr-via-symlinks>). Dit sticht verwarring bij B<dpkg-query>, B<dpkg-statoverride>, B<dpkg-trigger>, B<update-alternatives> en elk ander hulpmiddel dat in zijn databank gebruik maakt van padnamen als sleutel, omdat het zorgt voor problemen met aliassen in het bestandssysteem en knoeit met het overzicht van het bestandssysteem dat B<dpkg> in zijn databank opgeslagen heeft. Met bouwsystemen die in de door hen gemaakte objecten gebruik maken van vaste padnamen naar specifieke uitvoerbare bestanden of bibliotheken, kan dit ook leiden tot pakketten die niet compatibel zijn met bestandssystemen zonder samengevoegde /usr-map.
+
+=item B<usr-local-has-configs>
+
+Het systeem bevat configuratiebestanden onder I</usr/local/etc>.
+
+=item B<usr-local-has-includes>
+
+Het systeem bevat kopbestanden onder I</usr/local/include>.
+
+=item B<usr-local-has-programs>
+
+Op het systeem staan programma's onder I</usr/local/bin> of I</usr/local/sbin>.
+
+=item B<usr-local-has-libraries>
+
+Het systeem bevat statische of gedeelde bibliotheken onder I</usr/local/lib>.
+
+=item B<can-execute-cross-built-programs>
+
+Het systeem kan voor andere platformen gebouwde programma's uitvoeren, hetzij rechtstreeks, hetzij via een emulatielaag.
+
+Sinds dpkg 1.21.10.
+
+=back
+
+=item B<Installed-Build-Depends:> (verplicht)
+
+=item S< >I<pakketlijst>
+
+De lijst van geïnstalleerde en geconfigureerde pakketten die van invloed kunnen zijn op het proces van het bouwen van het pakket.
+
+De lijst bestaat uit de naam van elk pakket, eventueel een architectuurkwalificatie voor andere architecturen, met een exacte versierestrictie, gescheiden door komma's.
+
+De lijst bevat alle essentiële pakketten, pakketten vermeld in velden B<Build-Depends>, B<Build-Depends-Arch>, B<Build-Depends-Indep> van de broncode, eventuele ingebouwde leveranciersspecifieke vereisten en al hun recursieve vereisten. Op Debian en zijn derivaten is de ingebouwde vereiste B<build-essential>.
+
+Waar het vereisten betreft die afkomstig zijn uit de controlevelden van de broncode, worden ook alle vereistenalternatieven in aanmerking genomen en alle pakketten die voorzien in de virtuele pakketten die vereist worden.
+
+=item B<Environment:>
+
+=item S< >I<variabelelijst>
+
+De lijst met omgevingsvariabelen waarvan bekend is dat zij het proces van het bouwen van het pakket beïnvloeden, waarbij elke variabele gevolgd wordt door een gelijkheidsteken (‘=’) en de waarde van de variabele tussen aanhalingstekens, wat dubbele aanhalingstekens (‘"’) moeten zijn, en waarbij de backslashes worden gemaskeerd (‘\\’).
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<deb822(5)>, B<deb-changes>(5), B<deb-version>(7), B<dpkg-genbuildinfo>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-changelog.pod b/man/nl/deb-changelog.pod
new file mode 100644
index 0000000..52050b8
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-changelog.pod
@@ -0,0 +1,154 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-changelog - indeling van het dpkg changelog-bestand van broncodepakketten
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/changelog>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Wijzigingen aan de ingepakte versie van een project worden in het changelog-bestand I<debian/changelog> toegelicht. Daar vallen in de broncode aangebrachte veranderingen ten opzichte van die van de toeleveraar onder, evenals andere wijzigingen en updates aan het pakket.
+
+De indeling van het bestand I<debian/changelog> laat het gereedschap voor het bouwen van pakketten toe om uit te zoeken welke versie van het pakket gebouwd wordt en om andere release-specifieke informatie te weten te komen.
+
+Deze indeling bestaat uit een reeks vermeldingen zoals deze:
+
+Z<>
+ I<pakket> (I<versie>) I<distributies>; I<metadata>
+ [optioneel (een) blanco regel(s), die gestript worden]
+ * I<informatie-over-de-veranderingen>
+ I<nog-informatie-over-de-aanpassingen>
+ [blanco regel(s), zichtbaar in de uitvoer van B<dpkg-parsechangelog>(1)]
+ * I<en-eventueel-nog-meer-wijzigingsinformatie>
+ [optioneel (een) blanco regel(s), die gestript worden]
+ -- I<naam-van-de-onderhouder> <I<e-mailadres>> I<datum>
+
+I<pakket> en I<versie> zijn de naam van het broncodepakket en zijn versienummer. I<versie> wordt begrensd door de haakjes U+00028 ‘B<(>’ en U+0029 ‘B<)>’.
+
+I<distributies> somt één of meer door een spatie van elkaar gescheiden distributies op waarin deze versie ondergebracht moet worden als ze geüpload wordt; dit wordt gekopieerd naar het veld B<Distribution> in het bestand I<.changes>. I<distributies> moet afgesloten worden door een puntkomma (U+003B ‘B<;>’).
+
+I<metadata> is een lijst items van het type I<trefwoord>=I<waarde> die onderling door een komma gescheiden worden. Elk trefwoord mag alleen mintekens en hoofdletterongevoelige alfanumerieke tekens bevatten, omdat ze moeten worden toegewezen aan B <deb822>(5)-veldnamen. De enige I<trefwoord>en die momenteel ondersteund worden door B<dpkg> zijn B<urgency> en B<binary-only>. De waarde van B<urgency> wordt gebruikt voor het B<Urgency>-veld in het I<.changes>-bestand voor de upload. B<binary-only> met als waarde B<yes> wordt gebruikt om aan te geven dat dit changelog-item betrekking heeft op een niet door de onderhouder gedane upload van uitsluitend het(de) binaire pakket(ten) (een automatisch opnieuw bouwen van het(de) binaire pakket(ten) met het changelog-item als enige aangebrachte wijziging).
+
+De informatie over de wijzigingen kan in feite om het even welk aantal regels beslaan die beginnen met minstens twee spaties (U+0020 B<SPACE>). Gewoonlijk begint men bij het beschrijven van een wijziging steeds met een asterisk, gevolgd door een spatie. Eventuele vervolgregels springen zo in dat ze uitgelijnd zijn met de tekst van de regel erboven. Als men dat wenst kunnen blanco regels gebruikt worden om groepen van veranderingen onderling te scheiden.
+
+Indien deze upload bugs oplost die vermeld staan in het bugvolgsysteem van de distributie, kunnen die automatisch gesloten worden op het ogenblik dat het pakket opgenomen wordt in het archief van de distributie, indien de tekenreeks:
+
+=over
+
+B<Closes: #>I<nnnnn>
+
+=back
+
+in de informatie over de wijziging, waarbij B<#>I<nnnnn> het bugnummer is. De exacte Perl reguliere expressie is:
+
+=over
+
+B</closes:\s*(?:bug)?\#?\s?\d+(?:,\s*(?:bug)?\#?\s?\d+)*/i>
+
+=back
+
+Dat wil zeggen dat de tekenreks moet bestaan uit het woord B<closes:> gevolgd door een door komma's gescheiden lijst met bugnummers. Bugnummers kunnen worden voorafgegaan door het woord B<bug> en/of een B<#>-teken, zoals in C<Closes: 42, bug#43, #44, bug 45>. De woorden B<closes:> en B<bug> zijn niet hoofdlettergevoelig. De lijst met bugnummers kan meerdere regels beslaan.
+
+Deze informatie wordt overgebracht via het veld B<Closes> in het bestand I<.changes>, waarbij, afhankelijk van de software voor archiefonderhoud, alle vermelde bugnummers automatisch gesloten kunnen worden.
+
+De naam van de onderhouder en het e-mailadres die in het changelog-bestand vermeld worden moeten betrekking hebben op de persoon die deze release van het pakket voorbereidde. Deze gegevens betreffen B<niet> noodzakelijk de persoon die het pakket uploadt of de persoon die het pakket gewoonlijk onderhoudt. De hier vermelde informatie wordt gekopieerd naar het veld B<Changed-By> in het bestand I<.changes> en zal later, wanneer de upload in het distributiearchief ondergebracht wordt, gebruikt worden voor het zenden van een kennisgeving.
+
+De I<datum> heeft de volgende indeling (compatibel met en met dezelfde betekenis als in RFC2822 en RFC5322, of hetgeen het commando «date -R» genereert):
+
+=over
+
+I<dag-van-de-week>B<,> I<dd> I<maand> I<jjjj> I<uu>B<:>I<mm>B<:>I<ss> B<+>I<zzzz>
+
+=back
+
+waarbij:
+
+=over
+
+=item I<dag-van-de-week>
+
+Een van volgende mogelijkheden is: B<Mon>, B<Tue>, B<Wed>, B<Thu>, B<Fri>, B<Sat>, B<Sun>.
+
+=item I<dd>
+
+Een uit een of twee cijfers bestaande dag van de maand (B<01>-B<31> is, waarbij de voorop staande nul facultatief is, maar gewoonlijk niet wordt weggelaten.
+
+=item I<maand>
+
+Een van volgende mogelijkheden is: B<Jan>, B<Feb>, B<Mar>, B<Apr>, B<May>, B<Jun>, B<Jul>, B<Aug>, B<Sep>, B<Oct>, B<Nov>, B<Dec>.
+
+=item I<jjjj>
+
+Een uit vier cijfers bestaande aanduiding van het jaar (bijv. 2010) is.
+
+=item I<uu>
+
+Een uit twee cijfers bestaande aanduiding van het uur (B<00>-B<23>) is.
+
+=item I<mm>
+
+Een uit twee cijfers bestaande aanduiding van de minuten (B<00>-B<59>) is.
+
+=item I<ss>
+
+Een uit twee cijfers bestaande aanduiding van de seconden (B<00>-B<60>) is.
+
+=item [B<+->]I<zzzz>
+
+De afwijking is van de tijdzone ten opzichte van de gecoördineerde wereldtijd (UTC). ‘B<+>’ geeft aan dat de tijd voorloopt op UTC (d.w.z. dat de tijdzone zich ten oosten van de nulmeridiaan bevindt) en ‘B<->’ geeft aan dat de tijd achterloopt op UTC (d.w.z. dat de tijdzone zich ten oosten van de nulmeridiaan bevindt). De eerste twee cijfers geven aan hoeveel uur het verschil bedraagt ten opzichte van UTC en de laatste twee hoeveel extra minuten het verschil is ten opzichte van UTC. De laatste twee cijfers moeten vallen binnen het bereik B<00>-B<59>.
+
+=back
+
+De eerste “titel”-regel met de naam van het pakket moet beginnen aan de linkermarge. De “volgende” regel met de gegevens over de onderhouder en de datum moet door exact één spatie voorafgegaan worden (U+0020 B<SPACE>). Tussen de informatie over de onderhouder en de datum moeten exact twee spaties staan (U+0020 B<SPACE>). Elk onderdeel van de I<datum> kan gescheiden worden door één of meer spaties (U+0020 B<SPACE>), behalve na de komma waar het gescheiden kan worden door nul of meer spaties (U+0020 B<SPACE>).
+
+Elke regel die volledig (d.w.z. zonder voorafgaande witruimte) bestaat uit commentaar in de vorm van B<#>- of B</* */> of RCS-trefwoorden.
+
+Modusregels van Vim of lokale variabelen van Emacs en oudere changelog-elementen met een andere indeling aan het einde van het bestand, moeten aanvaard worden en in de uitvoer behouden blijven, maar de inhoud ervan kan verder genegeerd worden en het ontleden kan op dat punt gestopt worden.
+
+Het volledige changelog-bestand moet in UTF-8 opgemaakt zijn.
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<debian/changelog>
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+ dpkg (1.17.18) unstable; urgency=low
+
+ [ Guillem Jover ]
+ * Handle empty minimum versions when initializing dependency versions,
+ as the code is mapping the minimum version 0 to '' to avoid outputting
+ useless versions. Regression introduced in dpkg 1.17.17. Closes: #764929
+
+ [ Updated programs translations ]
+ * Catalan (Guillem Jover).
+
+ [ Updated dselect translations ]
+ * Catalan (Guillem Jover).
+ * German (Sven Joachim).
+
+ -- Guillem Jover <guillem@debian.org> Sun, 12 Oct 2014 15:47:44 +0200
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb822>(5), B<deb-version>(7), B<deb-changes>(5), B<dpkg-parsechangelog>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-changes.pod b/man/nl/deb-changes.pod
new file mode 100644
index 0000000..8285e58
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-changes.pod
@@ -0,0 +1,132 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-changes - Indeling van het Debian changes-bestand
+
+=head1 OVERZICHT
+
+I<bestandsnaam>B<.changes>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Elke Debian-upload bestaat uit een controlebestand .changes, dat een aantal velden bevat in L<deb822(5)>-indeling.
+
+Ieder veld begint met een markering, zoals B<Source> of B<Binary> (niet hoofdlettergevoelig), gevolgd door een dubbele punt en de tekstinhoud van het veld (hoofdlettergevoelig tenzij anders vermeld. Velden worden enkel door veldmarkeringen begrensd. De tekstinhoud van het veld kan met andere woorden verschillende regels lang zijn, maar de installatiegereedschappen zullen bij het verwerken van de tekstinhoud de regels gewoonlijk samenvoegen (behalve voor de multiregel-velden B<Description>, B<Changes>, B<Files>, B<Checksums-Sha1> en B<Checksums-Sha256>; zie hierna)
+
+De controle-data mogen ingesloten liggen in een OpenPGP-handtekening met ASCII-harnas volgens de specificatie RFC4880.
+
+=head1 VELDEN
+
+=over
+
+=item B<Format:> I<indelingsversie> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld bepaalt de indelingsversie van het bestand. De syntaxis van de veldwaarde is een versienummer met een hoofdversie- en een onderversiecomponent. Wijzigingen aan de indeling die niet neerwaarts compatibel zijn, hebben een verhoging van het hoofdversienummer tot gevolg en neerwaarts compatibele veranderingen (zoals het toevoegen van extra velden) verhogen het onderversienummer. De huidige indelingsversie is B<1.8>.
+
+=item B<Date:> I<datum-van-uitgave> (verplicht)
+
+De datum waarop het pakket gebouwd werd of het laatst bewerkt. Hij moet in dezelfde indeling opgemaakt zijn als de datum in een B<deb-changelog>(5)-item.
+
+De waarde van dit veld wordt meestal gehaald uit het bestand I<debian/changelog>.
+
+=item B<Source:> I<broncode-naam> [B<(>I<broncode-versie>B<)>] (verplicht)
+
+De naam van het broncodepakket. Indien de versie van het broncodepakket verschilt van de versie van het binaire pakket, dan zal de I<broncode-naam> gevolgd worden door een I<broncode-versie> tussen haakjes. Dit kan het geval zijn als de upload een uitsluitend binaire upload is die niet door de onderhouder uitgevoerd wordt.
+
+=item B<Binary:> I<lijst-binaire-pakketten> (vereist in de context)
+
+Dit gevouwen veld is een lijst, met spatie als scheidingsteken, van binaire pakketten die geüpload moeten worden. Indien het een upload is van enkel broncode, dan wordt het veld weggelaten (sinds dpkg 1.19.3).
+
+=item B<Architecture:> I<arch-lijst>
+
+Somt de architecturen op van de bestanden die momenteel geüpload worden. Gebruikelijke architecturen zijn B<amd64>, B<armel>, B<i386>, enz. Merk op dat de waarde B<all> bedoeld is voor pakketten die architectuuronafhankelijk zijn. Indien ook de broncode voor het pakket geüpload wordt, wordt tevens de bijzondere vermelding B<source> toegevoegd. Jokertekens voor architecturen mogen nooit voorkomen in de lijst.
+
+=item B<Version:> I<versie-tekenreeks> (verplicht)
+
+Gewoonlijk is dit het originele versienummer van het pakket, welke vorm de auteur van het programma er ook voor gebruikt. Het kan ook een Debian-revisienummer bevatten (voor niet uit Debian stammende pakketten). De exacte indeling en het sorteringsalgoritme worden beschreven in B<deb-version>(7).
+
+=item B<Distribution:> I<distributie>s (verplicht)
+
+Somt een of meer met een spatie van elkaar gescheiden distributies op waarin deze versie ondergebracht moet worden als het geüpload wordt naar het archief.
+
+=item B<Urgency:> I<urgentie> (aanbevolen)
+
+De dringendheid van de upload. De momenteel toegelaten waarden, in oplopende volgorde van dringendheid, zijn: B<low>, B<medium>, B<high>, B<critical> en B<emergency>.
+
+=item B<Maintainer:> I<volledige-naam-en-e-mail> (verplicht)
+
+Moet opgemaakt worden volgens de indeling “Joe Bloggs E<lt>jbloggs@example.orgE<gt>”, en is gewoonlijk de persoon die het pakket maakte, in tegenstelling tot de auteur van de verpakte software.
+
+=item B<Changed-By:> I<volledige-naam-en-e-mailadres>
+
+Moet opgemaakt worden volgens de indeling “Joe Bloggs E<lt>jbloggs@example.orgE<gt>”, en is gewoonlijk de persoon die voor deze release verantwoordelijk is voor de veranderingen aan het pakket.
+
+=item B<Description:> (aanbevolen)
+
+=item S< >I<naam-binaire-pakket> B<-> I<samenvatting-binaire-pakket>
+
+Dit multiregel-veld bevat een lijst met de naam van de binaire pakketten, gevolgd door een spatie, een koppelteken (‘B<->’) en hun eventueel afgekapte korte beschrijving. Indien het een upload is van enkel broncode, dan wordt het veld weggelaten (sinds dpkg 1.19.3).
+
+=item B<Closes:> I<bug-nummer-lijst>
+
+Een lijst van met komma's van elkaar gescheiden nummers van bugrapporten die door deze upload opgelost worden. De archiefsoftware van de distributie kan dit veld gebruiken om automatisch de vermelde bugnummers te sluiten in het opvolgingssysteem voor bugs van de distributie.
+
+=item B<Binary-Only: yes>
+
+Dit veld geeft aan dat deze upload gebeurt na de niet door de pakketonderhouder uitgevoerde bouw van uitsluitend het binaire pakket. Het vindt zijn oorsprong in het item met de sleutel/waarde-combinatie B<binary-only=yes> uit de metadata van het changelog-bestand.
+
+=item B<Built-For-Profiles:> I<profiel-lijst>
+
+Dit veld somt een lijst van door een spatie van elkaar gescheiden bouwprofielen op waarmee deze upload gebouwd werd.
+
+=item B<Changes:> (verplicht)
+
+=item S< >I<changelog-items>
+
+Dit multiregel-veld bevat de samengevoegde tekst van alle changelog-items die deel uitmaken van de upload. Om van dit veld een geldig multiregel-veld te maken, worden lege regels vervangen door één enkel punt (‘.’) en springen alle regels in met één spatie. De exacte inhoud hangt af van de changelog-indeling.
+
+=item B<Files:> (verplicht)
+
+=item S< >I<md5som> I<grootte> I<sectie> I<prioriteit> I<bestandsnaam>
+
+Dit multiregel-veld bevat een bestandslijst met voor elk bestand de vermelding van de md5som, grootte, sectie en prioriteit.
+
+De eerste regel van de veldwaarde (het deel dat op dezelfde regel staat als de door een dubbele punt gevolgde veldnaam) is steeds leeg. De inhoud van het veld wordt in de vervolgregels verwoord, één regel per bestand. Elke regel bestaat uit elementen die onderling gescheiden zijn door een spatie en het bestand beschrijven: zijn md5som, zijn bestandsgrootte, zijn sectie, zijn prioriteit en zijn naam.
+
+Dit veld somt alle bestanden op die deel uitmaken van de upload. De lijst van bestanden uit dit veld moet overeenkomen met de bestandslijst in de andere gerelateerde B<Checksums>-velden.
+
+=item B<Checksums-Sha1:> (verplicht)
+
+=item B<Checksums-Sha256:> (verplicht)
+
+=item S< >I<controlesom> I<grootte> I<bestandsnaam>
+
+Deze multiregel-velden bevatten een lijst van bestanden met een controlesom en een bestandsgrootte voor elk van hen. Deze velden gebruiken dezelfde syntaxis en verschillen onderling enkel in het gebruikte algoritme voor het berekenen van de controlesom: SHA-1 voor B<Checksums-Sha1> en SHA-256 voor B<Checksums-Sha256>.
+
+De eerste regel van de veldwaarde (het deel dat op dezelfde regel staat als de door een dubbele punt gevolgde veldnaam) is steeds leeg. De inhoud van het veld wordt in de vervolgregels verwoord, één regel per bestand. Elke regel bestaat uit elementen die onderling door een spatie gescheiden zijn en het bestand beschrijven: zijn controlesom, zijn bestandsgrootte en zijn naam.
+
+Deze velden sommen alle bestanden op die deel uitmaken van de upload. De lijst van bestanden uit deze velden moet overeenkomen met de bestandslijst in het veld B<Files> en in de andere gerelateerde B<Checksums>-velden.
+
+=back
+
+=head1 BUGS
+
+Het veld B<Files> is niet consistent met de andere B<Checksums>-velden. De velden B<Changed-By> en B<Maintainer> hebben namen die verwarrend zijn. Het veld B<Distribution> bevat informatie over waar gewoonlijk met de term suite naar verwezen wordt.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<deb822(5)>, B<deb-src-control>(5), B<deb-version>(7).
+
diff --git a/man/nl/deb-conffiles.pod b/man/nl/deb-conffiles.pod
new file mode 100644
index 0000000..71718cc
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-conffiles.pod
@@ -0,0 +1,44 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-conffiles - configuratiebestanden van een pakket
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/conffiles>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket declareert zijn lijst van conffiles (configuratiebestanden die geregistreerd staan als bestanden die door de gebruiker aangepast kunnen worden) door een bestand I<conffiles> op te nemen in zijn controle-archief (nl. I<DEBIAN/conffiles> bij het creëren van het pakket).
+
+Dit bestand bevat een lijst met bestanden, één per regel, met facultatief aan het begin een vlag gescheiden door witruimte. De configuratiebestanden moeten worden vermeld als absolute padnamen. Achterliggende witruimte wordt weggedaan, maar lege regels of regels met alleen witruimte worden niet geaccepteerd.
+
+Bestanden zonder een vlag moeten in het binair pakket aanwezig zijn, anders zal L<dpkg(1)> deze negeren.
+
+Er wordt momenteel slechts één vlag ondersteund, B<remove-on-upgrade>, om te markeren dat een configuratiebestand bij de volgende upgrade verwijderd moet worden (sinds dpkg 1.20.6). Deze bestanden mogen niet aanwezig zijn in het binaire pakket, omdat zowel L<dpkg(1)> als L<dpkg-deb(1)> niet zullen aanvaarden om dergelijke binaire pakketten te bouwen of te verwerken.
+
+=head1 VOORBEELD
+
+ %CONFDIR%/alternatives/README
+ %CONFDIR%/cron.daily/dpkg
+ %PKGCONFDIR%/dpkg.cfg
+ %CONFDIR%/logrotate.d/dpkg
+ remove-on-upgrade /etc/some-old-file.conf
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-deb>(1), B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-control.pod b/man/nl/deb-control.pod
new file mode 100644
index 0000000..9beed04
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-control.pod
@@ -0,0 +1,256 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-control - Indeling van het hoofdcontrolebestand van de Debian binaire pakketten
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/control>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Elk binair Debian-pakket bevat een B<control>-bestand in zijn B<control>-element en zijn L<deb822(5)>-indeling is een gedeelte van het hoofdcontrolebestand B<debian/control> in Debian-bronpakketten, zie B<deb-src-control>(5).
+
+Dit bestand bevat een aantal velden. Ieder veld begint met een markering, zoals B<Package> of B<Version> (niet hoofdlettergevoelig), gevolgd door een dubbele punt en de tekstinhoud van het veld (hoofdlettergevoelig tenzij anders vermeld). Velden worden enkel door veldmarkeringen begrensd. De tekstinhoud van het veld kan met andere woorden verschillende regels lang zijn, maar de installatiegereedschappen zullen bij het verwerken van de tekstinhoud de regels gewoonlijk samenvoegen (behalve voor het veld B<Description>; zie hierna).
+
+=head1 VELDEN
+
+=over
+
+=item B<Package:> I<pakketnaam> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld bepaalt de pakketnaam en wordt door de meeste installatiegereedschappen gebruikt om bestandsnamen te genereren.
+
+=item B<Package-Type:> B<deb>|B<udeb>|I<type>
+
+Dit veld definieert het pakkettype. B<udeb> is voor pakketten waarvan de omvang aan beperkingen onderworpen is en die door het installatieprogramma van Debian gebruikt worden. B<deb> is de standaardwaarde, die verondersteld wordt als het veld ontbreekt. In de toekomst kunnen nog andere types toegevoegd worden.
+
+=item B<Version:> I<versie-tekenreeks> (verplicht)
+
+Gewoonlijk is dit het originele versienummer van het pakket, welke vorm de auteur van het programma er ook aan geeft. Het kan ook een Debian-revisienummer bevatten (voor niet uit Debian stammende pakketten). De exacte indeling en het sorteringsalgoritme worden beschreven in B<deb-version>(7).
+
+=item B<Maintainer:> I<volledige-naam-en-e-mail> (aanbevolen)
+
+Moet opgemaakt worden volgens de indeling “Joe Bloggs E<lt>jbloggs@foo.comE<gt>”, en is gewoonlijk de persoon die het pakket maakte, in tegenstelling tot de auteur van de verpakte software.
+
+=item B<Description:> I<korte-beschrijving> (aanbevolen)
+
+=item S< >I<uitgebreide-beschrijving>
+
+De indeling van een pakketbeschrijving bestaat uit een beknopte korte samenvatting op de eerste regel (na de veldmarkering B<Description>) en een langere meer gedetailleerde beschrijving op de volgende regels. Elke regel van de uitgebreide beschrijving moet voorafgegaan worden door een spatie, en lege regels in de uitgebreide beschrijving moeten één enkele ‘B<.>’ bevatten die volgt op de eraan voorafgaande spatie.
+
+=item B<Section:> I<sectie>
+
+Dit is een veld van algemene aard dat het pakket in een categorie onderbrengt op basis van de software die het installeert. Enkele gebruikelijke secties zijn B<utils>, B<net>, B<mail>, B<text>, B<x11>, enz.
+
+=item B<Priority:> I<prioriteit>
+
+Duidt het belang van dit pakket aan in verhouding tot het gehele systeem. Gebruikelijke prioriteiten zijn B<required>, B<standard>, B<optional>, B<extra>, enz.
+
+=back
+
+De velden B<Section> en B<Priority> hebben gewoonlijk een welbepaalde set mogelijke waarden, afhankelijk van de richtlijnen van de distributie.
+
+=over
+
+=item B<Installed-Size:> I<grootte>
+
+Bij benadering de totale grootte van de door het pakket geïnstalleerde bestanden, uitgedrukt in KiB. Het algoritme voor het berekenen van de grootte wordt beschreven in L<deb-substvars(5)>.
+
+=item B<Protected:> B<yes>|B<no>
+
+Meestal is dit veld enkel nodig als het antwoord B<yes> is. Het geeft een pakket aan dat doorgaans vereist is voor het correct opstarten van het systeem of gebruikt wordt voor aangepaste systeem-lokale metapakketten. L<dpkg(1)> of om het even welk ander installatiegereedschap zal niet toestaan dat een pakket van het type B<Protected> verwijderd wordt (tenminste niet zonder dat één van de forceeropties gebruikt wordt).
+
+Ondersteund sinds dpkg 1.20.1.
+
+=item B<Essential:> B<yes>|B<no>
+
+Meestal is dit veld enkel nodig als het antwoord B<yes> is. Het geeft een pakket aan dat vereist is voor het verpakkingssysteem, voor de goede werking van het systeem in het algemeen of tijdens het opstarten (hoewel dit laatste in plaats daarvan zou moeten worden omgezet naar het veld B<Protected>). L<dpkg(1)> of om het even welk ander installatiegereedschap zal niet toestaan dat een pakket van het type B<Essential> verwijderd wordt (tenminste niet zonder dat één van de forceeropties gebruikt wordt).
+
+=item B<Build-Essential:> B<yes>|B<no>
+
+Meestal is dit veld enkel nodig als het antwoord B<yes> is en het wordt gewoonlijk ingevoegd door de archiefsoftware. Het duidt een pakket aan dat vereist is voor het bouwen van andere pakketten.
+
+=item B<Architecture:> I<arch>|B<all> (verplicht)
+
+De architectuur geeft aan voor welk type hardware dit pakket gecompileerd werd. Gebruikelijke architecturen zijn B<amd64>, B<armel>, B<i386>, B<powerpc>, enz. Merk op dat de waarde B<all> bedoeld is voor pakketten die architectuuronafhankelijk zijn. Enkele voorbeelden hiervan zijn shell- en Perl-scripts en documentatie.
+
+=item B<Origin:> I<naam>
+
+De naam van de distributie waaruit dit pakket afkomstig is.
+
+=item B<Bugs:> I<URL>
+
+De I<URL> van het opvolgingssysteem voor bugs van dit pakket. De indeling die momenteel gebruikt wordt is I<bts-type>B<://>I<bts-adres>, zoals B<debbugs://bugs.debian.org>.
+
+=item B<Homepage:> I<URL>
+
+De I<URL> van de homepage van het toeleverend project (upstream).
+
+=item B<Tag:> I<lijst-van-markeringen>
+
+Lijst van markeringen (tags) die de eigenschappen van het pakket beschrijven. De beschrijving en de lijst van ondersteunde markeringen/tags is te vinden in het pakket B<debtags>.
+
+=item B<Multi-Arch:> B<no>|B<same>|B<foreign>|B<allowed>
+
+Dit veld wordt gebruikt om aan te geven hoe dit pakket zich moet gedragen op een multi-arch installatie.
+
+=over
+
+=item B<no>
+
+Dit is de standaardwaarde als dit veld weggelaten werd. Dit veld toevoegen met een expliciete waarde B<no> is over het algemeen niet nodig.
+
+=item B<same>
+
+Dit pakket is co-installeerbaar met zichzelf, maar het kan niet gebruikt worden om te voldoen aan een vereiste van een pakket dat tot een andere architectuur behoort.
+
+=item B<foreign>
+
+Dit pakket is niet co-installeerbaar met zichzelf, maar het mag wel de toestemming krijgen om te voldoen aan een architectuurkwalificatieloze vereiste van een pakket dat tot een andere architectuur behoort (indien een vereiste wel een expliciete architectuurkwalificatie heeft, wordt de waarde B<foreign> genegeerd).
+
+=item B<allowed>
+
+Dit laat pakketten die dit pakket als vereiste hebben (reverse-dependencies) toe om in hun B<Depends>-veld aan te geven dat ze dit pakket ook van een andere architectuur aanvaarden door bij de pakketnaam de kwalificatie B<:any> te vermelden. Anders blijft dit zonder effect.
+
+=back
+
+=item B<Source:> I<broncode-naam> [B<(>I<broncode-versie>B<)>]
+
+De naam van het broncodepakket waaruit dit binaire pakket afkomstig is, indien die verschillend is van de naam van het pakket zelf. Indien de versie van het broncodepakket verschilt van de versie van het binaire pakket, dan zal de I<broncode-naam> gevolgd worden door een I<broncode-versie> tussen haakjes. Dit kan het geval zijn als de upload een uitsluitend binaire upload is die niet door de onderhouder uitgevoerd wordt, of wanneer via «B<dpkg-gencontrol -v>» voor het binaire pakket een verschillend versienummer ingesteld wordt.
+
+=item B<Subarchitecture:> I<waarde>
+
+=item B<Kernel-Version:> I<waarde>
+
+=item B<Installer-Menu-Item:> I<waarde>
+
+Deze velden worden door het installatieprogramma van Debian gebruikt en zijn meestal niet nodig. Zie voor meer details over deze velden L<https://salsa.debian.org/installer-team/debian-installer/-/raw/master/doc/devel/modules.txt>.
+
+=item B<Depends:> I<pakketlijst>
+
+Lijst van de pakketten die dit pakket nodig heeft om meer dan een onbeduidende functionaliteit te kunnen bieden. Software voor pakketbeheer zal niet toelaten dat een pakket geïnstalleerd wordt zonder dat de pakketten die in zijn veld B<Depends> vermeld worden, geïnstalleerd worden (tenminste niet zonder het gebruik van forceeropties). Tijdens een installatie wordt het postinst-script van pakketten die in het veld B<Depends> vermeld worden, uitgevoerd voor dat van het pakket dat van hen afhankelijk is. Bij het verwijderen van een dergelijk pakket daarentegen wordt het prerm-script van dat pakket uitgevoerd voor die van pakketten die in zijn veld B<Depends> vermeld staan.
+
+=item B<Pre-Depends:> I<pakketlijst>
+
+Lijst van de pakketten die geïnstalleerd B<en> geconfigureerd moeten zijn vooraleer dit pakket geïnstalleerd kan worden. Dit wordt meestal gebruikt in een geval waarin dit pakket een ander pakket nodig heeft om zijn preinst-script te kunnen uitvoeren.
+
+=item B<Recommends:> I<pakketlijst>
+
+Bevat een lijst van pakketten die samen met dit pakket aangetroffen worden op alle behalve ongewone installaties. Software voor pakketbeheer zal de gebruiker waarschuwen als die een pakket installeert zonder die welke vermeld worden in zijn veld B<Recommends>.
+
+=item B<Suggests:> I<pakketlijst>
+
+Bevat een lijst van pakketten die gerelateerd zijn aan dit pakket en mogelijks de bruikbaarheid ervan kunnen vergroten, hoewel het perfect acceptabel is om het zonder die pakketten te installeren.
+
+=back
+
+De syntaxis van de velden B<Depends>, B<Pre-Depends>, B<Recommends> en B<Suggests> is een lijst van groepen van alternatieve pakketten. Elke groep is een lijst van pakketten die onderling gescheiden zijn door het symbool verticale streep (of “pijp”), ‘B<|>’. De groepen worden onderling gescheiden door komma's. Een komma moet geïnterpreteerd worden als een “AND” en een pijp als een “OR”, waarbij pijpen de sterkste binding hebben. Elke pakketnaam kan facultatief gevolgd worden door een architectuurkwalificatie, die toegevoegd wordt na een dubbele punt ‘B<:>’, facultatief gevolgd door de aanduiding van een versienummer tussen haakjes.
+
+De naam van een architectuurkwalificatie kan echte Debian-architectuurnaam zijn (sinds dpkg 1.16.5) of B<any> (sinds dpkg 1.16.2). Indien ze weggelaten is, is ze standaard de architectuur van het huidige binaire pakket. Een echte Debian-architectuurnaam komt exact overeen met die architectuur voor die pakketnaam; B<any> komt overeen met om het even welke architectuur voor die pakketnaam als het pakket gemarkeerd werd als B<Multi-Arch: allowed>.
+
+Een versienummer kan beginnen met een ‘B<E<gt>E<gt>>’. In dat geval levert dit met alle latere versies een overeenkomst op. Een versienummer kan al dan niet ook een Debian-pakketrevisie bevatten (met een koppelteken tussen versienummer en Debian-pakketrevisie). Toegestane versierelaties zijn ‘B<E<gt>E<gt>>’ voor hoger dan, ‘B<E<lt>E<lt>>’ voor lager dan, ‘B<E<gt>=>’ voor hoger of gelijk aan, ‘B<E<lt>=>’ voor lager of gelijk aan en ‘B<=>’ voor gelijk aan.
+
+=over
+
+=item B<Breaks:> I<pakketlijst>
+
+Bevat een lijst van pakketten die door dit pakket defect gemaakt worden, bijvoorbeeld door ze bloot te stellen aan bugs indien de vermelde pakketten op dit pakket zouden rekenen. Software voor pakketonderhoud zal het configureren van defecte pakketten niet toestaan. Meestal bestaat de oplossing erin de pakketten die in het veld B<Breaks> vermeld worden, op te waarderen.
+
+=item B<Conflicts:> I<pakketlijst>
+
+Bevat een lijst van pakketten die in tegenstrijd/conflict zijn met dit pakket, bijvoorbeeld omdat ze bestanden met eenzelfde naam bevatten. Software voor pakketonderhoud zal niet toestaan dat tegenstrijdige pakketten tegelijkertijd geïnstalleerd zijn. Twee tegenstrijdige pakketten moeten elk een B<Conflicts>-regel bevatten met daarin de vermelding van het andere pakket.
+
+=item B<Replaces:> I<pakketlijst>
+
+Lijst van pakketbestanden die door dit pakket vervangen worden. Dit wordt gebruikt om dit pakket de toelating te geven om bestanden uit een ander pakket te overschrijven. Het wordt gewoonlijk gebruikt samen met het veld B<Conflicts> om het verwijderen van het andere pakket af te dwingen als dit pakket dezelfde bestanden bevat als het pakket waarmee dit pakket in tegenstrijd is.
+
+=back
+
+De syntaxis van B<Breaks>, B<Conflicts> en B<Replaces> is een lijst van met komma's (en facultatieve witruimte) gescheiden pakketnamen. In de velden B<Breaks> en B<Conflicts> moet de komma geïnterpreteerd worden als een “OR”. Facultatief kan ook een architectuurkwalificatie toegevoegd worden aan de pakketnaam volgens dezelfde syntaxis als hierboven beschreven werd, maar de standaardwaarde is B<any> in plaats van de architectuur van het binaire pakket. Ook kan bij de velden B<Breaks>, B<Conflicts> en B<Replaces> facultatief een versienummer toegevoegd worden volgens dezelfde syntaxis als hierboven werd beschreven.
+
+=over
+
+=item B<Enhances:> I<pakketlijst>
+
+Dit is een lijst met pakketten waarvoor dit pakket uitbreidingen biedt. Het is vergelijkbaar met B<Suggests>, maar in de omgekeerde richting.
+
+=item B<Provides:> I<pakketlijst>
+
+Dit is een lijst van virtuele pakketten waarin door dit pakket voorzien wordt. Gewoonlijk wordt dit gebruikt in het geval meerdere pakketten dezelfde dienst leveren. Bijvoorbeeld kunnen sendmail en exim beide als mailserver fungeren en daarom voorzien zij in een gemeenschappelijk pakket (“mail-transport-agent”) waarvan andere pakketten afhankelijk kunnen zijn. Dit laat sendmail of exim toe om te fungeren als een geldige optie om aan die vereiste te voldoen. Hierdoor is het voor pakketten die een mailserver nodig hebben niet nodig om van alle mailservers de pakketnaam te kennen en ze, gescheiden door een ‘B<|>’, allemaal te vermelden in een lijst.
+
+=back
+
+De syntaxis van B<Provides> is een lijst van pakketnamen door komma's (en facultatieve witruimte) van elkaar gescheiden. Facultatief kan ook een architectuurkwalificatie toegevoegd worden aan de pakketnaam volgens dezelfde syntaxis als hierboven beschreven werd. Indien dit weggelaten werd, wordt standaard de architectuur genomen van het huidige binaire pakket. Facultatief kan ook een exact (is gelijk aan) versienummer opgegeven worden volgens dezelfde syntaxis als hierboven beschreven werd (gehonoreerd sinds dpkg 1.17.11).
+
+=over
+
+=item B<Built-Using:> I<pakketlijst>
+
+Dit veld van vereisten vermeldt extra broncodepakketten die gebruikt werden bij het bouwen van dit binaire pakket, om te beantwoorden aan de licentievoorwaarden. Dit is een indicatie voor de software voor archiefonderhoud dat deze extra broncodepakketten behouden moeten blijven zolang dit binaire pakket gehandhaafd wordt. Dit veld moet bestaan uit een met komma's gescheiden lijst van namen van broncodepakketten met een strikte ‘B<=>’ versierelatie tussen haakjes. Merk op dat de software voor archiefonderhoud niet geneigd zal zijn om een upload te aanvaarden van een pakket dat verklaart een B<Built-Using>-relatie te hebben waaraan in het archief niet voldaan kan worden.
+
+=item B<Static-Built-Using:> I<pakketlijst>
+
+Dit veld van vereisten vermeldt extra broncodepakketten die gebruikt werden bij het bouwen van dit binaire pakket, voor statische bouwdoeleinden (bijvoorbeeld linken naar statische bibliotheken, compilaties voor brongecentreerde talen zoals Go of Rust, gebruik van C/C++ bibliotheken met enkel headers, injecteren van datablobs in code, enz.) Dit is nuttig om bij te houden of dit pakket eventueel opnieuw moet worden gebouwd wanneer bronpakketten die hier worden vermeld, zijn bijgewerkt, bijvoorbeeld vanwege beveiligingsupdates. Dit veld moet bestaan uit een met komma's gescheiden lijst van namen van broncodepakketten met een strikte ‘B<=>’ versierelatie tussen haakjes.
+
+Ondersteund sinds dpkg 1.21.3.
+
+=item B<Built-For-Profiles:> I<profiel-lijst> (verouderd)
+
+Dit veld werd vroeger gebruikt om een lijst van door spaties van elkaar gescheiden bouwprofielen op te sommen waarmee deze binaire pakketten gebouwd werden (sinds dpkg 1.17.2 tot 1.18.18). De informatie die vroeger in dit veld te vinden was, kan nu gevonden worden in het bestand B<.buildinfo> dat het vervangt.
+
+=item B<Auto-Built-Package:> I<lijst-met-redenen>
+
+Dit veld somt een lijst van onderling door spaties gescheiden redenen op waarom dit pakket automatisch gegenereerd werd. Binaire pakketten die met dit veld gemarkeerd werden, zullen niet te vinden zijn in het hoofdcontrolebestand I<debian/control> van de broncode. De enige reden die momenteel gebruikt wordt, is B<debug-symbols>.
+
+=item B<Build-Ids:> I<lijst met elf-bouw-id's>
+
+Dit veld geeft een lijst op van door witruimte van elkaar gescheiden ELF-bouw-id's. Dit zijn unieke identificatiesymbolen voor semantisch identieke ELF-objecten, voor elk ervan in het pakket.
+
+De indeling of de berekeningswijze voor elke bouw-id ligt niet vast bij ontwerp.
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELD
+
+ Package: grep
+ Essential: yes
+ Priority: required
+ Section: base
+ Maintainer: Wichert Akkerman <wakkerma@debian.org>
+ Architecture: sparc
+ Version: 2.4-1
+ Pre-Depends: libc6 (>= 2.0.105)
+ Provides: rgrep
+ Conflicts: rgrep
+ Description: GNU grep, egrep and fgrep.
+ The GNU family of grep utilities may be the "fastest grep in the west".
+ GNU grep is based on a fast lazy-state deterministic matcher (about
+ twice as fast as stock Unix egrep) hybridized with a Boyer-Moore-Gosper
+ search for a fixed string that eliminates impossible text from being
+ considered by the full regexp matcher without necessarily having to
+ look at every character. The result is typically many times faster
+ than Unix grep or egrep. (Regular expressions containing backreferencing
+ will run more slowly, however).
+
+=head1 BUGS
+
+Voor het veld B<Build-Ids> wordt een eerder generieke naam gebruikt vanuit zijn originele context binnen een ELF-object, welke een zeer specifieke functie en uitvoerbaar formaat heeft.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<deb822(5)>, B<deb-src-control>(5), B<deb>(5), B<deb-version>(7), B<debtags>(1), B<dpkg>(1), B<dpkg-deb>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-extra-override.pod b/man/nl/deb-extra-override.pod
new file mode 100644
index 0000000..a5ac171
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-extra-override.pod
@@ -0,0 +1,46 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-extra-override - extra override-bestand van het Debian-archief
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<override>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Terwijl de meeste informatie over een binair/broncode-pakket kan gevonden worden in het bestand control/.dsc, kan elk element ervan vervangen worden wanneer het geëxporteerd wordt naar Packages/Sources-bestanden. Het extra override-bestand bevat die vervangingen.
+
+Het extra override-bestand heeft een eenvoudige indeling waarbij de elementen door witruimte van elkaar gescheiden worden. Commentaar is toegestaan (aangegeven met een B<#>).
+
+=over
+
+I<pakket> I<veldnaam> I<waarde>
+
+=back
+
+I<pakket> is de naam van het binaire/broncode-pakket.
+
+I<veldnaam> is de naam van het veld dat overschreven/gemodificeerd wordt.
+
+I<waarde> is de waarde die in het veld geplaatst moet worden. Ze kan witruimte bevatten aangezien de regel bij het ontleden ervan in niet meer dan 3 kolommen opgesplitst wordt.
+
+De extra override-bestanden die gebruikt worden om de officiële Packages-lijsten te maken kunnen op elke Debian spiegelserver gevonden worden in de map I<indices>.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-scanpackages>(1), B<dpkg-scansources>(1), B<apt-ftparchive>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-md5sums.pod b/man/nl/deb-md5sums.pod
new file mode 100644
index 0000000..be4779b
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-md5sums.pod
@@ -0,0 +1,43 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-md5sums - MD5-frommels van de bestanden uit het pakket
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/md5sums>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket declareert de MD5-frommels voor de inhoud van het pakketbestand door een I<md5sums>-bestand op te nemen in zijn controlearchief (d.w.z. I<DEBIAN/md5sums> tijdens het maken van het pakket). Dit bestand wordt gebruikt voor integriteitscontrole en ontdubbeling, en niet voor enige vorm van veiligheidsdoeleinden.
+
+Dit bestand bevat een lijst van MD5-frommels (als 32 niet-hoofdlettergevoelige hexadecimale tekens), gevolgd door twee spaties (U+0020 B<SPACE>) en de absolute padnaam van een gewoon bestand, één per regel.
+
+Slashes (U+002F B</>) achteraan de padnaam worden verwijderd. Spaties achteraan of lege regels of regels met enkel spaties worden niet aanvaard.
+
+Als het controlebestand niet bestaat in het binaire pakket, zal L<dpkg(1)> de overeenkomstige informatie genereren bij het uitpakken (sinds B<dpkg> 1.16.3).
+
+=head1 VOORBEELD
+
+ 53c0d4afe4bc4eccb5cb234d2e06ef4d usr/bin/dpkg
+ f8da2bc74cdcad8b81c48a4f0d7bb0a8 usr/bin/dpkg-deb
+ 70b913132de56e95e75de504979309b4 usr/bin/dpkg-divert
+ […]
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<md5sum>(1), B<dpkg-deb>(1), B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-old.pod b/man/nl/deb-old.pod
new file mode 100644
index 0000000..1fd0e30
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-old.pod
@@ -0,0 +1,46 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-old - oude indelingswijze van een binair pakket in Debian
+
+=head1 OVERZICHT
+
+I<bestandsnaam>B<.deb>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Het B<.deb>-formaat is de indeling voor een binair pakketbestand in Debian. Deze man-pagina beschrijft de B<oude> indeling die voor Debian 0.93 in gebruik was. Zie B<deb>(5) voor de details van de nieuwe indeling.
+
+=head1 INDELING
+
+Het bestand bestaat uit twee regels indelingsinformatie in de vorm van ASCII-tekst, gevolgd door twee samengevoegde en met gzip gecomprimeerde ustar-bestanden.
+
+De eerste regel is het indelingsversienummer, aangevuld tot 8 cijfers, en is voor alle archieven in de oude indeling B<0.939000>.
+
+De tweede regel is een decimale tekenreeks (zonder voorafgaande nullen) die de lengte aangeeft van het eerste met gzip gecomprimeerde tar-bestand.
+
+Elk van deze regels wordt afgesloten met één enkel regeleinde-teken.
+
+Het eerste tar-bestand bevat de controle-informatie in de vorm van een reeks gewone bestanden. Er moet een bestand B<control> aanwezig zijn, omdat het de kern van de controle-informatie bevat.
+
+In sommige zeer oude archieven kunnen de bestanden uit het controle-tar-bestand zich facultatief in een onderliggende map B<DEBIAN> bevinden. In dat geval zal ook deze onderliggende map B<DEBIAN> zich in het controle-tar-bestand bevinden en zal het controle-tar-bestand enkel in die map bestanden hebben. Facultatief mag het controle-tar-bestand de vermelding ‘B<.>’ bevatten, wat staat voor de huidige map.
+
+Het tweede met gzip gecomprimeerde tar-bestand is het archief van het bestandssysteem met pad-namen die relatief zijn ten opzichte van de hoofdmap van het systeem waarop het geïnstalleerd moet worden. De pad-namen beginnen niet met een slash.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb>(5), B<dpkg-deb>(1), B<deb-control>(5).
+
diff --git a/man/nl/deb-origin.pod b/man/nl/deb-origin.pod
new file mode 100644
index 0000000..84218b2
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-origin.pod
@@ -0,0 +1,68 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-origin - Bestanden met leveranciersspecifieke informatie
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<%PKGCONFDIR%/origins/>I<bestandsnaam>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+De bestanden in B<%PKGCONFDIR%/origins> kunnen informatie verschaffen over de verschillende leveranciers die Debian pakketten leveren.
+
+Ze bevatten een aantal velden, of commentaar in het geval de regel begint met een ‘B<#>’. Elk veld begint met een markering, zoals B<Vendor> of B<Parent>, gevolgd door een dubbele punt en het tekstgedeelte van het veld. Velden zijn enkel van elkaar gescheiden door de veldmarkeringen. Met andere woorden de tekst van een veld mag meerdere regels lang zijn, maar de gereedschappen zullen de regels samenvoegen bij het verwerken van het tekstgedeelte van het veld.
+
+Het bestand zou een naam moeten krijgen die overeenstemt met de naam van de leverancier. Het is gebruikelijk om het leveranciersbestand de naam van de leverancier te geven in kleine letters, maar een zekere mate van variatie is toegestaan.
+
+Met name worden (sinds dpkg 1.21.10) eerst niet-alfanumerieke tekens (‘B<[^A-Za-z0-9]>’) omgezet naar een liggend streepje (‘B<->’) en daarna zal achtereenvolgens geprobeerd worden om de resulterende naam om te zetten naar kleine letters, te behouden zoals hij is, om te zetten naar kleine letters en hem daarna een hoofdletter te geven (dat wil zeggen het eerste teken in een hoofdletter te plaatsen), en tenslotte, hem louter naar hoofdletters om te zetten.
+
+Bovendien wordt voor historische redenen en voor redenen van achterwaartse compatibiliteit geprobeerd de naam te behouden zoals hij is zonder omzetting van de niet-alfanumerieke tekens, waarna achtereenvolgens wordt geprobeerd de resulterende naam om te zetten in kleine letters, hem te behouden zoals hij is, hem om te zetten naar kleine letters en hem daarna een beginhoofdletter te geven, en tenslotte, hem louter naar hoofdletters om te zetten. En tenslotte zal geprobeerd worden om in de naam spaties om te zetten naar liggende streepjes (‘B<->’), waarna achtereenvolgens wordt geprobeerd de resulterende naam om te zetten in kleine letters, hem te behouden zoals hij is, hem om te zetten naar kleine letters en hem daarna een beginhoofdletter te geven, en tenslotte, hem louter naar hoofdletters om te zetten.
+
+Maar dit modulaire zoeken naar achterwaarts compatibiliteit zal verwijderd worden tijdens de releasecyclus van dpkg 1.22.x.
+
+=head1 VELDEN
+
+=over
+
+=item B<Vendor:> I<leveranciersnaam> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld bepaalt de naam van de leverancier.
+
+=item B<Vendor-URL:> I<leveranciers-URL>
+
+De waarde van dit veld bepaalt de URL van de leverancier.
+
+=item B<Bugs:> I<bug-URL>
+
+De waarde van dit veld bepaalt het type en het adres van het bugopvolgingssysteem dat door deze leverancier gebruikt wordt. Het kan gaan om een URL van het type mailto of een URL van het type debbugs (bijv. debbugs://bugs.debian.org/).
+
+=item B<Parent:> I<leveranciersnaam>
+
+De waarde van dit veld bepaalt de naam van de leverancier waarvan deze leverancier een derivaat maakt.
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELD
+
+ Vendor: Debian
+ Vendor-URL: https://www.debian.org/
+ Bugs: debbugs://bugs.debian.org
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-vendor>(1)
+
diff --git a/man/nl/deb-override.pod b/man/nl/deb-override.pod
new file mode 100644
index 0000000..57b6546
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-override.pod
@@ -0,0 +1,46 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-override - override-bestand van het Debian-archief
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<override>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Terwijl de meeste informatie over een pakket in het bestand control gevonden kan worden, wordt sommige informatie centraal beheerd door de distributie-tsaren in plaats van door de onderhouder om een zekere globale consistentie te bieden. Deze informatie is te vinden in het bestand override.
+
+Het override-bestand heeft een eenvoudige indeling waarbij de elementen door witruimte van elkaar gescheiden worden. Commentaar is toegestaan (aangegeven met een B<#>).
+
+=over
+
+I<pakket> I<prioriteit> I<sectie> [I<onderhouder-info>]
+
+=back
+
+I<pakket> is de naam van het pakket. Items in het override-bestand voor pakketten die niet te vinden zijn in de boomstructuur van binaire pakketten, worden genegeerd.
+
+I<prioriteit> en I<sectie> komen overeen met de respectieve controlevelden uit het .deb-bestand. Welke waarden mogelijk zijn, is specifiek voor het archief van elke distributie.
+
+[I<onderhouder-info>], als het vermeld wordt, kan ofwel de naam van een onderhouder zijn voor een onvoorwaardelijke vervanging, of anders I<oude-onderhouder> B<=E<gt>> I<nieuwe-onderhouder> om een aflossing door te voeren.
+
+De override-bestanden die gebruikt worden om de officiële Packages-lijsten te maken kunnen op elke Debian spiegelserver gevonden worden in de map I<indices>.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-scanpackages>(1), B<dpkg-scansources>(1), B<apt-ftparchive>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-postinst.pod b/man/nl/deb-postinst.pod
new file mode 100644
index 0000000..7bf2e58
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-postinst.pod
@@ -0,0 +1,63 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-postinst - post-installatiescript van de pakketonderhouder
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/postinst>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket kan verschillende post-installatieacties uitvoeren via scripts van de pakketonderhouder door in zijn control-archief een uitvoerbaar bestand I<postinst> op te nemen (d.w.z. I<DEBIAN/postinst> bij het creëren van het pakket).
+
+Het script kan op de volgende manieren geactiveerd worden:
+
+=over
+
+=item I<postinst> B<configure> I<oude-versie>
+
+Nadat het pakket geïnstalleerd werd.
+
+=item I<postinst> B<triggered> "I<triggernaam...>"
+
+Nadat het pakket getriggerd werd. De lijst van met spaties gescheiden I<trigger-namen> wordt als tweede argument meegegeven.
+
+=item I<old-postinst> B<abort-upgrade> I<nieuwe-versie>
+
+Indien I<prerm> mislukt tijdens B<upgrade> of mislukt bij een B<failed-upgrade>.
+
+=item I<old-postinst> B<abort-remove>
+
+Indien I<prerm> mislukt bij B<remove>.
+
+=item I<postinst> B<abort-deconfigure> B<in-favour> I<nieuw-pakket>
+I<nieuwe-versie>
+
+=item S< >[ B<removing> I<oud-pakket> I<oude-versie> ]
+
+Indien I<prerm> mislukt tijdens B<deconfigure in-favour> van een pakket.
+
+=item I<postinst> B<abort-remove> B<in-favour> I<nieuw-pakket> I<nieuwe-versie>
+
+Indien I<prerm> mislukt tijdens B<remove in-favour> voor een vervanging wegens een conflict.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-postrm.pod b/man/nl/deb-postrm.pod
new file mode 100644
index 0000000..0ad32d1
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-postrm.pod
@@ -0,0 +1,74 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-postrm - post-verwijderingsscript van de pakketonderhouder
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/postrm>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket kan verschillende post-verwijderingsacties uitvoeren via scripts van de pakketonderhouder door in zijn control-archief een uitvoerbaar bestand I<postrm> op te nemen (d.w.z. I<DEBIAN/postrm> bij het creëren van het pakket).
+
+Het script kan op de volgende manieren geactiveerd worden:
+
+=over
+
+=item I<postrm> B<remove>
+
+Nadat het pakket verwijderd was.
+
+=item I<postrm> B<purge>
+
+Nadat het pakket gewist was (d.w.z. inclusief zijn configuratie).
+
+=item I<old-postrm> B<upgrade> I<nieuwe-versie>
+
+Nadat het pakket opgewaardeerd was.
+
+=item I<new-postrm> B<failed-upgrade> I<oude-versie> I<nieuwe-versie>
+
+Indien de bovenvermelde B<upgrade>-opdracht mislukt.
+
+De optie I<nieuwe-versie> wordt pas meegegeven sinds dpkg 1.18.5.
+
+=item I<postrm> B<disappear> I<overschrijvend-pakket> I<overschrijvende-versie>
+
+Nadat alle bestanden van het pakket vervangen werden.
+
+=item I<new-postrm> B<abort-install>
+
+Indien I<preinst> mislukt tijdens B<install>.
+
+=item I<new-postrm> B<abort-install> I<oude-versie> I<nieuwe-versie>
+
+Indien I<preinst> mislukt tijdens B<install> voor een upgrade van een verwijderd pakket.
+
+De optie I<nieuwe-versie> wordt pas meegegeven sinds dpkg 1.18.5.
+
+=item I<new-postrm> B<abort-upgrade> I<oude-versie> I<nieuwe-versie>
+
+Indien I<preinst> mislukt tijdens B<upgrade>.
+
+De optie I<nieuwe-versie> wordt pas meegegeven sinds dpkg 1.18.5.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-preinst.pod b/man/nl/deb-preinst.pod
new file mode 100644
index 0000000..e2a7c9a
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-preinst.pod
@@ -0,0 +1,56 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-preinst - pre-installatiescript van de pakketonderhouder
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/preinst>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket kan verschillende pre-installatieacties uitvoeren via scripts van de pakketonderhouder door in zijn control-archief een uitvoerbaar bestand I<preinst> op te nemen (d.w.z. I<DEBIAN/preinst> bij het creëren van het pakket).
+
+Het script kan op de volgende manieren geactiveerd worden:
+
+=over
+
+=item I<new-preinst> B<install>
+
+Vooraleer het pakket geïnstalleerd wordt.
+
+=item I<new-preinst> B<install> I<oude-versie> I<nieuwe-versie>
+
+Vooraleer een verwijderd pakket opgewaardeerd wordt.
+
+De optie I<nieuwe-versie> wordt pas meegegeven sinds dpkg 1.18.5.
+
+=item I<new-preinst> B<upgrade> I<oude-versie> I<nieuwe-versie>
+
+Vooraleer het pakket opgewaardeerd wordt.
+
+De optie I<nieuwe-versie> wordt pas meegegeven sinds dpkg 1.18.5.
+
+=item I<old-preinst> B<abort-upgrade> I<nieuwe-versie>
+
+Indien I<postrm> mislukt tijdens het opwaarderen of mislukt bij een mislukte opwaardering.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-prerm.pod b/man/nl/deb-prerm.pod
new file mode 100644
index 0000000..775e9f3
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-prerm.pod
@@ -0,0 +1,60 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-prerm - pre-verwijderingsscript van de pakketonderhouder
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/prerm>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket kan verschillende pre-verwijderingsacties uitvoeren via scripts van de pakketonderhouder door in zijn control-archief een uitvoerbaar bestand I<prerm> op te nemen (d.w.z. I<DEBIAN/prerm> bij het creëren van het pakket).
+
+Het script kan op de volgende manieren geactiveerd worden:
+
+=over
+
+=item I<prerm> B<remove>
+
+Voor het pakket verwijderd wordt.
+
+=item I<old-prerm> B<upgrade> I<nieuwe-versie>
+
+Voor een opwaardering.
+
+=item I<new-prerm> B<failed-upgrade> I<oude-versie> I<nieuwe-versie>
+
+Indien de hiervoor vermelde B<upgrade> mislukt.
+
+De optie I<nieuwe-versie> wordt pas meegegeven sinds dpkg 1.18.5.
+
+=item I<prerm> B<deconfigure> B<in-favour> I<nieuw-pakket> I<nieuwe-versie>
+
+=item S< >[ B<removing> I<oud-pakket> I<oude-versie> ]
+
+Vooraleer het pakket gedeconfigureerd wordt terwijl een vereiste wegens een conflict vervangen wordt.
+
+=item I<prerm> B<remove> B<in-favour> I<nieuw-pakket> I<nieuwe-versie>
+
+Vooraleer het pakket vervangen word ten gevolge van een conflict.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-shlibs.pod b/man/nl/deb-shlibs.pod
new file mode 100644
index 0000000..fe70af4
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-shlibs.pod
@@ -0,0 +1,72 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-shlibs - Informatiebestand van Debian over gedeelde bibliotheken
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/shlibs>, B<debian/>I<binaire-naam>B<.shlibs>, B<DEBIAN/shlibs>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<shlibs>-bestanden zetten namen en versies (I<SONAMEs>) van gedeelde bibliotheken om naar vereisten die bruikbaar zijn voor een control-bestand van een pakket. Elke regel bevat één element. Lege regels zijn B<niet> toegestaan. Regels die beginnen met het teken B<#> worden als commentaar aanzien en genegeerd. Alle andere regels moeten de volgende indeling hebben:
+
+=over
+
+[I<type>B<:>] I<bibliotheek> I<versie> I<vereisten>
+
+=back
+
+De velden I<bibliotheek> en I<versie> worden door witruimte van elkaar gescheiden, maar het veld I<vereisten> loopt door tot het einde van de regel. Het veld I<type> is facultatief en meestal niet nodig.
+
+Het veld I<vereisten> heeft dezelfde syntaxis als het veld B<Depends> in het control-bestand van een binair pakket, zie B<deb-control>(5).
+
+=head1 SONAME-INDELINGEN
+
+De ondersteunde SONAME-indelingen zijn:
+
+=over
+
+I<naam>.so.I<versie>
+
+=back
+
+en
+
+=over
+
+I<naam>-I<versie>.so
+
+=back
+
+waarbij I<naam> gewoonlijk voorafgegaan wordt door B<lib>.
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+Het B<shlibs>-bestand voor een typisch bibliotheekpakket met als naam I<libcrunch1> dat één bibliotheek levert met als SONAME I<libcrunch.so.1>, kan er als volgt uitzien
+
+=over
+
+ libcrunch 1 libcrunch1 (>= 1.2-1)
+
+=back
+
+De I<vereisten> moeten de meest recente versie vermelden van het pakket dat nieuwe symbolen toevoegde aan de bibliotheek. In het bovenstaande voorbeeld werden nieuwe symbolen toegevoegd in versie 1.2 van I<libcrunch>. Dit is niet de enige reden waarom het kan zijn dat vereisten scherper gesteld moeten worden.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-control>(5), B<dpkg-shlibdeps>(1), B<deb-symbols>(5).
+
diff --git a/man/nl/deb-split.pod b/man/nl/deb-split.pod
new file mode 100644
index 0000000..1cc3713
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-split.pod
@@ -0,0 +1,80 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-split - Indeling van een meerdelig binair pakket in Debian
+
+=head1 OVERZICHT
+
+I<bestandsnaam>B<.deb>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+De meerdelige B<.deb>-indeling wordt gebruikt om grote pakketten op te splitsen in kleinere stukken om het transport op kleine media te vergemakkelijken.
+
+=head1 INDELING
+
+Het bestand is een B<ar>-archief met een magische waarde van B<!E<lt>archE<gt>>. De bestandsnaam mag aan het einde een slash bevatten (sinds dpkg 1.15.6).
+
+Het eerste element wordt B<debian-split> genoemd en bevat een reeks regels, onderling gescheiden door regeleinden. Momenteel gaat het om acht regels:
+
+=over
+
+=item *
+
+Het versienummer van de indeling, B<2.1> op het ogenblik van het schrijven van deze man-pagina.
+
+=item *
+
+De pakketnaam.
+
+=item *
+
+De pakketversie.
+
+=item *
+
+De MD5-controlesom van het pakket.
+
+=item *
+
+De totale grootte van het pakket.
+
+=item *
+
+De maximale grootte van een deel.
+
+=item *
+
+Het volgnummer van het huidige deel, gevolgd door een slash en het totaal aantal delen (zoals in ‘1/10’).
+
+=item *
+
+De architectuur van het pakket (sinds dpkg 1.16.1).
+
+=back
+
+Programma's die meerdelige archieven lezen moeten erop voorbereid zijn dat het onderversienummer van de indeling verhoogd kan worden en dat er bijkomende regels aanwezig kunnen zijn, die, als dat het geval is, genegeerd moeten worden.
+
+Indien het hoofdversienummer van de indeling gewijzigd werd, werd een niet-compatibele wijziging aangebracht en zou het programma moeten stoppen. Indien het dat niet doet, zou het programma in staat moeten zijn om probleemloos voort te gaan, tenzij het in het archief een onverwacht element tegenkomt (behalve op het einde), zoals hierna beschreven wordt.
+
+Het tweede en laatste verplichte element heeft als naam B<data.>I<N>, waarbij I<N> het volgnummer van het deel aangeeft. Het bevat de ruwe data van dat deel.
+
+Deze elementen moeten exact in die volgorde voorkomen. De huidige implementaties moeten eventuele bijkomende elementen na B<data.>I<N> negeren. In de toekomst kunnen eventueel nog meer elementen gedefinieerd worden en die zullen (als dat mogelijk is) na deze twee geplaatst worden.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb>(5), B<dpkg-split>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-src-control.pod b/man/nl/deb-src-control.pod
new file mode 100644
index 0000000..cf7fe1e
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-src-control.pod
@@ -0,0 +1,307 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-src-control - Indeling van het hoofdcontrolebestand van Debian-broncodepakketten
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/control>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Elk Debian bronpakket bevat het hoofdcontrolebestand «B<debian/control>» en de L<deb822(5)>-indeling ervan is een superverzameling van het B<control>-bestand dat meekomt in binaire Debian-pakketten, zie B<deb-control>(5).
+
+Dit bestand bevat tenminste twee onderdelen, gescheiden door een witregel. Het eerste onderdeel vermeldt alle informatie over het broncodepakket in het algemeen, terwijl elk daaropvolgend onderdeel exact één binair pakket beschrijft. Elk onderdeel bestaat minstens uit één veld. Een veld begint met een veldnaam, zoals B<Package> of B<Section> (niet hoofdlettergevoelig), gevolgd door een dubbele punt, het tekstgedeelte van het veld (hoofdlettergevoelig tenzij anders vermeld) en een regeleinde. Velden mogen ook uit meerdere regels bestaan, maar iedere bijkomende regel zonder veldnaam moet minstens met één spatie beginnen. Gereedschap voegt de inhoud van velden die uit meerdere regels bestaan, meestal samen tot één regel (behalve in het geval van het veld B<Description>; zie hierna). Om lege regels toe te voegen in een veld dat uit meerdere regels bestaat, moet u na de spatie een punt toevoegen. Regels die met een ‘B<#>’ beginnen worden als commentaar behandeld.
+
+=head1 VELDEN BRONCODEPAKKET
+
+=over
+
+=item B<Source:> I<broncodepakket-naam> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld is de naam van het broncodepakket en moet overeenkomen met de naam van het broncodepakket in het bestand debian/changelog. Een pakketnaam mag enkel bestaan uit kleine letters (a-z), cijfers (0-9), plussen (+) en minnen (-) en punten (.). Pakketnamen moeten minstens twee tekens lang zijn en moeten met een alfanumeriek teken (a-z0-9) in kleine letter beginnen.
+
+=item B<Maintainer:> I<volledige-naam-en-e-mail> (aanbevolen)
+
+Moet volgens de indeling «Joe Bloggs E<lt>jbloggs@foo.comE<gt>» opgemaakt zijn en verwijzen naar de persoon die momenteel het pakket onderhoudt, in tegenstelling tot de auteur van de software of de originele verpakker ervan.
+
+=item B<Uploaders:> I<volledige-naam-en-e-mailadres>
+
+Somt al de namen en de e-mailadressen op van de personen die het pakket mee onderhouden volgens dezelfde indeling als van het veld B<Maintainer>. Meerdere mede-onderhouders moeten onderling door een komma gescheiden worden.
+
+=item B<Standards-Version:> I<versietekenreeks>
+
+Dit documenteert de meest recente versie van de normen die vastgelegd werden in de richtlijnen van de distributie en waaraan dit pakket voldoet.
+
+=item B<Description:> I<korte-beschrijving>
+
+=item S< >I<uitgebreide-beschrijving>
+
+De indeling van een pakketbeschrijving bestaat uit een beknopte korte samenvatting op de eerste regel (na de veldmarkering B<Description>). De daaropvolgende regels moeten gebruikt worden voor een langere, meer gedetailleerde beschrijving. Elke regel van de uitgebreide beschrijving moet voorafgegaan worden door een spatie, en lege regels in de uitgebreide beschrijving moeten één enkele ‘B<.>’ bevatten die volgt op de eraan voorafgaande spatie.
+
+=item B<Homepage:> I<URL>
+
+De URL van de homepage van het toeleverend project (upstream).
+
+=item B<Bugs:> I<URL>
+
+De I<URL> van het bugopvolgingssysteem voor dit pakket. De momenteel gebruikte indeling is I<bts-type>B<://>I<bts-adres>, zoals B<debbugs://bugs.debian.org>. Meestal is dit veld niet nodig.
+
+=item B<Rules-Requires-Root:> B<no>|B<binary-targets>|I<impl-trefwoorden>
+
+Dit veld wordt gebruikt om aan te geven of het bestand B<debian/rules> voorrechten van (fake)root nodig heeft om sommige van zijn targets uit te voeren, en zo ja wanneer.
+
+=over
+
+=item B<no>
+
+De binaire targets zullen (fake)root helemaal niet nodig hebben.
+
+=item B<binary-targets>
+
+De binaire targets moeten altijd onder (fake)root uitgevoerd worden. Dit is de standaardwaarde als dit veld ontbreekt. Als dit veld toegevoegd wordt met een expliciete B<binary-targets>, terwijl dit strikt genomen niet nodig is, geeft dit aan dat de noodzaak ervan onderzocht werd.
+
+=item I<impl-trefwoorden>
+
+Dit is een door witruimte gescheiden lijst van trefwoorden die omschrijven wanneer (fake)root vereist is.
+
+Een trefwoord bestaat uit I<naamruimte>/I<gevallen>. Het onderdeel I<naamruimte> mag geen "/" en geen witruimte bevatten. Het onderdeel I<gevallen> mag geen witruimte bevatten. Voorts moeten beide delen volledig uit afdrukbare ASCII-tekens bestaan.
+
+Elk gereedschap/pakket zal een naamruimte definiëren die vernoemd wordt naar zichzelf en een aantal gevallen waarin (fake)root vereist is. (Zie "Implementation provided keywords" in I<rootless-builds.txt>).
+
+Wanneer het veld ingesteld is op een van de I<impl-trefwoorden>, zal het bouwprogramma een interface ontsluiten die gebruikt wordt om een commando onder (fake)root uit te voeren. (Zie "Gain Root API" in I<rootless-builds.txt>.)
+
+=back
+
+=item B<Testsuite:> I<namenlijst>
+
+=item B<Testsuite-Triggers:> I<pakketlijst>
+
+Deze velden worden beschreven in de man-pagina B<dsc>(5), aangezien zij gegenereerd worden op basis van informatie, afgeleid uit B<debian/tests/control>, of letterlijk naar het controlebestand van de broncode gekopieerd worden.
+
+=item B<Vcs-Arch:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Bzr:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Cvs:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Darcs:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Git:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Hg:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Mtn:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Svn:> I<URL>
+
+De I<URL> van de opslagruimte van het versiecontrolesysteem dat gebruikt wordt bij het onderhouden van dit pakket. Momenteel worden ondersteund: B<Arch>, B<Bzr> (Bazaar), B<Cvs>, B<Darcs>, B<Git>, B<Hg> (Mercurial), B<Mtn> (Monotone) en B<Svn> (Subversion). Meestal verwijst dit veld naar de laatste versie van het pakket, zoals de hoofdtak (main branch) of de stam (trunk)
+
+=item B<Vcs-Browser:> I<URL>
+
+De I<URL> van een webinterface om door de opslagruimte van het versiecontrolesysteem te bladeren.
+
+=item B<Origin:> I<naam>
+
+De naam van de distributie waaruit dit pakket afkomstig is. Meestal is dit veld niet nodig.
+
+=item B<Section:> I<sectie>
+
+Dit is een veld van algemene aard dat het pakket in een categorie onderbrengt op basis van de software die het installeert. Enkele gebruikelijke secties zijn B<utils>, B<net>, B<mail>, B<text>, B<x11>, enz.
+
+=item B<Priority:> I<prioriteit>
+
+Duidt het belang van dit pakket aan in verhouding tot het gehele systeem. Gebruikelijke prioriteiten zijn B<required>, B<standard>, B<optional>, B<extra>, enz.
+
+De velden B<Section> en B<Priority> hebben gewoonlijk een welbepaalde set mogelijke waarden, afhankelijk van de richtlijnen van de distributie.
+
+=item B<Build-Depends:> I<pakketlijst>
+
+Een lijst van pakketten die geïnstalleerd en geconfigureerd moeten zijn om het pakket uit de broncode te kunnen bouwen. Aan deze vereisten moet voldaan zijn bij het bouwen van binaire architectuurafhankelijke of architectuuronafhankelijke pakketten en broncodepakketten. Een vereiste vermelden in dit veld heeft niet exact hetzelfde effect als ze zowel in B<Build-Depends-Arch> als in B<Build-Depends-Indep> vermelden, aangezien ook voldaan moet zijn aan de vereiste voor het bouwen van het broncodepakket.
+
+=item B<Build-Depends-Arch:> I<pakketlijst>
+
+Hetzelfde als B<Build-Depends>, maar ze zijn enkel nodig bij het bouwen van de architectuurafhankelijke pakketten. In dit geval worden ook de pakketten uit B<Build-Depends> geïnstalleerd. Dit veld wordt ondersteund sinds dpkg 1.16.4; om met oudere versies van dpkg pakketten te bouwen moet in plaats daarvan B<Build-Depends> gebruikt worden.
+
+=item B<Build-Depends-Indep:> I<pakketlijst>
+
+Hetzelfde als B<Build-Depends>, maar ze zijn enkel nodig bij het bouwen van de architectuuronafhankelijke pakketten. In dit geval worden ook de pakketten uit B<Build-Depends> geïnstalleerd.
+
+=item B<Build-Conflicts:> I<pakketlijst>
+
+Een lijst van pakketten die niet geïnstalleerd mogen zijn bij het bouwen van het pakket, bijvoorbeeld omdat ze interfereren met het gebruikte bouwsysteem. Een afhankelijkheidsrelatie opnemen in deze lijst heeft hetzelfde effect als ze zowel in B<Build-Conflicts-Arch> als in B<Build-Conflicts-Indep> opnemen, met het bijkomende effect dat ze ook gebruikt wordt als enkel het broncodepakket gebouwd wordt.
+
+=item B<Build-Conflicts-Arch:> I<pakketlijst>
+
+Hetzelfde als B<Build-Conflicts>, maar enkel bij het bouwen van de architectuurafhankelijke pakketten. Dit veld wordt ondersteund sinds dpkg 1.16.4; om met oudere versies van dpkg pakketten te bouwen moet in plaats daarvan B<Build-Conflicts> gebruikt worden.
+
+=item B<Build-Conflicts-Indep:> I<pakketlijst>
+
+Hetzelfde als B<Build-Conflicts>, maar enkel bij het bouwen van de architectuuronafhankelijke pakketten.
+
+=back
+
+De syntaxis van de velden B<Build-Depends>, B<Build-Depends-Arch> en B<Build-Depends-Indep> is een lijst van groepen van alternatieve pakketten. Elke groep is een lijst van pakketten die onderling gescheiden worden door het symbool verticale streep (of “pijp”), ‘B<|>’. De groepen worden onderling gescheiden door komma's ‘B<,>’ en de lijst kan eindigen met een afsluitende komma, die bij het genereren van de velden voor B<deb-control>(5) weggelaten zal worden (sinds dpkg 1.10.14). Een komma moet geïnterpreteerd worden als een “AND” en een pijp als een “OR”, waarbij pijpen de sterkste binding hebben. Elke pakketnaam kan facultatief gevolgd worden door een architectuurkwalificatie, die toegevoegd wordt na een dubbele punt ‘B<:>’, facultatief gevolgd door de vermelding van een versienummer tussen ronde haakjes ‘B<(>’ en ‘B<)>’, een architectuurspecificatie tussen vierkante haakjes ‘B<[>’ en ‘B<]>’ en een restrictieformule die bestaat uit één of meer lijsten van profielnamen tussen punthaakjes ‘B<E<lt>>’ en ‘B<E<gt>>’.
+
+De syntaxis van de velden B<Build-Conflicts>, B<Build-Conflicts-Arch> en B<Build-Conflicts-Indep> is een lijst van pakketnamen die onderling gescheiden zijn door een komma, waarbij de komma geïnterpreteerd moet worden als een “AND” en waarbij de lijst kan eindigen met een afsluitende komma, die bij het genereren van de velden voor B<deb-control>(5) weggelaten zal worden (sinds dpkg 1.10.14).. Het specificeren van alternatieve pakketten met behulp van een “pijp” wordt niet ondersteund. Elke pakketnaam kan facultatief gevolgd worden door de vermelding van een versienummer tussen ronde haakjes, een architectuurspecificatie tussen vierkante haakjes en een restrictieformule die bestaat uit één of meer lijsten van profielnamen tussen punthaakjes.
+
+De naam van een architectuurkwalificatie kan een echte Debian-architectuurnaam zijn (sinds dpkg 1.16.5), B<any> (sinds dpkg 1.16.2) of B<native> (since dpkg 1.16.5). Indien ze weggelaten is, is de standaard voor het veld B<Build-Depends> de architectuur van de huidige computer en voor het veld B<Build-Conflicts> is dat B<any>. Een echte Debian-architectuurnaam komt exact overeen met die architectuur voor die pakketnaam; B<any> komt overeen met om het even welke architectuur voor die pakketnaam als het pakket gemarkeerd werd als B<Multi-Arch: allowed>; B<native> komt overeen met de huidige bouwarchitectuur indien het pakket niet gemarkeerd werd als B<Multi-Arch: foreign>.
+
+Een versienummer kan beginnen met een ‘B<E<gt>E<gt>>’. In dat geval levert dit met alle latere versies een overeenkomst op. Een versienummer kan al dan niet ook een Debian-pakketrevisie bevatten (met een koppelteken tussen versienummer en Debian-pakketrevisie). Toegestane versierelaties zijn ‘B<E<gt>E<gt>>’ voor hoger dan, ‘B<E<lt>E<lt>>’ voor lager dan, ‘B<E<gt>=>’ voor hoger of gelijk aan, ‘B<E<lt>=>’ voor lager of gelijk aan en ‘B<=>’ voor gelijk aan.
+
+Een architectuuraanduiding bestaat uit één of meer architectuurnamen, onderling gescheiden door witruimte. Een uitroepteken mag elk van de namen voorafgaan, hetgeen de betekenis heeft van “NOT” (niet).
+
+Een restrictieformule bestaat uit één of meer restrictielijsten, onderling gescheiden door witruimte. Elke restrictielijst staat tussen punthaakjes. De items in de restrictielijst zijn bouwprofielnamen, onderling gescheiden door witruimte, en kunnen voorafgegaan worden door een uitroepteken, hetgeen de betekenis heeft van “NOT” (niet). Een restrictieformule heeft de verschijningsvorm van een expressie in disjunctieve normaalvorm.
+
+Merk op dat de vermelding dat pakketten vereist worden die behoren tot de categorie B<build-essential>, weggelaten kan worden en dat het onmogelijk is om tegenover dergelijke pakketten een bouwtegenstrijdigheid te formuleren. Een lijst van deze pakketten is te vinden in het pakket build-essential.
+
+=head1 VELDEN BINAIR PAKKET
+
+Merk op dat de velden B<Priority>, B<Section> en B<Homepage> ook in een onderdeel over een binair pakket kunnen voorkomen ter vervanging van de globale waarde uit het broncodepakket.
+
+=over
+
+=item B<Package:> I<naam-binair-pakket> (verplicht)
+
+Dit veld wordt gebruikt om de naam van het binaire pakket te vermelden. Dezelfde restricties gelden als voor de naam van een broncodepakket.
+
+=item B<Package-Type:> B<deb>|B<udeb>|I<type>
+
+Dit veld definieert het pakkettype. B<udeb> is voor pakketten waarvan de omvang aan beperkingen onderworpen is en die door het installatieprogramma van Debian gebruikt worden. B<deb> is de standaardwaarde, die verondersteld wordt als het veld ontbreekt. In de toekomst kunnen nog andere types toegevoegd worden.
+
+=item B<Architecture:> I<arch>|B<all>|B<any> (verplicht)
+
+De architectuur geeft aan op welk type hardware dit pakket werkt. Gebruik de waarde B<any> voor pakketten die op alle architecturen werken. Voor pakketten die architectuuronafhankelijk zijn, zoals shell- en Perl-scripts of documentatie, moet u de waarde B<all> gebruiken. Om pakketten tot een bepaalde set van architecturen te beperken, moet u de namen van de architecturen opgeven, onderling gescheiden door een spatie. Het is ook mogelijk om architectuur-jokers te plaatsen in de lijst (zie B<dpkg-architecture>(1) voor bijkomende informatie daarover).
+
+=item B<Build-Profiles:> I<restrictie-formule>
+
+Dit veld geeft de condities aan waaronder dit binaire pakket al dan niet te bouwen is. Om deze conditie uit te drukken wordt voor de restrictieformule dezelfde syntaxis gebruikt als die van het veld B<Build-Depends> (met inbegrip van de hoekige haakjes).
+
+Indien een onderdeel over een binair pakket dit veld niet bevat, dan betekent dit impliciet dat het te bouwen is met alle bouwprofielen (met inbegrip van helemaal geen).
+
+Met andere woorden, indien aan jet onderdeel over een binair pakket een niet-leeg B<Build-Profiles>-veld toegevoegd is, dan wordt dat binair pakket gegenereerd indien en enkel indien de conditie die uitgedrukt wordt door de expressie in conjunctieve normaalvorm als waar geëvalueerd wordt.
+
+=item B<Protected:> B<yes>|B<no>
+
+=item B<Essential:> B<yes>|B<no>
+
+=item B<Build-Essential:> B<yes>|B<no>
+
+=item B<Multi-Arch:> B<same>|B<foreign>|B<allowed>|B<no>
+
+=item B<Tag:> I<lijst-van-markeringen>
+
+=item B<Description:> I<korte-beschrijving> (aanbevolen)
+
+Deze velden worden beschreven in de man-pagina B<deb-control>(5), vermits zij letterlijk naar het controlebestand van het binaire pakket gekopieerd worden.
+
+=item B<Depends:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Pre-Depends:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Recommends:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Suggests:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Breaks:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Enhances:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Replaces:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Conflicts:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Provides:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Built-Using:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Static-Built-Using:> I<pakketlijst>
+
+Deze velden benoemen relaties tussen pakketten. Ze worden besproken in de man-pagina B<deb-control>(5). Wanneer deze velden in I<debian/control> voorkomen, kunnen ze ook eindigen met een afsluitende komma (sinds dpkg 1.10.14), kunnen ze architectuurspecificaties bevatten en restrictieformules bevatten, wat bij het genereren van de velden voor B<deb-control>(5) allemaal teruggebracht zal worden.
+
+=item B<Subarchitecture:> I<waarde>
+
+=item B<Kernel-Version:> I<waarde>
+
+=item B<Installer-Menu-Item:> I<waarde>
+
+Deze velden worden door het installatieprogramma van Debian in B<udeb>'s gebruikt en zijn meestal niet nodig. Zie voor meer details over deze velden L<https://salsa.debian.org/installer-team/debian-installer/-/raw/master/doc/devel/modules.txt>.
+
+=back
+
+=head1 DOOR DE GEBRUIKER GEDEFINIEERDE VELDEN
+
+Het is toegelaten om aan het bestand control bijkomende door de gebruiker gedefinieerde velden toe te voegen. De gereedschappen zullen deze velden negeren. Indien u wilt dat de velden mee gekopieerd worden naar de uitvoerbestanden, zoals de binaire pakketten, moet u een aangepast naamgevingsschema hanteren: de velden moeten beginnen met een B<X>, gevolgd door nul of meer van de tekens B<SBC> en een koppelteken.
+
+=over
+
+=item B<S>
+
+Het veld zal voorkomen in het control-bestand van het broncodepakket, zie B<dsc>(5).
+
+=item B<B>
+
+Het veld zal voorkomen in het control-bestand van het binair pakket, zie B<deb-control>(5).
+
+=item B<C>
+
+Het veld zal voorkomen in het controlebestand (.changes) van de upload, zie B<deb-changes>(5).
+
+=back
+
+Merk op dat de voorvoegsels B<X>[B<SBC>]B<-> weggelaten worden wanneer de velden gekopieerd worden naar de uitvoerbestanden. Een veld B<XC-Approved-By> zal als B<Approved-By> in het changes-bestand vermeld staan en niet opgenomen zijn in het control-bestand van het binair en het bronpakket.
+
+Houd er rekening mee dat deze door de gebruiker gedefinieerde velden gebruik maken van de globale naamruimte, waardoor ze op een gegeven ogenblik in de toekomst in botsing zouden kunnen komen met officieel erkende velden. Om deze mogelijke situatie te vermijden kunt u die velden laten voorafgaan door B<Private->, zoals B<XB-Private-Nieuw-Veld>.
+
+=head1 VOORBEELD
+
+ # Commentaar
+ Source: dpkg
+ Section: admin
+ Priority: required
+ Maintainer: Dpkg Developers <debian-dpkg@lists.debian.org>
+ # dit veld wordt gekopieerd naar het binaire en het broncodepakket
+ XBS-Upstream-Release-Status: stable
+ Homepage: https://wiki.debian.org/Teams/Dpkg
+ Vcs-Browser: https://git.dpkg.org/cgit/dpkg/dpkg.git
+ Vcs-Git: https://git.dpkg.org/git/dpkg/dpkg.git
+ Standards-Version: 3.7.3
+ Build-Depends: pkg-config, debhelper (>= 4.1.81),
+ libselinux1-dev (>= 1.28-4) [!linux-any]
+
+ Package: dpkg-dev
+ Section: utils
+ Priority: optional
+ Architecture: all
+ # dit is een aangepast veld in het binaire pakket
+ XB-Mentoring-Contact: Raphael Hertzog <hertzog@debian.org>
+ Depends: dpkg (>= 1.14.6), perl5, perl-modules, cpio (>= 2.4.2-2),
+ bzip2, lzma, patch (>= 2.2-1), make, binutils, libtimedate-perl
+ Recommends: gcc | c-compiler, build-essential
+ Suggests: gnupg, debian-keyring
+ Conflicts: dpkg-cross (<< 2.0.0), devscripts (<< 2.10.26)
+ Replaces: manpages-pl (<= 20051117-1)
+ Description: Debian package development tools
+ This package provides the development tools (including dpkg-source)
+ required to unpack, build and upload Debian source packages.
+ .
+ Most Debian source packages will require additional tools to build;
+ for example, most packages need make and the C compiler gcc.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+I<%PKGDOCDIR%/spec/rootless-builds.txt>, L<deb822(5)>, B<deb-control>(5), B<deb-version>(7), B<dpkg-source>(1)
+
diff --git a/man/nl/deb-src-files.pod b/man/nl/deb-src-files.pod
new file mode 100644
index 0000000..50e7793
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-src-files.pod
@@ -0,0 +1,48 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-src-files - Indeling van het Debian distributiebestand
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/files>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit bestand bevat de lijst van voorwerpen die via het controlebestand B<.changes> dienen gedistribueerd te worden.
+
+Het bestand I<debian/files> heeft een eenvoudige indeling waarbij de elementen door witruimte van elkaar gescheiden worden.
+
+=over
+
+I<bestandsnaam> I<sectie> I<prioriteit> [ I<trefwoord=waarde...> ]
+
+=back
+
+I<bestandsnaam> is de naam van het te distribueren voorwerp.
+
+I<sectie> en I<prioriteit> komen overeen met de respectieve controlevelden uit het .deb-bestand. Welke waarden mogelijk zijn, is specifiek voor het archief van elke distributie.
+
+I<trefwoord=waarde...> komt overeen met een facultatieve door witruimte afgebakende lijst van attributen voor dit element. Momenteel is het enige ondersteunde trefwoord B<automatic> met als waarde B<yes>, om automatisch gegenereerde bestanden te markeren.
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+Het is niet de bedoeling dat dit bestand rechtstreeks gewijzigd wordt. Gelieve ofwel B<dpkg-gencontrol> of B<dpkg-distaddfile> te gebruiken om er elementen aan toe te voegen.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-genchanges>(1), B<dpkg-distaddfile>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-src-rules.pod b/man/nl/deb-src-rules.pod
new file mode 100644
index 0000000..0d6a83f
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-src-rules.pod
@@ -0,0 +1,66 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-src-rules - Aanwijzingenbestand van Debian-bronpakketten
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/rules>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit bestand bevat de noodzakelijke instructies om op basis van het bronpakket de binaire pakketten te bouwen.
+
+Het bestand I<debian/rules> is een uitvoerbare Makefile met een shebang die gewoonlijk ingesteld staat op "#!/usr/bin/make -f".
+
+De volgende targets van 'make' moeten erdoor ondersteund worden:
+
+=over
+
+=item B<clean>
+
+De broncodeboom opschonen door elke wijziging ongedaan te maken die door een van de targets van het type 'build' of 'binary' doorgevoerd werden. Dit target wordt aanroepen met systeembeheerderprivileges.
+
+=item B<build-indep>
+
+Bouwen van de architectuuronafhankelijke bestanden die nodig zijn om een architectuuronafhankelijk binair pakket te bouwen. Indien er geen architectuuronafhankelijke binaire pakketten gegenereerd moeten worden, moet dit target toch aanwezig zijn, maar niets doen. Dit target mag geen systeembeheerderprivileges vereisen.
+
+=item B<build-arch>
+
+Bouwen van de architectuurafhankelijke bestanden die nodig zijn om een architectuurafhankelijk binair pakket te bouwen. Indien er geen architectuurafhankelijke binaire pakketten gegenereerd moeten worden, moet dit target toch aanwezig zijn, maar niets doen. Dit target mag geen systeembeheerderprivileges vereisen.
+
+=item B<build>
+
+Bouwen van architectuuronafhankelijke en architectuurafhankelijke bestanden door ofwel te steunen (minstens transitief) op B<build-indep> en/of B<build-arch>, of door zelf de taken op te nemen die deze targets anders zouden uitvoeren. Dit target mag geen systeembeheerderprivileges vereisen.
+
+=item B<binary-indep>
+
+Bouwen van architectuuronafhankelijke binaire pakketten. Dit target moet steunen (minstens transitief) op B<build-indep> of op B<build>. Dit target wordt aanroepen met systeembeheerderprivileges.
+
+=item B<binary-arch>
+
+Bouwen van architectuurafhankelijke binaire pakketten. Dit target moet steunen (minstens transitief) op B<build-arch> of op B<build>. Dit target wordt aanroepen met systeembeheerderprivileges.
+
+=item B<binary>
+
+Bouwen van architectuuronafhankelijke en architectuurafhankelijke binaire pakketten door ofwel te steunen (minstens transitief) op B<binary-indep> en/of B<binary-arch>, of door zelf de taken op te nemen die deze targets anders zouden uitvoeren. Dit target wordt aanroepen met systeembeheerderprivileges.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-architecture>(1), B<dpkg-vendor>(1), B<dpkg-buildflags>(1), B<dpkg-parsechangelog>(1), B<dpkg-shlibdeps>(1), B<dpkg-gencontrol>(1), B<dpkg-deb>(1), B<dpkg-distaddfile>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-src-symbols.pod b/man/nl/deb-src-symbols.pod
new file mode 100644
index 0000000..41d4db8
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-src-symbols.pod
@@ -0,0 +1,212 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-src-symbols - Uitgebreid sjabloonbestand van Debian voor gedeelde bibliotheken
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/>I<pakket>B<.symbols.>I<arch>, B<debian/symbols.>I<arch>, B<debian/>I<pakket>B<.symbols>, B<debian/symbols>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+De symboolbestand-sjablonen worden geleverd met Debian bronpakketten en de indeling ervan is een superverzameling van de symboolbestanden, geleverd in binaire pakketten, zie L<deb-symbols(5)>.
+
+=head2 Commentaar
+
+Commentaar wordt ondersteund in sjabloonsymboolbestanden. Elke regel met ‘#’ als eerste teken is een commentaarregel, behalve als die regel begint met ‘#include’ (zie het onderdeel over B<Het gebruik van includes>). Regels die beginnen met ‘#MISSING:’ zijn een bijzondere vorm van commentaar waarin symbolen die verdwenen zijn, gedocumenteerd worden.
+
+=head2 Substitutie van #PACKAGE# gebruiken
+
+In enkele zeldzame gevallen verschilt de naam van de bibliotheek naargelang de architectuur. Om de naam van het pakket niet rechtstreeks in het symboolbestand te moeten inschrijven, kunt u gebruik maken van de marker I<#PACKAGE#>. Die zal tijdens de installatie van de symboolbestanden vervangen worden door de echte pakketnaam. In tegenstelling tot de marker I<#MINVER#>, zal I<#PACKAGE#> nooit te vinden zijn in een symboolbestand binnenin een binair pakket.
+
+=head2 Symbooltags gebruiken
+
+Het gebruik van symbooltags is nuttig om symbolen te markeren die op een of andere manier bijzonder zijn. Aan elk symbool kan een arbitrair aantal tags gekoppeld worden. Hoewel alle tags ontleed en opgeslagen worden, worden slechts een aantal ervan herkend door B<dpkg-gensymbols>. Ze lokken een speciale behandeling van de symbolen uit. Zie het onderdeel B<Standaard symbooltags> voor een voorstelling van deze tags.
+
+Tags worden vlak voor de symboolnaam opgegeven (tussenin mag er geen witruimte zijn). Een opgave begint steeds met het openen van een haakje B<(> en eindigt met het sluiten ervan B<)> en moet minstens één tag bevatten. Meerdere tags worden onderling gescheiden door een B<|>-teken. Elke tag kan een facultatieve waarde hebben die van de naam van de tag gescheiden wordt door het teken B<=>. Namen van tags en waarden kunnen arbitraire tekenreeksen zijn, behalve dat zij niet de speciale tekens B<)> B<|> B<=> mogen bevatten. De symboolnaam die na een tagopgave komt kan facultatief tussen aanhalingstekens geplaatst worden, ofwel met B<'> of met B<">, waardoor hij witruimte mag bevatten. Evenwel, indien er voor het symbool geen tags opgegeven werden, zullen de aanhalingstekens behandeld worden als onderdeel van de naam van het symbool die eindigt bij de eerste spatie.
+
+ (tag1=ik werd gemarkeerd|tagnaam met spatie)"getagd aangehaald symbool"@Base 1.0
+ (optioneel)getagd_niet-aangehaald_symbool@Base 1.0 1
+ niet-getagd_symbool@Base 1.0
+
+Het eerste symbool in het voorbeeld werd I<getagd en aangehaald symbool> genoemd en heeft twee tags: I<tag1> met als waarde I<ik werd gemarkeerd> en I<tagnaam met spatie> die geen waarde heeft. Het tweede symbool met als naam I<getagd_niet-aangehaald_symbool> werd enkel gemarkeerd met de tag die I<optioneel> als naam heeft. Het laatste symbool is een voorbeeld van een normaal niet-getagd symbool.
+
+Aangezien symbooltags een uitbreiding zijn van het B<deb-symbols>(5)-systeem, kunnen zij enkel deel uitmaken van de symboolbestanden die in broncodepakketten gebruikt worden (die bestanden moeten dan gezien worden als sjablonen die gebruikt worden om de symboolbestanden te bouwen die in de binaire pakketten zitten). Indien B<dpkg-gensymbols> aangeroepen wordt zonder de optie B<-t> zal het symboolbestanden produceren die compatibel zijn met het B<deb-symbols>(5)-systeem: er gebeurt een volledige verwerking van de symbolen in overeenstemming met de vereisten van hun standaardtags en de uitvoer wordt ontdaan van alle tags. In sjabloonmodus (B<-t>) daarentegen blijven in de uitvoer alle symbolen en hun tags (zowel de standaardtags als de niet-gekende) behouden en worden ze in hun originele vorm neergeschreven zoals ze geladen werden.
+
+=head2 Standaard symbooltags
+
+=over
+
+=item B<optional>
+
+Een symbool dat als optional (facultatief) gemarkeerd is, kan om het even wanneer uit de bibliotheek verdwijnen en dat feit zal nooit een mislukking van B<dpkg-gensymbols> tot gevolg hebben. Nochtans zullen verdwenen facultatieve symbolen permanent als MISSING (ontbrekend) aangegeven worden in de diff (weergave van de veranderingen) bij elke nieuwe pakketrevisie. Dit gedrag dient als een geheugensteuntje voor de onderhouder dat een dergelijk symbool verwijderd moet worden uit het symboolbestand of terug toegevoegd aan de bibliotheek. Indien een facultatief symbool dat eerder als MISSING opgetekend stond in een volgende revisie plots opnieuw terug opduikt, zal het terug opgewaardeerd worden naar de status “existing” (bestaand) zonder wijziging van zijn minimumversie.
+
+Deze tag is nuttig voor private symbolen waarvan de verdwijning geen ABI-breuk veroorzaakt. De meeste van de C++-sjabloon-instantiaties vallen bijvoorbeeld onder deze categorie. Zoals elke andere tag kan ook deze een arbitraire waarde hebben: die kan gebruikt worden om aan te geven waarom het symbool als facultatief beschouwd wordt.
+
+=item B<arch=>I<architectuurlijst>
+
+=item B<arch-bits=>I<architectuur-bits>
+
+=item B<arch-endian=>I<architectuur-endianness>
+
+Deze tags laten iemand toe om de set architecturen waarvoor het symbool verondersteld wordt te bestaan, te beperken. De tags B<arch-bits> en B<arch-endian> worden sinds dpkg 1.18.0 ondersteund. Als de symbolenlijst bijgewerkt wordt met de symbolen die in de bibliotheek gevonden worden, worden alle architectuurspecifieke symbolen die van geen belang zijn voor de huidige hostarchitectuur, behandeld alsof ze niet bestaan. Indien een architectuurspecifiek symbool dat betrekking heeft op de huidige hostarchitectuur, ontbreekt in de bibliotheek, zijn de normale procedures die gelden voor ontbrekende symbolen, van toepassing en dit kan het mislukken van B<dpkg-gensymbols> tot gevolg hebben. Anderzijds, indien het architectuurspecifieke symbool aangetroffen wordt als het er niet verondersteld wordt te zijn (omdat de huidige hostarchitectuur niet vermeld wordt in de tag of niet overeenkomt met de endianness of de bits), dan wordt het architectuurneutraal gemaakt (d.w.z. dat de tags arch, arch-bits en arch-endian weggelaten worden en het symbool omwille van deze verandering in de diff (weergave van de veranderingen) opgenomen zal worden), maar het wordt niet als nieuw beschouwd.
+
+Als in de standaardmodus (niet-sjabloonmodus) gewerkt wordt, worden van de architectuurspecifieke symbolen enkel die in het symboolbestand opgeschreven die overeenkomen met de huidige hostarchitectuur. Als daarentegen in de sjabloonmodus gewerkt wordt, worden steeds alle architectuurspecifieke symbolen (ook die voor vreemde architecturen) opgeschreven in het symboolbestand.
+
+De indeling voor de I<architectuurlijst> is dezelfde als die welke gebruikt wordt voor het veld B<Build-Depends> van I<debian/control> (behalve de omsluitende vierkante haakjes []). Met het eerste symbool uit de onderstaande lijst zal bijvoorbeeld enkel rekening gehouden worden bij de architecturen alpha, any-amd64 en ia64, met het tweede enkel op linux-architecturen en met het derde overal behalve op armel.
+
+ (arch=alpha any-amd64 ia64)64bits_specifiek_symbool@Base 1.0
+ (arch=linux-any)linux_specifiek_symbool@Base 1.0
+ (arch=!armel)symbool_dat_armel_niet_heeft@Base 1.0
+
+De waarde van I<architectuur-bits> is ofwel B<32> of B<64>.
+
+ (arch-bits=32)32bits_specifiek_symbool@Base 1.0
+ (arch-bits=64)64bits_specifiek_symbool@Base 1.0
+
+De waarde van I<architectuur-endianness> is ofwel B<little> of B<big>.
+
+ (arch-endian=little)little_endian_specifiek_symbool@Base 1.0
+ (arch-endian=big)big_endian_specifiek_symbool@Base 1.0
+
+Meerdere beperkingen kunnen aaneengeregen worden.
+
+ (arch-bits=32|arch-endian=little)32bit_le_symbool@Base 1.0
+
+=item B<allow-internal>
+
+dpkg-gensymbols hanteert een lijst van interne symbolen die niet zouden mogen voorkomen in symboolbestanden omdat ze gewoonlijk slechts een neveneffect zijn van details in de wijze waarop de gereedschapsketen (toolchain) geïmplementeerd wordt. Indien u om een of andere reden echt wilt dat een van deze symbolen opgenomen wordt in het symboolbestand, moet u het symbool markeren met de tag B<allow-internal>. Dit kan nodig zijn voor sommige gereedschapsketenbibliotheken van lagere orde zoals “libgcc”.
+
+=item B<ignore-blacklist>
+
+Een verouderde alias voor B<allow-internal> (sinds dpkg 1.20.1, ondersteund sinds dpkg 1.15.3).
+
+=item B<c++>
+
+Geeft een I<c++>-symboolpatroon aan. Zie hierna in de subsectie B<Het gebruik van symboolpatronen>.
+
+=item B<symver>
+
+Geeft een I<symver> (symboolversie) symboolpatroon aan. Zie hierna in de subsectie B<Het gebruik van symboolpatronen>.
+
+=item B<regex>
+
+Geeft een I<regex>-symboolpatroon aan. Zie hierna in de subsectie B<Het gebruik van symboolpatronen>.
+
+=back
+
+=head2 Het gebruik van symboolpatronen
+
+Anders dan een standaardbeschrijving van een symbool, kan een patroon meerdere echte symbolen uit de bibliotheek dekken. B<dpkg-gensymbols> zal proberen om elk patroon te vergelijken met elk reëel symbool waarvoor in het symboolbestand I<geen> specifiek symbooltegenhanger gedefinieerd werd. Telkens wanneer een eerste overeenkomst met een patroon gevonden wordt, worden alle tags en eigenschappen ervan gebruikt als basisspecificatie voor het symbool. Indien er met geen enkel patroon een overeenkomst gevonden wordt, zal het symbool als nieuw beschouwd worden.
+
+Een patroon wordt als verloren beschouwd als het met geen enkel symbool uit de bibliotheek overeenkomt. Standaard zal dit onder B<-c1> of een hoger niveau een mislukking van B<dpkg-gensymbols> uitlokken. Indien een dergelijke mislukking echter onwenselijk is, kan het patroon gemarkeerd worden met de tag I<optional>. Als het patroon in dat geval geen overeenkomst oplevert, zal het enkel in de diff (weergave van de wijzigingen) als MISSING (ontbrekend) vermeld worden. Zoals elk ander symbool kan ook een patroon beperkt worden tot specifieke architecturen met de tag I<arch>. Raadpleeg het onderdeel B<Standaard symbooltags> hierboven voor meer informatie.
+
+Patronen vormen een uitbreiding van het B<deb-symbols>(5)-systeem en zijn daarom enkel geldig in symboolbestand-sjablonen. De syntaxis voor het opgeven van patronen verschilt niet van die voor een specifiek symbool. Het onderdeel symboolnaam van de specificatie fungeert echter als een expressie die vergeleken wordt met I<naam@versie> van het echte symbool. Om het onderscheid te maken tussen verschillende types patronen, wordt een patroon doorgaans gemarkeerd met een speciale tag.
+
+Op dit ogenblik ondersteunt B<dpkg-gensymbols> drie fundamentele patroontypes:
+
+=over
+
+=item B<c++>
+
+Dit patroon wordt met de tag I<c++> aangeduid. Het zoekt enkel een overeenkomst met C++-symbolen aan de hand van hun ontwarde (demangled) symboolnaam (zoals die weergegeven wordt door het hulpprogramma B<c++filt>(1)). Dit patroon is zeer handig om symbolen te vinden waarvan de verhaspelde naam op verschillende architecturen anders kan zijn, terwijl hun ontwarde naam gelijk blijft. Een groep van dergelijke symbolen is I<non-virtual thunks> die architectuurspecifieke geheugenplaatsen ingebed hebben in hun verhaspelde naam. Een courant voorkomend voorbeeld hiervan is een virtuele destructor die onder een diamantovererving een niet-virtueel thunk-symbool nodig heeft. Bijvoorbeeld, zelfs als _ZThn8_N3NSB6ClassDD1Ev@Base op 32-bits-architecturen wellicht _ZThn16_N3NSB6ClassDD1Ev@Base zal zijn op 64-bits-architecturen, kunnen zij met één enkel I<c++>-patroon aangeduid worden:
+
+ libdummy.so.1 libdummy1 #MINVER#
+ [...]
+ (c++)"non-virtual thunk to NSB::ClassD::~ClassD()@Base" 1.0
+ [...]
+
+De bovenstaande ontwarde naam kan verkregen worden door het volgende commando uit te voeren:
+
+ $ echo '_ZThn8_N3NSB6ClassDD1Ev@Base' | c++filt
+
+Merk op dat een verhaspelde naam per definitie uniek is in de bibliotheek, maar dat dit niet noodzakelijk het geval is voor ontwarde namen. Een aantal verschillende echte symbolen kan dezelfde ontwarde naam hebben. Dat is bijvoorbeeld het geval met niet-virtuele thunk-symbolen in complexe overervingsconfiguraties of met de meeste constructors en destructors (vermits g++ voor hen doorgaans twee echte symbolen genereert). Vermits deze collisies zich op het ABI-niveau voordoen, verminderen zij evenwel niet de kwaliteit van het symboolbestand.
+
+=item B<symver>
+
+Dit patroon wordt door de tag I<symver> aangegeven. Goed onderhouden bibliotheken hebben symbolen met versienummers, waarbij elke versie overeenkomt met de toeleveraarsversie waar het symbool toegevoegd werd. Indien dat het geval is, kunt u een I<symver>-patroon gebruiken om eventuele symbolen aan te duiden die gekoppeld zijn aan de specifieke versie. Bijvoorbeeld:
+
+ libc.so.6 libc6 #MINVER#
+ (symver)GLIBC_2.0 2.0
+ [...]
+ (symver)GLIBC_2.7 2.7
+ access@GLIBC_2.0 2.2
+
+Alle symbolen die horen bij de versies GLIBC_2.0 en GLIBC_2.7 zullen resulteren in de respectieve minimale versies 2.0 en 2.7, met uitzondering van het symbool access@GLIBC_2.0. Dit laatste zal resulteren in een minimale vereiste van libc6 versie 2.2 en dit ondanks het feit dat het valt binnen het bereik van het patroon "(symver)GLIBC_2.0". De reden hiervoor is dat specifieke symbolen voorrang hebben op patronen.
+
+Merk op dat hoewel patronen met jokertekens volgens de oude stijl (in het veld symboolnaam aangegeven door "*@version") nog steeds ondersteund worden, zij vervangen werden door een syntaxis volgens de nieuwe stijl "(symver|optional)version". Als hetzelfde effect gewenst wordt moet bijvoorbeeld "*@GLIBC_2.0 2.0" geschreven worden als "(symver|optional)GLIBC_2.0 2.0".
+
+=item B<regex>
+
+Patronen in de vorm van reguliere expressies worden aangegeven met de tag I<regex>. Zij zoeken naar een overeenkomst met de in het veld symboolnaam vermelde perl reguliere expressie. Een reguliere expressie wordt als zodanig vergeleken. Daarom mag u niet vergeten ze te laten beginnen met het teken I<^>. Anders kan ze een overeenkomst opleveren met om het even welk deel van de tekenreeks I<naam@versie> van het echte symbool. Bijvoorbeeld:
+
+ libdummy.so.1 libdummy1 #MINVER#
+ (regex)"^mystack_.*@Base$" 1.0
+ (regex|optional)"private" 1.0
+
+Symbolen zoals "mystack_new@Base", "mystack_push@Base", "mystack_pop@Base" enz. zullen door het eerste patroon gevonden worden, terwijl dat voor "ng_mystack_new@Base" niet het geval zou zijn. Het tweede patroon zal een overeenkomst opleveren met alle symbolen die in hun naam de tekenreeks "private" hebben en de gevonden symbolen zullen de tag I<optional> overerven van het patroon.
+
+=back
+
+De hierboven vermelde basispatronen kunnen met elkaar gecombineerd worden als dat zinvol is. In dat geval worden zij verwerkt in de volgorde waarin de tags opgegeven werden. Bijvoorbeeld, beide onderstaande patronen:
+
+ (c++|regex)"^NSA::ClassA::Private::privmethod\d\(int\)@Base" 1.0
+ (regex|c++)N3NSA6ClassA7Private11privmethod\dEi@Base 1.0
+
+zullen de symbolen "_ZN3NSA6ClassA7Private11privmethod1Ei@Base" en "_ZN3NSA6ClassA7Private11privmethod2Ei@Base" vinden. Bij het vergelijken met het eerste patroon wordt het rauwe symbool eerst ontward als een C++-symbool en vervolgens wordt de ontwarde naam vergeleken met de reguliere expressie. Bij het vergelijken met het tweede patroon daarentegen, wordt de reguliere expressie vergeleken met de rauwe symboolnaam en vervolgens wordt nagegaan of het een C++-symbool is door het te proberen ontwarren. Als een basispatroon een mislukking oplevert, betekent dit het mislukken van het hele patroon. Om die reden zal "__N3NSA6ClassA7Private11privmethod\dEi@Base" bijvoorbeeld met geen van beide patronen een overeenkomst opleveren, aangezien het geen geldig C++-symbool is.
+
+Over het algemeen genomen kunnen alle patronen in twee groepen onderverdeeld worden: aliassen (basale I<c++>- en I<symver>-patronen) en generieke patronen (I<regex>, alle combinaties van meerdere basale patronen). Het vergelijken met basale patronen van het alias-type verloopt snel (O(1)), terwijl dat bij generieke patronen voor elk symbool O(N) is (waarbij N het aantal generieke patronen is). Daarom wordt aangeraden om geen overdadig gebruik te maken van generieke patronen.
+
+Indien meerdere patronen een overeenkomst opleveren met hetzelfde echte symbool, krijgen aliassen (eerst I<c++>, dan I<symver>) de voorkeur boven generieke patronen. Generieke patronen worden vergeleken in de volgorde waarin zij aangetroffen worden in het symboolbestand-sjabloon tot er een eerste succes volgt. Merk nochtans op dat het manueel herordenen van items uit het sjabloonbestand niet aangeraden wordt, aangezien B<dpkg-gensymbols> diffs (weergave van de veranderingen) genereert op basis van de alfanumerieke volgorde van hun namen.
+
+=head2 Het gebruik van includes
+
+Als de set van geëxporteerde symbolen onderling verschilt tussen verschillende architecturen, kan het inefficiënt worden om één enkel symboolbestand te gebruiken. In die gevallen kan een include-opdracht op een aantal wijzen nuttig blijken:
+
+=over
+
+=item *
+
+U kunt het gemeenschappelijke gedeelte afsplitsen in een extern bestand en dat bestand opnemen in uw bestand I<pakket>.symbols.I<arch> met behulp van een include-opdracht op de volgende manier:
+
+ #include "I<pakketten>.symbols.common"
+
+=item *
+
+Net zoals om het even welk symbool kan ook een include-opdracht tags krijgen:
+
+ (tag|...|tagN)#include "in-te-voegen-bestand"
+
+Als gevolg daarvan zal er standaard van uitgegaan worden dat alle symbolen die uit I<in-te-voegen-bestand> opgenomen worden, gemarkeerd zijn met I<tag> ... I<tagN>. U kunt van deze functionaliteit gebruik maken om een gemeenschappelijk bestand I<pakket>.symbols te maken waarin architectuurspecifieke symboolbestanden opgenomen worden:
+
+ gemeenschappelijk_symbool1@Base 1.0
+ (arch=amd64 ia64 alpha)#include "pakket.symbols.64bit"
+ (arch=!amd64 !ia64 !alpha)#include "pakket.symbols.32bit"
+ gemeenschappelijk_symbool2@Base 1.0
+
+=back
+
+De symboolbestanden worden regel per regel gelezen en include-opdrachten worden verwerkt van zodra ze tegengekomen worden. Dit betekent dat de inhoud van het ingevoegde bestand eventueel zaken kan vervangen die voor de include-opdracht stonden en dat zaken die na de opdracht komen, eventueel inhoud uit het ingevoegde bestand kunnen vervangen. Elk symbool (of zelfs een andere #include-opdracht) uit het ingevoegde bestand kan bijkomende tags opgeven of via zijn tag-vermeldingen waarden van de overgeërfde tags vervangen. Er bestaat nochtans geen manier waarop een symbool eventueel overgeërfde tags zou kunnen verwijderen.
+
+Een ingevoegd bestand kan de kopregel die de SONAME van de bibliotheek bevat, herhalen. In dat geval vervangt het een eventueel eerder ingelezen kopregel. Het is over het algemeen nochtans best om het dupliceren van kopregels te vermijden. Een manier om dat te doen is de volgende:
+
+ #include "libding1.symbols.common"
+ arch_specifiek_symbool@Base 1.0
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-symbols>(5), B<dpkg-shlibdeps>(1), B<dpkg-gensymbols>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-substvars.pod b/man/nl/deb-substvars.pod
new file mode 100644
index 0000000..ea5f859
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-substvars.pod
@@ -0,0 +1,155 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-substvars - Substitutievariabelen in Debian broncode
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/substvars>, B<debian/>I<binair-pakket>B<.substvars>, variabelen
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Vooraleer B<dpkg-source>, B<dpkg-gencontrol> en B<dpkg-genchanges> hun comtrole-informatie neerschrijven (naar het broncodecontrolebestand B<.dsc> in het geval van B<dpkg-source> en naar standaarduitvoer in het geval van B<dpkg-gencontrol> en B<dpkg-genchanges>), voeren ze een aantal variabelesubstituties uit op het uitvoerbestand.
+
+=head2 Variabelesyntaxis
+
+Een variabelesubstitutie heeft als vorm B<${>I<variabelenaam>B<}>. Variabelenamen bestaan uit alfanumerieke tekens (a-zA-Z0-9), koppeltekens (-) en dubbele punten (:) en beginnen met een alfanumeriek teken. Ze zijn ook hoofdlettergevoelig, ook al kunnen ze verwijzen naar andere entiteiten die hoofdletterbehoudend zijn. Variabelesubstituties worden bij herhaling uitgevoerd tot er geen meer overblijven. Na een substitutie wordt de volledige tekst van het veld opnieuw doorzocht op nog meer uit te voeren substituties.
+
+=head2 Bestandssyntaxis
+
+Substitutievariabelen kunnen in een bestand worden opgegeven. Deze bestanden bestaan uit regels van de vorm I<naam>B<=>I<waarde> of I<naam>B<?=>I<waarde>. De operator B<=> wijst een normale substitutievariabele toe, terwijl de operator B<?=> (sinds dpkg 1.21.8) een optionele substitutievariabele toewijst die geen waarschuwingen geeft, zelfs als deze niet wordt gebruikt. Resterende witruimte op elke regel, lege regels en regels die beginnen met het symbool B<#> (commentaar) worden genegeerd.
+
+=head2 Substitutie
+
+Variabelen kunnen ingesteld worden met behulp van de algemene optie B<-V>. Ze kunnen ook opgegeven worden in het bestand B<debian/substvars> (of om het even welk ander bestand dat opgegeven wordt met de algemene optie B<-T>).
+
+Nadat alle substituties uitgevoerd werden, wordt de tekenreeks B<${}> (wat geen daadwerkelijke substitutievariabele is) overal waar die voorkomt, vervangen door het teken B<$>. Dit kan gebruikt worden als een escape-sequentie zoals B<${}{>I<VARIABELE>B<}>, wat in de uitvoer de vorm zal aannemen van B<${>I<VARIABELE>B<}>.
+
+Indien er gerefereerd wordt naar een niet-gedefinieerde variabele, wordt een waarschuwing gegeven en wordt verondersteld dat de waarde ervan leeg is.
+
+Hoewel variabelesubstitutie uitgevoerd wordt op alle controlevelden, zijn sommige van die velden nodig tijdens het bouwen wanneer de substitutie nog niet heeft plaats gevonden. Dat is de reden waarom u geen variabelen kunt gebruiken in de velden B<Package>, B<Source> en B<Architecture>.
+
+Variabelesubstitutie vindt plaats op de inhoud van de velden nadat die ontleed werden. Indien u dus wenst dat een variabele zich uitstrekt over meerdere regels, moet u na het regeleinde geen spatie invoegen. Dit gebeurt impliciet bij de uitvoer van het veld. Indien bijvoorbeeld de variabele B<${Description}> ingesteld werd op "foo is bar.${Newline}foo is geweldig." en u het volgende veld heeft:
+
+ Description: toepassing foo
+ ${Description}
+ .
+ Bijkomende tekst.
+
+Dit zal dit resulteren in:
+
+ Description: toepassing foo
+ foo is bar.
+ foo is geweldig.
+ .
+ Bijkomende tekst.
+
+=head2 Ingebouwde Variabele
+
+Daarnaast zijn altijd de volgende standaardvariabelen beschikbaar::
+
+=over
+
+=item B<Arch>
+
+De huidige computerarchitectuur (d.w.z. de architectuur waarvoor het pakket gebouwd wordt; het equivalent van B<DEB_HOST_ARCH>).
+
+=item B<vendor:Name>
+
+De naam van de huidige leverancier (sinds dpkg 1.20.0). Deze waarde is afkomstig van het B<Vendor>-veld voor het origin-bestand van de huidige leverancier, zoals B<dpkg-vendor>(1) het zou ophalen.
+
+=item B<vendor:Id>
+
+Het ID van de huidige leverancier (sinds dpkg 1.20.0). Dit is gewoon de variant van B<vendor:Name> in kleine letters.
+
+=item B<source:Version>
+
+De versie van het broncodepakket (sinds dpkg 1.13.19).
+
+=item B<source:Upstream-Version>
+
+De versie van het broncodepakket van de toeleveraar, eventueel met inbegrip van de versie-epoche van Debian (sinds dpkg 1.13.19).
+
+=item B<binary:Version>
+
+De versie van het binaire pakket (dat verschillend kan zijn van B<source:Version>, in geval van een binNMU bijvoorbeeld; sinds dpkg 1.13.19).
+
+=item B<Source-Version>
+
+De versie van het broncodepakket (uit het bestand changelog). Deze variabele is nu B<verouderd> en geeft aanleiding tot een foutmelding als hij gebruikt wordt, aangezien de betekenis ervan verschilt van zijn functie. U moet naargelang het geval nu B<source:Version> of B<binary:Version> gebruiken.
+
+=item B<source:Synopsis>
+
+De synopsis van het bronpakket, gehaald uit het veld B<Description> van het broncode-element, als het bestaat (sinds dpkg 1.19.0).
+
+=item B<source:Extended-Description>
+
+De uitgebreide beschrijving van het bronpakket, gehaald uit het veld B<Description> van het broncode-element, als het bestaat (sinds dpkg 1.19.0).
+
+=item B<Installed-Size>
+
+De geschatte totale grootte van de uit het pakket geïnstalleerde bestanden. Deze waarde wordt gekopieerd naar het overeenkomstige veld in het bestand control. Dit instellen wijzigt de waarde van dat veld. Indien deze variabele niet ingesteld werd, zal B<dpkg-gencontrol> de standaardwaarde berekenen door de grootte van alle gewone bestanden en alle symbolische koppelingen samen te nemen, afgerond tot op een eenheid van 1 KiB, en met een richtlijn van 1 KiB voor elk ander type object van het bestandssysteem. Daarbij worden harde koppelingen slechts éénmaal geteld als een gewoon bestand.
+
+B<Opmerking:> Houd er rekening mee dat dit steeds slechts een schatting kan zijn, aangezien de werkelijke grootte die op het geïnstalleerde systeem gebruikt zal worden, in grote mate afhankelijk is van het gebruikte bestandssysteem en de parameters ervan, waardoor het eindresultaat kan zijn dat ofwel meer ofwel minder ruimte in beslag genomen wordt dan in dit veld opgegeven werd.
+
+=item B<Extra-Size>
+
+Extra schijfruimte die gebruikt wordt als het pakket geïnstalleerd is. Indien deze variabele ingesteld werd, wordt de waarde ervan opgeteld bij de variabele B<Installed-Size> (ofwel de expliciet ingestelde of de standaardwaarde ervan) vooraleer ze gekopieerd wordt naar het veld B<Installed-Size> in het bestand control.
+
+=item B<S:>I<veldnaam>
+
+De waarde van het broncodeveld I<veldnaam> (die moet opgegeven worden in de gebruikelijke schrijfwijze met hoofd-/kleine letters; sinds dpkg 1.18.11). Het instellen van deze variabelen heeft geen effect tenzij op die plaatsen waar ze expliciet geëxpandeerd worden. Deze variabelen zijn enkel beschikbaar tijdens het genereren van de control-bestanden van het binaire pakket.
+
+=item B<F:>I<veldnaam>
+
+De waarde van het uitvoerveld I<veldnaam> (die moet opgegeven worden in de gebruikelijke schrijfwijze met hoofd-/kleine letters). Het instellen van deze variabelen heeft geen effect tenzij op die plaatsen waar ze expliciet geëxpandeerd worden.
+
+=item B<Format>
+
+Het versienummer van de bestandsindeling van B<.changes> dat door deze versie van de scripts voor het verpakken van de broncode gegenereerd wordt. Indien u deze variabele instelt, zal de inhoud van het veld B<Format> in het bestand B<.changes> ook gewijzigd worden.
+
+=item B<Newline>, B<Space>, B<Tab>
+
+Elk van deze variabelen bevat het overeenkomstig letterteken.
+
+=item B<shlibs:>I<dependencyfield>
+
+Variabele-instellingen met namen in deze vorm worden door B<dpkg-shlibdeps> gegenereerd.
+
+=item B<dpkg:Upstream-Version>
+
+De originele toeleveraarsversie (upstream) van dpkg (sinds dpkg 1.13.19).
+
+=item B<dpkg:Version>
+
+De volledige versie van dpkg (sinds dpkg 1.13.19).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item B<debian/substvars>
+
+Lijst met substitutievariabelen en hun waarden.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1), B<dpkg-vendor>(1), B<dpkg-genchanges>(1), B<dpkg-gencontrol>(1), B<dpkg-shlibdeps>(1), B<dpkg-source>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-symbols.pod b/man/nl/deb-symbols.pod
new file mode 100644
index 0000000..ff8a4c5
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-symbols.pod
@@ -0,0 +1,85 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-symbols - Informatiebestand over Debian's uitgebreide gedeelde bibliotheek
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<DEBIAN/symbols>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+De symboolbestanden worden meegeleverd met Debian binaire pakketten en de indeling ervan maakt gebruik van deelaspecten van de sjabloonsymboolbestanden die door B<dpkg-gensymbols>(1) in Debian broncodepakketten gebruikt worden. Zie L<deb-src-symbols(5)>.
+
+In deze bestanden is de indeling van een item met informatie over een afhankelijkheid van de uitgebreide gedeelde bibliotheek als volgt:
+
+Z<>
+ I<bibliotheek-soname> I<hoofd-afhankelijkheidssjabloon>
+ [| I<alternatief-afhankelijkheidssjabloon>]
+ [...]
+ [* I<veld-name>: I<veld-waarde>]
+ [...]
+ I<symbool> I<minimale-versie> [I<id-van-vereiste-sjabloon>]
+
+De I<bibliotheeksoname> is exact de waarde van het veld SONAME zoals die door B<objdump>(1) geëxporteerd wordt. Een I<afhankelijkheidssjabloon> is een afhankelijkheid waarbij I<#MINVER#> dynamisch vervangen wordt door ofwel een versietoets zoals “(E<gt>= I<minimale-versie>)” ofwel door niets (indien een versieloze afhankelijkheid voldoende geacht wordt).
+
+Elk geëxporteerd I<symbool> (vermeld als I<naam>@I<versie>, waarbij I<versie> “Base” is als het een versieloze bibliotheek betreft) is geassocieerd met een I<minimale-versie> van zijn afhankelijkheidssjabloon (het hoofdafhankelijkheidssjabloon wordt altijd gebruikt en wordt uiteindelijk gecombineerd met het afhankelijkheidssjabloon waarnaar verwezen wordt door I<id-van-afhankelijkheidssjabloon> als dat voorhanden is). Het eerste alternatieve afhankelijkheidssjabloon krijgt het nummer 1, het tweede 2 enzovoort. Elke kolom wordt door exact één witruimte gescheiden.
+
+Elk item over een bibliotheek kan ook velden met meta-informatie bevatten. Die velden worden opgeslagen in regels die beginnen met een asterisk. Momenteel mogen enkel de volgende velden gebruikt worden:
+
+=over
+
+=item B<Build-Depends-Package>
+
+Dit geeft de naam op van het “-dev”-pakket dat geassocieerd is met de bibliotheek en het wordt gebruikt door B<dpkg-shlibdeps> om er zeker van te zijn dat de gegenereerde afhankelijkheid minstens even strikt is als de overeenkomstige bouw-afhankelijkheid (sinds dpkg 1.14.13)
+
+=item B<Build-Depends-Packages>
+
+Hetzelfde als B<Build-Depends-Package>, maar aanvaardt een door komma's gescheiden lijst van pakketnamen (sins dpkg 1.20.0). Dit veld zal eventuele bestaande B<Build-Depends-Package>-velden overschrijven en is vooral nuttig voor “-dev”-pakketten en ervan afhankelijke metapakketten, bijvoorbeeld voor een transitieperiode.
+
+=item B<Allow-Internal-Symbol-Groups>
+
+Dit vermeldt in een lijst met witruimte als scheidingsteken welke interne symbolengroepen genegeerd moeten worden, zodat de symbolen uit deze groepen mee opgenomen worden in het uitvoerbestand (sinds dpkg 1.20.1). Dit zou enkel noodzakelijk moeten zijn voor pakketten uit de gereedschapsketen die deze interne symbolen ter beschikking stellen. De beschikbare groepen zijn systeemafhankelijk en voor op ELF en op GNU gebaseerde systemen zijn dat B<aeabi> en B<gomp>.
+
+=item B<Ignore-Blacklist-Groups>
+
+Een verouderde alias voor B<Allow-Internal-Symbol-Groups> (sins dpkg 1.20.1, ondersteund sinds dpkg 1.17.6).
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+=head2 Eenvoudig symboolbestand
+
+ libftp.so.3 libftp3 #MINVER#
+ DefaultNetbuf@Base 3.1-1-6
+ FtpAccess@Base 3.1-1-6
+ [...]
+
+=head2 Geavanceerd symboolbestand
+
+ libGL.so.1 libgl1
+ | libgl1-mesa-glx #MINVER#
+ * Build-Depends-Package: libgl1-mesa-dev
+ publicGlSymbol@Base 6.3-1
+ [...]
+ implementationSpecificSymbol@Base 6.5.2-7 1
+ [...]
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<https://wiki.debian.org/Projects/ImprovedDpkgShlibdeps>, L<deb-src-symbols(5)>, B<dpkg-shlibdeps>(1), B<dpkg-gensymbols>(1).
+
diff --git a/man/nl/deb-triggers.pod b/man/nl/deb-triggers.pod
new file mode 100644
index 0000000..17c314e
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-triggers.pod
@@ -0,0 +1,70 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-triggers - pakket-triggers
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<debian/triggers>, B<debian/>I<binair-pakket>B<.triggers>, B<DEBIAN/triggers>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Een pakket declareert zijn relatie tot een (aantal) trigger(s) door in zijn control-archief een bestand I<triggers> op te nemen (d.w.z. I<DEBIAN/triggers> bij het creëren van het pakket).
+
+Dit bestand bevat stuurcommando's, één per regel. Witruimte bij het begin en op het einde en alles na het eerste B<#> op een regel wordt weggenomen en lege regels worden genegeerd.
+
+De triggerstuurcommando's die momenteel ondersteund worden zijn:
+
+=over
+
+=item B<interest> I<triggernaam>
+
+=item B<interest-await> I<triggernaam>
+
+=item B<interest-noawait> I<triggernaam>
+
+Specificeert dat het pakket geïnteresseerd is in de genoemde trigger. Alle triggers waarin een pakket geïnteresseerd is, moeten met behulp van deze instructie vermeld worden in het controlebestand triggers.
+
+De varianten “await” plaatsen het triggerende pakket in een toestand van wachten op triggerafhandeling (triggers-awaited), afhankelijk van hoe de trigger geactiveerd werd. De variant “noawait” plaatst het triggerende pakket niet in een toestand van wachten op triggerafhandeling (triggers-awaited), zelfs indien het triggerende pakket een “await”-activering aangaf (met een stuurcommando B<activate-await> of B<activate>, of via de commandoregeloptie B<dpkg-trigger> B<--no-await>). De variant “noawait” zou gebruikt moeten worden als de door de trigger geboden functionaliteit niet essentieel is.
+
+=item B<activate> I<triggernaam>
+
+=item B<activate-await> I<triggernaam>
+
+=item B<activate-noawait> I<triggernaam>
+
+Regelt dat wijzigingen aan de toestand van dit pakket de opgegeven trigger zullen activeren. De trigger zal geactiveerd worden bij het begin van de volgende operaties: unpack (uitpakken), configure (configureren), remove (verwijderen) (inclusief ten voordele van een tegenstrijdig pakket), purge (wissen) en deconfigure (deconfigureren).
+
+De varianten “await” plaatsen het triggerende pakket enkel in een toestand van wachten op triggerafhandeling (triggers-awaited), indien het stuurcommando interest eveneens “await” is. De variant “noawait” plaatst de triggerende pakketten niet in een toestand van wachten op triggerafhandeling (triggers-awaited). De variant “noawait” zou gebruikt moeten worden als de door de trigger geboden functionaliteit niet essentieel is.
+
+Indien dit pakket tijdens het uitpakken van een ander pakket verdwijnt, zal de trigger geactiveerd worden wanneer de verdwijning opgemerkt wordt tegen het einde van het uitpakken. Het verwerken van triggers en de overgang van de toestand van triggers-awaited (wachten op triggerafhandeling) naar geïnstalleerd, hebben geen activeringen tot gevolg. In het geval van een bewerking van uitpakken zullen zowel de triggers die in het oude als die welke in het nieuwe pakket vermeld worden, geactiveerd worden.
+
+=back
+
+Onbekende stuurcommando's zijn een fout die de installatie van het pakket zullen verhinderen.
+
+De varianten “-noawait” zouden waar mogelijk steeds geprefereerd moeten worden, vermits de triggerende pakketten dan niet in een toestand van triggers-awaited geplaatst worden en dus onmiddellijk geconfigureerd kunnen worden zonder de verwerking van de trigger te hoeven afwachten. Indien de triggerende pakketten vereisten zijn van andere pakketten die opgewaardeerd worden, zal dit een vroege cyclus van triggerverwerking vermijden en het mogelijk maken om de trigger slechts eenmaal uit te voeren als een van de laatste stappen in de opwaardering.
+
+De varianten “-noawait” worden vanaf dpkg 1.16.1 ondersteund en zullen tot fouten leiden als zij met een oudere versie van dpkg gebruikt worden.
+
+De aliasvarianten “-await” worden vanaf dpkg 1.17.21 ondersteund en zullen tot fouten leiden als zij met een oudere versie van dpkg gebruikt worden.
+
+Wanneer een pakket voorziet in een stuurcommando B<interest-noawait>, zal elke activering het triggerende pakket in een modus “noawait” plaatsen, ongeacht welke wachtmodus (“await” of “noawait”) via de activering gevraagd wordt. Wanneer een pakket voorziet in een stuurcommando B<interest> of B<interest-await>, zal elke activering het triggerende pakket in een toestand “await” of “noawait“ plaatsen, afhankelijk van de activeringswijze.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-trigger>(1), B<dpkg>(1), B<%PKGDOCDIR%/spec/triggers.txt>.
+
diff --git a/man/nl/deb-version.pod b/man/nl/deb-version.pod
new file mode 100644
index 0000000..569e54f
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb-version.pod
@@ -0,0 +1,76 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb-version - Indeling van het pakketversienummer in Debian
+
+=head1 OVERZICHT
+
+[I<epoche>B<:>]I<toeleveraarsversie>[B<->I<debian-revisie>]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+De versienummers die gebruikt worden voor de binaire en broncodepakketten van Debian bestaan uit drie componenten. Die zijn:
+
+=over
+
+=item I<epoche>
+
+Dit is een enkel (meestal klein) positief geheel getal. Het mag weggelaten worden en in dat geval wordt aangenomen dat het nul is. Indien het weggelaten wordt, mag de I<toeleveraarsversie> geen dubbele punt bevatten.
+
+Het wordt gebruikt om te kunnen breken met een vergissing die bij de versienummering van een eerdere versie van het pakket gemaakt werd of met een vroeger versienummeringsschema.
+
+=item I<toeleveraarsversie>
+
+Dit is het belangrijkste deel van het versienummer. Het is gewoonlijk het versienummer van het originele (“upstream”) pakket waarvan het I<.deb>-bestand gemaakt werd, voor zover dit van toepassing is. Gewoonlijk wordt dezelfde indeling gebruikt als die welke door de auteurs van de software opgegeven wordt. Een herindeling kan nochtans nodig zijn om ze te laten passen binnen de indeling van het systeem voor pakketbeheer en -vergelijking.
+
+Het vergelijkingsgedrag van het pakketbeheerssysteem met betrekking tot de I<toeleveraarsversie> wordt hierna beschreven. Het onderdeel I<toeleveraarsversie> is een verplicht onderdeel van het versienummer.
+
+De I<toeleveraarsversie> mag enkel alfanumerieke (“A-Za-z0-9”) tekens bevatten en de tekens B<.> B<+> B<-> B<:> B<~> (punt, plus, verbindingsteken, dubbele punt, tilde) en moet met een cijfer beginnen. Als er geen I<debian-revisie> is, mogen geen verbindingstekens gebruikt worden en als het onderdeel I<epoche> ontbreekt, mogen geen dubbele punten gebruikt worden.
+
+=item I<debian-revisie>
+
+Dit deel van het versienummer specificeert de versie van het Debian pakket, gebaseerd op de versie van de toeleveraar. Het mag enkel alfanumerieke tekens bevatten en de tekens B<+> B<.> B<~> (plus, punt, tilde) en wordt op dezelfde manier vergeleken als de I<toeleveraarsversie>.
+
+Het is facultatief. Als het ontbreekt, mag de I<toeleveraarsversie> geen verbindingsteken bevatten. Deze indeling komt voor in het geval een stuk software geschreven werd met de specifieke bedoeling er een Debian pakket van te maken, zodat er slechts één enkele “debianisering” van bestaat en er daarom geen revisieaanduiding nodig is.
+
+Het is gebruikelijk om de I<debian-revisie> terug op ‘1’ te laten beginnen telkens wanneer de I<toeleveraarsversie> verhoogd wordt.
+
+Dpkg splitst het versienummer op bij het laatste verbindingstekenteken uit de tekenreeks (als er een in voorkomt) om te bepalen wat de I<toeleveraarsversie> is en wat de I<debian-revisie>. In een vergelijking is een versienummer zonder een I<debian-revisie> een lagere versie dan één met een dergelijke component (maar merk op dat de I<debian-revisie> het minst significante deel van een versienummer is).
+
+=back
+
+=head2 Sorteeralgoritme
+
+De onderdelen I<toeleveraarsversie> en I<debian-revisie> worden door het pakketbeheersysteem met behulp van hetzelfde algoritme vergeleken:
+
+De tekenreeksen worden vergeleken van links naar rechts.
+
+Eerst wordt van elke tekenreeks het eerste deel, dat volledig uit niet-numerieke tekens bestaat, bepaald. Deze twee delen (waarvan er een leeg mag zijn) worden lexicaal met elkaar vergeleken. Als een verschil aangetroffen wordt, wordt ze teruggegeven. Een lexicale vergelijking is een vergelijking van ASCII-waarden die aangepast wordt, zodat alle lettertekens in de ordening voor alle niet-lettertekens komen en zodat een tilde voor alles komt, zelfs het einde van een onderdeel. De volgende onderdelen zijn bijvoorbeeld in volgorde weergegeven: ‘~~’, ‘~~a’, ‘~’, het lege deel, ‘a’.
+
+Vervolgens wordt het eerste deel van de rest van elke tekenreeks dat volledig uit cijfertekens bestaat, bepaald. De numerieke waarden van deze twee delen worden vergeleken en een eventueel gevonden verschil wordt als resultaat van de vergelijking teruggegeven. In deze context geldt een lege tekenreeks (die enkel kan voorkomen op het einde van een of beide vergeleken versietekenreeksen) als een nul.
+
+Deze beide stappen (vergelijken en verwijderen van initiële niet-numerieke en initiële numerieke tekenreeksen) worden herhaald tot er een verschil gevonden wordt of tot beide tekenreeksen volledig afgelopen werden.
+
+Merk op dat een epoche bedoeld is om ons toe te laten fouten in versienummering achter ons te laten en te kunnen omgaan met situaties waarbij het versienummeringssysteem gewijzigd werd. Het is B<niet> de bedoeling ervan te kunnen omgaan met versienummers die lettertekenreeksen bevatten die niet geïnterpreteerd kunnen worden door het pakketbeheersysteem (zoals ‘ALPHA’ of ‘pre-’), of met ondoordachte ordeningen.
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+De bijzondere betekenis van het tilde-teken bij het sorteren werd geïntroduceerd in dpkg 1.10 en sommige onderdelen van de bouwscripts van dpkg werden pas later in de 1.10.x-cyclus in staat gesteld het te ondersteunen.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-control>(5), B<deb>(5), B<dpkg>(1)
+
diff --git a/man/nl/deb.pod b/man/nl/deb.pod
new file mode 100644
index 0000000..e92890a
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb.pod
@@ -0,0 +1,62 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb - Binair pakketformaat van Debian
+
+=head1 OVERZICHT
+
+I<bestandsnaam>B<.deb>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Het B<.deb>-formaat is de indeling van een binair pakketbestand in Debian. Sinds dpkg 0.93.76 kan ermee gewerkt worden en standaard wordt ze gegenereerd sinds dpkg 1.2.0 en 1.1.1elf (i386/ELF-compilaties).
+
+De hier beschreven indeling wordt gebruikt sinds Debian 0.93; de oude indeling wordt gedetailleerd beschreven in B<deb-old>(5).
+
+=head1 INDELING
+
+Het bestand is een B<ar>-archief met een magische waarde van B<!E<lt>archE<gt>>. Enkel de gewone B<ar>-archiefindeling wordt ondersteund zonder lange bestandsnaamextensies, maar met bestandsnamen met facultatief een afsluitende slash, wat de lengte ervan beperkt tot 15 lettertekens (van de 16 die toegelaten zijn). De grootte van bestanden is beperkt tot 10 ASCII decimalen, waardoor tot ongeveer 9536.74 MiB aan bestandselementen toegelaten is.
+
+De B<tar>-archieven die momenteel toegelaten zijn, zijn de indeling in oude stijl (v7), de pre-POSIX ustar-indeling, een subset van de GNU-indeling (de lange padnamen en lange koppelingsnamen in nieuwe stijl, die sinds dpkg 1.4.1.17 ondersteund worden; uitgebreide bestandsmetadata sinds 1.18.24) en de POSIX ustar-indeling (lange namen, ondersteund sinds dpkg 1.15.0). Niet-herkende tar-typevlaggen worden als een fout beschouwd. Binnen een tar-archief is de grootte van elk item beperkt tot 11 ASCII octale cijfers, hetgeen tot maximaal 8 GiB aan tar-items mogelijk maakt. De ondersteuning voor uitgebreide bestandsmetadata in de GNU-indeling maakt een grootte mogelijk van 95 bits voor een tar-item, negatieve tijdstempels en UID-, GID- en apparaatnummers van 63 bits.
+
+Het eerste element wordt B<debian-binary> genoemd en bevat een aantal regels, gescheiden door regeleinden. Momenteel, op het moment van het schrijven van deze man-pagina, heeft dit slechts één regel, het versienummer van de indeling, B<2.0>. Programma's die archieven lezen in de nieuwe indeling, moeten erop voorbereid zijn dat het onderversienummer verhoogd wordt en dat er nieuwe regels aanwezig kunnen zijn. En als dat het geval is, moeten ze die negeren.
+
+Indien het hoofdversienummer gewijzigd werd, werd een niet-compatibele wijziging gemaakt en zou het programma moeten stoppen. Indien dit niet het geval is, dan zou het programma in staat moeten zijn probleemloos voort te gaan, tenzij het in het archief (behalve op het einde) een onverwacht element tegenkomt, zoals hierna beschreven wordt.
+
+Het tweede vereiste element wordt B<control.tar> genoemd. Het is een tar-archief dat de controle-informatie van het pakket bevat, ofwel niet-gecomprimeerd (ondersteund sinds dpkg 1.17.6) of gecomprimeerd met gzip (met de extensie B<.gz>), met xz (met de extensie B<.xz>, ondersteund sinds 1.17.6) of met zstd (met de extensie B<.zst>, ondersteund sinds dpkg 1.21.18), onder de vorm van een reeks gewone bestanden, waarvan het bestand B<control>, dat de kern van de controle-informatie bevat, verplicht deel uitmaakt. De bestanden B<md5sums>, B<conffiles>, B<triggers>, B<shlibs> en B<symbols> bevatten facultatieve controle-informatie en de bestanden B<preinst>, B<postinst>, B<prerm> en B<postrm> zijn facultatieve scripts van de pakketonderhouder. Het controle-tar-archief kan facultatief een vermelding bevatten van ‘B<.>’, de huidige map.
+
+Het derde en laatste verplichte element wordt B<data.tar> genoemd. Het bevat het bestandssysteem in de vorm van een tar-archief, dat ofwel niet-gecomprimeerd is (ondersteund sinds dpkg 1.10.24) of gecomprimeerd met gzip (met de extensie B<.gz>), met xz (met de extensie B<.xz>, ondersteund sinds dpkg 1.15.6), met zstd (met de extensie B<.zst>, ondersteund sinds dpkg 1.21.18), met bzip2 (met de extensie B<.bz2>, ondersteund sinds dpkg 1.10.24) of met lzma (met de extensie B<.lzma>, ondersteund sinds dpkg 1.13.25).
+
+Deze elementen moeten exact in deze volgorde voorkomen. Huidige implementaties moeten eventuele bijkomende elementen na B<data.tar> negeren. Het kan zijn dat in de toekomst meer elementen gedefinieerd worden, die (zo mogelijk) na deze drie geplaatst zullen worden. Eventuele bijkomende elementen die ingevoegd zouden moeten worden na B<debian-binary> en voor B<control.tar> of B<data.tar> en die door oudere programma's probleemloos genegeerd zouden moeten worden, zullen namen krijgen die beginnen met een laag liggend streepje, ‘B<_>’.
+
+Nieuwe elementen die niet probleemloos genegeerd zullen mogen worden, zullen ingevoegd worden voor B<data.tar> en zullen namen hebben die met iets anders dan een laag liggend streepje beginnen, of (wat waarschijnlijker is) zullen tot gevolg hebben dat het hoofdversienummer verhoogd wordt.
+
+=head1 MEDIATYPE
+
+=head2 Huidig
+
+application/vnd.debian.binary-package
+
+=head2 Verouderd
+
+application/x-debian-package
+
+application/x-deb
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-old>(5), B<dpkg-deb>(1), B<deb-control>(5), B<deb-conffiles>(5), B<deb-md5sums>(5), B<deb-triggers>(5), B<deb-shlibs>(5), B<deb-symbols>(5), B<deb-preinst>(5), B<deb-postinst>(5), B<deb-prerm>(5), B<deb-postrm>(5).
+
diff --git a/man/nl/deb822.pod b/man/nl/deb822.pod
new file mode 100644
index 0000000..b04732e
--- /dev/null
+++ b/man/nl/deb822.pod
@@ -0,0 +1,82 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+deb822 - Debian RFC822-indeling voor controledata
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Het pakketbeheersysteem gebruikt gegevens die volgens een gangbare indeling weergegeven worden, die I<controledata> (control-data) genoemd worden en die opgeslagen worden in I<controlebestanden> (control-bestanden). Controlebestanden worden gebruikt voor broncodepakketten, voor binaire pakketten en voor de B<.changes>-bestanden die de installatie van geüploade bestanden sturen (de interne databases van B<dpkg> hebben een soortgelijke indeling).
+
+=head1 SYNTAXIS
+
+Een controlebestand bestaat uit één of meer onderdelen die velden bevatten (de onderdelen worden soms ook met de term paragraaf aangeduid). De onderdelen worden onderling gescheiden door een lege regel. Bij ontleders (parsers) kunnen regels die enkel bestaan uit U+0020 B<SPATIE> en U+0009 B<TAB>, gebruikt worden als scheidingsteken tussen onderdelen, maar in controlebestanden moeten lege regels gebruikt worden. In sommige controlebestanden is enkel één onderdeel toegestaan, in andere meerdere. In dat geval heeft elk onderdeel meestal betrekking op een ander pakket. (In broncodepakketten bijvoorbeeld, heeft het eerste onderdeel betrekking op het broncodepakket en de volgende onderdelen op de binaire pakketten die uit de broncode gegenereerd worden.) De volgorde van de onderdelen in controlebestanden is betekenisvol.
+
+Elk onderdeel bestaat uit een reeks gegevensvelden. Elk veld bestaat uit de veldnaam, gevolgd door een dubbelepunt (U+003A ‘B<:>’) en nadien de data/waarde die bij dat veld hoort. De veldnaam wordt gevormd uit US-ASCII-tekens met uitsluiting van controle-tekens, spatie en dubbelepunt (d.w.z. tekens uit het bereik U+0021 ‘B<!>’ tot U+0039 ‘B<9>’ en uit het bereik U+003B ‘B<;>’ tot en met U+007E ‘B<~>’). Veldnamen mogen niet beginnen met het commentaarteken (U+0023 ‘B<#>’) en evenmin met het koppelteken (U+002D ‘B<->’).
+
+Het veld eindigt op het einde van de regel of op het einde van de laatste vervolgregel (zie later). Er mag horizontale witruimte (U+0020 B<SPATIE> en U+0009 B<TAB>) voorkomen vlak voor en vlak na de waarde en daar wordt die genegeerd. Het is gebruikelijk om na de dubbelepunt een enkele spatie te plaatsen. Een voorbeeld van een veld zou kunnen zijn:
+
+=over
+
+ Package: dpkg
+
+=back
+
+de veldnaam is B<Package> en de waarde van het veld is B<dpkg>.
+
+Lege veldwaarden mogen enkel voorkomen in controlebestanden van broncodepakketten (I<debian/control>). Dergelijke velden worden genegeerd.
+
+In een onderdeel mag een specifieke veldnaam slechts eenmaal voorkomen.
+
+Er bestaan drie types velden:
+
+=over
+
+=over
+
+=item B<simple>
+
+(enkelvoudig) Het veld, met inbegrip van zijn waarde, moet op één enkele regel staan. Het uitvouwen van het veld is niet toegestaan. Dit is het standaard veldtype als de definiëring van het veld geen ander type vermeldt.
+
+=item B<folded>
+
+(uitgevouwen) De waarde van een uitgevouwen veld is een logische regel die verschillende regels mag beslaan. De regels na de eerste regel worden vervolgregels genoemd en moeten beginnen met een U+0020 B<SPATIE> of een U+0009 B<TAB>. Witruimte, met inbegrip van regeleindes, is in de veldwaarde van uitgevouwen velden betekenisloos.
+
+Deze uitvouwmethode is gelijkaardig aan RFC5322, waardoor parsers die voor RFC5322 geschreven werden, ook in staat zijn controlebestanden te lezen die slechts één onderdeel en geen velden van het multiregel-type bevatten.
+
+=item B<multiline>
+
+(multiregel) De waarde van een multiregel-veld mag bestaan uit meerdere vervolgregels. De eerste regel van de waarde, het deel dat op dezelfde regel staat als de veldnaam, heeft vaak een bijzondere betekenis en kan ook leeg zijn. De andere regels gebruiken dezelfde syntaxis als de vervolgregels van uitgevouwen velden. Witruimte, met inbegrip van regeleindes, is in de waarde van multiregel-velden betekenisvol.
+
+=back
+
+Er mag geen witruimte voorkomen in namen (van pakketten, architecturen, bestanden of om het even wat), in versienummers of tussen de tekens van versierelaties die uitgedrukt worden in meerdere tekens.
+
+De aanwezigheid en de functie van een veld en de syntaxis van zijn waarde kunnen verschillen naargelang het type van controlebestand.
+
+Veldnamen zijn niet hoofdlettergevoelig, maar het is gebruikelijk om in veldnamen hoofd- en kleine letters samen te gebruiken, zoals hierna geïllustreerd wordt. Veldwaarden zijn wel hoofdlettergevoelig, tenzij het in de beschrijving van het veld anders aangegeven wordt.
+
+Onderdeelscheidingstekens (lege regels) en regels die enkel bestaan uit U+0020 B<SPATIE> en U+0009 B<TAB>, mogen in veldwaarden en tussen velden niet gebruikt worden. Lege regels in veldwaarden worden meestal gemaskeerd door ze voor te stellen als een U+0020 B<SPATIE> gevolgd door een punt (U+002E ‘B<.>’).
+
+Regels die beginnen met U+0023 ‘B<#>’ zonder dat daar witruimte aan vooraf gaat, zijn commentaarregels. Zij zijn enkel toegelaten in controlebestanden van broncodepakketten (I<debian/control>) en in B<deb-origin>(5)-bestanden. Deze commentaarregels worden genegeerd, zelfs tussen twee vervolgregels in. Ze sluiten geen logische regels af.
+
+Alle controlebestanden moeten in UTF-8 opgesteld worden.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<RFC822>, B<RFC5322>.
+
diff --git a/man/nl/dpkg-architecture.pod b/man/nl/dpkg-architecture.pod
new file mode 100644
index 0000000..df60c1d
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-architecture.pod
@@ -0,0 +1,452 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-architecture - de architectuur voor het bouwen van pakketten instellen en vaststellen
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-architecture> [I<optie>...] [I<commando>]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-architecture> biedt een mogelijkheid om de bouw- en host-architectuur voor het bouwen van pakketten vast te stellen en in te stellen.
+
+De bouwarchitectuur wordt steeds bepaald door ofwel de variabele B<DEB_BUILD_ARCH> indien deze ingesteld is (en B<--force> niet werd opgegeven), of door een externe aanroep van B<dpkg>(1) en kan niet ingesteld worden aan de commandoregel.
+
+U kunt de host-architectuur specificeren door een van of allebei de opties B<--host-arch> en B<--host-type> op te geven, anders wordt de variabele B<DEB_HOST_ARCH> gebruikt als die ingesteld werd (en B<--force> niet opgegeven werd). Wat de standaard is, wordt vastgesteld door een externe aanroep van B<gcc>(1) of, als zowel B<CC> als gcc onbeschikbaar zijn, gelijkgesteld aan de bouwarchitectuur. Een van beide, B<--host-arch> of B<--host-type>, volstaat. De andere waarde zal op een gebruikelijke standaardwaarde ingesteld worden. Het is inderdaad dikwijls beter om slechts één waarde op te geven, vermits B<dpkg-architecture> een waarschuwing zal geven als de keuze die u maakt niet met de standaardwaarde overeenkomt.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<-l>, B<--list>
+
+De omgevingsvariabelen weergeven, één per regel, volgens de indeling I<VARIABELE=waarde>. Dit is de standaardactie.
+
+=item B<-e>, B<--equal> I<architectuur>
+
+Nagaan of de architecturen gelijk zijn (sinds dpkg 1.13.13). Het vergelijkt de huidige of opgegeven Debian host-architectuur met I<architectuur> om na te gaan of ze gelijk zijn. Deze actie zal geen architectuurjokertekens verwerken. Het commando sluit af met een afsluitstatus 0 bij gelijkheid en 1 bij ongelijkheid.
+
+=item B<-i>, B<--is> I<architectuurjokerteken>
+
+Nagaan of de architecturen gelijk zijn (sinds dpkg 1.13.13). Het vergelijkt de huidige of opgegeven Debian host-architectuur met I<architectuurjokerteken>, nadat dit als een architectuurjokerteken verwerkt werd, om na te gaan of beide gelijk zijn. Het commando sluit af met een afsluitstatus 0 bij gelijkheid en 1 bij ongelijkheid.
+
+=item B<-q>, B<--query> I<variabelenaam>
+
+De waarde van één enkele variabele tonen.
+
+=item B<-s>, B<--print-set>
+
+Een export-commando tonen. Dit kan gebruikt worden om de omgevingsvariabelen in te stellen met behulp van het commando B<eval> van de POSIX shell of van make, afhankelijk van de indeling van de uitvoer.
+
+=item B<-u>, B<--print-unset>
+
+Een commando tonen dat vergelijkbaar is met B<--print-set>, maar om alle variabelen leeg te maken.
+
+=item B<-c>, B<--command> I<commando-tekenreeks>
+
+Een I<commando-tekenreeks> uitvoeren in een omgeving waarin alle variabelen ingesteld zijn op de vastgelegde waarde.
+
+=item B<-L>, B<--list-known>
+
+Een lijst van geldige architectuurbenamingen tonen. Kan eventueel ingeperkt worden met een of meer van de vergelijkingsopties B<--match-wildcard>, B<--match-bits> of B<--match-endian> (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-a>, B<--host-arch> I<architectuur>
+
+De Debian-architectuur voor de host instellen.
+
+=item B<-t>, B<--host-type> I<gnu-systeemtype>
+
+Het GNU-systeemtype instellen voor de host.
+
+=item B<-A>, B<--target-arch> I<architectuur>
+
+De Debian-architectuur instellen voor het doel (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<-T>, B<--target-type> I<gnu-systeemtype>
+
+Het GNU-systeemtype instellen voor het doel (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<-W>, B<--match-wildcard> I<architectuurjokerteken>
+
+De architecturen die door B<--list-known> weergegeven worden, beperken tot die welke beantwoorden aan het opgegeven architectuurjokerteken (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<-B>, B<--match-bits> I<architectuur-bits>
+
+De architecturen die door B<--list-known> weergegeven worden, beperken tot die met de opgegeven CPU-bits (sinds dpkg 1.17.14). Ofwel B<32> ofwel B<64>.
+
+=item B<-E>, B<--match-endian> I<architectuur-bytevolgorde>
+
+De architecturen die door B<--list-known> weergegeven worden, beperken tot die met de opgegeven bytevolgorde (endianness) (sinds dpkg 1.17.14). Ofwel B<little> ofwel B<big>.
+
+=item B<--print-format> I<indeling>
+
+Stelt de indeling van de uitvoer van B<--print-set> en B<--print-unset> (sinds dpkg 1.20.6) in op ofwel B<shell> (standaard) of B<make>.
+
+=item B<-f>, B<--force>
+
+Waarden die door bestaande omgevingsvariabelen ingesteld zijn en die dezelfde naam hebben als die welke door de scripts gebruikt worden, worden gehonoreerd (d.w.z. gebruikt door B<dpkg-architecture>), behalve wanneer deze forceer-vlag gebruikt wordt. Dit laat de gebruiker toe om een waarde te vervangen, zelfs als het aanroepen van B<dpkg-architecture> ingebed zit in een ander script (bijvoorbeeld B<dpkg-buildpackage>(1)).
+
+=back
+
+=head1 TERMINOLOGIE
+
+=over
+
+=item bouwmachine
+
+De machine waarop het pakket gebouwd wordt.
+
+=item hostmachine
+
+De machine waarvoor het pakket gebouwd wordt.
+
+=item doelmachine
+
+De machine waarvoor de compiler bouwt of waar de emulator code voor zal uitvoeren. Dit is enkel nodig bij het bouwen van een kruisgereedschapsketen (cross-toolchain) (of emulator), een die gebouwd zal worden op de bouwarchitectuur om uitgevoerd te worden op de hostarchitectuur en code moet bouwen (of geëmuleerd moet uitvoeren) voor de doelarchitectuur.
+
+=item Debian-architectuur
+
+De tekenreeks waarmee de Debian-architectuur aangeduid wordt en die ook de boomstructuur met de binaire pakketten in het FTP-archief specificeert. Voorbeelden: i386, sparc, hurd-i386.
+
+=item Debian-architectuurtupel
+
+Een Debian-architectuurtupel is de volledige unieke architectuurnaam met de expliciete vermelding van alle componenten. Dit verschilt minstens daarin van een Debian architectuur dat de component I<cpu> niet de I<abi> impliceert. Het huidige tupel heeft als vorm I<abi>-I<libc>-I<os>-I<cpu>. Voorbeelden: base-gnu-linux-amd64, eabihf-musl-linux-arm.
+
+=item Debian-architectuurjokerteken
+
+Een Debian-architectuurjokerteken is een speciale architectuurtekenreeks die een overeenkomst oplevert met elke echte architectuur die er onder hoort. De algemene vorm is een Debian-architectuurtupel met vier of minder elementen en waarvan er minstens een B<any> is. Ontbrekende elementen van de tupel worden impliciet als B<any> voorgevoegd, en dus zijn de volgende koppels equivalent:
+
+=over
+
+=item B<any>-B<any>-B<any>-B<any> = B<any>
+
+=item B<any>-B<any>-I<os>-B<any> = I<os>-B<any>
+
+=item B<any>-I<libc>-B<any>-B<any> = I<libc>-B<any>-B<any>
+
+=back
+
+Voorbeelden: linux-any, any-i386, hurd-any, eabi-any-any-arm, musl-any-any.
+
+=item GNU-systeemtype
+
+Een tekenreeks die een architectuurspecificatie inhoudt en bestaat uit twee delen met daartussen een koppelteken: cpu en systeem. Voorbeelden: i586-linux-gnu, sparc-linux-gnu, i686-gnu, x86_64-netbsd.
+
+=item multiarch-triplet
+
+Het uitgezuiverde GNU-systeemtype dat voor bestandssysteempaden gebruikt wordt. Dit triplet verandert zelfs niet wanneer het referentie-ISA verhoogd wordt, waardoor de resulterende paden stabiel blijven door de tijd. Het enige verschil met het GNU-systeemtype is momenteel dat voor op i386 gebaseerde systemen het CPU-gedeelte steeds i386 is. Voorbeelden: i386-linux-gnu, x86_64-linux-gnu. Voorbeelden van paden: /lib/powerpc64le-linux-gnu/, /usr/lib/i386-kfreebsd-gnu/.
+
+=back
+
+=head1 VARIABELEN
+
+De volgende variabelen worden gelezen uit de omgeving (tenzij B<--force> werd opgegeven) en door B<dpkg-architecture> ingesteld (zie de sectie B<TERMS> voor een beschrijving van het naamgevingsschema):
+
+=over
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH>
+
+De Debian architectuur van de bouwmachine.
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH_ABI>
+
+De Debian ABI-naam van de bouwmachine (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH_LIBC>
+
+De Debian libc-naam van de bouwmachine (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH_OS>
+
+De Debian systeemnaam van de bouwmachine (sinds dpkg 1.13.2).
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH_CPU>
+
+De Debian CPU-naam van de bouwmachine (sinds dpkg 1.13.2).
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH_BITS>
+
+De pointergrootte van de bouwmachine (in bits; sinds dpkg 1.15.4).
+
+=item B<DEB_BUILD_ARCH_ENDIAN>
+
+De bytevolgorde (endianness) van de bouwmachine (little / big; sinds dpkg 1.15.4).
+
+=item B<DEB_BUILD_GNU_CPU>
+
+Het onderdeel GNU CPU van B<DEB_BUILD_GNU_TYPE>.
+
+=item B<DEB_BUILD_GNU_SYSTEM>
+
+Het onderdeel GNU system van B<DEB_BUILD_GNU_TYPE>.
+
+=item B<DEB_BUILD_GNU_TYPE>
+
+Het GNU-systeemtype van de bouwmachine.
+
+=item B<DEB_BUILD_MULTIARCH>
+
+Het uitgezuiverde GNU-systeemtype van de bouwmachine, dat gebruikt wordt voor bestandssysteempaden (sinds dpkg 1.16.0).
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH>
+
+De Debian architectuur van de hostmachine.
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH_ABI>
+
+De Debian ABI-naam van de hostmachine (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH_LIBC>
+
+De Debian libc-naam van de hostmachine (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH_OS>
+
+De Debian systeemnaam van de hostmachine (sinds dpkg 1.13.2).
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH_CPU>
+
+De Debian CPU-naam van de hostmachine (sinds dpkg 1.13.2).
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH_BITS>
+
+De pointergrootte van de hostmachine (in bits; sinds dpkg 1.15.4).
+
+=item B<DEB_HOST_ARCH_ENDIAN>
+
+De bytevolgorde (endianness) van de hostmachine (little / big; sinds dpkg 1.15.4).
+
+=item B<DEB_HOST_GNU_CPU>
+
+Het onderdeel GNU CPU van B<DEB_HOST_GNU_TYPE>.
+
+=item B<DEB_HOST_GNU_SYSTEM>
+
+Het onderdeel GNU system van B<DEB_HOST_GNU_TYPE>.
+
+=item B<DEB_HOST_GNU_TYPE>
+
+Het GNU-systeemtype van de hostmachine.
+
+=item B<DEB_HOST_MULTIARCH>
+
+Het uitgezuiverde GNU-systeemtype van de hostmachine, dat gebruikt wordt voor bestandssysteem-paden (sinds dpkg 1.16.0).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH>
+
+De Debian architectuur van de doelmachine (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH_ABI>
+
+De Debian ABI-naam van de doelmachine (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH_LIBC>
+
+De Debian libc-naam van de doelmachine (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH_OS>
+
+De Debian systeemnaam van de doelmachine (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH_CPU>
+
+De Debian CPU-naam van de doelmachine (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH_BITS>
+
+De pointergrootte van de doelmachine (in bits; sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_ARCH_ENDIAN>
+
+De bytevolgorde (endianness) van de doelmachine (little / big; sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_GNU_CPU>
+
+Het onderdeel GNU CPU van B<DEB_TARGET_GNU_TYPE> (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_GNU_SYSTEM>
+
+Het onderdeel GNU system van B<DEB_TARGET_GNU_TYPE> (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_GNU_TYPE>
+
+Het GNU-systeemtype van de doelmachine (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=item B<DEB_TARGET_MULTIARCH>
+
+Het uitgezuiverde GNU-systeemtype van de doelmachine, dat gebruikt wordt voor bestandssysteempaden (sinds dpkg 1.17.14).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=head2 Architectuurtabellen
+
+Al deze bestanden moeten aanwezig zijn, wil B<dpkg-architecture> kunnen werken. Hun locatie kan veranderd worden bij de programmauitvoering met de omgevingsvariabele B<DPKG_DATADIR>. Deze tabellen bevatten op hun eerste regel een pseudo-veld format B<Version> om hun indeling aan te geven, zodat ontleders kunnen nagaan of zij ermee kunnen omgaan, zoals "# Version=1.0".
+
+=over
+
+=item I<%PKGDATADIR%/cputable>
+
+Tabel met gekende CPU-namen en hun omzetting naar een GNU-naam. Indeling versie 1.0 (sinds dpkg 1.13.2).
+
+=item I<%PKGDATADIR%/ostable>
+
+Tabel van gekende namen van besturingssystemen en hun omzetting naar een GNU-naam. Indeling versie 2.0 (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item I<%PKGDATADIR%/tupletable>
+
+Omzetting tussen Debian architectuurtupels en Debian architectuurnamen. Indeling versie 1.0 (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=item I<%PKGDATADIR%/abitable>
+
+Tabel van Debian architectuur-ABI-attribuutvervangingen. Indeling versie 2.0 (sinds dpkg 1.18.11).
+
+=back
+
+=head2 Ondersteuning bij het maken van een pakket
+
+=over
+
+=item I<%PKGDATADIR%/architecture.mk>
+
+Makefile-fragment dat alle variabelen die B<dpkg-architecture> uitvoert, behoorlijk instelt en exporteert (sinds dpkg 1.16.1).
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+B<dpkg-buildpackage> kan gebruikt worden met de optie B<-a> en geeft die door aan B<dpkg-architecture>. Andere voorbeelden:
+
+=over
+
+ CC=i386-gnu-gcc dpkg-architecture -c debian/rules build
+
+ eval $(dpkg-architecture -u)
+
+=back
+
+Verifiëren of de huidige of opgegeven hostarchitectuur gelijk is aan een architectuur:
+
+=over
+
+ dpkg-architecture -elinux-alpha
+
+ dpkg-architecture -amips -elinux-mips
+
+=back
+
+Verifiëren of de huidige of opgegeven hostarchitectuur een Linux-systeem is:
+
+=over
+
+ dpkg-architecture -ilinux-any
+
+ dpkg-architecture -ai386 -ilinux-any
+
+=back
+
+=head2 Het gebruik in debian/rules
+
+De omgevingsvariabelen die door B<dpkg-architecture> ingesteld worden, worden doorgegeven aan I<debian/rules> als variabelen voor make (zie de documentatie van make). U mag er echter niet op vertrouwen, aangezien dit het handmatig uitvoeren van het script verhindert. In de plaats daarvan zou u ze altijd moeten initialiseren met door B<dpkg-architecture> met de optie B<-q> te gebruiken. Hier volgen enkele voorbeelden die ook illustreren hoe u in uw pakket ondersteuning voor cross-compilatie kunt verbeteren:
+
+Het opvragen van het GNU-systeemtype en dit doorgeven aan ./configure:
+
+=over
+
+ DEB_BUILD_GNU_TYPE ?= $(shell dpkg-architecture -qDEB_BUILD_GNU_TYPE)
+ DEB_HOST_GNU_TYPE ?= $(shell dpkg-architecture -qDEB_HOST_GNU_TYPE)
+ [...]
+ ifeq ($(DEB_BUILD_GNU_TYPE), $(DEB_HOST_GNU_TYPE))
+ confflags += --build=$(DEB_HOST_GNU_TYPE)
+ else
+ confflags += --build=$(DEB_BUILD_GNU_TYPE) \
+ --host=$(DEB_HOST_GNU_TYPE)
+ endif
+ [...]
+ ./configure $(confflags)
+
+=back
+
+Iets enkel voor een specifieke architectuur doen:
+
+=over
+
+ DEB_HOST_ARCH ?= $(shell dpkg-architecture -qDEB_HOST_ARCH)
+
+ ifeq ($(DEB_HOST_ARCH),alpha)
+ [...]
+ endif
+
+=back
+
+of indien u enkel dient te controleren wat het type CPU of OS is, moet u de variabele B<DEB_HOST_ARCH_CPU> of B<DEB_HOST_ARCH_OS> gebruiken.
+
+Merk op dat u ook kunt betrouwen op een extern Makefile-fragment om al de variabelen behoorlijk in te stellen die door B<dpkg-architecture> kunnen aangeleverd worden:
+
+=over
+
+ include %PKGDATADIR%/architecture.mk
+
+ ifeq ($(DEB_HOST_ARCH),alpha)
+ [...]
+ endif
+
+=back
+
+In ieder geval moet u nooit B<dpkg --print-architecture> gebruiken om architectuurinformatie te bekomen tijdens het bouwen van een pakket.
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_DATADIR>
+
+Indien deze variabele een waarde heeft, zal ze gebruikt worden als de data-map van B<dpkg> waarin zich de architectuurtabellen bevinden (sinds dpkg 1.14.17). Staat standaard ingesteld op «%PKGDATADIR%».
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+Alle lange commando- en optienamen kunnen slechts sinds dpkg 1.17.17 gebruikt worden.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg-buildpackage>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-buildflags.pod b/man/nl/dpkg-buildflags.pod
new file mode 100644
index 0000000..60d1a5a
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-buildflags.pod
@@ -0,0 +1,566 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-buildflags - geeft de bij pakketbouw te gebruiken bouwvlaggen terug
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-buildflags> [I<optie>...] [I<commando>]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-buildflags> is gereedschap om de compilatievlaggen op te halen die tijdens het bouwen van Debian pakketten gebruikt moeten worden.
+
+De standaardvlaggen worden gedefinieerd door de leverancier, maar ze kunnen op verschillende manieren uitgebreid/vervangen worden:
+
+=over
+
+=item 1.
+
+voor het hele systeem met B<%PKGCONFDIR%/buildflags.conf>;
+
+=item 2.
+
+voor de huidige gebruiker met B<$XDG_CONFIG_HOME/dpkg/buildflags.conf>, waarbij B<$XDG_CONFIG_HOME> als standaardwaarde B<$HOME/.config> heeft;
+
+=item 3.
+
+tijdelijk door de gebruiker met omgevingsvariabelen (zie het onderdeel B<OMGEVING>);
+
+=item 4.
+
+dynamisch door de pakketonderhouder met omgevingsvariabelen die ingesteld worden via B<debian/rules> (zie het onderdeel B<OMGEVING>).
+
+=back
+
+De configuratiebestanden kunnen vier types opdrachten bevatten:
+
+=over
+
+=item B<SET> I<vlag> I<waarde>
+
+De vlag met I<vlag> als naam overschrijven om ze de waarde I<waarde> te geven.
+
+=item B<STRIP> I<vlag> I<waarde>
+
+Van de vlag met I<vlag> als naam alle bouwvlaggen verwijderen die in I<waarde> opgesomd worden.
+
+=item B<APPEND> I<vlag> I<waarde>
+
+De vlag met I<vlag> als naam uitbreiden door er de opties aan toe te voegen die in I<waarde> opgegeven worden. Er wordt een spatie geplaatst voor de waarde die toegevoegd wordt, indien de huidige waarde van de vlag niet leeg is.
+
+=item B<PREPEND> I<vlag> I<waarde>
+
+De vlag met I<vlag> als naam uitbreiden door er vooraan de opties aan toe te voegen die in I<waarde> opgegeven worden. Er wordt een spatie geplaatst achter de waarde die toegevoegd wordt, indien de huidige waarde van de vlag niet leeg is.
+
+=back
+
+De configuratiebestanden kunnen commentaar bevatten op regels die beginnen met een hekje (#). Ook lege regels worden genegeerd.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<--dump>
+
+Op standaarduitvoer alle compilatievlaggen en hun waarden tonen. Dit geeft per regel één vlag en de waarde ervan weer met daartussenin een gelijkheidsteken (“I<vlag>=I<waarde>”). Dit is de standaardactie.
+
+=item B<--list>
+
+Een lijst weergeven van vlaggen die door de huidige leverancier ondersteund worden (één per regel). Zie het onderdeel B<SUPPORTED FLAGS> (ondersteunde vlaggen) voor meer informatie daarover.
+
+=item B<--status>
+
+Eventuele informatie laten zien welke nuttig kan zijn om het gedrag te verklaren van B<dpkg-buildflags> (sinds dpkg 1.16.5): relevante omgevingsvariabelen, huidige leverancier, toestand van alle functievlaggen. Ook de resulterende compileervlaggen met hun oorsprong weergeven.
+
+Het is de bedoeling dat dit uitgevoerd wordt vanuit B<debian/rules>, zodat de bouwlog een duidelijk spoor van de gebruikte vlaggen kan bijhouden. Dit kan nuttig zijn om ermee verband houdende problemen te diagnosticeren.
+
+=item B<--export=>I<indeling>
+
+Op standaarduitvoer commando's weergeven die gebruikt kunnen worden om alle compilatievlaggen te exporteren ten behoeve van een specifiek gereedschap. Indien de waarde I<indeling> niet opgegeven werd, wordt B<sh> verondersteld. Enkel compilatievlaggen die met een hoofdletter beginnen worden opgenomen. Van de andere wordt aangenomen dat ze niet bruikbaar zijn voor de omgeving. Ondersteunde indelingen:
+
+=over
+
+=item B<sh>
+
+Shell-opdrachten om alle compilatievlaggen in de omgeving in te stellen en te exporteren. Er worden aanhalingstekens geplaatst rond de vlagwaarden waardoor de uitvoer gereed is om door een shell geëvalueerd te worden.
+
+=item B<cmdline>
+
+Argumenten om door te geven aan de commandoregel van een bouwprogramma om al de compilatievlaggen te gebruiken (sinds dpkg 1.17.0). De vlagwaarden worden volgens de shell-syntaxis tussen haakjes geplaatst.
+
+=item B<configure>
+
+Dit is een verouderde alias voor B<cmdline>.
+
+=item B<make>
+
+Make-opdrachten om alle compilatievlaggen in de omgeving in te stellen en te exporteren. De uitvoer kan naar een Makefile-fragment geschreven worden en geëvalueerd met behulp van een B<include>-opdracht.
+
+=back
+
+=item B<--get> I<vlag>
+
+De waarde van de vlag op de standaarduitvoer weergeven. Sluit af met 0 bij een gekende vlag en sluit anders af met 1.
+
+=item B<--origin> I<vlag>
+
+De origine weergeven van de waarde die teruggegeven wordt door B<--get>. Sluit af met 0 bij een gekende vlag en sluit anders af met 1. De origine kan één van de volgende waarden hebben:
+
+=over
+
+=item B<vendor>
+
+de originele vlag die door de leverancier ingesteld werd, wordt teruggegeven;
+
+=item B<system>
+
+de vlag werd ingesteld/gewijzigd door een systeemconfiguratie;
+
+=item B<user>
+
+de vlag werd ingesteld/gewijzigd door een gebruikersspecifieke configuratie;
+
+=item B<env>
+
+de vlag werd ingesteld/gewijzigd door een omgevingsspecifieke configuratie.
+
+=back
+
+=item B<--query>
+
+Alle informatie tonen welke nuttig kan zijn om het gedrag van het programma te verklaren: huidige leverancier, relevante omgevingsvariabelen, functiegebieden, toestand van alle functievlaggen, of een functie door de compiler als een ingebouwde standaard wordt behandeld (sinds dpkg 1.21.14) en de compileervlaggen met hun oorsprong (sinds dpkg 1.19.0).
+
+Bijvoorbeeld:
+
+ Vendor: Debian
+ Environment:
+ DEB_CFLAGS_SET=-O0 -Wall
+
+ Area: qa
+ Features:
+ bug=no
+ canary=no
+ Builtins:
+
+
+ Area: hardening
+ Features:
+ pie=no
+ Builtins:
+ pie=yes
+
+ Area: reproducible
+ Features:
+ timeless=no
+ Builtins:
+
+ Flag: CFLAGS
+ Value: -O0 -Wall
+ Origin: env
+
+ Flag: CPPFLAGS
+ Value: -D_FORTIFY_SOURCE=2
+ Origin: vendor
+
+=item B<--query-features> I<gebied>
+
+De functies weergeven die voor een opgegeven gebied geactiveerd zijn (sinds dpkg 1.16.2). Als de functie door de compiler als een ingebouwde standaard wordt behandeld (al is het maar op sommige architecturen), dan wordt een veld B<Builtin> weergegeven (sinds dpkg 1.21.14). Momenteel worden door Debian en zijn derivaten enkel de gebieden B<future>, B<qa>, B<reproducible>, B<sanitize> en B<hardening> herkend. Zie het onderdeel B<FUNCTIEGEBIEDEN> voor meer details. Sluit af met 0 als het gebied gekend is, anders met 1.
+
+De uitvoer is in RFC822-indeling met één sectie per functie. Bijvoorbeeld:
+
+ Feature: pie
+ Enabled: yes
+ Builtin: yes
+
+ Feature: stackprotector
+ Enabled: yes
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 ONDERSTEUNDE VLAGGEN
+
+=over
+
+=item B<ASFLAGS>
+
+Opties voor de assembler. Standaardwaarde: leeg. Sinds dpkg 1.21.0.
+
+=item B<CFLAGS>
+
+Opties voor de C-compiler. De door de leverancier ingestelde standaardwaarde bestaat uit B<-g> en het standaardniveau van optimalisatie (gewoonlijk B<-O2>, of B<-O0> indien de omgevingsvariabele B<DEB_BUILD_OPTIONS> I<noopt> aangeeft).
+
+=item B<CPPFLAGS>
+
+Opties voor de C-preprocessor. Standaardwaarde: leeg.
+
+=item B<CXXFLAGS>
+
+Opties voor de C++ compiler. Hetzelfde als B<CFLAGS>.
+
+=item B<OBJCFLAGS>
+
+Opties voor de Objective C compiler. Hetzelfde als B<CFLAGS>.
+
+=item B<OBJCXXFLAGS>
+
+Opties voor de Objective C++ compiler. Hetzelfde als B<CXXFLAGS>.
+
+=item B<GCJFLAGS>
+
+Opties voor de GNU Java compiler (gcj). Een subset van B<CFLAGS>.
+
+=item B<DFLAGS>
+
+Opties voor de D-compiler (ldc of gdc). Sinds dpkg 1.20.6.
+
+=item B<FFLAGS>
+
+Opties voor de Fortran 77 compiler. Een subset van B<CFLAGS>.
+
+=item B<FCFLAGS>
+
+Opties voor de Fortran 9x compiler. Hetzelfde als B<FFLAGS>.
+
+=item B<LDFLAGS>
+
+Opties die aan de compiler doorgegeven worden bij het linken van uitvoerbare programma's en gedeelde objecten (indien de linker rechtstreeks aangeroepen wordt, dan moeten B<-Wl> en B<,> van die opties verwijderd worden). Standaardwaarde: leeg.
+
+=back
+
+In de toekomst kunnen nog andere vlaggen toegevoegd worden als daar behoefte aan ontstaat (bijvoorbeeld om andere talen te ondersteunen).
+
+=head1 FUNCTIEGEBIEDEN
+
+Elke gebiedsfunctie kan in de gebiedswaarde van de omgevingsvariabelen B<DEB_BUILD_OPTIONS> en B<DEB_BUILD_MAINT_OPTIONS> ingeschakeld en uitgeschakeld worden met de schakelaars ‘B<+>’ en ‘B<->’. Om bijvoorbeeld de B<hardening>-functionaliteit “pie” te activeren en de functionaliteit “fortify” uit te schakelen, kunt u in B<debian/rules> het volgende doen:
+
+ export DEB_BUILD_MAINT_OPTIONS=hardening=+pie,-fortify
+
+De bijzondere functie B<all> (geldig in elk gebied) kan gebruikt worden om gelijktijdig alle gebiedsfunctionaliteit te activeren of uit te schakelen. Alles uitschakelen in het gebied B<hardening> en enkel “format” en “fortify” activeren kunt u dus doen met:
+
+ export DEB_BUILD_MAINT_OPTIONS=hardening=-all,+format,+fortify
+
+=head2 future
+
+Er kunnen verschillende compilatieopties (die hierna beschreven worden) gebruikt worden om functies te activeren die standaard geactiveerd zouden moeten zijn, maar dat niet zijn om redenen van terugwaartse compatibiliteit.
+
+=over
+
+=item B<lfs>
+
+Deze instelling (standaard uitgezet) activeert ondersteuning voor grote bestanden (Large File Support) op 32-bits architecturen waarvan de ABI standaard geen LFS-ondersteuning biedt, door B<-D_LARGEFILE_SOURCE -D_FILE_OFFSET_BITS=64> toe te voegen aan B<CPPFLAGS>.
+
+=back
+
+=head2 kwaliteitsbevordering
+
+Er kunnen verschillende compilatieopties (die hierna beschreven worden) gebruikt worden om problemen in de broncode of het bouwsysteem te helpen detecteren.
+
+=over
+
+=item B<bug>
+
+Deze instelling (die standaard uitgeschakeld is) voegt alle waarschuwingsopties toe die op een betrouwbare wijze problematische broncode opsporen. De waarschuwingen zijn fataal. De enige vlaggen die momenteel ondersteund worden zijn B<CFLAGS> en B<CXXFLAGS> waarbij de vlaggen ingesteld staan op B<-Werror=array-bounds>, B<-Werror=clobbered>, B<-Werror=implicit-function-declaration> en B<-Werror=volatile-register-var>.
+
+=item B<canary>
+
+Deze instelling (die standaard uitgeschakeld is) voegt loze kanarievogelopties toe aan de bouwvlaggen, zodat in de bouwlogs nagekeken kan worden hoe de bouwvlaggen doorgegeven worden en zodat het eventueel ontbreken van normale bouwvlaginstellingen ontdekt kan worden. Momenteel zijn de enige ondersteunde vlaggen B<CPPFLAGS>, B<CFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<CXXFLAGS> en B<OBJCXXFLAGS>, waarbij die vlaggen als B<-D__DEB_CANARY_>I<vlag>_I<willekeurige-id>B<__> ingesteld worden, en B<LDFLAGS> dat ingesteld wordt op B<-Wl,-z,deb-canary->I<willekeurige-id>.
+
+=back
+
+=head2 optimalisering
+
+Er kunnen verschillende compilatieopties (die hierna beschreven worden) gebruikt worden om een resulterend binair bestand te optimaliseren (sinds dpkg 1.21.0). B<Opmerking>: het inschakelen van B<al> deze opties kan resulteren in niet-reproduceerbare ongewenste bijverschijnselen in het binair bestand.
+
+=over
+
+=item B<lto>
+
+Deze instelling (sinds dpkg 1.21.0; standaard uitgeschakeld) zet Link Time Optimization aan door B<-flto=auto -ffat-lto-objects> toe te voegen aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS>, B<FCFLAGS> of B<LDFLAGS>.
+
+=back
+
+=head2 sanering
+
+Er kunnen verschillende compilatie-opties (die hierna beschreven worden) gebruikt worden om te helpen bij het gezond houden van een resulterend binair pakket op het vlak van geheugenvervuiling, geheugenlekkage, geheugengebruik na vrijgave, dataraces bij threads en bugs door ongedefinieerd gedrag. B<Noot>: deze opties zouden B<niet> gebruikt mogen worden voor een bouw voor productiedoeleinden, aangezien ze een verminderde betrouwbaarheid bieden inzake codeconformiteit en de beveiliging en zelfs de functionaliteit reduceren.
+
+=over
+
+=item B<address>
+
+Deze instelling (standaard uitgeschakeld) voegt B<-fsanitize=address> toe aan B<LDFLAGS> en B<-fsanitize=address -fno-omit-frame-pointer> aan B<CFLAGS> en aan B<CXXFLAGS>.
+
+=item B<thread>
+
+Deze instelling (standaard uitgeschakeld) voegt B<-fsanitize=thread> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS> en B<LDFLAGS>.
+
+=item B<leak>
+
+Deze instelling (standaard uitgeschakeld) voegt B<-fsanitize=leak> toe aan B<LDFLAGS>. Ze wordt automatisch uitgeschakeld als ofwel de B<address>-functionaliteit of de B<thread>-functionaliteit geactiveerd is, aangezien die dit impliceren.
+
+=item B<undefined>
+
+Deze instelling (standaard uitgeschakeld) voegt B<-fsanitize=undefined> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS> en B<LDFLAGS>.
+
+=back
+
+=head2 kwetsbaarheidsreductie
+
+Er kunnen verschillende compilatie-opties (die hierna beschreven worden) gebruikt worden om te helpen bij het versterken van een resulterend binair pakket tegen geheugenvervuilingsaanvallen of om bijkomende waarschuwingsberichten te geven tijdens het compileren. Behalve wanneer hierna anders aangegeven is, worden deze opties standaard geactiveerd voor architecturen die ze ondersteunen.
+
+=over
+
+=item B<format>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-Wformat -Werror=format-security> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS> en B<OBJCXXFLAGS>. Dit zal waarschuwingen geven bij verkeerd gebruik van indelingstekenreeksen en zal mislukken als indelingsfuncties gebruikt worden op een manier die mogelijke veiligheidsproblemen tot gevolg kunnen hebben. Momenteel geeft dit een waarschuwing als een B<printf>-functie of een B<scanf>-functie aangeroepen wordt met een indelingstekenreeks die geen letterlijke tekenreeks is en er ook geen indelingsargumenten opgegeven werden, zoals bij B<printf(foo);> in plaats van B<printf("%s", foo);>. Dit kan een veiligheidslek zijn als de indelingstekenreeks afkomstig was van onbetrouwbare invoer en ‘%n’ bevat.
+
+=item B<fortify>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-D_FORTIFY_SOURCE=2> toe aan B<CPPFLAGS>. Tijdens het produceren van de code heeft de compiler een heleboel informatie over buffergroottes (waar mogelijk), en tracht een functieaanroep met een onveilige ongelimiteerde buffergrootte te vervangen door een functieaanroep met een gelimiteerde buffergrootte. Dit is in het bijzonder nuttig bij oude en slecht geschreven code. Daarnaast wordt het gebruik in het voor schrijven toegankelijk geheugen van indelingstekenreeksen die ‘%n’ bevatten, geblokkeerd. Indien een toepassing op een dergelijke indelingstekenreeks steunt, zal het er een alternatief voor moeten gebruiken.
+
+Merk op dat de code ook met B<-O1> of hoger gecompileerd moet worden opdat deze optie effect zou hebben. Indien de omgevingsvariabele B<DEB_BUILD_OPTIONS> I<noopt> bevat, dan wordt ondersteuning voor B<fortify> uitgeschakeld. Dit is te wijten aan nieuwe waarschuwingen die gegeven worden door glibc 2.16 en hoger.
+
+=item B<stackprotector>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd als stackprotectorstrong niet gebruikt wordt) voegt B<-fstack-protector --param=ssp-buffer-size=4> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS> en B<FCFLAGS>. Dit voegt beveiligingscontroles tegen het overschrijven van de stack toe. Dit maakt dat bij veel mogelijke code-injectieaanvallen afgebroken wordt. In het beste geval wordt op die manier een kwetsbaarheid voor code-injectie omgebogen tot een denial-of-service (dienst niet beschikbaar) of een fictief probleem (afhankelijk van de toepassing).
+
+Deze functionaliteit vereist het linken van de code met glibc (of een andere aanbieder van B<__stack_chk_fail>) en moet dus uitgeschakeld worden als er gebouwd wordt met B<-nostdlib> of B<-ffreestanding> of iets gelijkaardigs.
+
+=item B<stackprotectorstrong>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-fstack-protector-strong> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS> en B<FCFLAGS>. Dit is een sterkere variant van B<stackprotector>, maar zonder noemenswaardig prestatieverlies.
+
+Het uitzetten van B<stackprotector> schakelt ook deze functionaliteit uit.
+
+Deze functionaliteit stelt dezelfde vereisten als B<stackprotector> en heeft daarenboven ook gcc 4.9 of een recentere versie nodig.
+
+=item B<relro>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-Wl,-z,relro> toe aan B<LDFLAGS>. Tijdens het laden van het programma moet de linker in verschillende ELF-geheugensecties schrijven. Dit zet voor de programmalader een vlag zodat die deze secties alleen-lezen maakt alvorens de controle over te dragen aan het programma. Het meest noemenswaardige effect is dat dit aanvallen door het overschrijven van de Global Offset Table (GOT) voorkomt. Indien deze optie uitgeschakeld wordt, wordt ook B<bindnow> uitgezet.
+
+=item B<bindnow>
+
+Deze instelling (standaard uitgeschakeld) voegt B<-Wl,-z,now> toe aan B<LDFLAGS>. Tijdens het laden van het programma worden alle dynamische symbolen omgezet, waardoor de volledige PLT (Procedure Linkage Table) als alleen lezen gemarkeerd kan worden (ten gevolge van B<relro> hiervoor). Deze optie kan niet aangezet worden als B<relro> niet geactiveerd is.
+
+=item B<pie>
+
+Deze instelling (zonder standaardinstelling sinds dpkg 1.18.23, aangezien het nu standaard geactiveerd wordt door gcc op de Debian-architecturen amd64, arm64, armel, armhf, hurd-i386, i386, kfreebsd-amd64, kfreebsd-i386, mips, mipsel, mips64el, powerpc, ppc64, ppc64el, riscv64, s390x, sparc en sparc64) voegt zo nodig de vereiste opties toe om PIE te activeren of te deactiveren via gcc specs-bestanden, afhankelijk van het feit of gcc op die architectuur de vlaggen zelf injecteert of niet. Indien de instelling geactiveerd is en gcc de vlaggen injecteert, voegt ze niets toe. Indien de instelling geactiveerd is en gcc de vlaggen niet injecteert, voegt ze B<-fPIE> toe (via I<%PKGDATADIR%/pie-compiler.specs>) aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS> en B<FCFLAGS>, en B<-fPIE -pie> (via I<%PKGDATADIR%/pie-link.specs>) aan B<LDFLAGS>. Indien de instelling gedeactiveerd is en gcc de vlaggen injecteert, voegt ze B<-fno-PIE> toe (via I<%PKGDATADIR%/no-pie-compile.specs>) aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS> en B<FCFLAGS>, en B<-fno-PIE -no-pie> (via I<%PKGDATADIR%/no-pie-link.specs>) aan B<LDFLAGS>.
+
+Position Independent Executable (PIE - positie-onafhankelijke programma) is nodig om voordeel te halen uit Address Space Layout Randomization (ASLR - de adresruimte rangschikken in toevallige volgorde), hetgeen door sommige kernelversies ondersteund wordt. Hoewel ASLR reeds voor datagebieden in de stack en de heap opgelegd kan worden (brk and mmap), moeten de codegebieden als positieonafhankelijk gecompileerd worden. Gedeelde bibliotheken doen dit reeds (B<-fPIC>), waardoor zij automatisch ASLR krijgen, maar binaire .text-gebieden moeten als PIE gebouwd worden om ASLR te krijgen. Als dit gebeurt, worden aanvallen van het type ROP (Return Oriented Programming - op terugkeerwaarde georiënteerd programmeren) veel moeilijker aangezien er geen statische locaties meer zijn die bij een aanval van geheugenvervuiling als springplank gebruikt kunnen worden.
+
+PIE is niet compatibel met B<-fPIC>, dus over het algemeen moet men voorzichtig zijn bij het bouwen van gedeelde objecten. Maar aangezien de PIE-vlaggen die meegegeven worden geïnjecteerd worden via specs-bestanden van gcc, zou het altijd veilig moeten zijn om ze onvoorwaardelijk in te stellen ongeacht het objecttype dat gecompileerd of gelinkt wordt.
+
+Statische bibliotheken kunnen door programma's of door andere gedeelde bibliotheken gebruikt worden. Afhankelijk van de gebruikte vlaggen bij het compileren van alle objecten in een statische bibliotheek, zullen deze bibliotheken door verschillende reeksen objecten gebruikt kunnen worden:
+
+=over
+
+=item geen
+
+Kan niet gelinkt worden aan een PIE-programma, noch aan een gedeelde bibliotheek.
+
+=item B<-fPIE>
+
+Kan gelinkt worden aan elk programma, maar niet aan een gedeelde bibliotheek (aanbevolen).
+
+=item B<-fPIC>
+
+Kan gelinkt worden aan elk programma en elke gedeelde bibliotheek.
+
+=back
+
+Indien er een behoefte bestaat om deze vlaggen manueel in te stellen en de gcc specs-injectie te overbruggen, moet u rekening houden met verschillende zaken. Het onvoorwaardelijk en expliciet doorgeven van B<-fPIE>, B<-fpie> of B<-pie> aan een bouwsysteem dat libtool gebruikt, is veilig aangezien deze vlaggen weggelaten worden bij het bouwen van gedeelde bibliotheken. Bij projecten waarin daarentegen zowel programma's als gedeelde bibliotheken gebouwd worden, moet u ervoor zorgen dat bij het bouwen van de gedeelde bibliotheken B<-fPIC> steeds als laatste doorgegeven wordt (waardoor het een eventuele voorafgaande B<-PIE> opheft) aan compilatievlaggen zoals B<CFLAGS> en dat B<-shared> als laatste doorgegeven wordt (waardoor het een eventuele voorafgaande B<-pie> opheft) aan linkvlaggen zoals B<LDFLAGS>. B<Opmerking:> dit is niet nodig met het standaard specs-mechanisme van gcc.
+
+Aangezien PIE via een algemeen register geïmplementeerd wordt, kunnen bovendien bij sommige architecturen (maar niet meer bij i386 sinds de optimalisaties die in gcc E<gt>= 5 toegepast zijn) prestatieverminderingen tot 15% optreden bij zeer zware belasting met tekstsegmenten van toepassingen. De meeste belastingen hebben minder dan 1% prestatievermindering tot gevolg. Architecturen met meer algemene registers (bijv. amd64) vertonen niet zo een hoge terugval in de ergste gevallen.
+
+=back
+
+=head2 reproduceerbaarheid
+
+De hierna behandelde compilatieopties kunnen gebruikt worden om de bouwreproduceerbaarheid te helpen verbeteren of om bijkomende waarschuwingsberichten af te leveren tijdens het compileren. Behalve wanneer het hierna aangegeven wordt, worden deze opties standaard geactiveerd voor architecturen die ze ondersteunen.
+
+=over
+
+=item B<timeless>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-Wdate-time> toe bij B<CPPFLAGS>. Dit leidt tot waarschuwingen als de macros B<__TIME__>, B<__DATE__> en B<__TIMESTAMP__> gebruikt worden.
+
+=item B<fixfilepath>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-ffile-prefix-map=>I<BUILDPATH>B<=.> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS> en B<FCFLAGS>, waarbij B<BUILDPATH> ingesteld wordt op de basismap van het pakket dat gebouwd wordt. Dit heeft als effect dat het bouwpad verwijderd wordt van elk gegenereerd bestand.
+
+Indien zowel B<fixdebugpath> als B<fixfilepath> ingesteld zijn, heeft deze laatste optie voorrang, omdat het een superset is van de eerste.
+
+=item B<fixdebugpath>
+
+Deze instelling (standaard geactiveerd) voegt B<-fdebug-prefix-map=>I<BUILDPATH>B<=.> toe aan B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<OBJCFLAGS>, B<OBJCXXFLAGS>, B<GCJFLAGS>, B<FFLAGS> en B<FCFLAGS>, waarbij B<BUILDPATH> ingesteld wordt op de basismap van het pakket dat gebouwd wordt. Dit heeft als effect dat het bouwpad verwijderd wordt van eventueel gegenereerde debug-symbolen.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+Er zijn twee sets omgevingsvariabelen die dezelfde operaties uitvoeren. De eerste (DEB_I<vlag>_I<operatie>) zou nooit gebruikt mogen worden binnen B<debian/rules>. Die is bedoeld voor eventuele gebruikers die het bronpakket opnieuw willen bouwen met andere bouwvlaggen. De tweede set (DEB_I<vlag>_MAINT_I<operatie>) zou door pakketonderhouders enkel in B<debian/rules> gebruikt moeten worden om de resulterende bouwvlaggen aan te passen.
+
+=over
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_SET>
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_MAINT_SET>
+
+Deze variabele kan gebruikt worden om de teruggegeven waarde voor de opgegeven vlag I<vlag> af te dwingen.
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_STRIP>
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_MAINT_STRIP>
+
+Deze variabele kan gebruikt worden om in een lijst met witruimte als scheidingsteken opties op te geven die weggehaald zullen worden uit de set vlaggen die teruggegeven wordt voor de opgegeven I<vlag>.
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_APPEND>
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_MAINT_APPEND>
+
+Deze variabele kan gebruikt worden om bijkomende opties toe te voegen aan de waarde die teruggegeven wordt voor de opgegeven I<vlag>.
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_PREPEND>
+
+=item B<DEB_>I<vlag>B<_MAINT_PREPEND>
+
+Deze variabele kan gebruikt worden om vooraan bijkomende opties toe te voegen aan de waarde die teruggegeven wordt voor de opgegeven I<vlag>.
+
+=item B<DEB_BUILD_OPTIONS>
+
+=item B<DEB_BUILD_MAINT_OPTIONS>
+
+Deze variabelen kunnen door een gebruiker of een onderhouder gebruikt worden om diverse gebiedsfuncties die bouwvlaggen beïnvloeden, te activeren of uit te zetten. De variabele B<DEB_BUILD_MAINT_OPTIONS> vervangt eventuele instellingen in de functionaliteitsgebieden B<DEB_BUILD_OPTIONS>. Zie het onderdeel B<FUNCTIONALITEITSGEBIEDEN> voor de details.
+
+=item B<DEB_VENDOR>
+
+Deze instelling definieert de huidige leverancier. Indien zij niet ingesteld is, zal gezocht worden naar de huidige leverancier door te gaan lezen in B<%PKGCONFDIR%/origins/default>.
+
+=item B<DEB_BUILD_PATH>
+
+Deze variabele stelt in welk bouwpad (sinds dpkg 1.18.8) gebruikt moet worden bij functionaliteit zoals B<fixdebugpath> waardoor die gesuperviseerd kan worden door het aanroepende programma. Momenteel is deze variabele Debian- en derivaat-specifiek.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=head2 Configuratiebestanden
+
+=over
+
+=item B<%PKGCONFDIR%/buildflags.conf>
+
+Configuratiebestand dat voor het hele systeem geldt.
+
+=item B<$XDG_CONFIG_HOME/dpkg/buildflags.conf> of
+
+=item B<$HOME/.config/dpkg/buildflags.conf>
+
+Configuratiebestand dat gebruikersafhankelijk is.
+
+=back
+
+=head2 Ondersteuning bij het maken van een pakket
+
+=over
+
+=item B<%PKGDATADIR%/buildflags.mk>
+
+Makefile-fragment dat alle vlaggen die door B<dpkg-buildflags> ondersteund worden, laadt in variabelen (en eventueel exporteert) (sinds dpkg 1.16.1).
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+Om in een Makefile bouwvlaggen door te geven aan een bouwcommando:
+
+=over
+
+ $(MAKE) $(shell dpkg-buildflags --export=cmdline)
+
+ ./configure $(shell dpkg-buildflags --export=cmdline)
+
+=back
+
+Om in een shell-script of shell-fragment bouwvlaggen in te stellen, kan B<eval> gebruikt worden om de uitvoer te interpreteren en de vlaggen in de omgeving te exporteren:
+
+=over
+
+ eval "$(dpkg-buildflags --export=sh)" && make
+
+=back
+
+of om de positieparameters in te stellen die aan een commando doorgegeven moeten worden:
+
+=over
+
+ eval "set -- $(dpkg-buildflags --export=cmdline)"
+ for dir in a b c; do (cd $dir && ./configure "$@" && make); done
+
+=back
+
+=head2 Het gebruik in debian/rules
+
+Om de benodigde bouwvlaggen te bekomen die aan het bouwsysteem doorgegeven moeten worden, moet u vanuit het bestand B<debian/rules> B<dpkg-buildflags> aanroepen of B<buildflags.mk> invoegen. Merk op dat oudere versies van B<dpkg-buildpackage> (voor dpkg 1.16.1) deze vlaggen automatisch exporteerden. U zou hierop echter niet mogen betrouwen, aangezien dit het handmatig aanroepen van B<debian/rules> defect maakt.
+
+Voor pakketten met een autoconf-achtig bouwsysteem, kunt u de relevante opties rechtstreeks doorgeven aan configure of B<make>(1), zoals hiervoor geïllustreerd werd.
+
+Voor andere bouwsystemen, of indien u een meer fijnmazige controle nodig heeft over welke vlaggen waar doorgegeven worden, kunt u B<--get> gebruiken. Of in de plaats daarvan kunt u B<buildflags.mk> invoegen, dat zorgt voor het aanroepen van B<dpkg-buildflags> en het opslaan van de bouwvlaggen in variabelen voor make.
+
+Indien u alle bouwvlaggen naar de omgeving wenst te exporteren (waar ze door uw bouwsysteem opgepikt kunnen worden):
+
+=over
+
+ DPKG_EXPORT_BUILDFLAGS = 1
+ include %PKGDATADIR%/buildflags.mk
+
+=back
+
+Als u bijkomende controle wenst over wat geëxporteerd wordt, kunt u de variabelen handmatig exporteren (aangezien er standaard geen enkele geëxporteerd wordt):
+
+=over
+
+ include %PKGDATADIR%/buildflags.mk
+ export CPPFLAGS CFLAGS LDFLAGS
+
+=back
+
+En u kunt de vlaggen natuurlijk ook handmatig doorgeven aan commando's:
+
+=over
+
+ include %PKGDATADIR%/buildflags.mk
+ build-arch:
+ $(CC) -o hello hello.c $(CPPFLAGS) $(CFLAGS) $(LDFLAGS)
+
+=back
+
diff --git a/man/nl/dpkg-buildpackage.pod b/man/nl/dpkg-buildpackage.pod
new file mode 100644
index 0000000..441ee47
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-buildpackage.pod
@@ -0,0 +1,532 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-buildpackage - binaire of broncodepakketten bouwen uit de broncode
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-buildpackage> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-buildpackage> is een programma dat het proces van het bouwen van een Debian pakket automatiseert. Het bestaat uit de volgende stappen:
+
+=over
+
+=item B<1.>
+
+Het bereidt de bouwomgeving voor door verschillende omgevingsvariabelen in te stellen(zie B<OMGEVING>), voert de uitbreiding (hook) B<init> uit en roept B<dpkg-source --before-build> aan (tenzij B<-T> of B<--target> gebruikt werd).
+
+=item B<2.>
+
+Het controleert of voldaan is aan de bouw-vereisten en de bouw-tegenstrijdigheden (tenzij B<-d> of B<--no-check-builddeps> opgegeven werd).
+
+=item B<3.>
+
+Indien met de optie B<-T> of B<--target> een of meer specifieke doelen geselecteerd werden, roept het deze doelen aan en stopt dan. Anders voert het de uitbreiding (hook) B<preclean> uit en roept het B<fakeroot debian/rules clean> aan om de bouwboom zuiver te maken (tenzij B<-nc> of B<--no-pre-clean> opgegeven werd).
+
+=item B<4.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<source> uit en roept B<dpkg-source -b> aan om het broncodepakket te genereren (indien het bouwen van B<source> aangevraagd werd met B<--build> of gelijkwaardige opties).
+
+=item B<5.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<build> uit en roept B<debian/rules> I<build-target> aan. Het voert vervolgens de uitbreiding (hook) B<binary> uit, gevolgd door B<fakeroot debian/rules> I<binary-target> (tenzij enkel de bouw van het broncodepakket gevraagd werd met B<--build=source> of gelijkwaardige opties). Merk op dat I<build-target> en I<binary-target> ofwel B<build> en B<binary> zijn (de standaardsituatie, of indien een bouw van het type B<any> en B<all> aangevraagd werd met B<--build> of gelijkwaardige opties), ofwel B<build-arch> en B<binary-arch> (indien een bouw van het type B<any> maar niet B<all> aangevraagd werd met B<--build> of gelijkwaardige opties), ofwel B<build-indep> en B<binary-indep> (indien een bouw van het type B<all> maar niet B<any> aangevraagd werd met B<--build> of gelijkwaardige opties).
+
+=item B<6.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<buildinfo> uit en roept B<dpkg-genbuildinfo> aan om een bestand B<.buildinfo> aan te maken. Verschillende opties van B<dpkg-buildpackage> worden aan B<dpkg-genbuildinfo> overgemaakt.
+
+=item B<7.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<changes> uit en roept B<dpkg-genchanges> aan om een bestand B<.changes> aan te maken. De naam van het B<.changes>-bestand is afhankelijk van het bouwtype en zal zo specifiek als nodig zijn, maar niet meer dan dat. Voor een bouw die B<any> bevat, zal de naam I<broncode-naam>B<_>I<binaire-versie>B<_>I<arch>B<.changes> zijn. Voor een bouw die B<all> bevat, zal de naam I<broncode-naam>B<_>I<binaire-versie>B<_>B<all.changes> zijn. En voor een bouw die B<source> bevat, zal de naam I<broncode-naam>B<_>I<broncode-versie>B<_>B<source.changes> zijn. Veel opties van B<dpkg-buildpackage> worden aan B<dpkg-genchanges> overgemaakt.
+
+=item B<8.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<postclean> uit en als B<-tc> of B<--post-clean> werd opgegeven zal het nogmaals B<fakeroot debian/rules clean> aanroepen.
+
+=item B<9.>
+
+Het roept B<dpkg-source --after-build> aan.
+
+=item B<10.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<check> uit en roept een pakketcontroleprogramma aan voor nazicht van het bestand B<.changes> (indien er in B<DEB_CHECK_COMMAND> of met B<--check-command> een commando opgegeven werd).
+
+=item B<11.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<sign> uit en ondertekent met behulp van de OpenPGP-backend (voor zover het geen bouw van het type UNRELEASED is of tenzij B<--no-sign> werd opgegeven) voor het ondertekenen van het bestand B<.dsc> (als dat bestaat, tenzij B<-us> of B<--unsigned-source> opgegeven werden), van het bestand B<.buildinfo> (tenzij B<-ui>, B<--unsigned-buildinfo>, B<-uc> of B<--unsigned-changes> opgegeven werden) en van het bestand B<.changes> (tenzij B<-uc> of B<--unsigned-changes> opgegeven werden).
+
+=item B<12.>
+
+Het voert de uitbreiding (hook) B<done> uit.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+Alle opties kunnen zowel opgegeven worden aan de commandoregel als in de systeem- en gebruikersconfiguratiebestanden voor B<dpkg-buildpackage>. Elke regel in het configuratiebestand is ofwel een optie (exact hetzelfde als de commandoregeloptie, maar zonder de verbindingsstreepjes aan het begin) of commentaar (als hij begint met een ‘B<#>’).
+
+=over
+
+=item B<--build=>I<type>
+
+Geeft het bouw-I<type> op vanuit een lijst van door komma's gescheiden componenten (sinds dpkg 1.18.5). Alle opgegeven componenten worden gecombineerd om het enige te gebruiken bouwtype uit te kiezen, wat inhoudt dat één enkele compilatie wordt uitgevoerd met één enkel F<.changes>-bestand. Wordt doorgegeven aan B<dpkg-genchanges>.
+
+De waarden die gebruikt mogen worden zijn:
+
+=over
+
+=item B<source>
+
+Bouwt het broncodepakket.
+
+B<Opmerking:> Indien u deze waarde op zichzelf staand gebruikt en indien uw enige bedoeling is om het bronpakket gewoon (opnieuw) te bouwen vanuit een zuivere broncodeboom, dan is het altijd beter om rechtstreeks B<dpkg-source> te gebruiken, aangezien dat niet vereist dat eventuele bouwvereisten geïnstalleerd worden, welke anders nodig zijn om in staat te zijn het doelwit B<clean> te aanroepen.
+
+=item B<any>
+
+Bouwt de architectuurspecifieke binaire pakketten.
+
+=item B<all>
+
+Bouwt de architectuuronafhankelijke binaire pakketten.
+
+=item B<binary>
+
+Bouwt de architectuurspecifieke en de architectuuronafhankelijke binaire pakketten. Dit is een alias voor B<any,all>.
+
+=item B<full>
+
+Bouwt alles. Dit is een alias voor B<source,any,all> en identiek aan de standaardsituatie wanneer geen bouwoptie opgegeven werd..
+
+=back
+
+=item B<-g>
+
+Het equivalent van B<--build=source,all> (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<-G>
+
+Het equivalent van B<--build=source,any> (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<-b>
+
+Het equivalent van B<--build=binary> of B<--build=any,all>.
+
+=item B<-B>
+
+Het equivalent van B<--build=any>.
+
+=item B<-A>
+
+Het equivalent van B<--build=all>.
+
+=item B<-S>
+
+Het equivalent van B<--build=source>.
+
+=item B<-F>
+
+Het equivalent van B<--build=full>, B<--build=source,binary> of B<--build=source,any,all> (sinds dpkg 1.15.8).
+
+=item B<--target=>I<target>[,...]
+
+=item B<--target> I<doel>[,...]
+
+=item B<-T>, B<--rules-target=>I<target>[,...]
+
+Roept na het opzetten van de bouwomgeving per opgegeven target eenmaal B<debian/rules> I<doel> aan en stopt het proces van het bouwen van het pakket hier (sinds dpkg 1.15.0, de lange optie sinds dpkg 1.18.8, de ondersteuning voor meerdere targets sinds dpkg 1.18.16). Indien ook B<--as-root> opgegeven werd, dan wordt het commando als systeembeheerder uitgevoerd (zie B<--root-command>). Merk op dat gekende targets die verplicht als systeembeheerder moeten uitgevoerd worden, deze optie niet nodig hebben (d.w.z. de targets B<clean>, B<binary>, B<binary-arch> en B<binary-indep>).
+
+=item B<--as-root>
+
+Enkel zinvol in samenhang met B<--target> (sinds dpkg 1.15.0). Vereist dat het doel met systeembeheerdersrechten uitgevoerd wordt.
+
+=item B<-si>
+
+=item B<-sa>
+
+=item B<-sd>
+
+=item B<-v>I<versie>
+
+=item B<-C>I<beschrijving-van-de-wijzigingen>
+
+=item B<-m>I<adres-van-de-onderhouder>
+
+=item B<-e>I<adres-van-de-onderhouder>
+
+Wordt ongewijzigd doorgegeven aan B<dpkg-genchanges>. Zie de man-pagina ervan.
+
+=item B<--build-by=>I<adres-van-de-pakketonderhouder>
+
+=item B<--source--by=>I<adres-van-de-pakketonderhouder> (sinds dpkg 1.21.10)
+
+Doorgeven als B<-m> aan B<dpkg-genchanges>. Zie de man-pagina ervan.
+
+=item B<--release-by=>I<adres-van-de-pakketonderhouder>
+
+=item B<--changed-by=>I<adres-van-de-pakketonderhouder> (sinds dpkg 1.21.10)
+
+Doorgeven als B<-e> aan B<dpkg-genchanges>. Zie de man-pagina ervan.
+
+=item B<-a>, B<--host-arch> I<architectuur>
+
+De Debian-architectuur waarvoor we bouwen specificeren (lange optie sinds dpkg 1.17.17). De architectuur van de machine waarop we bouwen, wordt automatisch vastgesteld en ze wordt ook als standaard genomen voor de hostmachine.
+
+=item B<-t>, B<--host-type> I<gnu-systeemtype>
+
+Het GNU-systeemtype waarvoor we bouwen specificeren (lange optie sinds dpkg 1.17.17). Het kan gebruikt worden in de plaats van B<--host-arch> of als een aanvulling om het standaard GNU-systeemtype voor de Debian-architectuur van de host aan te passen.
+
+=item B<--target-arch> I<architectuur>
+
+De Debian-architectuur specificeren waarvoor de gebouwde programma's gebouwd zullen worden (sinds dpkg 1.17.17). De standaardwaarde is de hostmachine.
+
+=item B<--target-type> I<gnu-systeemtype>
+
+Het GNU-systeemtype specificeren waarvoor de gebouwde programma's gebouwd zullen worden (sinds dpkg 1.17.17). Het kan gebruikt worden in de plaats van B<--target-arch> of als een aanvulling om het standaard GNU-systeemtype voor de Debian doelarchitectuur aan te passen.
+
+=item B<-P>, B<--build-profiles=>I<profiel>[B<,>...]
+
+Het/de profiel(en) welke we bouwen specificeren in een lijst met een komma als scheidingsteken (sinds dpkg 1.17.2, de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Het standaardgedrag is om niet voor een specifiek profiel te bouwen. Stelt ze ook in (als een lijst met een spatie als scheidingsteken) als de omgevingsvariabele B<DEB_BUILD_PROFILES>, hetgeen bijvoorbeeld toelaat aan B<debian/rules>-bestanden om gebruik te maken van deze informatie bij voorwaardelijke bouwoperaties.
+
+=item B<-j>, B<--jobs>[=I<taken>|B<auto>]
+
+Geeft het aantal taken aan dat gelijktijdig mag worden uitgevoerd (sinds dpkg 1.14.7, lange optie sinds dpkg 1.18.8). Waarbij het aantal taken overeenkomt met het aantal online-processors indien B<auto> werd opgegeven (sinds dpkg 1.17.10), of een onbeperkt aantal indien I<taken> niet werd opgegeven. Het standaardgedrag is B<auto> (sinds dpkg 1.18.11) in niet-opgelegde modus (sinds dpkg 1.21.10), en als zodanig is het altijd veiliger om dit te gebruiken voor elk pakket, inclusief voor pakketten die niet op een veilige manier parallel kunnen worden gebouwd. Als u het aantal taken instelt op B<1>, wordt de seriële uitvoering hersteld.
+
+Het voegt B<parallel=>I<taken> of B<parallel> toe aan de omgevingsvariabele B<DEB_BUILD_OPTIONS>, hetgeen debian/rules-bestanden in staat stelt van deze informatie gebruik te maken voor eigen doeleinden (opt-in modus genaamd). De waarde I<taken> heeft voorrang op de optie B<parallel=>I<taken> of B<parallel> in de omgevingsvariabele B<DEB_BUILD_OPTIONS>. Merk op dat de waarde B<auto> zal vervangen worden door het effectieve aantal momenteel actieve processoren en ze dus als zodanig naar geen enkel onderliggend proces doorgegeven zal worden. Indien het aantal beschikbare online-processoren niet afgeleid kan worden, dan zal de code terugvallen op het gebruiken van seriële uitvoering (sinds dpkg 1.18.15), hoewel dit enkel zou mogen gebeuren op exotische en niet-ondersteunde systemen.
+
+=item B<-J>, B<--jobs-try>[=I<taken>|B<auto>]
+
+Deze optie (sinds dpkg 1.18.2, lange optie sinds dpkg 1.18.8) is gelijkwaardig aan de optie B<-j> hierboven.
+
+Aangezien het gedrag van B<-j> in dpkg 1.21.10 veranderde naar de opt-in modus, kunt u in plaats daarvan deze optie gebruiken als u over de verschillende uitgaven van dpkg heen eenzelfde betekenis moet kunnen garanderen.
+
+=item B<--jobs-force>[=I<taken>|B<auto>]
+
+Deze optie (sinds dpkg 1.21.10) is gelijkwaardig aan de optie B<--jobs> behalve dat ze de opgelegde parallelle modus zal activeren door de optie B<-j> voor B<make> met het berekende aantal parallelle taken toe te voegen aan de omgevingsvariabele B<MAKEFLAGS>.
+
+Dit zou ertoe moeten leiden dat alle volgende aanroepen van make die optie overerven, waardoor de parallelle instelling voor het verpakken (en mogelijk voor het bovenstroomse bouwsysteem als dat L<make(1)> gebruikt) wordt opgelegd, ongeacht hun ondersteuning voor een parallelle bouw, wat bouwfouten zou kunnen veroorzaken.
+
+Opmerking: elke Makefile die niet parallel-aangepast is, moet als een fouten bevattende Makefile beschouwd worden. Deze zouden ofwel parallel-aangepast moeten gemaakt worden of als niet veilig gemarkeerd worden met het target L<make(1)> B<.NOTPARALLEL>.
+
+=item B<-D>, B<--check-builddeps>
+
+Bouwvereisten en tegenstrijdigheden controleren en afbreken als er niet aan voldaan is (de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Dit is het standaardgedrag.
+
+=item B<-d>, B<--no-check-builddeps>
+
+Bouwvereisten en tegenstrijdigheden niet controleren (de lange optie sinds dpkg 1.18.8).
+
+=item B<--ignore-builtin-builddeps>
+
+Ingebouwde bouwvereisten en tegenstrijdigheden niet controleren (sinds dpkg 1.18.2). Dit zijn de distributiespecifieke impliciete bouwvereisten die gewoonlijk noodzakelijk zijn in een bouwomgeving, de zogenaamde set van pakketten van het type Build-Essential.
+
+=item B<--rules-requires-root>
+
+Het veld B<Rules-Requires-Root> niet honoreren; er wordt teruggevallen op zijn verouderde standaardwaarde (since dpkg 1.19.1).
+
+=item B<-nc>, B<--no-pre-clean>
+
+Voor het bouwen de broncodeboom niet opschonen (de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Impliceert B<-b> indien geen van de opties B<-F>, B<-g>, B<-G>, B<-B>, B<-A> of B<-S> gekozen werd. Gecombineerd met B<-S> impliceert dit B<-d> (sinds dpkg 1.18.0).
+
+=item B<--pre-clean>
+
+Voor het bouwen de broncodeboom opschonen (sinds dpkg 1.18.8). Dit is het standaardgedrag.
+
+=item B<-tc>, B<--post-clean>
+
+De broncodeboom opschonen (met I<commando-om-root-te-worden> B<debian/rules clean>) nadat het pakket gebouwd werd (de lange optie sinds dpkg 1.18.8).
+
+=item B<--no-post-clean>
+
+De broncodeboom niet opschonen na het bouwen van het pakket (sinds dpkg 1.19.1). Dit is het standaardgedrag.
+
+=item B<--sanitize-env>
+
+De bouwomgeving saneren (sinds dpkg 1.20.0). Dit houdt het verwijderen of opnieuw instellen in van omgevingsvariabelen, van umask en van eventuele andere procesattributen welke anders de bouw van pakketten negatief zouden kunnen beïnvloeden. Omdat het officiële startpunt voor het bouwen van pakketten B<debian/rules> is, kunnen pakketten er niet op vertrouwen dat deze instellingen aanwezig zijn en moeten ze dus werken indien dat niet het geval is. Wat gesaneerd moet worden is leverancierspecifiek.
+
+=item B<-r>, B<--root-command=>I<commando-om-root-te-worden>
+
+Wanneer B<dpkg-buildpackage> een deel van het bouwproces in de hoedanigheid van root (systeembeheerder) moet uitvoeren, laat het het commando dat het uitvoert voorafgaan door I<commando-om-root-te-worden> indien er een opgegeven werd (de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Anders, als er geen opgegeven werd, wordt standaard B<fakeroot> gebruikt als het beschikbaar is. I<commando-om-root-te-worden> moet beginnen met de naam van een programma in het B<PATH> en krijgt als argumenten de naam van het echte commando dat uitgevoerd moet worden en de argumenten die het moet krijgen. I<commando-om-root-te-worden> kan parameters bevatten (ze moeten met spaties van elkaar gescheiden worden) maar geen shell-metatekens. Doorgaans is I<commando-om-root-te-worden> B<fakeroot>, B<sudo>, B<super> of B<really>. B<su> is niet geschikt, aangezien het enkel de shell van de gebruiker kan aanroepen met B<-c> in plaats van afzonderlijke argumenten door te geven aan het uit te voeren commando.
+
+=item B<-R>, B<--rules-file=>I<rules-bestand>
+
+Een Debian-pakket bouwen houdt meestal het aanroepen van B<debian/rules> in als een commando met verschillende standaardparameters (sinds dpkg 1.14.17, de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Met deze optie is het mogelijk om een andere programma-aanroep te gebruiken om het pakket te bouwen (ze kan parameters bevatten die onderling door spaties gescheiden worden). Anderzijds kan de optie ook gebruikt worden om het standaard rules-bestand uit te voeren met een ander make-programma (bijvoorbeeld door B</usr/local/bin/make -f debian/rules> te gebruiken als I<rules-bestand>).
+
+=item B<--check-command=>I<controlecommando>
+
+Commando dat gebruikt wordt om het bestand B<.changes> zelf en eventuele gebouwde artefacten waarnaar in het bestand verwezen wordt, te controleren (sinds dpkg 1.17.6). Het commando moet als argument de padnaam van B<.changes> krijgen. Gewoonlijk is dit commando B<lintian>.
+
+=item B<--check-option=>I<optie>
+
+Optie I<optie> doorgeven aan het I<controlecommando> dat gespecificeerd werd met B<DEB_CHECK_COMMAND> of met B<--check-command> (sinds dpkg 1.17.6). Kan meermaals gebruikt worden.
+
+=item B<--hook->I<hook-naam>B<=>I<hook-commando>
+
+Stelt de opgegeven shell-code I<hook-commando> in als de uitbreiding (hook) I<hook-naam>, die zal uitgevoerd worden op de momenten die in de uitvoeringsstappen gepreciseerd worden (sinds dpkg 1.17.6). De uitbreidingen (hooks) zullen steeds uitgevoerd worden, zelfs als de volgende actie niet uitgevoerd wordt (met uitzondering voor de uitbreiding (hook) B<binary>). Alle uitbreidingen (hooks) zullen uitgevoerd worden in de map van de uitgepakte broncode.
+
+B<Opmerking:> uitbreidingen (hooks) kunnen het bouwproces beïnvloeden en leiden tot het mislukken van de bouw als hun commando's falen. Wees dus alert voor onbedoelde consequenties.
+
+Momenteel worden de volgende I<hook-namen> ondersteund:
+
+B<init preclean source build binary buildinfo changes postclean check sign done>
+
+Het I<hook-commando> ondersteunt de volgende substitutie-indelingstekenreeksen, die er voorafgaand aan de uitvoering op toegepast zullen worden:
+
+=over
+
+=item B<%%>
+
+Eén enkel %-teken.
+
+=item B<%a>
+
+Een booleaanse waarde (0 of 1), die aangeeft of de volgende actie uitgevoerd wordt of niet.
+
+=item B<%p>
+
+De naam van het broncodepakket.
+
+=item B<%v>
+
+De versie van het broncodepakket.
+
+=item B<%s>
+
+De versie van het broncodepakket (zonder de epoch).
+
+=item B<%u>
+
+Het bovenstroomse versienummer (toeleveraarsversie).
+
+=back
+
+=item B<--buildinfo-file=>I<bestandsnaam>
+
+De I<bestandsnaam> instellen voor het gegenereerde B<.buildinfo>-bestand (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<--buildinfo-option=>I<optie>
+
+Optie I<optie> doorgeven aan B<dpkg-genbuildinfo> (sinds dpkg 1.18.11). Kan meermaals gebruikt worden.
+
+=item B<--sign-backend=>I<ondertekeningsbackend>
+
+Een OpenPGP-backendinterface opgeven welke gebruikt moet worden bij het aanroepen van het I<ondertekeningscommando> (sinds dpkg 1.21.10).
+
+De standaardinstelling is B<auto>, waarbij de beste beschikbare backend wordt gebruikt. De specifieke ondersteunde OpenPGP-backends in volgorde van voorkeur zijn:
+
+=over 2
+
+=item B<sop> (elke conforme Stateless OpenPGP-implementatie)
+
+=item B<sq> (van Sequoia-PGP)
+
+=item B<gpg> (van GnuPG)
+
+=back
+
+=item B<-p>, B<--sign-command=>I<ondertekeningscommando>
+
+Als B<dpkg-buildpackage> een OpenPGP backend-commando moet uitvoeren om een controlebestand (B<.dsc>) van de broncode of een bestand B<.changes> te ondertekenen, zal het I<ondertekeningscommando> uitvoeren (en indien nodig daarbij het B<PATH> doorzoeken) in plaats van het standaard of automatisch gedetecteerde backend-commando (de lange optie sinds dpkg 1.18.8). Aan I<ondertekeningscommando> zullen alle argumenten meegegeven worden die door B<--sign-backend> gedefinieerd zijn. I<ondertekeningscommando> mag geen spaties bevatten en geen andere shell-metatekens.
+
+=item B<-k>, B<--sign-keyid=>I<sleutel-id>
+
+=item B<--sign-key=>I<sleutel-id>
+
+Een OpenPGP sleutel-ID (hetzij een vingerafdruk of een gebruikers-ID) opgeven voor de geheime sleutel die moet worden gebruikt bij het ondertekenen van pakketten (B<--sign-key> sinds dpkg 1.18.8, B<--sign-keyid> sinds dpkg 1.21.10).
+
+=item B<--sign-keyfile=>I<sleutel-bestand>
+
+Een OpenPGP I<sleutel-bestand> opgeven dat de geheime sleutel bevat die moet worden gebruikt bij het ondertekenen van pakketten (sinds dpkg 1.21.10).
+
+Opmerking: uit veiligheidsoverwegingen kan het I<sleutel-bestand> best met een wachtwoord vergrendeld worden gehouden.
+
+=item B<-us>, B<--unsigned-source>
+
+Het broncodepakket niet ondertekenen (de lange optie sinds dpkg 1.18.8).
+
+=item B<-ui>, B<--unsigned-buildinfo>
+
+Het bestand B<.buildinfo> niet ondertekenen (sinds dpkg 1.18.19).
+
+=item B<-uc>, B<--unsigned-changes>
+
+De bestanden B<.buildinfo> en B<.changes> niet ondertekenen (de lange optie sinds dpkg 1.18.8).
+
+=item B<--no-sign>
+
+Geen enkel bestand ondertekenen; dit omvat het broncodepakket, het bestand B<.buildinfo> en het bestand B<.changes> (sinds dpkg 1.18.20).
+
+=item B<--force-sign>
+
+Het ondertekenen van de resulterende bestanden afdwingen (sinds dpkg 1.17.0), ongeacht B<-us>, B<--unsigned-source>, B<-ui>, B<--unsigned-buildinfo>, B<-uc>, B<--unsigned-changes> of overige interne heuristiek.
+
+=item B<-sn>
+
+=item B<-ss>
+
+=item B<-sA>
+
+=item B<-sk>
+
+=item B<-su>
+
+=item B<-sr>
+
+=item B<-sK>
+
+=item B<-sU>
+
+=item B<-sR>
+
+=item B<-i>, B<--diff-ignore>[=I<regex>]
+
+=item B<-I>, B<--tar-ignore>[=I<patroon>]
+
+=item B<-z>, B<--compression-level=>I<niveau>
+
+=item B<-Z>, B<--compression=>I<compressor>
+
+Wordt ongewijzigd doorgegeven aan B<dpkg-source>. Zie de man-pagina ervan.
+
+=item B<--source-option=>I<optie>
+
+Optie I<optie> doorgeven aan B<dpkg-source> (sinds dpkg 1.15.6). Kan meermaals gebruikt worden.
+
+=item B<--changes-file=>I<bestandsnaam>
+
+De I<bestandsnaam> instellen voor het gegenereerde B<.changes>-bestand (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<--changes-option=>I<optie>
+
+Optie I<optie> doorgeven aan B<dpkg-genchanges> (sinds dpkg 1.15.6). Kan meermaals gebruikt worden.
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+Een andere locatie opgeven voor de database van B<dpkg> (sinds dpkg 1.14.0). De standaardlocatie is I<%ADMINDIR%>.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=head2 Externe omgeving
+
+=over
+
+=item B<DEB_CHECK_COMMAND>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als het commando waarmee het bestand B<.changes> gecontroleerd wordt (sinds dpkg 1.17.6). De optie B<--check-command> heeft hierop voorrang.
+
+=item B<DEB_SIGN_KEYID>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden om de bestanden B<.changes>, B<.buildinfo> en B<.dsc> te ondertekenen (sinds dpkg 1.17.2). De optie B<--sign-key> heeft hierop voorrang.
+
+=item B<DEB_SIGN_KEYFILE>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden om de bestanden B<.changes>, B<.buildinfo> en B<.dsc> te ondertekenen (sinds dpkg 1.21.10). De optie B<--sign-key> heeft hierop voorrang.
+
+=item B<DEB_BUILD_OPTIONS>
+
+Indien dit ingesteld werd, bevat het een lijst van door spaties van elkaar gescheiden opties die het bouwproces kunnen beïnvloeden in I<debian/rules> en het gedrag van sommige dpkg-commando's.
+
+Bij B<nocheck> zal de variabele B<DEB_CHECK_COMMAND> genegeerd worden. Bij B<parallel=>I<N> zal het aantal parallelle taken op I<N> ingesteld worden, maar de optie B<--jobs-try> heeft hierop voorrang.
+
+=item B<DEB_BUILD_PROFILES>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als het/de actieve bouwprofiel(en) voor het pakket dat gebouw wordt (sinds dpkg 1.17.2). Het is een lijst van profielnamen die onderling door een spatie gescheiden zijn. De optie B<-P> heeft hierop voorrang.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head2 Interne omgeving
+
+Zelfs al exporteert B<dpkg-buildpackage> sommige variabelen, toch mag B<debian/rules> er niet op rekenen dat ze aanwezig zijn en moet het in de plaats daarvan gebruik maken van de desbetreffende interface om de benodigde variabelen op te halen, aangezien dat bestand.het belangrijkste aanspreekpunt is voor het bouwen van pakketten en de op zichzelf staande uitvoering ervan ondersteund moet zijn.
+
+=over
+
+=item B<DEB_BUILD_*>
+
+=item B<DEB_HOST_*>
+
+=item B<DEB_TARGET_*>
+
+B<dpkg-architecture> wordt aangeroepen met de doorgegeven parameters B<-a> en B<-t>. Eventuele variabelen die zijn optie B<-s> als uitvoer geeft, worden in de bouwomgeving geïntegreerd.
+
+=item B<DEB_RULES_REQUIRES_ROOT>
+
+Deze variabele wordt ingesteld op de waarde die verkregen wordt uit het veld B<Rules-Requires-Root> of vanuit de commandoregel. Indien ze ingesteld is, zal ze een geldige waarde zijn voor het veld B<Rules-Requires-Root>. Ze wordt gebruikt om B<debian/rules> te informeren of de specificatie B<rootless-builds.txt> ondersteund wordt.
+
+=item B<DEB_GAIN_ROOT_CMD>
+
+Deze variabele wordt ingesteld op I<gain-root-command> wanneer het veld B<Rules-Requires-Root> ingesteld staat op een andere waarde dan B<no> of B<binary-targets>.
+
+=item B<SOURCE_DATE_EPOCH>
+
+Deze variabele wordt ingesteld op de Unix-tijd (timestamp) sinds het tijdstip (de epoch) van het laatste item in I<debian/changelog>, voor zover hij niet reeds gedefinieerd is.
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%PKGCONFDIR%/buildpackage.conf>
+
+Configuratiebestand dat voor het hele systeem geldt
+
+=item I<$XDG_CONFIG_HOME/dpkg/buildpackage.conf> of
+
+=item I<$HOME/.config/dpkg/buildpackage.conf>
+
+Configuratiebestand dat gebruikersafhankelijk is.
+
+=back
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+=head2 Compileervlaggen worden niet langer geëxporteerd
+
+Tussen dpkg 1.14.17 en 1.16.1 exporteerde B<dpkg-buildpackage> compileervlaggen (B<CFLAGS>, B<CXXFLAGS>, B<FFLAGS>, B<CPPFLAGS> en B<LDFLAGS>) met de waarden die door B<dpkg-buildflags> teruggegeven werden. Dit is niet langer het geval.
+
+=head2 Standaard bouwtargets
+
+B<dpkg-buildpackage> gebruikt sinds dpkg 1.16.2 de targets B<build-arch> en B<build-indep>. Deze targets zijn dus verplicht. Maar om te vermijden dat bestaande pakketten defect raken en om de overgang te vergemakkelijken, zal het, indien het broncodepakket niet zowel architectuuronafhankelijke als architectuurspecifieke binaire pakketten bouwt (sinds dpkg 1.18.8), terugvallen op het gebruik van het target B<build> indien B<make -f debian/rules -qn> I<bouwtarget> 2 teruggeeft als afsluitwaarde.
+
+=head1 BUGS
+
+Het zou mogelijk moeten zijn om spaties en shell-metatekens en initiële argumenten op te geven voor I<commando-om-root-te-worden> en I<ondertekeningscommando>.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+I<%PKGDOCDIR%/spec/rootless-builds.txt>, B<dpkg-source>(1), B<dpkg-architecture>(1), B<dpkg-buildflags>(1), B<dpkg-genbuildinfo>(1), B<dpkg-genchanges>(1), B<fakeroot>(1), B<lintian>(1), L<https://datatracker.ietf.org/doc/draft-dkg-openpgp-stateless-cli/>, B<sq>(1), B<gpg>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-checkbuilddeps.pod b/man/nl/dpkg-checkbuilddeps.pod
new file mode 100644
index 0000000..4a04c44
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-checkbuilddeps.pod
@@ -0,0 +1,90 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-checkbuilddeps - controleer bouwvereisten en -tegenstrijdigheden
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-checkbuilddeps> [I<optie>...] [I<controlebestand>]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit programma controleert de op het systeem geïnstalleerde pakketten aan de bouwvereisten en bouwtegenstrijdigheden die vermeld worden in het controlebestand. Indien er eventueel aan sommige niet voldaan is, geeft het die weer en sluit af met niet-nul als terugkeercode.
+
+Standaard wordt uit B<debian/control> gelezen, maar de bestandsnaam van een alternatief controlebestand mag aan de commandoregel opgegeven worden.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+Een andere locatie opgeven voor de database van B<dpkg> (sinds dpkg 1.14.0). De standaardlocatie is I<%ADMINDIR%>.
+
+=item B<-A>
+
+De regels B<Build-Depends-Arch> en B<Build-Conflicts-Arch> negeren (sinds dpkg 1.16.4). Gebruik dit als enkel pakketten van het type arch-indep (architectuuronafhankelijke pakketten) gebouwd zullen worden, of gebruik het in combinatie met B<-B> als enkel een broncodepakket gebouwd moet worden.
+
+=item B<-B>
+
+De regels B<Build-Depends-Indep> en B<Build-Conflicts-Indep> negeren. Gebruik dit als enkel pakketten van het type arch-dep (architectuurafhankelijke pakketten) gebouwd zullen worden, of gebruik het in combinatie met B<-A> als enkel een broncodepakket gebouwd moet worden.
+
+=item B<-I>
+
+Ingebouwde bouwvereisten en bouwtegenstrijdigheden (sinds dpkg 1.18.2) negeren. Dit zijn impliciete vereisten die gewoonlijk nodig zijn bij een specifieke distributie, de set van zogenaamde Build-Essential pakketten.
+
+=item B<-d> I<tekenreeks-voor-bouwvereisten>
+
+=item B<-c> I<tekenreeks-voor-bouwtegenstrijdigheden>
+
+De opgegeven vereisten/tegenstrijdigheden gebruiken in plaats van diegene die in het bestand I<debian/control> vermeld worden (sinds dpkg 1.14.17).
+
+=item B<-a> I<arch>
+
+Op bouwvereisten/-tegenstrijdigheden controleren, ervan uitgaand dat het pakket dat in het bestand control beschreven wordt, gebouwd moet worden voor de opgegeven hostarchitectuur in plaats van voor de architectuur van het huidige systeem (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<-P> I<profiel>[B<,>...]
+
+Op bouwvereisten/-tegenstrijdigheden controleren, ervan uitgaand dat het pakket dat in het bestand control beschreven wordt, gebouwd moet worden voor het/de opgegeven bouwprofiel(en) (sinds dpkg 1.17.2). Het argument is een lijst van profielnamen die onderling door komma's gescheiden worden.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DEB_BUILD_PROFILES>
+
+Indien dit ingesteld is, zal dit gebruikt worden als het/de actieve bouwprofiel(en) voor het pakket dat gebouwd wordt. Het is een lijst van profielnamen die onderling door spaties gescheiden worden. De optie B<-P> heeft voorrang hierop.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
diff --git a/man/nl/dpkg-deb.pod b/man/nl/dpkg-deb.pod
new file mode 100644
index 0000000..cbf62eb
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-deb.pod
@@ -0,0 +1,242 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-deb - gereedschap voor het behandelen van een Debian pakketarchief (.deb)
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-deb> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-deb> pakt Debian-archieven in/uit en geeft er informatie over.
+
+Gebruik B<dpkg> om pakketten te installeren op uw systeem of ze ervan te verwijderen.
+
+U kunt B<dpkg-deb> ook inroepen door B<dpkg> aan te roepen met alle opties die u aan B<dpkg-deb> wilt doorgeven. B<dpkg> zal merken dat u B<dpkg-deb> wilde en het voor u uitvoeren.
+
+De meeste commando's die als argument een invoerarchief verwachten, kunnen dit archief lezen van de standaardinvoer indien als archiefnaam één enkel min-teken («B<->») opgegeven wordt. In het andere geval zal het ontbreken van ondersteuning hiervoor gedocumenteerd worden in de beschrijving van het desbetreffende commando.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<-b>, B<--build> I<map-binair-pakket> [I<archief>|I<map>]
+
+Maakt een debian-archief van de bestandssysteemboom die in I<map-binair-pakket> staat. I<map-binair-pakket> moet een onderliggende map B<DEBIAN> hebben waarin de bestanden met controle-informatie opgeslagen zijn, zoals het bestand control zelf. Deze map zal I<niet> voorkomen in het bestandssysteemarchief van het binaire pakket, maar in de plaats daarvan zullen de bestanden daaruit in het conrole-informatiegebied van het binaire pakket geplaatst worden.
+
+Tenzij u B<--nocheck> opgeeft, zal B<dpkg-deb> B<DEBIAN/control> lezen en het ontleden. Het zal het bestand controleren op syntaxisfouten en op andere problemen en de naam tonen van het binaire pakket dat gebouwd wordt. B<dpkg-deb> zal ook de toegangsrechten van de scripts van de onderhouder nazien en van andere bestanden die te vinden zijn in de map B<DEBIAN> met controle-informatie.
+
+Indien geen I<archief> opgegeven werd, zal B<dpkg-deb> het pakket wegschrijven in het bestand I<map-binair-pakket>B<.deb>.
+
+Indien het te maken archief reeds bestaat, zal het overschreven worden.
+
+Indien het tweede argument een map is, zal B<dpkg-deb> schrijven in het bestand I<map>B</>I<pakket>B<_>I<versie>B<_>I<arch>B<.deb>. Indien een doelmap opgegeven werd, eerder dan een bestand, kan de optie B<--nocheck> niet gebruikt worden (aangezien B<dpkg-deb> het control-bestand van het pakket moet lezen en ontleden om te kunnen uitmaken welke bestandsnaam gebruikt moet worden).
+
+=item B<-I>, B<--info> I<archief> [I<naam-controlebestand>...]
+
+Geeft informatie over een binair pakketarchief.
+
+Indien geen I<naam-controlebestand>(en) opgegeven werd(en) zal het een samenvatting weergeven van de inhoud van het pakket en van zijn bestand control.
+
+Indien wel (een) I<naam-controlebestand>(en) opgegeven werd(en), zal B<dpkg-deb> ze in de opgegeven volgorde weergeven. Indien er een of meerdere componenten ontbraken, zal het een foutmelding weergeven op de standaard foutuitvoer over elk van hen en afsluiten met de status 2.
+
+=item B<-W>, B<--show> I<archief>
+
+Verschaft informatie over een binair pakketarchief in de indeling die opgegeven werd met het argument B<--showformat>. De standaardindeling toont de naam van het pakket en de versie op één regel, gescheiden door een tab.
+
+=item B<-f>, B<--field> I<archief> [I<controleveldnaam>...]
+
+Extraheert informatie uit het bestand control van een binair pakketarchief.
+
+Indien er geen I<controleveldna(a)m>(en) opgegeven werd(en) zal het het volledige bestand control tonen.
+
+Indien er wel opgegeven werden, zal B<dpkg-deb> hun inhoud weergeven in de volgorde waarin zij in het bestand control voorkomen. Indien meer dan één I<controleveldnaam> opgegeven werd, zal B<dpkg-deb> telkens eerst de veldnaam (en een dubbele punt en een spatie) plaatsen voor de inhoud van het veld.
+
+Er worden geen foutmeldingen gegeven voor aangevraagde velden die niet gevonden werden.
+
+=item B<-c>, B<--contents> I<archief>
+
+Geeft de inhoud weer van het archiefonderdeel van het pakketarchief dat de bestandssysteemboom bevat. Hij wordt momenteel weergegeven volgens de manier waarop B<tar> een breedsprakige lijst genereert.
+
+=item B<-x>, B<--extract> I<archief> I<map>
+
+Extraheert de boom met het bestandssysteem uit een pakketarchief en plaatst die in de opgegeven map.
+
+Merk op dat een pakket naar de hoofdmap extraheren I<niet> in een correcte installatie resulteert! Maak gebruik van B<dpkg> om pakketten te installeren.
+
+I<map> (maar niet de bovenliggende mappen) zal indien nodig aangemaakt worden en de toegangsrechten ervan zullen aangepast worden om overeen te komen met de inhoud van het pakket.
+
+=item B<-X>, B<--vextract> I<archief> I<map>
+
+Is zoals B<--extract> (B<-x>) met B<--verbose> (B<-v>), hetgeen een lijst van de geëxtraheerde bestanden toont terwijl de opdracht uitgevoerd wordt.
+
+=item B<-R>, B<--raw-extract> I<archief> I<map>
+
+Extraheert de boom met het bestandssysteem uit een pakketarchief en plaatst die in de opgegeven map en de bestanden met de controle-informatie in een daaronder liggende map B<DEBIAN> (sinds dpkg 1.16.1).
+
+Indien nodig zal de doelmap (maar niet de erboven liggende mappen) aangemaakt worden.
+
+Het invoerarchief wordt (momenteel) niet sequentieel verwerkt, waardoor het van standaardinvoer («B<->») lezen ervan B<niet> ondersteund wordt.
+
+=item B<--ctrl-tarfile> I<archief>
+
+Extraheert de controlegegevens uit een binair pakket en stuurt ze naar de standaarduitvoer in B<tar>-indeling (sinds dpkg 1.17.14). Samen met B<tar>(1) kan dit gebruikt worden om een specifiek controlebestand uit een pakketarchief te extraheren. Het invoerarchief wordt steeds sequentieel verwerkt.
+
+=item B<--fsys-tarfile> I<archief>
+
+Extraheert de gegevens van de bestandssysteemboom uit een binair pakket en stuurt ze naar de standaarduitvoer in B<tar>-indeling. Samen met B<tar>(1) kan dit gebruikt worden om een specifiek bestand uit een pakketarchief te extraheren. Het invoerarchief wordt steeds sequentieel verwerkt.
+
+=item B<-e>, B<--control> I<archief> [I<map>]
+
+Extraheert de bestanden met controle-informatie uit een pakketarchief en plaatst ze in de opgegeven map.
+
+Indien geen map opgegeven werd, wordt een onder de huidige map liggende map B<DEBIAN> gebruikt.
+
+Indien nodig zal de doelmap (maar niet de erboven liggende mappen) aangemaakt worden.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--showformat=>I<indeling>
+
+Deze optie wordt gebruikt om op te geven in welke indeling B<--show> zijn uitvoer moet produceren. De indeling is een tekenreeks die vorm geeft aan de uitvoer die voor elk opgesomd pakket gegenereerd wordt.
+
+De tekenreeks mag in de vorm “${I<veldnaam>}” verwijzen naar elk statusveld. Een lijst van geldige velden kan gemakkelijk bekomen worden door voor hetzelfde pakket B<-I> te gebruiken. Een volledige uitleg over de indelingsmogelijkheden (met inbegrip van stuurcodes en het bepalen van de tussenruimte tussen velden) kan men vinden in de toelichting bij de optie B<--showformat> van B<dpkg-query>(1).
+
+De standaard voor dit veld is “${Package}\t${Version}\n”.
+
+=item B<-z>I<compressieniveau>
+
+Specificeren welk compressieniveau gebruikt moet worden door het compressieprogramma bij het bouwen van het pakket (standaard is dat 9 voor gzip, 6 voor xz, 3 voor zstd). Toegestane waarden zijn compressorafhankelijk. Voor gzip is dat 0-9, waarbij 0 vertaald wordt als geen compressie. Voor xz is dat 0-9. Voor zstd is dat 0-22, waarbij de niveaus 20 tot 22 de ultra-modus activeren. Voor dpkg 1.16.2 was niveau 0 het equivalent van geen compressie voor alle compressieprogramma's.
+
+=item B<-S>I<compressiestrategie>
+
+Specificeren welke compressiestrategie gebruikt moet worden door het compressieprogramma bij het bouwen van een pakket (sinds dpkg 1.16.2). Toegestane waarden zijn B<none> (sinds dpkg 1.16.4), B<filtered>, B<huffman>, B<rle> en B<fixed> voor gzip (sinds dpkg 1.17.0) en B<extreme> voor xz.
+
+=item B<-Z>I<compressietype>
+
+Specificeren welk compressietype bij het bouwen van een pakket gebruikt moet worden. Toegestane waarden zijn B<gzip>, B<xz> (sinds dpkg 1.15.6), B<zstd> (sinds dpkg 1.21.18) en B<none> (standaard is B<xz>).
+
+=item B<--[no-]uniform-compression>
+
+Specificeren dat dezelfde compressieparameters gebruikt moeten worden voor alle archiefonderdelen (d.w.z. B<control.tar> en B<data.tar>; sinds dpkg 1.17.6). Anders zullen die parameters enkel voor het onderdeel B<data.tar> gebruikt worden. De enige ondersteunde compressietypes waarvan het eenvormig gebruik toegelaten is, zijn B<none>, B<gzip>, B<xz> en B<zstd>. De optie B<--no-uniform-compression> schakelt uniforme compressie uit (sinds dpkg 1.19.0). Uniforme compressie is de standaard (sinds dpkg 1.19.0).
+
+=item B<--threads-max=>I<threads>
+
+Stelt het maximum aantal threads in dat is toegestaan voor compressors die multi-threaded operaties ondersteunen (sinds dpkg 1.21.9).
+
+=item B<--root-owner-group>
+
+Voor elk gegevensitem van de bestandssysteemboom de eigenaar en de groep instellen op 'root' met het id 0 (sinds dpkg 1.19.0).
+
+B<Noot>: Deze optie kan nuttig zijn voor een root-loze bouw (zie I<rootless-builds.txt>), maar zou B<niet> gebruikt mogen worden wanneer de eigenaar of de groep van de items niet 'root' is. Daarvoor zal later ondersteuning toegevoegd worden in de vorm van een meta-manifest.
+
+=item B<--deb-format=>I<indeling>
+
+Instellen welke versie van archiefindeling bij het bouwen gebruikt moet worden (sinds dpkg 1.17.0). Toegestane waarden zijn B<2.0> voor de nieuwe indeling en B<0.939000> voor de oude (standaard is B<2.0>).
+
+De oude archiefindeling wordt door niet-Debian gereedschap minder gemakkelijk ontleed en wordt nu als verouderd beschouwd. Het enige nut ervan is nog als pakketten gebouwd worden die moeten ontleed worden door versies van dpkg die ouder zijn dan versie 0.93.76 (september 1995), die enkel uitgegeven werd als een i386 a.out.
+
+=item B<--nocheck>
+
+Dit onderdrukt de gebruikelijke controles die door B<dpkg-deb --build> uitgevoerd worden op de voorgestelde inhoud van een archief. Op die manier kunt u gelijk welk archief bouwen, hoe onklaar het ook is.
+
+=item B<-v>, B<--verbose>
+
+Activeert breedsprakige uitvoer (sinds dpkg 1.16.1). Momenteel heeft dit enkel invloed op B<--extract> dat zich erdoor gaat gedragen als B<--vextract>.
+
+=item B<-D>, B<--debug>
+
+Activeert debug-uitvoer. Dit is weinig interessant.
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_DEB_THREADS_MAX>
+
+Stelt het maximum aantal threads in dat is toegestaan voor compressors die multi-threaded operaties ondersteunen (sinds dpkg 1.21.9).
+
+De optie B<--threads-max> heft deze waarde op.
+
+=item B<DPKG_DEB_COMPRESSOR_TYPE>
+
+Stelt het te gebruiken datacompressietype in (sinds dpkg 1.21.10).
+
+De optie B<-Z> heeft voorrang op deze waarde.
+
+=item B<DPKG_DEB_COMPRESSOR_LEVEL>
+
+Stelt het te gebruiken datacompressieniveau in (sinds dpkg 1.21.10).
+
+De optie B<-z> heeft voorrang op deze waarde.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<TMPDIR>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal B<dpkg-deb> het gebruiken als de map waarin tijdelijke bestanden en mappen aangemaakt worden.
+
+=item B<SOURCE_DATE_EPOCH>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als de tijdsaanduiding (timestamp) (in seconden sinds de epoch) in de B<ar>(5)-container van het B<deb>(5)-bestand en zal het ook gebruikt worden om de mtime vast te zetten op de items uit het B<tar>(5)-bestand.
+
+=back
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+Tracht geen software te installeren met enkel maar B<dpkg-deb>! U moet zoals het hoort B<dpkg> gebruiken om er zeker van te zijn dat alle bestanden op de juiste plaats terechtkomen, dat de scripts van het pakket uitgevoerd worden en dat zijn toestand en inhoud bijgehouden worden.
+
+=head1 BUGS
+
+B<dpkg-deb -I> I<pakket1>B<.deb> I<pakket2>B<.deb> doet de dingen fout.
+
+Er gebeurt geen authenticatie van de B<.deb>-bestanden. Er gebeurt inderdaad zelfs geen simpele toets van de controlesom. (Hoogwaardig gereedschap, zoals APT, ondersteunt het authenticeren van pakketten die van een opgegeven pakketbron opgehaald werden. En tegenwoordig hebben de meeste pakketten een md5sum-controlebestand dat door debian/rules gegenereerd werd. Dit wordt echter niet rechtstreeks ondersteund door basaal gereedschap.)
+
+=head1 ZIE OOK
+
+F<%PKGDOCDIR%/spec/rootless-builds.txt>, B<deb>(5), B<deb-control>(5), B<dpkg>(1), B<dselect>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-distaddfile.pod b/man/nl/dpkg-distaddfile.pod
new file mode 100644
index 0000000..5ad78bf
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-distaddfile.pod
@@ -0,0 +1,76 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-distaddfile - items toevoegen aan debian/files
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-distaddfile> [I<optie>...] I<bestandsnaam sectie prioriteit>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-distaddfile> voegt aan B<debian/files> een item toe voor het vermelde bestand.
+
+Het verwacht drie niet-optie argumenten, de bestandsnaam, de sectie en de prioriteit voor het bestand B<.changes>.
+
+De bestandsnaam moet opgegeven worden relatief ten opzichte van de map waar B<dpkg-genchanges> de bestanden verwacht te vinden, gewoonlijk B<..>, eerder dan als een padnaam relatief ten opzichte van de huidige map op het ogenblik dat B<dpkg-distaddfile> uitgevoerd wordt.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-f>I<bestand-met-bestandenlijst>
+
+De lijst van bestanden die geüpload moeten worden hier lezen of schrijven, eerder dan B<debian/files> te gebruiken.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item B<debian/files>
+
+De lijst van aangemaakte bestanden die deel uitmaken van de upload die voorbereid wordt. B<dpkg-distaddfile> kan gebruikt worden om bijkomende bestanden toe te voegen.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-src-files>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-divert.pod b/man/nl/dpkg-divert.pod
new file mode 100644
index 0000000..9709194
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-divert.pod
@@ -0,0 +1,191 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-divert - de versie van een bestand in een pakket overschrijven
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-divert> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-divert> is het hulpprogramma dat gebruikt wordt om de lijst met omleggingen aan te maken en bij te werken.
+
+Bestands-I<omleggingen> zijn een manier om B<dpkg>(1) te dwingen een bestand niet op zijn eigen locatie te installeren, maar op een I<omgeleide> locatie. Omleggingen kunnen door de scripts van een Debian pakket gebruikt worden om een bestand uit de weg te zetten als het een tegenstrijdigheid veroorzaakt. Systeembeheerders kunnen het ook gebruiken om het configuratiebestand van een bepaald pakket te vervangen of wanneer bepaalde bestanden (die niet als configuratiebestanden van het type “conffiles” gemarkeerd staan) behouden moeten worden door B<dpkg> bij het installeren van een recentere versie van een pakket dat die bestanden bevat.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item [B<--add>] I<bestand>
+
+Een omlegging toevoegen voor I<bestand>. Het bestand wordt momenteel niet hernoemd, zie B<--rename>.
+
+=item B<--remove> I<bestand>
+
+Een omlegging verwijderen voor I<bestand>. Het bestand wordt momenteel niet hernoemd, zie B<--rename>.
+
+=item B<--list> [I<glob-patroon>]
+
+Alle omleggingen vermelden, of die welke aan I<glob-patroon> beantwoorden.
+
+=item B<--listpackage> I<bestand>
+
+De naam weergeven van het pakket dat I<bestand> omleidt (sinds dpkg 1.15.0). Vermeldt LOCAL als I<bestand> lokaal omgeleid werd en niets als I<bestand> niet omgeleid werd.
+
+=item B<--truename> I<bestand>
+
+De echte naam van een omgeleid bestand vermelden.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+De administratieve map instellen op I<map>. Standaard is dit «I<%ADMINDIR%>» indien B<DPKG_ADMINDIR> niet ingesteld werd.
+
+=item B<--instdir> I<map>
+
+Instellen van de installatiemap, welke verwijst naar de map waar pakketten geïnstalleerd worden (sinds dpkg 1.19.2). Standaard is dat «I</>» indien B<DPKG_ROOT> niet ingesteld werd.
+
+=item B<--root> I<map>
+
+De hoofdmap instellen op B<map>, hetgeen de installatiemap instelt op «I<map>» en de administratieve map op «I<map>B<%ADMINDIR%>» (sinds dpkg 1.19.2) indien B<DPKG_ROOT> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--divert> I<leid-om-naar>
+
+I<leid-om-naar> is de locatie waarnaartoe de versies van I<bestand> die door andere pakketten geleverd worden, omgeleid zullen worden.
+
+=item B<--local>
+
+Geeft aan dat dit bestand bij alle pakketversies omgeleid wordt. Dit betekent dat er geen uitzonderingen zijn en dat het bestand omgeleid wordt, ongeacht het pakket dat geïnstalleerd wordt. Dit kan gebruikt worden door een systeembeheerder om een lokaal aangepaste versie te installeren.
+
+=item B<--package> I<pakket>
+
+I<pakket> is de naam van het pakket waarvan zijn exemplaar van I<bestand> niet omgeleid zal worden. Dit wil zeggen dat bij alle pakketten I<bestand> omgeleid zal worden, behalve bij I<pakket>.
+
+=item B<--quiet>
+
+Stille modus, m.a.w. geen breedsprakige uitvoer.
+
+=item B<--rename>
+
+Het bestand effectief uit de weg (of terug) zetten. B<dpkg-divert> zal de bewerking afbreken indien het doelbestand reeds bestaat. Dit is het gangbare gedrag dat gebruikt wordt voor het omleggen van bestanden uit het geheel van niet-B<Essential> pakketten (zie B<--no-rename> voor meer details).
+
+=item B<--no-rename>
+
+Geeft aan dat het bestand niet hernoemd mag worden als de omlegging toegevoegd wordt aan of verwijderd wordt uit de databank van omleggingen (sinds dpkg 1.19.1). Dit is bedoeld voor omleggingen van bestanden uit het geheel van B<Essential> pakketten, waarvoor het tijdelijk verdwijnen van het originele bestand onaanvaardbaar is, aangezien dit het systeem onbruikbaar kan maken. Dit is het standaardgedrag, maar dat zal veranderen in de cyclus 1.20.x van dpkg.
+
+=item B<--test>
+
+Testmodus. M.a.w. geen enkele wijziging effectief uitvoeren. Enkel een demonstratie geven.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--instdir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--admindir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de datamap voor B<dpkg>.
+
+=item B<DPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE>
+
+Indien dit ingesteld werd en de opties B<--local> en B<--package> niet gebruikt werden, zal B<dpkg-divert> dit gebruiken als de naam van het pakket.
+
+=item B<DPKG_DEBUG>
+
+Stelt het foutopsporingsmasker in (sinds dpkg 1.21.10) vanaf een octale waarde. De momenteel geaccepteerde vlaggen worden beschreven in de optie B<dpkg --debug>, maar mogelijk hebben niet al deze vlaggen effect op dit programma.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%ADMINDIR%/diversions>
+
+Bestand dat de huidige lijst van omleggingen op het systeem bevat. Zijn plaats is in de beheersmap van B<dpkg> samen met andere bestanden die belangrijk zijn voor B<dpkg>, zoals I<status> en I<available>.
+
+B<Opmerking:> B<dpkg-divert> bewaart de oorspronkelijke kopie van dit bestand met de extensie I<-old>, vooraleer het te vervangen door het nieuwe exemplaar.
+
+=back
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+Bij het toevoegen wordt standaard B<--local> en B<--divert> I<origineel>B<.distrib> gebruikt. Bij het verwijderen moeten B<--package> of B<--local> en B<--divert> overeenkomen als ze opgegeven werden.
+
+Mappen kunnen met B<dpkg-divert> niet omgeleid worden.
+
+Extra zorg moet besteed worden aan het omleiden van gedeelde bibliotheken. B<ldconfig>(8) maakt een symbolische koppeling aan op basis van het veld DT_SONAME dat in de bibliotheek ingebed zit. Aangezien B<ldconfig> geen omleggingen honoreert (enkel B<dpkg> doet dat), kan het resultaat zijn dat de symbolische koppeling naar de omgeleide bibliotheek verwijst als de omgeleide bibliotheek dezelfde SONAME heeft als de niet-omgeleide.
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+Om alle exemplaren van een bestand I</usr/bin/voorbeeld> om te leiden naar I</usr/bin/voorbeeld.foo>, of met andere woorden alle pakketten die I</usr/bin/voorbeeld> aanleveren, op te dragen het te installeren als I</usr/bin/voorbeeld.foo> en zo nodig het hernoemen ervan uit te voeren:
+
+ dpkg-divert --divert /usr/bin/voorbeeld.foo --rename /usr/bin/voorbeeld
+
+Om die omlegging te verwijderen:
+
+ dpkg-divert --rename --remove /usr/bin/voorbeeld
+
+Om elk pakket dat I</usr/bin/voorbeeld> tracht te installeren, om te leiden naar I</usr/bin/voorbeeld.foo>, behalve uw eigen pakket I<wiegel>:
+
+ dpkg-divert --package wiegele --divert /usr/bin/voorbeeld.foo \
+ --rename /usr/bin/voorbeeld
+
+Om die omlegging te verwijderen:
+
+ dpkg-divert --package wiegel --rename --remove /usr/bin/voorbeeld
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-fsys-usrunmess.pod b/man/nl/dpkg-fsys-usrunmess.pod
new file mode 100644
index 0000000..9db6c6e
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-fsys-usrunmess.pod
@@ -0,0 +1,158 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-fsys-usrunmess - maakt de puinhoop ongedaan van een via aliassen samengevoegde map /usr
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-fsys-usrunmess> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-fsys-usrunmess> is een hulpmiddel om bestandssystemen te repareren die opnieuw werden geïnstalleerd met recente installatieprogramma's met ongelukkige standaardinstellingen of die overgeschakeld waren naar de defecte inrichting van een via aliassen samengevoegde map /usr, wat B<niet> wordt ondersteund door dpkg. Zie de dpkg-FAQ.
+
+B<Opmerking>: Binnen Debian heeft zijn technisch comité beslist dat in de release volgend op bookworm de indeling met een niet-samengevoegde /usr niet langer zal worden ondersteund, en dus zullen sommige van zijn pakketbeheerders misschien geen problemen meer oplossen of doelbewust ondersteuning voor een niet-samengevoegde /usr verwijderen. U zult dus zelf een beslissing moeten nemen en uw keuze maken.
+
+Het programma voert de volgende algemene acties uit:
+
+=over
+
+=item *
+
+Controleren of een omschakeling van het systeem nodig is en anders niets doen,
+
+=item *
+
+De consistentie van de dpkg-database controleren en anders afbreken.
+
+=item *
+
+Een regressiepreventiepakket genereren en installeren indien erom gevraagd wordt aan de commandoregel of anders aan de prompt.
+
+=item *
+
+De lijst met bestanden en alternatieven die moeten worden hersteld, ophalen.
+
+=item *
+
+Zoeken naar niet-bijgehouden kernelmodulebestanden die ook moeten worden verplaatst.
+
+=item *
+
+Onder F</.Usrunmess> een schaduwhiërarchie creëren, door symbolische koppelingen voor de mappen te maken of harde koppelingen voor de bestanden of deze te kopiëren indien nodig.
+
+=item *
+
+Om bevestiging vragen vooraleer verder te gaan, indien daarom gevraagd werd aan de commandoregel.
+
+=item *
+
+De dpkg-databank vergrendelen.
+
+=item *
+
+Alle pakketten als half-geconfigureerd markeren om het uitvoeren af te dwingen van scripts van de onderhouder welke mogelijk bepaalde bestanden opnieuw moeten aanmaken.
+
+=item *
+
+De mappen waarvoor een alias gemaakt was vervangen door de mappen uit de schaduwhiërarche, door een back-up te maken van de oude mappen met symbolische koppeling en daarover de mappen uit de schaduwhiërarche te hernoemen.
+
+=item *
+
+Indien nodig de MAC-informatie voor mappen en symbolische koppelingen opnieuw labelen.
+
+=item *
+
+De back-up van de symbolische koppelingen verwijderen.
+
+=item *
+
+Oude verplaatste objecten verwijderen, maar het verwijderen van mappen uitstellen.
+
+=item *
+
+Oude mappen waarvan de verwijdering uitgesteld werd, verwijderen als er door dpkg-query niet naar wordt verwezen.
+
+=item *
+
+De basisschaduwmap verwijderen.
+
+=item *
+
+Een B<policy-rc.d> registreren om niet toe te staan dat serviceacties uitgevoerd worden, wat betekent dat diensten daarna mogelijk opnieuw moeten worden gestart, idealiter via een herstart.
+
+=item *
+
+Alle pakketten opnieuw configureren.
+
+=item *
+
+De registratie van B<policy-rc.d> ongedaan maken en de toestand van alternatives herstellen.
+
+=back
+
+B<Opmerking>: Als je het programma uitvoert vanuit bepaalde shells, zoals L <bash (1)> of L <zsh (1)>, moet u na het uitvoeren van het programma mogelijk de shell vragen om alle herinnerde uitvoerbare locaties te vergeten met bijvoorbeeld C<hash -r>.
+
+B<Opmerking>: Sommige mappen kunnen na de migratie achterblijven omdat ze niet-gevolgde bestanden bevatten. Zodra het script klaar is wordt een lijst afgedrukt voor verder onderzoek.
+
+B<Waarschuwing>: Merk op dat er een kans bestaat dat deze bewerking het systeem onbruikbaar of kapot maakt in geval van een plotselinge crash of een herstart, een onverwachte toestand van het systeem of mogelijke bugs in het script. Wees voorbereid met herstelmedia en overweeg om van tevoren back-ups te maken.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-p>, B<--prompt>
+
+Om bevestiging vragen op het punt waarop geen terugkeer meer mogelijk is, zodat de debug-uitvoer en de schaduwhiërarchie beoordeeld kunnen worden vooraleer er verder gegaan wordt.
+
+=item B<--prevention>
+
+=item B<--no-prevention>
+
+Schakelt het genereren en installeren op het systeem van een regressiepreventiepakket in of uit. Als er geen optie is opgegeven, wordt de vraag gesteld welke actie er moet worden ondernomen.
+
+Het gegenereerde pakket bevat het veld B<Protected> dat is ingesteld op B<yes> om te voorkomen dat het pakket per ongeluk wordt verwijderd.
+
+=item B<-n>, B<--no-act>
+
+=item B<--dry-run>
+
+Deze optie schakelt de droogloopmodus in, waarbij geen destructieve actie plaatsvindt, maar alleen het voorbereidende gedeelte uitgevoerd wordt.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_USRUNMESS_NOACT>
+
+Deze instelling bepaalt of de droogloopmodus moet worden geactiveerd.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<https://wiki.debian.org/Teams/Dpkg/FAQ#broken-usrmerge>.
+
diff --git a/man/nl/dpkg-genbuildinfo.pod b/man/nl/dpkg-genbuildinfo.pod
new file mode 100644
index 0000000..a71b116
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-genbuildinfo.pod
@@ -0,0 +1,150 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-genbuildinfo - genereer Debian .buildinfo-bestanden
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-genbuildinfo> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-genbuildinfo> leest informatie uit een uitgepakte en gebouwde Debian broncodeboom en uit de bestanden die het gegenereerd heeft en maakt een Debian controlebestand aan dat de bouwomgeving en de bouwvoorwerpen (een bestand B<.buildinfo>).
+
+Dit commando werd geïntroduceerd in dpkg 1.18.11.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--build=>I<type>
+
+Geeft het bouw-I<type> op aan de hand van een lijst van met komma's gescheiden componenten.
+
+De waarden die gebruikt mogen worden zijn:
+
+=over
+
+=item B<any>
+
+Bouwinformatie genereren welke niet-gekwalificeerde bouwvereisten (B<Build-Depends>) en architectuurspecifieke bouwvereisten (B<Build-Depends-Arch>) bevat.
+
+=item B<all>
+
+Bouwinformatie genereren welke niet-gekwalificeerde bouwvereisten (B<Build-Depends>) en architectuuronafhankelijke bouwvereisten (B<Build-Depends-Indep>) bevat.
+
+=item B<source>
+
+Effectief genegeerd; bouwinformatie genereren met uitsluitend de niet-gekwalificeerde bouwvereisten (B<Build-Depends>).
+
+=item B<binary>
+
+Bouwinformatie genereren met alle drie de types bouwvereisten. Dit is een alias voor B<any,all>.
+
+=item B<full>
+
+Bouwinformatie genereren met alle drie de types bouwvereisten. Dit is een alias voor B<any,all,source> en identiek aan de standaardsituatie wanneer geen bouwoptie opgegeven werd.
+
+=back
+
+=item B<-c>I<controlebestand>
+
+Geeft aan wat het hoofdcontrolebestand van de broncode is waaruit informatie gehaald moet worden. Standaard is dat B<debian/control>.
+
+=item B<-l>I<changelog-bestand>
+
+Geeft aan wat het changelog-bestand is waaruit informatie gehaald moet worden. Standaard is dat B<debian/changelog>.
+
+=item B<-f>I<bestand-met-bestandenlijst>
+
+Specificeert waar zich de lijst van bestanden bevindt die door het bouwproces aangemaakt werden, eerder dan B<debian/files> te gebruiken.
+
+=item B<-F>I<changelog-indeling>
+
+Geeft de indeling van het bestand changelog aan. Zie B<dpkg-parsechangelog>(1) voor informatie over alternatieve indelingen.
+
+=item B<-O>[I<bestandsnaam>]
+
+Het bestand buildinfo op de standaarduitvoer weergeven (of in I<bestandsnaam> als dit opgegeven werd), in plaats van in I<map>B</>I<broncode-naam>B<_>I<binaire-versie>B<_>I<arch>B<.buildinfo> (waarbij I<map> standaard B<..> is of I<map-upload-bestanden> indien B<-u> gebruikt werd).
+
+=item B<-u>I<map-upload-bestanden>
+
+De bestanden die geüpload moeten worden opzoeken in I<map-upload-bestanden> eerder dan in B<..> (B<dpkg-genbuildinfo> moet deze bestanden kunnen vinden, zodat het hun grootte en hun controlesom kan opnemen in het bestand B<.buildinfo>)
+
+=item B<--always-include-kernel>
+
+Standaard wordt het veld B<Build-Kernel-Version> niet opgeschreven.
+
+Geef deze optie op (sinds dpkg 1.19.0) om steeds een veld B<Build-Kernel-Version> aan te maken als B<.buildinfo> gegenereerd wordt.
+
+=item B<--always-include-path>
+
+Standaard zal het veld B<Build-Path> enkel opgeschreven worden als de huidige map begint met een toegestaan patroon.
+
+Op Debian en zijn derivaten moet het patroon beantwoorden aan B</build/> als begin van de padnaam.
+
+Geef deze optie op om steeds een veld B<Build-Path> aan te maken als B<.buildinfo> gegenereerd wordt.
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+De locatie van de database van B<dpkg> wijzigen. De standaardlocatie is I</var/lib/dpkg>.
+
+=item B<-q>
+
+B<dpkg-genbuildinfo> kan informatieve berichten op de standaard foutuitvoer produceren. B<-q> onderdrukt deze berichten.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DEB_BUILD_OPTIONS>
+
+Deze variabele kan gebruikt worden via de optie B<buildinfo> voor het activeren of deactiveren van verschillende functies die invloed hebben op de informatie die opgenomen wordt in het bestand .buildinfo (sinds dpkg 1.18.19). Deze optie bevat een lijst van onderling door komma's gescheiden functies, die voorafgegaan worden door de bepaling ‘B<+>’ of ‘B<->’, welke aangeven of die functie al dan niet geactiveerd moet worden. De bijzondere functie “B<all>” kan gebruikt worden om alle overige functies te activeren of te deactiveren. De functie “B<path>” regelt of het veld B<Build-Path> onvoorwaardelijk mee opgenomen moet worden.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item B<debian/files>
+
+De lijst van gegenereerde bestanden. B<dpkg-genbuildinfo> leest hier de gegevens bij het produceren van een B<.buildinfo>-bestand.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-buildinfo>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-genchanges.pod b/man/nl/dpkg-genchanges.pod
new file mode 100644
index 0000000..35ab26a
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-genchanges.pod
@@ -0,0 +1,200 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-genchanges - Debian .changes-bestanden genereren
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-genchanges> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-genchanges> leest informatie uit een uitgepakte en gebouwde Debian broncodeboom en uit de bestanden die het gegenereerd heeft en maakt een Debian uploadcontrolebestand aan (een bestand B<.changes>).
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--build=>I<type>
+
+Geeft het bouw-I<type> op uit een lijst van met komma's gescheiden componenten (sinds dpkg 1.18.5).
+
+De waarden die gebruikt mogen worden zijn:
+
+=over
+
+=item B<source>
+
+Het broncodepakket uploaden.
+
+=item B<any>
+
+De architectuurspecifieke binaire pakketten uploaden.
+
+=item B<all>
+
+De architectuuronafhankelijke binaire pakketten uploaden.
+
+=item B<binary>
+
+De architectuurspecifieke en de architectuuronafhankelijke binaire pakketten uploaden. Dit is een alias voor B<any,all>.
+
+=item B<full>
+
+Alles uploaden. Dit is een alias voor B<source,any,all> en hetzelfde als de standaardsituatie wanneer geen bouwopties opgegeven werden.
+
+=back
+
+=item B<-g>
+
+Het equivalent van B<--build=source,all> (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<-G>
+
+Het equivalent van B<--build=source,any> (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<-b>
+
+Het equivalent van B<--build=binary> of B<--build=any,all>.
+
+=item B<-B>
+
+Het equivalent van B<--build=any>.
+
+=item B<-A>
+
+Het equivalent van B<--build=all>.
+
+=item B<-S>
+
+Het equivalent van B<--build=source>.
+
+=back
+
+De opties B<-s>I<x> regelen of het archief met de originele broncode opgenomen is in de upload als er broncode gegenereerd wordt (d.w.z. dat B<-b> of B<-B> niet gebruikt werden)
+
+=over
+
+=item B<-si>
+
+Standaard, of indien dit opgegeven werd, wordt de originele broncode enkel toegevoegd als het toeleveraarsversienummer (upstream - het versienummer zonder epoche en zonder het Debian revisienummer) verschilt van het toeleveraarsversienummer van het vorige item uit het bestand changelog.
+
+=item B<-sa>
+
+Legt het opnemen van de originele broncode op.
+
+=item B<-sd>
+
+Dwingt af dat de originele broncode niet toegevoegd wordt en dat enkel een diff (bestand met de verschillen) ingesloten wordt.
+
+=item B<-v>I<versie>
+
+Maakt dat de changelog-informatie gebruikt wordt van alle versies die strikt genomen recenter zijn dan I<versie>.
+
+=item B<-C>I<beschrijving-van-de-wijzigingen>
+
+Lees de beschrijving van de wijzigingen in het bestand I<beschrijving-wijzigingen> eerder dan de informatie te gebruiken uit het bestand changelog uit de broncodeboom.
+
+=item B<-m>I<adres-van-de-onderhouder>
+
+Gebruik I<onderhouder-adres> als de naam en het e-mailadres van de onderhouder van dit pakket, eerder dan de informatie te gebruiken uit het bestand control van de broncodeboom.
+
+=item B<-e>I<adres-van-de-onderhouder>
+
+Gebruik I<onderhouder-adres> als de naam en het e-mailadres van de onderhouder van deze upload, eerder dan de informatie te gebruiken uit het bestand changelog van de broncodeboom.
+
+=item B<-V>I<naam>B<=>I<waarde>
+
+Een uitvoersubstitutievariabele instellen. Zie B<deb-substvars>(5) voor een bespreking van uitvoersubstitutie.
+
+=item B<-T>I<substvars-bestand>
+
+De substitutievariabelen lezen uit I<substvars-bestand>. Standaard is dat B<debian/substvars>. Er wordt geen variabelesubstitutie toegepast op de velden uit de uitvoer, behalve voor de inhoud die geëxtraheerd werd uit het veld B<Description> van elk binair pakket (sinds dpkg 1.19.0). Nochtans zal de bijzondere variabele I<Format> het veld met dezelfde naam vervangen. Deze optie kan meermaals gebruikt worden om substitutievariabelen uit verschillende bestanden te lezen (sinds dpkg 1.15.6).
+
+=item B<-D>I<veld>B<=>I<waarde>
+
+Een uitvoerveld uit het control-bestand overschrijven of toevoegen.
+
+=item B<-U>I<veld>
+
+Een uitvoerveld uit het control-bestand verwijderen.
+
+=item B<-c>I<controlebestand>
+
+Geeft aan wat het hoofdcontrolebestand van de broncode is waaruit informatie gehaald moet worden. Standaard is dat B<debian/control>.
+
+=item B<-l>I<changelog-bestand>
+
+Geeft aan wat het changelog-bestand is waaruit informatie gehaald moet worden. Standaard is dat B<debian/changelog>.
+
+=item B<-f>I<bestand-met-bestandenlijst>
+
+Hier de lijst van bestanden lezen welke geüpload moeten worden, eerder dan gebruik te maken van B<debian/files>.
+
+=item B<-F>I<changelog-indeling>
+
+Geeft de indeling van het bestand changelog aan. Zie B<dpkg-parsechangelog>(1) voor informatie over alternatieve indelingen.
+
+=item B<-u>I<map-upload-bestanden>
+
+De bestanden welke geüpload moeten worden, zoeken in I<map-upload-bestanden> eerder dan in B<..> (B<dpkg-genchanges> moet deze bestanden kunnen vinden, zodat het hun grootte en hun controlesom kan opnemen in het bestand B<.changes>)
+
+=item B<-q>
+
+Gewoonlijk produceert B<dpkg-genchanges> informatieve berichten op de standaard foutuitvoer, bijvoorbeeld over hoeveel van de broncodebestanden van het pakket geüpload worden. B<-q> onderdrukt deze berichten.
+
+=item B<-O>[I<bestandsnaam>]
+
+Het changes-bestand op standaarduitvoer tonen (het standaardgedrag) of het naar I<bestandsnaam> schrijven indien dat opgegeven werd (sinds dpkg 1.18.5).
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item B<debian/files>
+
+De lijst van gegenereerde bestanden die deel uitmaken van de upload die voorbereid wordt. B<dpkg-genchanges> leest hier de gegevens bij het produceren van een B<.changes>-bestand.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-substvars>(5), B<deb-src-control>(5), B<deb-src-files>(5), B<deb-changelog>(5), B<deb-changes>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-gencontrol.pod b/man/nl/dpkg-gencontrol.pod
new file mode 100644
index 0000000..46d9984
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-gencontrol.pod
@@ -0,0 +1,134 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-gencontrol - Debian control-bestanden genereren
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-gencontrol> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-gencontrol> leest informatie uit een uitgepakte Debian broncodeboom en genereert voor een binair pakket een controlebestand (standaard is dat debian/tmp/DEBIAN/control). Tijdens dit proces zal het de relatievelden vereenvoudigen.
+
+Zodoende worden B<Pre-Depends>, B<Depends>, B<Recommends> en B<Suggests> in die volgorde vereenvoudigd door afhankelijkheden weg te laten waarvan op basis van de reeds ontlede sterkere afhankelijkheidsrelaties geweten is dat er aan voldaan wordt. Het zal ook een eventuele afhankelijkheid van zichzelf verwijderen (in feite verwijdert het elke vereiste waaraan voldaan is als de huidige versie van het pakket geïnstalleerd is). Logischerwijze behoudt het de onderlinge verbanden tussen meervoudige afhankelijkheidsrelaties met eenzelfde pakket. De volgorde van afhankelijkheden wordt op de best mogelijke manier behouden: indien eventueel een vereiste verwijderd moet worden omwille van een andere vereiste die verder in het veld te vinden is, zal de vervangende vereiste de plaats innemen van de verwijderde vereiste.
+
+Ook de andere relatievelden (B<Enhances>, B<Conflicts>, B<Breaks>, B<Replaces> en B<Provides>) worden individueel vereenvoudigd door de unie te berekenen van de verschillende afhankelijkheden wanneer een pakket meermaals vermeld wordt in het veld.
+
+B<dpkg-gencontrol> voegt voor het binaire pakket ook een item toe in B<debian/files>.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-v>I<versie>
+
+Stelt het versienummer in van het binaire pakket dat gegenereerd zal worden.
+
+=item B<-V>I<naam>B<=>I<waarde>
+
+Stel een uitvoersubstitutievariabele in. Zie B<deb-substvars>(5) voor een bespreking van uitvoersubstitutie.
+
+=item B<-T>I<substvars-bestand>
+
+De substitutievariabelen lezen uit het I<substvars-bestand>. De standaard is B<debian/substvars>. Deze optie kan meermaals gebruikt worden om uit verschillende bestanden substitutievariabelen te lezen (sinds dpkg 1.15.6).
+
+=item B<-D>I<veld>B<=>I<waarde>
+
+Een uitvoerveld uit het control-bestand overschrijven of toevoegen.
+
+=item B<-U>I<veld>
+
+Een uitvoerveld uit het control-bestand verwijderen.
+
+=item B<-c>I<control-bestand>
+
+Geeft aan wat het hoofdcontrolebestand van de broncode is waaruit informatie gehaald moet worden. Standaard is dat B<debian/control>.
+
+=item B<-l>I<changelog-bestand>
+
+Geeft aan wat het changelog-bestand is waaruit informatie gehaald moet worden. Standaard is dat B<debian/changelog>.
+
+=item B<-f>I<bestand-met-bestandenlijst>
+
+De lijst van bestanden die geüpload moeten worden hier lezen of schrijven, eerder dan B<debian/files> te gebruiken.
+
+=item B<-F>I<changelog-indeling>
+
+Geeft de indeling van het bestand changelog aan. Zie B<dpkg-parsechangelog>(1) voor informatie over alternatieve indelingen.
+
+=item B<-p>I<pakket>
+
+Informatie genereren over het binaire pakket I<pakket>. Indien het control-bestand van de broncode enkel één binair pakket vermeldt, dan kan deze optie weggelaten worden. Anders is ze van essentieel belang om te selecteren over welk binair pakket er informatie gegenereerd moet worden.
+
+=item B<-n>I<bestandsnaam>
+
+Ervan uitgaan dat de bestandsnaam van het pakket I<bestandsnaam> zal zijn in plaats van de normale bestandsnaam pakket_versie_arch.deb.
+
+=item B<-is>, B<-ip>, B<-isp>
+
+Deze opties worden genegeerd omwille van de compatibiliteit met oudere versies van de bouwscripts van dpkg, maar zijn nu verouderd. Vroeger werden ze gebruikt om B<dpkg-gencontrol> te laten weten dat de velden Section (sectie) en Priority (prioriteit) opgenomen moesten worden in het bestand control. Nu is dit het standaardgedrag. Indien u het oude gedrag wenst, kunt u de optie B<-U> gebruiken om die velden uit het controlebestand te verwijderen.
+
+=item B<-P>I<pakketbouwmap>
+
+De I<pakketbouwmap> doorzoeken in plaats van B<debian/tmp>. Deze waarde wordt gebruikt om de standaardwaarde te vinden van de substitutievariabele B<Installed-Size> en van dat veld in het bestand control en voor de standaardlocatie van het uitvoerbestand.
+
+=item B<-O>[I<bestandsnaam>]
+
+Het bestand control weergeven op de standaarduitvoer (of in I<bestandsnaam> als dit opgegeven werd; sinds dpkg 1.17.2), eerder dan in B<debian/tmp/DEBIAN/control> (of I<pakketbouwmap>B</DEBIAN/control> indien B<-P> gebruikt werd).
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item B<debian/control>
+
+Het belangrijkste controle-informatiebestand van de broncode, waarin versieonafhankelijke informatie over het broncodepakket gegeven wordt en over de binaire pakketten die eruit gebouwd kunnen worden.
+
+=item B<debian/files>
+
+De lijst van gegenereerde bestanden die deel uitmaken van de upload die voorbereid wordt. B<dpkg-gencontrol> voegt de vermoedelijke bestandsnamen toe van de binaire pakketten waarvoor het hier de controlebestanden genereert.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-substvars>(5), B<deb-src-control>(5), B<deb-changelog>(5), B<deb-control>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-gensymbols.pod b/man/nl/dpkg-gensymbols.pod
new file mode 100644
index 0000000..bfab981
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-gensymbols.pod
@@ -0,0 +1,206 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-gensymbols - symboolbestanden genereren (informatie over afhankelijkheidsrelaties met gedeelde bibliotheken)
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-gensymbols> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-gensymbols> doorzoekt een tijdelijke bouwboom (standaard is dat debian/tmp) op zoek naar bibliotheken en genereert een I<symbols>-bestand dat ze beschrijft. Dit bestand wordt dan als het niet leeg is, geïnstalleerd in een onderliggende map van de bouwboom met de naam DEBIAN, zodat het uiteindelijk opgenomen geraakt in de controle-informatie van het pakket.
+
+Bij het genereren van deze bestanden gebruikt het als invoer bepaalde symboolbestanden die door de onderhouder aangeleverd worden. Het zoekt naar de volgende bestanden (en gebruikt het eerste dat gevonden wordt):
+
+=over
+
+=item *
+
+debian/I<pakket>.symbols.I<arch>
+
+=item *
+
+debian/symbols.I<arch>
+
+=item *
+
+debian/I<pakket>.symbols
+
+=item *
+
+debian/symbols
+
+=back
+
+Het hoofddoel van deze bestanden is aan te geven welke de minimale versie is die behoort bij elk van de symbolen die door de bibliotheken aangeleverd worden. Gewoonlijk komt dit overeen met de eerste versie van het pakket dat in dat symbool voorzag, maar dit kan door de onderhouder manueel verhoogd worden indien de ABI van het symbool uitgebreid werd zonder dat daardoor de neerwaartse compatibiliteit verbroken wordt. Het is de verantwoordelijkheid van de onderhouder om deze bestanden up-to-date en accuraat te houden, maar B<dpkg-gensymbols> helpt hierbij.
+
+Indien het gegenereerde symboolbestand verschilt van datgene wat de onderhouder aanlevert, zal B<dpkg-gensymbols> de verschillen tussen de twee versies tonen in diff-formaat. Bovendien kan dit zelfs tot een mislukking leiden als de verschillen te significant zijn (u kunt aanpassen hoeveel verschil u kunt tolereren; zie de optie B<-c>).
+
+=head1 HET ONDERHOUD VAN SYMBOOLBESTANDEN
+
+De basisuitwisselingsindeling van het symboolbestand wordt beschreven in B<deb-symbols>(5), hetgeen gebruikt wordt door de symboolbestanden uit de binaire pakketten. Deze worden gegenereerd uit sjabloonsymboolbestanden met een indeling gebaseerd op het eerste, beschreven in B<deb-src-symbols>(5) en opgenomen in broncodepakketten.
+
+De symboolbestanden zijn pas echt nuttig als ze de evolutie van het pakket reflecteren doorheen verschillende releases. De onderhouder moet ze dus iedere keer bijwerken wanneer een nieuw symbool toegevoegd wordt, zodat de minimale versie die eraan gekoppeld wordt, overeenkomt met de realiteit.
+
+De diffs (weergave van de verschillen) die in de bouwlogs te vinden zijn, kunnen als startpunt genomen worden, maar daarbovenop moet de onderhouder erop letten dat het gedrag van deze symbolen niet zodanig veranderd werd, dat iets dat van deze symbolen gebruik maakt en linkt met de nieuwe versie, niet stopt met werken met de oude versie.
+
+In de meeste gevallen kan de diff rechtstreeks toegepast worden op het bestand debian/I<pakket>.symbols. Dit gezegd zijnde, zijn verdere aanpassingen meestal wel nodig: het wordt bijvoorbeeld aanbevolen om het Debian revisienummer weg te laten uit de minimale versie, zodat backports (nieuwere programmaversies die geschikt gemaakt worden voor een vroegere release) met een lager versienummer maar eenzelfde bovenstroomse versie nog steeds voldoen aan de gegenereerde afhankelijkheidsrelaties. Indien het Debian revisienummer niet weggelaten kan worden omdat het symbool echt via een Debian-specifieke aanpassing toegevoegd werd, moet men aan het versienummer het achtervoegsel ‘B<~>’ toevoegen.
+
+Vooraleer een patch toe te passen op een symboolbestand, moet de onderhouder grondig controleren of dat wel correct is. Publieke symbolen worden verondersteld niet te verdwijnen. Een patch zou dus idealiter enkel nieuwe regels mogen toevoegen.
+
+Merk op dat u in symboolbestanden commentaar kunt invoegen.
+
+Vergeet niet na te gaan of oudere symboolversies niet verhoogd moeten worden. Er bestaat geen manier voor B<dpkg-gensymbols> om in dit verband waarschuwingen te geven. Een diff (weergave van de verschillen) blindweg toepassen of ervan uitgaan dat er niets aangepast moet worden als er geen diff is zonder zelf op eventuele wijzigingen te controleren, kan leiden tot pakketten met verslapte afhankelijkheidsrelaties die onterecht laten veronderstellen dat ze met oudere pakketten kunnen samenwerken. Dit kan bij (gedeeltelijke) opwaarderingen leiden tot moeilijk te vinden bugs.
+
+=head2 Goed beheer van bibliotheken
+
+Een goed onderhouden bibliotheek heeft de volgende functionaliteit:
+
+=over
+
+=item *
+
+haar API is stabiel (publieke symbolen worden nooit verwijderd, enkel worden nieuwe publieke symbolen toegevoegd) en zij ondergaat enkel op een incompatibele manier veranderingen als de SONAME verandert;
+
+=item *
+
+idealiter gebruikt zij symboolversienummering om ondanks interne wijzigingen en API-uitbreidingen ABI-stabiliteit te bekomen;
+
+=item *
+
+zij exporteert geen private symbolen (dergelijke symbolen kunnen de tag optional krijgen om dat te omzeilen).
+
+=back
+
+Bij het onderhoud van een symboolbestand is het gemakkelijk om het verschijnen en verdwijnen van symbolen op te merken. Maar het is moeilijker om incompatibele API- en ABI-wijzigingen op te merken. Daarom moet de onderhouder het changelog-bestand van de toeleveraar grondig nakijken op situaties waarbij de regels van goed bibliotheekbeheer geschonden worden. Indien mogelijke problemen ontdekt worden, zou de toeleverende auteur erover ingelicht moeten worden, aangezien een reparatie op het niveau van de toeleveraar altijd te verkiezen valt boven een Debian-specifieke tijdelijke oplossing.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-P>I<pakketbouwmap>
+
+Zoek in I<pakketbouwmap> in plaats van in debian/tmp.
+
+=item B<-p>I<pakket>
+
+Definieer de pakketnaam. Is vereist als meer dan één binair pakket vermeld wordt in debian/control (of indien er geen bestand debian/control is).
+
+=item B<-v>I<versie>
+
+Definieer de pakketversie. Standaard is dat de versie die uit debian/changelog gehaald wordt. Is vereist indien het aanroepen gebeurt van buiten de boom van het broncodepakket.
+
+=item B<-e>I<bibliotheekbestand>
+
+Analyseer enkel de expliciet vermelde bibliotheken in plaats van alle publieke bibliotheken te zoeken. U kunt in I<bibliotheekbestand> gebruik maken van shell-patronen met het oog op padnaamexpansie (zie de man-pagina B<File::Glob>(3perl) voor details) om met één enkel argument meerdere bibliotheken aan te duiden (anders heeft u meerdere malen B<-e> nodig).
+
+=item B<-l>I<map>
+
+Voeg I<map> vooraan toe aan de lijst van mappen waarin naar private gedeelde bibliotheken gezocht moet worden (sinds dpkg 1.19.1). Deze optie kan meermaals gebruikt worden.
+
+B<Opmerking:> gebruik deze optie in de plaats van het instellen van B<LD_LIBRARY_PATH>, aangezien die omgevingsvariabele gebruikt wordt om de runtime linker aan te sturen. Daarvan misbruik maken om de paden van gedeelde bibliotheken in te stellen tijdens het bouwen van het programma, kan problematisch zijn, bijvoorbeeld bij het cross-compileren.
+
+=item B<-I>I<bestandsnaam>
+
+Gebruik I<bestandsnaam> als referentiebestand om het symboolbestand te genereren dat in het pakket zelf geïntegreerd wordt.
+
+=item B<-O>[I<bestandsnaam>]
+
+Het gegenereerde symboolbestand weergeven op de standaarduitvoer of schrijven naar I<bestandsnaam> als dat opgegeven werd, eerder dan naar B<debian/tmp/DEBIAN/symbols> (of I<pakketbouwmap>B</DEBIAN/symbols> indien B<-P> gebruikt werd). Indien I<bestandsnaam> reeds bestond, wordt de inhoud ervan gebruikt als basis voor het gegenereerde symboolbestand. U kunt van deze functionaliteit gebruik maken om een symboolbestand bij te werken zodat het in overeenstemming is met een nieuwere bovenstroomse versie van uw bibliotheek.
+
+=item B<-t>
+
+Het symboolbestand in sjabloonmodus opschrijven, eerder dan in de indeling die compatibel is met B<deb-symbols>(5). Het grootste verschil is dat in de sjabloonmodus symboolnamen en tags geschreven worden in hun originele vorm in tegenstelling tot in de compatibele modus waarin de verwerkte symboolnamen ontdaan van hun tags gebruikt worden. Daarenboven kunnen bij het schrijven van een standaard B<deb-symbols>(5)-bestand sommige symbolen weggelaten worden (overeenkomstig de regels voor het verwerken van tags), terwijl in een symboolbestand-sjabloon steeds alle symbolen neergeschreven worden.
+
+=item B<-c>I<[0-4]>
+
+Definiëren welke controles moeten gebeuren bij het vergelijken van het gegenereerde symboolbestand met het sjabloonbestand dat als vertrekpunt gebruikt werd. Standaard is dat volgens niveau 1. Het verhogen van het niveau leidt tot meer controles, terwijl alle controles van lagere niveaus behouden blijven.
+
+=over
+
+=item Niveau 0
+
+Leidt nooit tot een mislukking.
+
+=item Niveau 1
+
+Leidt tot een mislukking als sommige symbolen verdwenen zijn.
+
+=item Niveau 2
+
+Leidt tot een mislukking als sommige nieuwe symbolen geïntroduceerd werden.
+
+=item Niveau 3
+
+Leidt tot een mislukking als sommige bibliotheken verdwenen zijn.
+
+=item Niveau 4
+
+Leidt tot een mislukking als sommige nieuwe bibliotheken geïntroduceerd werden.
+
+=back
+
+Deze waarde kan vervangen worden door de omgevingsvariabele B<DPKG_GENSYMBOLS_CHECK_LEVEL>.
+
+=item B<-q>
+
+Stil blijven en nooit een diff (een overzicht van de verschillen) maken tussen het gegenereerde symboolbestand en het sjabloonbestand dat als vertrekpunt gebruikt werd en geen enkele waarschuwing tonen in verband met nieuwe/verloren bibliotheken of nieuwe/verloren symbolen. Deze optie schakelt enkel de informatieve uitvoer uit, maar niet de controles zelf (zie de optie B<-c>).
+
+=item B<-a>I<arch>
+
+Uitgaan van I<arch> als host-architectuur bij het verwerken van symboolbestanden. Gebruik deze optie om een symboolbestand of een diff (overzicht van de verschillen) voor een willekeurige architectuur te genereren op voorwaarde dat de binaire bestanden ervan reeds voorhanden zijn.
+
+=item B<-d>
+
+Debug-modus aanzetten. Talrijke berichten worden dan getoond om toe te lichten wat B<dpkg-gensymbols> doet.
+
+=item B<-V>
+
+De breedsprakige modus inschakelen. Het gegenereerde symboolbestand bevat dan verouderde symbolen in de vorm van commentaar. In sjabloonmodus worden daarenboven patroonsymbolen gevolgd door commentaar met daarin een opsomming van de echte symbolen die met het patroon overeenkwamen.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_GENSYMBOLS_CHECK_LEVEL>
+
+Overschrijft het controleniveau van het commando, zelfs als het argument B<-c> opgegeven werd aan de commandoregel (merk op dat dit ingaat tegen de algemeen geldende afspraak dat commandoregel-argumenten voorrang hebben op omgevingsvariabelen).
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<https://people.redhat.com/drepper/symbol-versioning>, L<https://people.redhat.com/drepper/goodpractice.pdf>, L<https://people.redhat.com/drepper/dsohowto.pdf>, B<deb-src-symbol>(5), B<deb-symbols>(5), B<dpkg-shlibdeps>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-maintscript-helper.pod b/man/nl/dpkg-maintscript-helper.pod
new file mode 100644
index 0000000..d8a351f
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-maintscript-helper.pod
@@ -0,0 +1,200 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-maintscript-helper - omzeilt in de scripts van de onderhouder gekende beperkingen van dpkg
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-maintscript-helper> I<commando> [I<parameter>...] B<--> I<onderhouderscriptparameter>...
+
+=head1 COMMANDO'S EN PARAMETERS
+
+=over
+
+=item B<supports> I<commando>
+
+=item B<rm_conffile> I<configuratiebestand> [I<vorige-versie> [I<pakket>]]
+
+=item B<mv_conffile> I<oud-configuratiebestand> I<nieuw-configuratiebestand>
+[I<vorige-versie> [I<pakket>]]
+
+=item B<symlink_to_dir> I<padnaam> I<oud-doel> [I<vorige-versie> [I<pakket>]]
+
+=item B<dir_to_symlink> I<padnaam> I<nieuw-doel> [I<vorige-versie> [I<pakket>]]
+
+=back
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit programma is ontwikkeld om uitgevoerd te worden binnenin onderhouderscripts om sommige taken te verrichten die B<dpkg> (nog) niet alleen kan uitvoeren, ofwel omwille van gemaakte keuzes inzake design ofwel ten gevolge van actuele beperkingen.
+
+Veel van deze taken vereisen gecoördineerde actie van verschillende onderhouderscripts (B<preinst>, B<postinst>, B<prerm>, B<postrm>). Om fouten te vermijden moet gewoon dezelfde aanroep in alle scripts geplaatst worden en het programma zal zijn gedrag automatisch aan passen op basis van de omgevingsvariabele B<DPKG_MAINTSCRIPT_NAME> en de argumenten van de onderhouderscripts die na een dubbel koppelteken opgegeven moeten worden.
+
+=head1 GEMEENSCHAPPELIJKE PARAMETERS
+
+=over
+
+=item I<vorige-versie>
+
+Definieert de laatste versie van het pakket waarvan de opwaardering de operatie moet uitlokken. Het is belangrijk om I<vorige-versie> correct te berekenen, zodat de operaties correct uitgevoerd worden zelfs in het geval de gebruiker het pakket met een lokaal versienummer herbouwde. Indien I<vorige-versie> leeg of weggelaten is, dan wordt geprobeerd om bij elke opwaardering de operatie uit te voeren (merk op dat het veiliger is om de versie op te geven zodat slechts eenmaal geprobeerd wordt om de operatie uit te voeren).
+
+Indien sinds verschillende versies geen configuratiebestand meer meegeleverd werd en u nu de scripts van de pakketonderhouder aan het wijzigen bent om het verouderde bestand op te ruimen, moet I<vorige-versie> ingesteld worden op de versie van het pakket dat u nu aan het voorbereiden bent, niet op de eerste versie van het pakket zonder het configuratiebestand. Dit geldt op dezelfde wijze voor alle andere acties.
+
+Voor een configuratiebestand dat in de versie B<2.0-1> van een pakket verwijderd werd, moet I<vorige-versie> ingesteld worden op B<2.0-1~>. Dit heeft tot effect dat het configuratiebestand verwijderd wordt, zelfs als de gebruiker de vorige versie B<1.0-1> herbouwde als B<1.0-1lokaal1>. En in het geval waarin in een pakket een pad eerst een symbolische koppeling was (bij versie B<1.0-1>) en later een map werd (bij versie B<2.0-1>), maar u pas in versie B<3.0-1> de eigenlijke omschakeling doorvoert in de scripts van de pakketonderhouder, moet I<vorige-versie> ingesteld worden op B<3.0-1~>.
+
+=item I<pakket>
+
+De pakketnaam met die padnaam/namen. Als het pakket “Multi-Arch: same” is, moet deze parameter de architectuurkwalificatie bevatten, anders zou er gewoonlijk B<geen> architectuurkwalificatie in moeten voorkomen (aangezien dit geen cross-grades zou toelaten, of de omschakeling van architectuurspecifiek naar architectuur B<all> en vice versa). Indien de parameter leeg is of weggelaten werd, zullen de omgevingsvariabelen B<DPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE> en B<DPKG_MAINTSCRIPT_ARCH> (zoals die door B<dpkg> ingesteld werden bij het uitvoeren van de scripts van de onderhouder) gebruikt worden om een pakketnaam met architectuurkwalificatie te genereren.
+
+=item B<-->
+
+Alle parameters van de scripts van de pakketonderhouder moeten doorgegeven worden aan het programma na B<-->.
+
+=back
+
+=head1 TAKEN IN VERBAND MET CONFIGURATIEBESTANDEN
+
+Bij het opwaarderen van een pakket zal B<dpkg> niet automatisch een configuratiebestand van het type conffile (conffile = een configuratiebestand waarin B<dpkg> door de gebruiker gemaakte aanpassingen moet behouden) verwijderen indien dat niet in de nieuwe versie voorkomt. Daarvoor zijn twee belangrijke redenen. De eerste is dat het configuratiebestand per ongeluk weggevallen kan zijn en dat de volgende versie dit zou kunnen herstellen en dat gebruikers hun aanpassingen niet graag verloren zouden zien gaan. De tweede is om pakketten de mogelijkheid te bieden om over te gaan van een door dpkg onderhouden configuratiebestand naar een bestand dat onderhouden wordt door de scripts van de pakketonderhouder, meestal met behulp van gereedschap zoals debconf of ucf.
+
+Dit houdt in dat indien een pakket de bedoeling heeft om een configuratiebestand te hernoemen of te verwijderen, het dit expliciet moet doen en dat B<dpkg-maintscript-helper> kan gebruikt worden in scripts van de pakketonderhouder om het verwijderen en verplaatsen van configuratiebestanden op een elegante manier uit te voeren.
+
+=head2 Een configuratiebestand verwijderen
+
+Opmerking: In de meeste gevallen kan dit vervangen worden door de vlag C<remove-on-upgrade> in F<DEBIAN/conffiles> (sinds dpkg 1.20.6), zie L<deb-conffiles(5)>.
+
+Indien een configuratiebestand volledig verwijderd wordt, moet het van schijf verwijderd worden, tenzij de gebruiker het aangepast heeft. Indien er lokale aanpassingen aangebracht werden, moeten die behouden blijven. Indien het opwaarderen van het pakket afbreekt, mag het pas in onbruik geraakte configuratiebestand niet verdwijnen.
+
+Dit alles wordt toegepast door het volgende shell-fragment te plaatsen in de scripts B<preinst>, B<postinst> en B<postrm> van de pakketonderhouder:
+
+=over
+
+Z<>
+ dpkg-maintscript-helper rm_conffile \
+ I<configuratiebestand> I<vorige-versie> I<pakket> -- "$@"
+
+=back
+
+I<configuratiebestand> is de bestandsnaam van het te verwijderen configuratiebestand.
+
+Huidige toepassing: in het script B<preinst> controleert het of het configuratiebestand gewijzigd werd en hernoemt het ofwel naar I<configuratiebestand>B<.dpkg-remove> (als het niet gewijzigd was) of naar I<configuratiebestand>B<.dpkg-backup> (als het wel gewijzigd was). In het script B<postinst> wordt dit laatste bestand hernoemd naar I<configuratiebestand>B<.dpkg-bak> en het wordt ter referentie behouden vermits het door de gebruiker gemaakte aanpassingen bevat. In het eerste geval (niet gewijzigd configuratiebestand) wordt het bestand verwijderd. Indien de opwaardering van het pakket afbreekt, herinstalleert het script B<postrm> het originele configuratiebestand. Tijdens het uitvoeren van een wisopdracht (purge) zal het script B<postrm> ook het tot dan bewaarde bestand B<.dpkg-bak> verwijderen.
+
+=head2 Een configuratiebestand hernoemen
+
+Indien een configuratiebestand verplaatst wordt van de ene locatie naar een andere, moet u er voor zorgen dat eventuele wijzigingen die de gebruiker maakte mee gaan. Op het eerste gezicht kan dit lijken op een eenvoudige aanpassing aan het script B<preinst>. Dat zal evenwel als resultaat hebben dat de gebruiker door B<dpkg> gevraagd wordt om de aanpassingen aan het configuratiebestand goed te keuren, al is hij er in dit geval niet voor verantwoordelijk.
+
+Een vlotte manier van hernoemen kan gerealiseerd worden door het volgende shell-fragment te plaatsen in de scripts B<preinst>, B<postinst> en B<postrm> van de pakketonderhouder:
+
+=over
+
+Z<>
+ dpkg-maintscript-helper mv_conffile \
+ I<oud-configuratiebestand> I<nieuw-configuratiebestand> I<vorige-versie> I<pakket> -- "$@"
+
+=back
+
+I<oud-configuratiebestand> en I<nieuw-configuratiebestand> zijn de oude en de nieuwe naam van het configuratiebestand dat hernoemd moet worden.
+
+Huidige toepassing: het script B<preinst> controleert of het configuratiebestand gewijzigd werd. Indien dat het geval is wordt het gelaten waar het is, anders wordt het hernoemd naar I<oud-configuratiebestand>B<.dpkg-remove>. Bij het configureren verwijdert het script B<postinst> I<oud-configuratiebestand>B<.dpkg-remove> en hernoemt I<oud-configuratiebestand> naar I<nieuw-configuratiebestand> als I<oud-configuratiebestand> nog steeds voorhanden is. Bij abort-upgrade/abort-install (afbreken van de opwaardering/installatie) hernoemt het script B<postrm> zo nodig I<oud-configuratiebestand>B<.dpkg-remove> terug naar I<oud-configuratiebestand>.
+
+=head1 OMSCHAKELEN TUSSEN SYMBOLISCHE KOPPELING EN MAP
+
+Bij het opwaarderen van een pakket zal B<dpkg> niet automatisch een symbolische koppeling omzetten naar een map of vice versa. Degradaties worden niet ondersteund en het pad wordt onveranderd gelaten.
+
+Opmerking: de symbolische koppelingen en mappen die tijdens deze omzettingen worden gemaakt, moeten mee opgenomen worden in de nieuwe pakketten, anders kan B<dpkg> ze niet verwijderen bij het wissen van het pakket.
+
+=head2 Een symbolische koppeling omzetten naar een map
+
+Indien een symbolische koppeling veranderd wordt naar een echte map, moet u er voor zorgen dat de symbolische koppeling verwijderd wordt voor het uitpakken. Op het eerste gezicht kan dit een eenvoudige wijziging in het script B<preinst> lijken. Nochtans kan dit enige problemen opleveren in het geval de systeembeheerder de symbolische koppeling lokaal aanpaste of bij een degradatie van het pakket.
+
+Een vlotte manier van hernoemen kan gerealiseerd worden door het volgende shell-fragment te plaatsen in de scripts B<preinst>, B<postinst> en B<postrm> van de pakketonderhouder:
+
+=over
+
+Z<>
+ dpkg-maintscript-helper symlink_to_dir \
+ I<padnaam> I<oud-doel> I<vorige-versie> I<pakket> -- "$@"
+
+=back
+
+I<padnaam> is de absolute naam van de oude symbolische koppeling (op het einde van de installatie zal het pad een map zijn) en I<oud-doel> is de naam van het doel van de vroegere symbolische koppeling in I<padnaam>. Die kan ofwel absoluut zijn ofwel relatief ten opzichte van de map die I<padnaam> bevat.
+
+Huidige toepassing: het script B<preinst> gaat na of de symbolische koppeling bestaat en verwijst naar I<oud-doel>. Is dit niet het geval dan wordt ze gerust gelaten. Anders wordt ze hernoemd naar I<padnaam>B<.dpkg-backup>. Tijdens het configureren verwijdert het script B<postinst> I<padnaam>B<.dpkg-backup> indien I<padnaam>B<.dpkg-backup> nog steeds een symbolische koppeling is. Bij een abort-upgrade/abort-install (afbreken van de opwaardering/installatie) hernoemt het script B<postrm> I<padnaam>B<.dpkg-backup> zo nodig terug naar I<padnaam>.
+
+=head2 Een map omzetten naar een symbolische koppelling
+
+Indien een echte map omgezet wordt naar een symbolische koppeling, moet u ervoor zorgen dat de map verwijderd wordt voor het uitpakken. Dit kan op het eerste gezicht een eenvoudige aanpassing aan het script B<preinst> lijken. Nochtans kan dit enige problemen opleveren in het geval de map configuratiebestanden bevat, padnamen die eigendom zijn van andere pakketten of lokaal aangemaakte padnamen, of in het geval het pakket gedegradeerd wordt.
+
+Een elegante omschakeling kan gerealiseerd worden door het volgende shell-fragment op te nemen in de scripts B<preinst>, B<postinst> en B<postrm> van de pakketonderhouder:
+
+=over
+
+Z<>
+ dpkg-maintscript-helper dir_to_symlink \
+ I<padnaam> I<nieuw-doel> I<vorige-versie> I<pakket> -- "$@"
+
+=back
+
+I<padnaam> is de absolute naam van de oude map (het pad zal op het einde van de installatie een symbolische koppeling zijn) en I<nieuw-doel> is het doel van de nieuwe symbolische koppeling in I<padnaam>. Dit kan ofwel absoluut of relatief zijn ten opzichte van de map die I<padnaam> bevat.
+
+Huidige toepassing: het script B<preinst> controleert of de map bestaat en geen configuratiebestanden, padnamen die eigendom zijn van andere pakketten of lokaal aangemaakte padnamen bevat. Is dat niet het geval, dan wordt ze gerust gelaten. Anders wordt ze hernoemd naar I<padnaam>B<.dpkg-backup> en wordt een lege voorlopige map I<padnaam> aangemaakt die met een bestand gemarkeerd wordt, zodat dpkg ze kan opvolgen. Tijdens het configureren beëindigt het script B<postinst> de overgang indien I<padnaam>B<.dpkg-backup> nog steeds een map is en I<padnaam> de voorlopige map. Het verwijdert het bestand dat de voorlopige map markeert en verplaatst de zopas in de map aangemaakte bestanden naar het doel van de symbolische koppeling I<nieuw-doel>/, vervangt de nu lege voorlopige map I<padnaam> door een symbolische koppeling naar I<nieuw-doel> en verwijdert I<padnaam>B<.dpkg-backup>. In geval van abort-upgrade/abort-install (afbreken van de opwaardering/installatie) hernoemt het script B<postrm> zo nodig I<padnaam>B<.dpkg-backup> terug naar I<padnaam>.
+
+=head1 DE INTEGRATIE IN PAKKETTEN
+
+Gelieve bij het gebruiken van een hulpmiddel voor het verpakken na te gaan of er geen systeemeigen integratie in B<dpkg-maintscript-helper> van bestaat, wat het leven voor u makkelijker zou maken. Zie bijvoorbeeld B<dh_installdeb>(1).
+
+Gegeven het feit dat B<dpkg-maintscript-helper> gebruikt wordt in het script B<preinst>, houdt een onvoorwaardelijk gebruik ervan een voorafgaande vereiste in om te kunnen garanderen dat de benodigde versie van B<dpkg> voordien uitgepakt werd. De benodigde versie hangt af van het gebruikte commando. Voor B<rm_conffile> en B<mv_conffile> is dat 1.15.7.2. Voor B<symlink_to_dir> en B<dir_to_symlink> is dat 1.17.14:
+
+=over
+
+ Pre-Depends: dpkg (>= 1.17.14)
+
+=back
+
+Maar in veel gevallen is de operatie die door het programma uitgevoerd wordt, niet kritiek van aard voor het pakket en in plaats van een voorafgaande vereiste te gebruiken, kunnen we ook het programma pas aanroepen als we weten dat het benodigde programma ondersteund wordt door de huidige geïnstalleerde versie van B<dpkg>:
+
+=over
+
+Z<>
+ if dpkg-maintscript-helper supports I<commando>; then
+ dpkg-maintscript-helper I<commando> ...
+ fi
+
+=back
+
+Het commando B<supports> geeft in geval van succes een 0 terug en anders een 1. Het commando B<supports> gaat na of de omgevingsvariabelen die ingesteld worden door dpkg en die het script nodig heeft, voorhanden zijn. Indien de omgeving niet voldoet, zal dit als een mislukking beschouwd worden.
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal dit gebruikt worden als de basismap van het bestandssysteem.
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal dit gebruikt worden als de datamap voor B<dpkg>.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.19.1). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dh_installdeb>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-mergechangelogs.pod b/man/nl/dpkg-mergechangelogs.pod
new file mode 100644
index 0000000..fdc29e1
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-mergechangelogs.pod
@@ -0,0 +1,83 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-mergechangelogs - 3-wegs samenvoeging van debian/changelog-bestanden
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-mergechangelogs> [I<optie>...] I<oud> I<nieuw-a> I<nieuw-b> [I<uitvoer>]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit programma gebruikt de 3 beschikbare versies van Debian changelog om een samengevoegd changelog-bestand te genereren. De resulterende changelog wordt in het bestand I<uitvoer> opgeslagen of, indien die parameter niet opgegeven werd, naar de standaarduitvoer gestuurd.
+
+Elk item wordt aan de hand van zijn versienummer geïdentificeerd en er wordt van uitgegaan dat ze niet tegenstrijdig zijn. Zij worden eenvoudig samengevoegd in de juiste volgorde (volgens aflopend versienummer). Wanneer B<--merge-prereleases> gebruikt wordt, wordt het deel van het versienummer achter de tilde weggelaten, waardoor 1.0-1~exp1 en 1.0-1~exp5 beschouwd worden als hetzelfde item. Als dezelfde versie zowel in I<nieuw-a> als in I<nieuw-b> voorkomt, wordt geprobeerd een standaard regelgeoriënteerde 3-wegs samenvoeging uit te voeren (op voorwaarde dat de module Algorithm::Merge voorhanden is — ze maakt deel uit van het pakket libalgorithm-merge-perl —, anders krijgt u een algemene tegenstrijdigheid in verband met de inhoud van het item).
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--merge-unreleased>
+
+Het versienummer negeren wanneer de items gemarkeerd zijn als B<UNRELEASED> (sinds dpkg 1.21.0).
+
+Dit is nuttig wanneer u uiteenlopende ontwikkelingen heeft voor versies die nog niet zijn uitgebracht. Bijvoorbeeld, 2.1-1 wordt uitgebracht, waarna er ontwikkeling plaats vindt voor een nieuwe versie 2.2-1 en vervolgens voor 2.3-1, terwijl het logisch is om gewoon te eindigen met een samengevoegd item voor 2.3-1 waarin alle ontwikkeling die in 2.2-1 gerealiseerd werd, opgenomen is.
+
+=item B<-m>, B<--merge-prereleases>
+
+Laat het deel achter de laatste tilde in het versienummer vallen bij het uitvoeren van een versievergelijking om uit te maken of verondersteld moet worden dat het om twee dezelfde items gaat of niet.
+
+Dit is nuttig als u in het changelog-bestand hetzelfde item blijft gebruiken, maar het versienummer ervan geregeld verhoogt. U kunt bijvoorbeeld 2.3-1~exp1, 2.3-1~exp2, ... hebben tot aan de officiële release 2.3-1, die allemaal hetzelfde changelog-item zijn dat in de loop van de tijd geëvolueerd is.
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BEPERKINGEN
+
+Alles wat niet door Dpkg::Changelog ontleed wordt, geraakt tijdens het samenvoegen verloren. Dit kan gaan om zaken zoals commentaar die daar niet hoort te staan, enz.
+
+=head1 INTEGRATIE MET GIT
+
+Indien u dit programma wenst te gebruiken om Debian changelog-bestanden in een git-opslagplaats samen te voegen, moet u eerst een nieuw samenvoegingsstuurprogramma registreren in B<.git/config> of B<~/.gitconfig>:
+
+ [merge "dpkg-mergechangelogs"]
+ name = debian/changelog merge driver
+ driver = dpkg-mergechangelogs -m %O %A %B %A
+
+Daarna moet u het samenvoegingsattribuut voor het debian/changelog-bestand instellen, ofwel in B<.gitattributes> in de opslagplaats zelf, of in B<.git/info/attributes>:
+
+ debian/changelog merge=dpkg-mergechangelogs
diff --git a/man/nl/dpkg-name.pod b/man/nl/dpkg-name.pod
new file mode 100644
index 0000000..3da9fc6
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-name.pod
@@ -0,0 +1,108 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-name - hernoem Debian-pakketten naar volledige pakketnamen
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-name> [I<optie>...] [B<-->] I<bestand>...
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Deze man-pagina documenteert het programma B<dpkg-name> dat voorziet in een eenvoudige manier om B<Debian>-pakketten naar hun volledige pakketnamen te hernoemen. Een volledige pakketnaam bestaat uit I<pakket>B<_>I<versie>B<_>I<architectuur>B<.>I<pakkettype>, zoals opgegeven in het controlebestand van het pakket. Het I<versie>-gedeelte van de bestandsnaam bestaat uit de toeleveraarsversieinformatie (upstream), facultatief gevolgd door een koppelteken en de revisie-informatie. Het deel I<pakkettype> is uit dat veld afkomstig als dat bestaat, anders wordt teruggevallen op B<deb>.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-a>, B<--no-architecture>
+
+De bestandsnaam van de bestemming zal geen architectuuriniformatie bevatten.
+
+=item B<-k>, B<--symlink>
+
+Maak een symbolische koppeling aan in plaats van te verplaatsen.
+
+=item B<-o>, B<--overwrite>
+
+Bestaande bestanden zullen overschreven worden als ze dezelfde naam hebben als de bestandsnaam van de bestemming.
+
+=item B<-s>, B<--subdir> [I<map>]
+
+Bestanden zullen naar een onderliggende map verplaatst worden. Indien de als argument opgegeven map bestaat, zullen de bestanden naar die map verplaatst worden, anders wordt de naam van de doelmap geëxtraheerd uit het sectieveld uit het controlegedeelte van het pakket. De doelmap zal «unstable/binary-I<architectuur>/I<sectie>» zijn. Indien de sectie niet gevonden wordt in het controlebestand, dan wordt uitgegaan van B<no-section>. In dat geval en ook voor de secties B<non-free> en B<contrib> is de doelmap «I<sectie>/binary-I<architectuur>». Het veld sectie is niet verplicht, zodat veel pakketten terechtkomen in het gebied B<no-section>.
+
+B<Warschuwing:> I<Gebruik deze optie met zorg, ze werkt rommelig.>
+
+=item B<-c>, B<--create-dir>
+
+Deze optie kan samen met de optie B<-s> gebruikt worden. Als een doelmap niet aangetroffen wordt, zal ze automatisch aangemaakt worden.
+
+B<Warning:> I<Gebruik deze optie met zorg.>
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<-v>, B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BUGS
+
+Bepaalde pakketten volgen de naamstructuur I<pakket>B<_>I<versie>B<_>I<architectuur>B<.deb> niet. Pakketten die door B<dpkg-name> hernoemd worden, volgen deze structuur. Over het algemeen heeft dit geen invloed op de manier waarop pakketten door B<dselect>(1)/B<dpkg>(1) geïnstalleerd worden, maar ander installatiegereedschap kan eventueel steunen op die naamgevingsstructuur.
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+=over
+
+=item B<dpkg-name bar-foo.deb>
+
+Het bestand B<bar-foo.deb> zal hernoemd worden naar bar-foo_1.0-2_i386.deb of iets gelijkaardigs (afhankelijk van welke informatie er staat in het controlegedeelte van B<bar-foo.deb>).
+
+=item B<find /root/debian/ -name '*.deb' | xargs -n 1 dpkg-name -a>
+
+Alle bestanden met de extensie B<deb> in de map /root/debian en de onderliggende mappen zullen indien nodig hernoemd worden door B<dpkg-name> naar namen zonder architectuurinformatie.
+
+=item B<find -name '*.deb' | xargs -n 1 dpkg-name -a -o -s -c>
+
+B<Doe dit niet.> Uw archief zal volledig overhoop gehaald worden, omdat veel pakketten geen sectie-informatie hebben. B<Doe dit niet.>
+
+=item B<dpkg-deb --build debian-tmp && dpkg-name -o -s .. debian-tmp.deb>
+
+Dit kan gebruikt worden bij het bouwen van nieuwe pakketten.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb>(5), B<deb-control>(5), B<dpkg>(1), B<dpkg-deb>(1), B<find>(1), B<xargs>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-parsechangelog.pod b/man/nl/dpkg-parsechangelog.pod
new file mode 100644
index 0000000..c4c3660
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-parsechangelog.pod
@@ -0,0 +1,204 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-parsechangelog - ontleed Debian changelog-bestanden
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-parsechangelog> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-parsechangelog> leest en ontleedt het bestand changelog van een uitgepakte Debian broncodeboom en geeft de informatie eruit in een door een machine te lezen vorm weer op de standaarduitvoer.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-l>, B<--file> I<changelog-bestand>
+
+Geeft het changelog-bestand op waaruit gelezen moet worden. Een ‘-’ kan gebruikt worden om aan te geven dat van de standaardinvoer gelezen moet worden. De standaard is B<debian/changelog>.
+
+=item B<-F> I<changelog-indeling>
+
+Geeft de indeling van het changelog-bestand aan. Standaard wordt die indeling gelezen van een bijzondere regel dicht bij het einde van het changelog-bestand en als dat mislukt, wordt er teruggevallen op de standaardindeling van B<debian>. Zie ook B<CHANGELOG FORMATS>.
+
+=item B<-L> I<bibliotheekmap>
+
+Een uitgefaseerde optie zonder effect (sinds dpkg 1.18.8). Het instellen van de perl omgevingsvariabelen B<PERL5LIB> of B<PERLLIB> heeft een gelijkaardig effect bij het zoeken naar de perl-modules van de ontleder (parser).
+
+=item B<-S>, B<--show-field> I<veld>
+
+Geeft de naam op van het te tonen veld (sinds dpkg 1.17.0). De naam van het veld wordt niet weergegeven, enkel de inhoud ervan.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head2 Ontleedopties
+
+De volgende opties kunnen gebruikt worden om de uitvoer van de changelog-ontleder te beïnvloeden, zoals bijvoorbeeld het assortiment items of de indeling van de uitvoer.
+
+=over
+
+=item B<--format> I<uitvoerindeling>
+
+Stel de indeling van de uitvoer in. Momenteel ondersteunde waarden zijn B<dpkg> en B<rfc822>. B<dpkg> is de klassieke indeling van de uitvoer (van voor het bestaan van deze optie) en ook de standaard. Het bestaat uit één onderdeel volgens het indelingssysteem van Debian control (zie B<deb-control>(5)). Indien meer dan één item opgevraagd wordt, dan worden de meeste velden genomen uit het eerste item (gewoonlijk het meest recente item), tenzij anders vermeld:
+
+=over
+
+=item B<Source:> I<pakketnaam>
+
+=item B<Version:> I<versie>
+
+=item B<Distribution:> I<doeldistributie>
+
+=item B<Urgency:> I<urgentie>
+
+Van alle opgenomen items wordt de hoogste urgentie gebruikt, gevolgd door de samengevoegde (onderling door spaties gescheiden) commentaar van alle opgevraagde versies.
+
+=item B<Maintainer:> I<auteur>
+
+=item B<Date:> I<datum>
+
+De datum van het item als een tekenreeks, zoals die voorkomt in het changelog-bestand. Met een B<strptime>(3)-indeling "B<%a, %d %b %Y %T %z>", maar waarbij het kan zijn dat de dag van de week niet echt overeenkomt met de werkelijke dag die bekomen wordt uit de rest van de datumtekenreeks. Indien u een meer accurate representatie van de datum nodig heeft, moet u gebruik maken van het B<Timestamp>-veld, maar u moet er rekening mee houden dat het mogelijk is dat het niet meer exact terug omgezet kan worden naar de waarde van dat veld.
+
+=item B<Timestamp:> I<tijdsaanduiding>
+
+De datum van het item, uitgedrukt als een tijdstempel in aantal seconden sinds de epoch (sinds dpkg 1.18.8).
+
+=item B<Closes:> I<bug-nummer>
+
+De velden Closes van alle opgenomen items worden samengevoegd.
+
+=item B<Changes:> I<changelog-items>
+
+De tekst van alle changelog-items wordt samengevoegd. Om van dit veld een geldig veld te maken volgens de indeling van een Debian control-veld dat uit meerdere regels bestaat, worden lege regels vervangen door één enkel punt en springen alle regels in met één spatie. De exacte inhoud hangt af van de changelog-indeling.
+
+=back
+
+De velden B<Version>, B<Distribution>, B<Urgency>, B<Maintainer> en B<Changes> zijn verplicht.
+
+Er kunnen nog bijkomende door de gebruiker aangemaakte velden gebruikt worden.
+
+De indeling volgens B<rfc822> maakt gebruik van dezelfde velden, maar gebruikt in de uitvoer een apart onderdeel voor elk changelog-item, zodat alle metadata van elk item behouden blijven.
+
+=item B<--reverse>
+
+Alle wijzigingen in omgekeerde volgorde opnemen (sinds dpkg 1.19.1).
+
+B<Opmerking:> voor de indeling B<dpkg> zal het eerste item het oudste item zijn.
+
+=item B<--all>
+
+Alle wijzigingen opnemen. B<Opmerking:> andere opties hebben geen effect als deze optie gebruikt wordt.
+
+=item B<-s>, B<--since> I<versie>
+
+=item B<-v> I<versie>
+
+Alle wijzigingen opnemen die recenter zijn dan I<versie>.
+
+=item B<-u>, B<--until> I<versie>
+
+Alle wijzigingen opnemen die aangebracht zijn voor I<versie>.
+
+=item B<-f>, B<--from> I<versie>
+
+Alle wijzigingen uit I<versie> of later opnemen.
+
+=item B<-t>, B<--to> I<versie>
+
+Alle wijzigingen uit I<versie> of vroeger opnemen.
+
+=item B<-c>, B<--count> I<aantal>
+
+=item B<-n> I<aantal>
+
+I<aantal> items opnemen, te beginnen bij het begin (of bij het einde als I<aantal> kleiner is dan 0).
+
+=item B<-o>, B<--offset> I<getal>
+
+Het beginpunt voor B<--count> aanpassen, te rekenen vanaf het begin (of het einde als I<getal> lager is dan 0).
+
+=back
+
+=head1 CHANGELOG-INDELINGEN
+
+Het is mogelijk om een andere indeling te gebruiken dan de standaardindeling door te voorzien in een ontleedprogramma voor die alternatieve indeling.
+
+Om er voor te zorgen dat B<dpkg-parsechangelog> dat nieuw ontleedprogramma uitvoert, moet binnen de laatste 40 regels van het changelog-bestand een regel toegevoegd worden die voldoet aan de Perl reguliere expressie: “B<\schangelog-format:\s+([0-9a-z]+)\W>”. Het deel tussen haakjes moet de naam van de indeling zijn. Bijvoorbeeld:
+
+=over
+
+@@@ changelog-format: I<andere-indeling> @@@
+
+=back
+
+Een naam voor een changelog-indelingen moet een niet-lege alfanumerieke tekenreeks (“a-z0-9”) zijn.
+
+Indien een dergelijke regel bestaat, zal B<dpkg-parsechangelog> naar het ontleedprogramma zoeken als een B<Dpkg::Changelog::>I<andere-indeling> perl module. Het is een fout als die niet voorhanden is. De parsernaam in de perlmodule zal automatisch in hoofdletters gezet worden. De standaard changelog-indeling is B<debian> en standaard is er voorzien in een programma om ze te ontleden.
+
+Het ontleedprogramma moet ontleend worden aan de Dpkg::Changelog-klasse en moet de vereiste vastgelegde interface implementeren.
+
+Indien de changelog-indeling die ontleed wordt altijd of bijna altijd een witregel heeft tussen aparte notities in verband met wijzigingen, moeten die lege regels weggenomen worden om als resultaat een compacte uitvoer te bekomen.
+
+Indien de changlog-indeling geen informatie bevat over data of pakketnaam, dan moet die informatie in de uitvoer weggelaten worden. Het ontleedprogramma moet niet proberen die informatie samen te stellen of ze in andere bronnen gaan zoeken.
+
+Indien het changelog-bestand niet de verwachte indeling gebruikt, moet het ontleedprogramma afsluiten met een foutmelding, eerder dan te proberen er zich doorheen te slaan en misschien foute uitvoer te genereren.
+
+Een ontleedprogramma voor een changelog-bestand mag helemaal niet met de gebruiker interageren.
+
+=head1 OPMERKINGEN
+
+Alle B<Parser Options> (ontleedopties) met uitzondering van B<-v> worden slechts sinds dpkg 1.14.16 ondersteund.
+
+Het voor ontleeddoeleinden gebruiken van opties in verkorte notatie met niet-samengebundelde waarden is slechts sinds dpkg 1.18.0 mogelijk.
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item B<debian/changelog>
+
+Het changelog-bestand dat gebruikt wordt om versieafhankelijke informatie over het broncodepakket te verkrijgen, zoals de urgentie en de distributie van een upload, de doorgevoerde aanpassingen sinds een bepaalde release en het versienummer van de broncode zelf.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-changelog>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-query.pod b/man/nl/dpkg-query.pod
new file mode 100644
index 0000000..d727947
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-query.pod
@@ -0,0 +1,419 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-query - een gereedschap om te zoeken in de database van dpkg
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-query> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-query> is een gereedschap om informatie te tonen over pakketten die opgenomen zijn in de database van B<dpkg>.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<-l>, B<--list> [I<pakketnaampatroon>...]
+
+Alle gekende pakketten opsommen die beantwoorden aan één of meer patronen, ongeacht hun toestand, met daarbij inbegrepen elk reëel of virtueel pakket dat in om het even welk veld over vereistenrelaties (zoals B<Breaks>, B<Enhances>, enz.) vermeld wordt. Indien geen I<pakketnaampatroon> opgegeven werd, alle pakketten uit I<%ADMINDIR%/status> opsommen, met uitzondering van die welke als niet-geïnstalleerd gemarkeerd staan (d.w.z. die welke eerder gewist werden). De normale shell-jokertekens mogen in I<pakketnaampatroon> gebruikt worden. Merk op dat u I<pakketnaampatroon> wellicht tussen aanhalingstekens zult moeten plaatsen om te voorkomen dat de shell aan bestandsnaamexpansie zou doen. Het volgende zal bijvoorbeeld een opsomming geven van alle pakketnamen die beginnen met "libc6":
+
+=over
+
+ dpkg-query -l 'libc6*'
+
+=back
+
+De eerste drie kolommen van de uitvoer tonen de gewenste actie, de toestand van het pakket, en fouten, in die volgorde.
+
+Gewenste actie:
+
+=over
+
+=item u = Onbekend (Unknown)
+
+=item i = Installeren (Install)
+
+=item h = Handhaven (Hold)
+
+=item r = Verwijderen (Remove)
+
+=item p = Wissen (Purge)
+
+=back
+
+Toestand van het pakket:
+
+=over
+
+=item n = Niet-geïnstalleerd (Not-installed)
+
+=item c = Configuratiebestanden (Config-files)
+
+=item H = Half-geïnstalleerd (Half-installed)
+
+=item U = Uitgepakt (Unpacked)
+
+=item F = Half-geconfigureerd (Half-configured)
+
+=item W = Triggers-afgewacht (Triggers-awaiting)
+
+=item t = Triggers-aanhangig (Triggers-pending)
+
+=item i = Geïnstalleerd (Installed)
+
+=back
+
+Foutvlaggen:
+
+=over
+
+=item E<lt>leegE<gt> = (geen)
+
+=item R = Herinst-nodig (Reinst-required)
+
+=back
+
+Een toestand die aangeduid wordt met een hoofdletter of een foutletter wijzen erop dat het waarschijnlijk is dat het pakket ernstige problemen zal veroorzaken. Gelieve B<dpkg>(1) te raadplegen voor informatie over de bovenstaande toestanden en vlaggen.
+
+De indeling van de uitvoer van deze optie kan niet geconfigureerd worden, maar varieert automatisch om te passen binnen de breedte van de terminal. Ze is bedoeld om door personen gelezen te worden, en kan niet gemakkelijk gelezen worden door een machine. Zie B<-W> (B<--show>) en B<--showformat> voor een manier om de indeling van de uitvoer te configureren.
+
+=item B<-W>, B<--show> [I<pakketnaampatroon>...]
+
+Net als de optie B<--list> geeft deze optie een lijst van alle pakketten die overeenkomen met de opgegeven patronen. De uitvoer kan echter worden aangepast met de optie B<--showformat>.
+
+Het standaardformaat van de uitvoer is één regel per overeenstemmend pakket, waarbij elke regel bestaat uit de pakketnaam en zijn geïnstalleerde versie, gescheiden door een tab. De naam van het pakket zal een architectuurkwalificatie bevatten bij pakketten met een veld B<Multi-Arch> met de waarde B<same> of bij een vreemde architectuur, wat een architectuur is die niet de eigen architectuur is of niet B<all>.
+
+=item B<-s>, B<--status> [I<pakketnaam>...]
+
+Rapporteert over de status van opgegeven pakketten. Dit geeft gewoon het item weer uit de databank met de toestand van de geïnstalleerde bestanden. Indien geen I<pakketnaam> vermeld werd, worden alle items uit de databank met toestandsinformatie weergegeven (sinds dpkg 1.19.1). Als meerdere I<pakketnamen> vermeld werden, worden de opgevraagde items met toestandsinformatie van elkaar gescheiden door een lege regel en weergegeven in dezelfde volgorde als die van de argumentenlijst.
+
+=item B<-L>, B<--listfiles> I<pakketnaam>...
+
+De bestanden vermelden die uit I<pakketnaam> op uw systeem geïnstalleerd werden. Als meerdere I<pakketnamen> opgegeven werden, zullen de gevraagde vermeldingen van bestanden van elkaar gescheiden worden door een lege regel en in dezelfde volgorde weergegeven worden als ze in de lijst met argumenten opgegeven werden.
+
+Elke bestandsomleiding wordt afgedrukt op zijn eigen regel na het omgeleide bestand, voorafgegaan door een van de volgende gelokaliseerde tekenreeksen:
+
+Z<>
+ lokaal omgeleid naar: I<omgeleid-naar>
+ pakket leidt andere om naar: I<omgeleid-naar>
+ omgeleid door I<pkkt> naar: I<omgeleid-naar>
+
+Hint: wanneer de uitvoer machinaal wordt verwerkt, is het gebruikelijk om de landinstelling in te stellen op B<C.UTF-8> om reproduceerbare resultaten te krijgen.
+
+Dit commando geeft geen extra bestanden weer die door scripts van de pakketonderhouder aangemaakt werden en ook geen alternatieven.
+
+=item B<--control-list> I<pakketnaam>
+
+De controlebestanden opsommen die uit I<pakketnaam> op uw systeem geïnstalleerd werden (sinds dpkg 1.16.5). Die kunnen gebruikt worden als invoerargumenten voor B<--control-show>.
+
+=item B<--control-show> I<pakketnaam> I<controlebestand>
+
+Het I<controlebestand> dat uit I<pakketnaam> op uw systeem geïnstalleerd werd, weergeven op de standaarduitvoer (sinds dpkg 1.16.5).
+
+=item B<-c>, B<--control-path> I<pakketnaam> [I<controlebestand>]
+
+De paden van controlebestanden opsommen die uit I<pakketnaam> op uw systeem geïnstalleerd werden (sinds dpkg 1.15.4). Indien I<controlebestand> opgegeven werd, toon dan enkel het pad voor dat controlebestand als het bestaat.
+
+B<Waarschuwing>: dit commando wordt uitgefaseerd, omdat het rechtstreekse toegang verleent tot de interne database van dpkg. Gelieve in plaats daarvan over te schakelen op het gebruik van B<--control-list> en B<--control-show> in alle gevallen waarin deze commando's hetzelfde eindresultaat kunnen geven. Dit commando zal evenwel niet verwijderd worden zolang er nog minstens één geval is waarin dit commando nodig is (d.w.z. als een schadelijk postrm-script van een pakketonderhouder verwijderd moet worden) en zolang daarvoor geen goede oplossing bestaat.
+
+=item B<-S>, B<--search> I<zoekpatroon-bestandsnaam>...
+
+Pakketten zoeken die bestanden hebben die overeenkomen met het opgegeven patroon. Standaard shell-jokertekens kunnen in het patroon gebruikt worden, waarbij sterretje (B<*>) en vraagteken (B<?>) met een slash overeenkomen en backslash (B<\>) als een maskeerteken (escape-teken) gebruikt wordt.
+
+Wanneer het eerste teken in het I<zoekpatroon-bestandsnaam> niet een van de tekens ‘B<*[?/>’ is, dan zal het beschouwd worden als deeltekenreeksvergelijking en zal het impliciet geplaatst worden tussen ‘B<*>’ (zoals in B<*>I<zoekpatroon-bestandsnaam>B<*>). Indien de daaropvolgende tekenreeks een van de tekens ‘B<*[?\>’ bevat, dan zal ze behandeld worden als een glob-patroon, anders zal een eventuele afsluitende ‘B</>’ of ‘B</.>’ verwijderd worden en zal er een letterlijke padopzoeking uitgevoerd worden.
+
+Dit commando geeft geen extra bestanden weer die door scripts van de pakketonderhouder aangemaakt werden en ook geen alternatieven.
+
+De opmaak van de uitvoer bestaat uit één regel per overeenkomend patroon, met een lijst van pakketten waarin de padnaam voorkomt, gescheiden door een komma (U+002C 'B<,>') en een spatie (U+0020 'B< >'), gevolgd door een dubbele punt (U+003A 'B<:>') en een spatie, gevolgd door de padnaam. Als in:
+
+ pkktnaam1, pkktnaam2: padnaam1
+ pkktnaam3: padnaam2
+
+Bestandsomleidingen worden afgedrukt met de volgende gelokaliseerde tekenreeksen:
+
+Z<>
+ omleiding door I<pkktnaam> van: I<omgeleid-van>
+ omleiding door I<pkktnaam> naar: I<omgeleid-naar>
+
+of voor lokale omleidingen:
+
+Z<>
+ lokale omleiding van: I<omgeleid-van>
+ lokale omleiding naar: I<omgeleid-naar>
+
+Hint: wanneer de uitvoer machinaal wordt verwerkt, is het gebruikelijk om de landinstelling in te stellen op B<C.UTF-8> om reproduceerbare resultaten te krijgen.
+
+=item B<-p>, B<--print-avail> [I<pakketnaam>...]
+
+Detailinformatie over pakketten tonen, zoals die in I<%ADMINDIR%/available> te vinden is. Als geen I<pakketnaam> opgegeven werd, worden alle items uit de databank I<available> weergegeven (sinds dpkg 1.19.1). Als meerdere I<pakketnamen> opgegeven worden, worden de gevraagde items uit I<available> onderling gescheiden door een lege regel en weergegeven in dezelfde volgorde als die van de argumentenlijst.
+
+Gebruikers van frontends die op APT gebaseerd zijn moeten in de plaats daarvan B<apt show> I<pakketnaam> gebruiken, aangezien het bestand I<available> enkel up-to-date gehouden wordt als men B<dselect> gebruikt.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+De locatie van de database van B<dpkg> wijzigen. De standaardlocatie is I<%ADMINDIR%>.
+
+=item B<--root=>I<map>
+
+De hoofdmap instellen op I<map>, hetgeen de administratieve map instelt op «I<map>%ADMINDIR%» (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<--load-avail>
+
+Ook het bestand available laden bij het gebruik van de commando's B<--show> en B<--list>. Standaard doorzoeken die nu enkel het bestand status (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<--no-pager>
+
+Schakelt het gebruik van een pagineringsprogramma uit bij het weergeven van informatie (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<-f>, B<--showformat=>I<indeling>
+
+Deze optie wordt gebruikt om op te geven in welke indeling B<--show> zijn uitvoer moet produceren (de korte optie sinds dpkg 1.13.1). De indeling is een tekenreeks die vorm geeft aan de uitvoer die voor elk opgesomd pakket gegenereerd wordt.
+
+In de indelingstekenreeks markeert “B<\>” een stuurcode:
+
+=over
+
+=item B<\n> regeleinde
+
+=item B<\r> enter
+
+=item B<\t> tab
+
+=back
+
+“B<\>” voor elk ander letterteken onderdrukt de eventuele bijzondere betekenis van dat navolgende teken, hetgeen van nut is voor “B<\>” en “B<$>”.
+
+Pakketinformatie kan ingevoegd worden door variabeleverwijzingen naar pakketvelden toe te voegen met behulp van de syntaxis “B<${>I<veld>[B<;>I<breedte>]B<}>”. Velden worden rechts uitgelijnd weergegeven tenzij een negatieve breedte opgegeven werd. In dat geval wordt links uitgelijnd. De volgende I<veld>en worden herkend, maar zijn niet noodzakelijk aanwezig in het statusbestand (enkel interne velden en velden die in het binaire pakket opgeslagen worden komen er in terecht):
+
+=over
+
+=item B<Architecture>
+
+=item B<Bugs>
+
+=item B<Conffiles> (intern)
+
+=item B<Config-Version> (intern)
+
+=item B<Conflicts>
+
+=item B<Breaks>
+
+=item B<Depends>
+
+=item B<Description>
+
+=item B<Enhances>
+
+=item B<Protected>
+
+=item B<Essential>
+
+=item B<Filename> (intern, frontend gerelateerd)
+
+=item B<Homepage>
+
+=item B<Installed-Size>
+
+=item B<MD5sum> (intern, frontend gerelateerd)
+
+=item B<MSDOS-Filename> (intern, frontend gerelateerd)
+
+=item B<Maintainer>
+
+=item B<Origin>
+
+=item B<Package>
+
+=item B<Pre-Depends>
+
+=item B<Priority>
+
+=item B<Provides>
+
+=item B<Recommends>
+
+=item B<Replaces>
+
+=item B<Revision> (verouderd)
+
+=item B<Section>
+
+=item B<Size> (intern, frontend gerelateerd)
+
+=item B<Source>
+
+=item B<Status> (intern)
+
+=item B<Suggests>
+
+=item B<Tag> (meestal niet in .deb maar in Packages-bestanden van de pakketbron)
+
+=item B<Triggers-Awaited> (intern)
+
+=item B<Triggers-Pending> (intern)
+
+=item B<Version>
+
+=back
+
+De volgende velden zijn virtueel en worden door B<dpkg-query> gegenereerd uit waarden van andere velden (merk op dat zij namen hebben die niet conform de veldnamen in een controlebestand zijn):
+
+=over
+
+=item B<binary:Package>
+
+Het bevat de naam van het binaire pakket met eventueel een architectuurkwalificatie zoals “libc6:amd64” (sinds dpkg 1.16.2). Er zal een architectuurkwalificatie gebruikt worden om ervoor te zorgen dat de pakketnaam niet ambigu kan zijn bij pakketten met een veld B<Multi-Arch> met de waarde B<same> of bij een vreemde architectuur, wat een architectuur is die niet de eigen architectuur is of niet B<all>.
+
+=item B<binary:Synopsis>
+
+Het bevat de korte beschrijving van het pakket (sinds dpkg 1.19.1).
+
+=item B<binary:Summary>
+
+Dit is een alias voor B<binary:Synopsis> (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<db:Status-Abbrev>
+
+Het bevat de verkorte pakketstatus (als drie tekens), zoals “ii ” of “iHR” (sinds dpkg 1.16.2). Zie de beschrijving van het commando B<--list> voor bijkomende toelichting.
+
+=item B<db:Status-Want>
+
+Het bevat de gewenste toestand van het pakket, onderdeel van het veld Status (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<db:Status-Status>
+
+Het bevat de pakketstatus uitgedrukt in een woord, onderdeel van het veld Status (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<db:Status-Eflag>
+
+Het bevat de status-foutvlag van het pakket, onderdeel van het veld Status (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<db-fsys:Files>
+
+Het bevat de door regeleinden gescheiden lijst van de elementen van het pakketbestandssysteem (sinds dpkg 1.19.3).
+
+=item B<db-fsys:Last-Modified>
+
+Het bevat de tijdsaanduiding in seconden van het laatste moment waarop de elementen van het pakketbestandssysteem gewijzigd werden (sinds dpkg 1.19.3).
+
+=item B<source:Package>
+
+Het bevat de naam van het broncodepakket van dit binaire pakket (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<source:Version>
+
+Het bevat het versienummer van het broncodepakket van dit binaire pakket (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<source:Upstream-Version>
+
+Het bevat het versienummer van de toeleveraarsbroncode voor dit binaire pakket (sinds dpkg 1.18.16).
+
+=back
+
+De standaard indelingstekenreeks is “B<${binary:Package}\t${Version}\n>”. In feite kunnen ook alle andere velden die in het statusbestand te vinden zijn (d.w.z. door de gebruiker gedefinieerde velden) opgevraagd worden. Zij zullen evenwel als zodanig weergegeven worden, zonder conversie of foutcontrole. Om de naam van de onderhouder van B<dpkg> en de geïnstalleerde versie te bekomen, kunt u het volgende commando uitvoeren:
+
+=over
+
+ dpkg-query -f='${binary:Package} ${Version}\t${Maintainer}\n' \
+ -W dpkg
+
+=back
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde opzoeking werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<1>
+
+De gevraagde opzoeking mislukte volledig of gedeeltelijk ten gevolge van het feit dat een bestand of een pakket niet gevonden werd (behalve bij B<--control-path>, B<--control-list> en B<--control-show> waarvoor dit soort fouten fataal is).
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=head2 Externe omgeving
+
+=over
+
+=item B<SHELL>
+
+Stelt het uit te voeren programma in wanneer een commando via een shell voortgebracht wordt (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<PAGER>
+
+=item B<DPKG_PAGER>
+
+Stelt het te gebruiken pagineringscommando in (sinds dpkg 1.19.1), hetwelk uitgevoerd zal worden met «B<$SHELL -c>». Indien B<SHELL> niet ingesteld is, zal «B<sh>» gebruikt worden. B<DPKG_PAGER> overschrijft de omgevingsvariabele B<PAGER> (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de optie B<--root> niet opgegeven werd, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld werd en de optie B<--admindir> niet gebruikt werd, zal dit gebruikt worden als de datamap voor B<dpkg>.
+
+=item B<DPKG_DEBUG>
+
+Stelt het foutopsporingsmasker in (sinds dpkg 1.21.10) vanaf een octale waarde. De momenteel geaccepteerde vlaggen worden beschreven in de optie B<dpkg --debug>, maar mogelijk hebben niet al deze vlaggen effect op dit programma.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=back
+
+=head2 Interne omgeving
+
+=over
+
+=item B<LESS>
+
+Indien niet reeds ingesteld, wordt het als “B<-FRSXMQ>” gedefinieerd door B<dpkg-query> bij het voortbrengen van een pagineringsprogramma (sinds dpkg 1.19.2). Om het standaardgedrag te wijzigen, kan deze variabele vooraf ingesteld worden op een andere waarde, inclusief op een lege tekenreeks, ofwel kunnen de variabelen B<PAGER> of B<DPKG_PAGER> ingesteld worden om specifieke opties uit te schakelen met «B<-+>», bijvoorbeeld B<DPKG_PAGER="less -+F">.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-realpath.pod b/man/nl/dpkg-realpath.pod
new file mode 100644
index 0000000..684e6e9
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-realpath.pod
@@ -0,0 +1,70 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-realpath - de opgezochte padnaam met ondersteuning voor DPKG_ROOT weergeven
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-realpath> [I<optie>...] I<padnaam>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-realpath> is een hulpmiddel (sinds dpkg 1.20.1) om een padnaam op te zoeken, die rekening houdt met de L<dpkg (1)>-hoofdmap, ofwel impliciet vanuit de omgevingsvariabele B<DPKG_ROOT> of vanuit de commandoregelopties B<--root> of B<--instdir>, en een absolute I<padnaam> terugkeert, relatief ten opzichte van de hoofdmap. De hoofdmap mag niet aan de op te zoeken I<padnaam> voorafgaan.
+
+Dit is bedoeld om te worden gebruikt door andere B<dpkg>-hulpprogramma's of door scripts van beheerders in plaats van L<realpath(1)> of L<readlink(1)> te gebruiken om conforme padnamen te bekomen, aangezien deze laatste commando's geen dergelijke conformering ondersteunen ten opzichte van een andere hoofdmap dan F</>.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-z>, B<--zero>
+
+Een NULL-byte gebruiken om uitvoerregels te beëindigen in plaats van een regeleindeteken (sinds dpkg 1.20.6).
+
+=item B<--instdir> I<map>
+
+=item B<--root> I<map>
+
+De hoofdmap instellen op I<map>, welke de hoofdmap is waartegen padnamen conform gemaakt worden. Staat standaard ingesteld op «B</>» indien B<DPKG_ROOT> niet werd ingesteld.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--instdir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in. Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<realpath(1)>, L<readlink(1)>.
+
diff --git a/man/nl/dpkg-scanpackages.pod b/man/nl/dpkg-scanpackages.pod
new file mode 100644
index 0000000..a1c65c7
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-scanpackages.pod
@@ -0,0 +1,96 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-scanpackages - Packages-indexbestanden maken
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-scanpackages> [I<optie>...] I<pad-binair-pakket> [I<override-bestand> [I<pad-prefix>]] B<E<gt>> I<Pakketten>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-scanpackages> sorteert een boom van binaire Debian pakketten en maakt een bestand Packages aan, dat door B<apt>(8), B<dselect>(1), enz. gebruikt wordt om de gebruiker te informeren over welke pakketten voor installatie beschikbaar zijn. Deze Packages-bestanden zijn dezelfde als die welke men aantreft op de sites met Debian-archieven of op CD's. U kunt zelf gebruik maken van B<dpkg-scanpackages> als u een map met lokale pakketten maakt om ze op een cluster machines te installeren.
+
+B<Opmerking:> indien u het gegenereerde bestand Packages wilt gebruiken met B<apt>, zult u het wellicht moeten comprimeren met B<xz>(1) (wat een bestand Packages.xz genereert), met B<bzip2>(1) (wat een bestand Packages.bz2 genereert) of met B<gzip>(1) (wat een bestand Packages.gz genereert). B<apt>(8) negeert niet-gecomprimeerde Packages-bestanden tenzij in geval van lokale toegang (d.w.z. pakketbronnen in de vorm van B<file://>).
+
+I<pad-binair-pakket> is de naam van de boom met binaire pakketten die verwerkt moet worden (bijvoorbeeld B<contrib/binary-i386>). Het is best om dit relatief te maken ten opzichte van de basismap van het Debian-archief, omdat elk Filename-veld uit het nieuwe Packages-bestand met die tekenreeks zal beginnen.
+
+I<override-bestand> is de naam van een bestand dat moet ingelezen worden en dat informatie bevat over hoe het pakket binnen de distributie past (het bestand mag gecomprimeerd zijn sinds dpkg 1.15.5); zie B<deb-override>(5).
+
+I<padprefix> is een facultatieve tekenreeks die voorgevoegd moet worden in de Filename-velden.
+
+Indien meer dan één versie van een pakket aangetroffen wordt, wordt enkel het recentste opgenomen in de uitvoer. Indien ze hetzelfde versienummer hebben en enkel qua architectuur van elkaar verschillen, wordt het pakket dat eerst aangetroffen wordt, gebruikt.
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-t>, B<--type> I<type>
+
+Zoeken naar pakketten van het type *.I<type> in plaats van naar pakketten van het type *.deb.
+
+=item B<-e>, B<--extra-override> I<bestand>
+
+Zoeken in het I<bestand> naar bijkomende vervangingen (het bestand mag gecomprimeerd zijn sinds dpkg 1.15.5). Zie B<deb-extra-override>(5) voor meer informatie over hoe het ingedeeld wordt.
+
+=item B<-a>, B<--arch> I<arch>
+
+Een patroon gebruiken dat bestaat uit I<*_all.deb> en I<*_arch.deb> in plaats van te zoeken naar alle deb-bestanden.
+
+=item B<-h>, B<--hash> I<hash-lijst>
+
+Enkel bestandshashes genereren voor de opgegeven lijst van algoritmen, onderling gescheiden door komma's (sinds dpkg 1.17.14). Standaard worden ze voor alle momenteel ondersteunde algoritmen gemaakt. Ondersteunde waarden: B<md5>, B<sha1>, B<sha256>.
+
+=item B<-m>, B<--multiversion>
+
+Alle gevonden pakketten opnemen in de uitvoer.
+
+=item B<-M>, B<--medium> I<ID-tekenreeks>
+
+Een veld B<X-Medium> toevoegen dat de waarde I<ID-tekenreeks> heeft (sinds dpkg 1.15.5). Dit veld is nodig als u B<Packages.cd>-bestanden wilt genereren voor gebruik door de toegangsmethode B<media> van B<dselect>.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 DIAGNOSTIEK
+
+B<dpkg-scanpackages> gebruikt de gangbare foutberichten die op zich duidelijk zijn. Het waarschuwt ook voor pakketten die zich in de verkeerde map bevinden, die dubbel voorkomen, die in hun control-bestand een Filename-veld hebben, die in het override-bestand ontbreken of waarvoor een vervanging van pakketonderhouder niet geëffectueerd wordt.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1), B<dselect>(1), B<deb-override>(5), B<deb-extra-override>(5), B<dpkg-scansources>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-scansources.pod b/man/nl/dpkg-scansources.pod
new file mode 100644
index 0000000..6ac2e2d
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-scansources.pod
@@ -0,0 +1,84 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-scansources - Sources-indexbestanden maken
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-scansources> [I<optie>...] I<map-binair-pakket> [I<override-bestand> [I<padprefix>]] B<E<gt>> I<Sources>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-scansources> zoekt in de opgegeven I<map-binair-pakket> naar I<.dsc>-bestanden. Die worden gebruikt om een Debian broncode-index te maken, die naar de standaarduitvoer gestuurd wordt.
+
+Als dit opgegeven werd, zal het I<override-bestand> gebruikt worden om de prioriteit in te stellen in de resulterende indexonderdelen en om de inhoud van het maintainer-veld dat in het I<.dsc>-bestand opgegeven wordt, te vervangen. Het bestand mag gecomprimeerd zijn (sinds dpkg 1.15.5). Zie B<deb-override>(5) voor de indeling van dit bestand.
+
+B<Opmerking:> vermits het bestand override volgens binaire pakketten geïndexeerd wordt en niet volgens broncodepakketten, stelt zich hier een zeker probleem. De huidige implementatie gebruikt de hoogste prioriteit van alle binaire pakketten die door een I<.dsc>-bestand geproduceerd worden, voor de prioriteit van het broncodepakket en het override-item voor het binaire pakket dat het eerst vermeld wordt in het I<.dsc>-bestand om de informatie over de pakketonderhouder aan te passen. Dit kan veranderen.
+
+Indien het I<padprefix> opgegeven werd, wordt het voorgevoegd bij het veld directory in het gegenereerde broncode-indexbestand. In het algemeen wordt dit gebruikt om er voor te zorgen dat het veld directory het pad bevat vanaf de basis van de hiërarchische structuur van het Debian pakketarchief.
+
+B<Opmerking:> indien u het gegenereerde Sources-bestand wilt gebruiken met B<apt>(8), zult u het wellicht moeten comprimeren met B<gzip>(1) (wat een bestand Sources.gz genereert). B<apt>(8) negeert niet-gecomprimeerde Sources-bestanden tenzij in geval van lokale toegang (d.w.z. pakketbronnen in de vorm van B<file://>).
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<-n>, B<--no-sort>
+
+De indexonderdelen niet sorteren. Normaal gezien worden ze volgens de naam van het bronpakket geordend.
+
+=item B<-e>, B<--extra-override> I<bestand>
+
+In I<bestand> zoeken naar bijkomende vervangingen (sinds dpkg 1.15.4; het bestand mag gecomprimeerd zijn sinds dpkg 1.15.5). Zie B<deb-extra-override>(5) voor meer informatie over de indeling ervan.
+
+=item B<-s>, B<--source-override> I<bestand>
+
+I<bestand> gebruiken als het override-bestand van de broncode (het bestand mag gecomprimeerd zijn sinds dpkg 1.15.5). Als standaard geldt de naam van het override-bestand dat u opgaf, met daaraan I<.src> toegevoegd.
+
+Het override-bestand voor de broncode heeft een andere indeling dan het override-bestand voor het binaire pakket. Het bevat slechts twee velden die onderling door witruimte gescheiden worden. Het eerste veld bevat de naam van het broncodepakket en het tweede de sectie waartoe het behoort. Lege regels en commentaarregels worden op de normale manier genegeerd. Indien een pakket in beide bestanden voorkomt, heeft het override-bestand van de broncode voorrang bij het instellen van de sectie.
+
+=item B<--debug>
+
+Debuggen aanzetten.
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-override>(5), B<deb-extra-override>(5), B<dpkg-scanpackages>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-shlibdeps.pod b/man/nl/dpkg-shlibdeps.pod
new file mode 100644
index 0000000..e214827
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-shlibdeps.pod
@@ -0,0 +1,247 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-shlibdeps - substitutievariabelen genereren over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-shlibdeps> [I<optie>...] [B<-e>] I<programma> [I<optie>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-shlibdeps> berekent de afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken voor de programma's die genoemd worden in zijn argumenten. De afhankelijkheden worden in het bestand met substitutievariabelen B<debian/substvars> toegevoegd als variabelenaam B<shlibs:>I<afhankelijkheidsveld>, waarbij I<afhankelijkheidsveld> de naam van een afhankelijkheidsveld is. Eventuele andere variabelen die met B<shlibs:> beginnen worden uit het bestand verwijderd.
+
+B<dpkg-shlibdeps> heeft twee mogelijke informatiebronnen om afhankelijkheidsinformatie te genereren, ofwel I<symbols>-bestanden ofwel I<shlibs>-bestanden. Voor elke binair pakket dat B<dpkg-shlibdeps> analyseert, zoekt het de lijst van bibliotheken op waarmee het gelinkt is. Vervolgens zoekt het voor iedere bibliotheek ofwel het I<symbols>-bestand of het I<shlibs>-bestand (indien het eerste niet bestaat of indien debian/shlibs.local de relevante afhankelijkheidsinformatie bevat) op. Beide bestanden worden verondersteld geleverd te worden door het bibliotheekpakket en zouden dus te vinden moeten zijn als %ADMINDIR%/info/I<pakket>.I<symbols> of /var/lib/dpkg/info/I<pakket>.I<shlibs>. De naam van het pakket wordt in twee stappen gevonden: het bibliotheekbestand opzoeken op het systeem (er wordt in dezelfde mappen gezocht als die welke B<ld.so> zou gebruiken) en dan B<dpkg -S> I<bibliotheekbestand> gebruiken om het pakket op te zoeken dat de bibliotheek levert.
+
+=head2 Symboolbestanden
+
+Symboolbestanden bevatten fijnmazige afhankelijkheidsinformatie door voor ieder symbool dat de bibliotheek exporteert, de minimumvereiste op te geven. Het script tracht een symboolbestand dat bij een bibliotheekpakket hoort op de volgende plaatsen te vinden (het eerste dat gevonden wordt, wordt gebruikt):
+
+=over
+
+=item debian/*/DEBIAN/symbols
+
+Informatie over gedeelde bibliotheken die gegenereerd werd door het huidige bouwproces dat ook B<dpkg-shlibdeps> aanriep. Zij worden gegenereerd door B<dpkg-gensymbols>(1). Ze worden enkel gebruikt als de bibliotheek aangetroffen wordt in de bouwboom van een pakket. Het bestand symbols in die bouwboom heeft voorrang op symboolbestanden van andere binaire pakketten.
+
+=item %PKGCONFDIR%/symbols/I<pakket>.symbols.I<arch>
+
+=item %PKGCONFDIR%/symbols/I<pakket>.symbols
+
+Systeemspecifieke vervangingsinformatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken. I<arch> is de architectuur van het huidige systeem (verkregen door B<dpkg-architecture -qDEB_HOST_ARCH>).
+
+=item Uitvoer van “B<dpkg-query --control-path> I<pakket> symbols”
+
+Door een pakket verstrekte informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken. Tenzij anders bepaald door B<--admindir>, zijn deze bestanden te vinden in %ADMINDIR%.
+
+=back
+
+Tijdens het doorzoeken van de door al de programma's gebruikte symbolen, onthoudt B<dpkg-shlibdeps> van elke bibliotheek de (hoogste) minimale versie die nodig is. Op het eind van het proces is het in staat voor elke gebruikte bibliotheek uit te schrijven wat de minimale vereiste is (in de veronderstelling dat de informatie uit de I<symbols>-bestanden accuraat is).
+
+Bij wijze van beschermende maatregel kan een symbols-bestand een meta-informatieveld B<Build-Depends-Pakket> bevatten. Dan zal B<dpkg-shlibdeps> de door het corresponderende pakket vereiste minimale versie halen uit het veld B<Build-Depends> en deze versie gebruiken als ze hoger is dan de minimale versie die berekend werd via het doorzoeken van symbolen.
+
+=head2 Shlibs-bestanden
+
+Shlibs-bestanden koppelen rechtstreeks een bibliotheek aan een vereiste (zonder naar de symbolen te kijken). Dit is dus dikwijls strikter dan echt nodig, maar erg veilig en gemakkelijk te hanteren.
+
+De afhankelijkheidsrelaties tot een bibliotheek worden op verschillende plaatsen opgezocht. Het eerste bestand dat informatie biedt over de bibliotheek in kwestie, wordt gebruikt:
+
+=over
+
+=item debian/shlibs.local
+
+Pakket-eigen vervangende informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken.
+
+=item %PKGCONFDIR%/shlibs.override
+
+Systeemspecifieke vervangende informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken.
+
+=item debian/*/DEBIAN/shlibs
+
+Informatie over gedeelde bibliotheken die gegenereerd werd door het huidige bouwproces dat ook B<dpkg-shlibdeps> inriep. Ze wordt enkel gebruikt als de bibliotheek aangetroffen wordt in de bouwboom van het pakket. Het shlibs-bestand in die bouwboom heeft voorrang op shlibs-bestanden van andere binaire pakketten.
+
+=item Uitvoer van “B<dpkg-query --control-path> I<pakket> shlibs”
+
+Door een pakket verstrekte informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken. Tenzij anders bepaald door B<--admindir>, zijn deze bestanden te vinden in %ADMINDIR%.
+
+=item %PKGCONFDIR%/shlibs.default
+
+Systeemspecifieke standaardinformatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken.
+
+=back
+
+De uitgelichte afhankelijkheden worden dan rechtstreeks gebruikt (behalve als ze uitgefilterd werden omdat ze als duplicaten onderkend werden of als zwakker dan een andere afhankelijkheid).
+
+=head1 OPTIES
+
+Argumenten die geen opties zijn, worden door B<dpkg-shlibdeps> geïnterpreteerd als namen van programma's, net alsof ze opgegeven werden als B<-e>I<programma>.
+
+=over
+
+=item B<-e>I<programma>
+
+De gepaste afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken die nodig zijn voor I<programma>, toevoegen. Deze optie kan meermaals gebruikt worden.
+
+=item B<-l>I<map>
+
+I<map> vooraan toevoegen aan de lijst van mappen waarin naar particuliere gedeelde bibliotheken gezocht moet worden (sinds dpkg 1.17.0). Deze optie kan meermaals gebruikt worden.
+
+B<Opmerking:> gebruik deze optie in de plaats van het instellen van B<LD_LIBRARY_PATH>, aangezien die omgevingsvariabele gebruikt wordt om de runtime linker aan te sturen. Daarvan misbruik maken om de paden van gedeelde bibliotheken in te stellen tijdens het bouwen van het programma, kan problematisch zijn, bijvoorbeeld bij het cross-compileren.
+
+=item B<-d>I<afhankelijkheidsveld>
+
+Afhankelijkheidsinformatie opgeven die toegevoegd moet worden aan het afhankelijkheidsveld I<afhankelijkheidsveld> van het bestand control. (De afhankelijkheidsinformatie voor dit veld wordt in de variabele B<shlibs:>I<dependency-field> geplaatst.)
+
+De optie B<-d>I<afhankelijkheidsveld> heeft uitwerking voor alle programma's na de optie tot aan het volgende B<-d>I<afhankelijkheidsveld>. Het standaard I<afhankelijkheidsveld> is B<Depends>.
+
+Indien hetzelfde afhankelijkheidsitem (of set van alternatieven) te vinden is in meer dan een van de herkende namen voor afhankelijkheidsvelden B<Pre-Depends>, B<Depends>, B<Recommends>, B<Enhances> of B<Suggests>, zal B<dpkg-shlibdeps> de afhankelijkheid automatisch uit alle velden verwijderen, behalve uit het veld dat de belangrijkste afhankelijkheid vertegenwoordigt.
+
+=item B<-p>I<variabelenaamprefix>
+
+Substitutievariabelen beginnen met I<variabelenaamprefix>B<:> in plaats van met B<shlibs:>. Op dezelfde wijze worden eventuele substitutievariabelen die beginnen met I<variabelenaamprefix>B<:> (in plaats van met B<shlibs:>), verwijderd uit het bestand met substitutievariabelen.
+
+=item B<-O>[I<bestandsnaam>]
+
+De instellingen in verband met substitutievariabelen weergeven op de standaarduitvoer (of in I<bestandsnaam> als die opgegeven werd; sinds dpkg 1.17.2), eerder dan ze toe te voegen aan het bestand met substitutievariabelen (standaard is dat B<debian/substvars>).
+
+=item B<-t>I<type>
+
+De voorrang geven aan informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken die gemarkeerd werd als geldend voor het opgegeven pakkettype. Indien er geen gemarkeerde informatie te vinden is, wordt teruggevallen op niet-gemarkeerde informatie. Het standaardpakkettype is B<deb>. Informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken wordt gemarkeerd als geldend voor een bepaald type door ze te laten voorafgaan door de naam van dat type, een dubbele punt en witruimte.
+
+=item B<-L>I<lokaal-shlibs-bestand>
+
+Vervangende informatie over afhankelijkheidsrelaties tot gedeelde bibliotheken lezen uit I<lokaal-shlibs-bestand> in plaats van uit B<debian/shlibs.local>.
+
+=item B<-T>I<substvars-bestand>
+
+Substitutievariabelen opschrijven in I<substvars-bestand>. Standaard is dat B<debian/substvars>.
+
+=item B<-v>
+
+De breedsprakige modus inschakelen (sinds dpkg 1.14.8). Talrijke berichten worden weergegeven om uit te leggen wat B<dpkg-shlibdeps> doet.
+
+=item B<-x>I<pakket>
+
+Het pakket uitsluiten van de gegenereerde afhankelijkheden (sinds dpkg 1.14.8). Dit is nuttig om een afhankelijkheid van zichzelf te vermijden voor pakketten die binaire bestanden van het type ELF aanleveren (programma's of bibliotheekuitbreidingen), waarbij die binaire bestanden gebruik maken van een bibliotheek die in hetzelfde pakket te vinden is. Deze optie kan meermaals gebruikt worden om meerdere pakketten uit te sluiten.
+
+=item B<-S>I<pakket-bouwmap>
+
+Eerst zoeken in I<pakket-bouwmap> bij het zoeken naar een bibliotheek (sinds dpkg 1.14.15). Dit is nuttig als het broncodepakket meerdere varianten van dezelfde bibliotheek bouwt en u zeker wilt zijn dat u de afhankelijkheden krijgt van een specifiek binair pakket. U kunt deze optie meermaals gebruiken: mappen zullen in de opgegeven volgorde doorzocht worden vooraleer gezocht wordt in de mappen van andere binaire pakketten.
+
+=item B<-I>I<pakketbouwmap>
+
+I<pakketbouwmap> overslaan bij het zoeken naar shlibs-, symbolen- en gedeelde bibliotheek-bestanden (sinds dpkg 1.18.5). U kunt deze optie meermaals gebruiken.
+
+=item B<--ignore-missing-info>
+
+Het niet als een mislukking beschouwen als voor een gedeelde bibliotheek geen afhankelijkheidsinformatie gevonden kan worden (sinds dpkg 1.14.8). Het wordt afgeraden om deze optie te gebruiken. Alle bibliotheken zouden afhankelijkheidsinformatie moeten verschaffen (ofwel via shlibs-bestanden of via symboolbestanden), zelfs als die nog niet door andere pakketten gebruikt wordt.
+
+=item B<--warnings=>I<waarde>
+
+I<waarde> is een bit-veld dat aangeeft welke set waarschuwingen B<dpkg-shlibdeps> kan geven (sinds dpkg 1.14.17). Bit 0 (waarde=1) activeert de waarschuwing “symbool I<sym> dat door I<binair-bestand> gebruikt wordt, werd in geen enkele bibliotheek aangetroffen”, bit 1 (waarde=2) activeert de waarschuwing “pakket zou een nutteloze afhankelijkheid kunnen vermijden” en bit 2 (waarde=4) activeert de waarschuwing “I<binair-bestand> zou niet gelinkt moeten worden met I<bibliotheek>”. De standaard-I<waarde> is 3: standaard zijn de eerste twee waarschuwingen geactiveerd, de laatste niet. Stel de I<waarde> in op 7 indien u wilt dat alle waarschuwingen geactiveerd worden.
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+Een andere locatie opgeven voor de database van B<dpkg> (sinds dpkg 1.14.0). De standaardlocatie is I<%ADMINDIR%>.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 DIAGNOSTIEK
+
+=head2 Waarschuwingen
+
+Aangezien B<dpkg-shlibdeps> de set symbolen analyseert die gebruikt wordt door elk binair bestand uit het gegeneerde pakket, is het in staat om in verschillende gevallen waarschuwingen te geven. Zij geven u informatie over zaken die in het pakket verbeterd kunnen worden. In de meeste gevallen hebben die verbeteringen rechtstreeks betrekking op de broncode van de toeleveraar (upstream). In aflopende volgorde van belangrijkheid volgen hierna de waarschuwingen die u kunt krijgen:
+
+=over
+
+=item B<symbool> I<sym> B<gebruikt door> I<binair-bestand> B<in geen enkele
+bibliotheek gevonden.>
+
+Het aangegeven symbool werd niet aangetroffen in de bibliotheken die met het binair bestand gelinkt werden. Hoogstwaarschijnlijk is I<binair-bestand> een bibliotheek die gelinkt moet worden met een andere bibliotheek tijdens het bouwproces (optie B<-l>I<bibliotheek> van de linker).
+
+=item I<Binair bestand> B<bevat een onoplosbare verwijzing naar symbool> I<sym>B<:
+wellicht is het een uitbreiding>
+
+Het aangegeven symbool werd niet aangetroffen in de bibliotheken die gelinkt zijn met het binair bestand. Hoogstwaarschijnlijk is het I<binair-bestand> een uitbreiding (plug-in) en wordt het symbool ter beschikking gesteld door het programma dat deze uitbreiding laadt. In theorie heeft een uitbreiding geen SONAME, maar dit binair bestand heeft er wel een en in die hoedanigheid kon het niet met zekerheid geïdentificeerd worden als een uitbreiding. Het feit evenwel dat het binaire bestand opgeslagen wordt in een niet-publieke map is een sterke aanwijzing dat het niet om een gewone gedeelde bibliotheek gaat. Indien het binaire bestand effectief een uitbreiding is, mag u deze waarschuwing negeren. Maar er bestaat altijd een kans dat het om een echte bibliotheek gaat en dat programma's die ermee linken gebruik manken van een RPATH waardoor de dynamische lader ze kan vinden. In dat geval gaat het om een defecte bibliotheek en moet het defect gerepareerd worden.
+
+=item B<Het pakket zou een nutteloze afhankelijkheid kunnen vermijden indien>
+I<binair-bestand> B<niet gelinkt was met> I<bibliotheek> B<(het gebruikt
+geen enkel symbool van de bibliotheek)>
+
+Geen enkel van de I<binaire-bestanden> die gelinkt werden met I<bibliotheek> gebruikt een symbool dat door de bibliotheek aangeleverd wordt. Door al de binaire bestanden te repareren zou u de afhankelijkheidsrelatie die verband houdt met deze bibliotheek, kunnen vermijden (tenzij dezelfde afhankelijkheid ook gegenereerd wordt door een andere bibliotheek die echt gebruikt wordt).
+
+=item B<Het pakket zou een nutteloze vereiste kunnen vermijden indien>
+I<programma's> B<niet gelinkt waren met> I<bibliotheek> B<(ze gebruiken geen
+enkel symbool van de bibliotheek)>
+
+Identiek dezelfde waarschuwing als hierboven, maar dan voor meerdere programma's.
+
+=item I<Binair-bestand> B<zou niet gelinkt moeten worden met> I<bibliotheek>
+B<(het gebruikt geen enkel symbool van de bibliotheek)>
+
+Het I<binair-bestand> is gelinkt met een bibliotheek die het niet nodig heeft. Dit is geen probleem, maar er kan een kleine prestatiewinst bekomen worden wat de laadtijd van het binair bestand betreft, door deze bibliotheek niet met dit binair bestand te koppelen. Deze waarschuwing controleert dezelfde informatie als de voorgaande, maar doet dit voor elk binair bestand in plaats van de toets globaal uit te voeren voor alle geanalyseerde binaire bestanden.
+
+=back
+
+=head2 Fouten
+
+B<dpkg-shlibdeps> zal mislukken als het een publieke bibliotheek die door een binair bestand gebruikt wordt, niet kan vinden of indien er geen afhankelijkheidsinformatie (ofwel een shlibs-bestand of een symboolbestand) aan die bibliotheek gekoppeld is. Een publieke bibliotheek heeft een SONAME en heeft een versienummer (lib-iets.so.I<X>). Een private bibliotheek (zoals een uitbreiding - plug-in) zou geen SONAME mogen hebben en heeft geen versienummer nodig.
+
+=over
+
+=item B<Kon bibliotheek> I<SONAME-van-bibliotheek> B<die> I<binair-bestand>
+B<nodig heeft, niet vinden (het RPATH ervan is '>I<rpath>B<')>
+
+Het I<binair-bestand> gebruikt een bibliotheek met de naam I<soname-van-bibliotheek>, maar B<dpkg-shlibdeps> heeft de bibliotheek niet kunnen vinden. B<dpkg-shlibdeps> legt als volgt een lijst van te controleren mappen aan: mappen die vermeld worden in het RPATH van het binair bestand, mappen die toegevoegd werden via de optie B<-l>, mappen die vermeld worden in de omgevingsvariabele B<LD_LIBRARY_PATH>, kruismultiarch-mappen (bijv. /lib/arm64-linux-gnu, /usr/lib/arm64-linux-gnu), standaard publieke mappen (/lib, /usr/lib), mappen vermeld in /etc/ld.so.conf en verouderde multibibliotheekmappen (/lib32, /usr/lib32, /lib64, /usr/lib64). Daarna controleert het die mappen binnenin de bouwboom van het binaire pakket dat geanalyseerd wordt, binnenin de pakketbouwbomen die met de commandoregeloptie B<-S> opgegeven werden, binnenin de bouwbomen van andere pakketten die een bestand DEBIAN/shlibs of DEBIAN/symbols hebben en tenslotte in de basismap. Als de bibliotheek in geen enkele van die mappen aangetroffen wordt, krijgt u deze foutmelding.
+
+Indien de niet-gevonden bibliotheek zich in een private map van hetzelfde pakket bevindt, dan moet u die map toevoegen met de optie B<-l>. Als ze zich bevindt in een ander binair pakket dat gebouwd wordt, moet u erop letten dat het bestand shlibs/symbols van dat pakket reeds gemaakt is en dat B<-l> de gepaste map bevat als ze zich ook in een private map bevindt.
+
+=item B<Geen afhankelijkheidsinformatie gevonden voor> I<bibliotheekbestand>
+B<(dat gebruikt wordt door> I<binair-bestand>B<).>
+
+De bibliotheek die I<binair-bestand> nodig heeft, werd door B<dpkg-shlibdeps> in I<bibliotheekbestand> gevonden, maar B<dpkg-shlibdeps> was niet in staat vereisteninformatie voor die bibliotheek te vinden. Om vereistengegevens te vinden heeft het geprobeerd de bibliotheek op te zoeken in een Debian pakket met behulp van B<dpkg -S> I<bibliotheekbestand>. Daarna heeft het de overeenkomstige shlibs- en symbols-bestanden nagekeken in %ADMINDIR%/info/ en in de verschillende bouwbomen van het pakket (debian/*/DEBIAN/).
+
+Deze mislukking kan veroorzaakt worden door een slecht of ontbrekend shlibs- of symbols-bestand in het pakket van de bibliotheek. Ze kan zich ook voordoen als de bibliotheek gebouwd wordt binnen hetzelfde broncodepakket en de shlibs-bestanden nog niet aangemaakt zijn (in dat geval moet u debian/rules repareren zodat de shlibs gemaakt worden voordat B<dpkg-shlibdeps> ingeroepen wordt). Een slecht RPATH kan er ook toe leiden dat de bibliotheek te vinden is onder een niet-conforme naam (bijvoorbeeld /usr/lib/openoffice.org/../lib/libssl.so.0.9.8 in plaats van /usr/lib/libssl.so.0.9.8), die aan geen enkel pakket gekoppeld is. B<dpkg-shlibdeps> tracht dit te omzeilen door terug te vallen op een conforme naam (met behulp van B<realpath>(3)), maar dit lukt niet altijd. Het is altijd het beste om het RPATH van het binair bestand uit te zuiveren om problemen te voorkomen.
+
+Het inroepen van B<dpkg-shlibdeps> in de breedsprakige modus (B<-v>) zal veel meer informatie geven over waar het programma de afhankelijkheidsinformatie tracht te vinden. Dit kan nuttig zijn indien u niet begrijpt waarom u deze foutmelding krijgt.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-substvars>(5), B<deb-shlibs>(5), B<deb-symbols>(5), B<dpkg-gensymbols>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-source.pod b/man/nl/dpkg-source.pod
new file mode 100644
index 0000000..dff5005
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-source.pod
@@ -0,0 +1,573 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-source - gereedschap voor het manipuleren van een Debian broncodepakket (.dsc)
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-source> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-source> pakt Debian broncodearchieven in en uit.
+
+Bij geen enkel van deze commando's is het toegelaten om meerdere opties tot één enkele optie te combineren of de waarde van een optie via een apart argument op te geven.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<-x>, B<--extract> I<bestandsnaam>.dsc [I<uitvoermap>]
+
+Een broncodepakket extraheren (B<--extract> sinds dpkg 1.17.14). Er moet één argument dat geen optie is, opgegeven worden, namelijk de naam van het controlebestand (B<.dsc>) van de Debian broncode. Facultatief kan een tweede argument dat geen optie is, opgegeven worden om de map op te geven waarin het pakket geëxtraheerd moet worden. Die mag nog niet bestaan. Indien geen uitvoermap opgegeven werd, zal het broncodepakket uitgepakt worden in een map met als naam I<broncode>-I<versie>, die onder de huidige werkmap ligt.
+
+B<dpkg-source> zal uit het controlebestand de namen van de andere bestanden lezen die samen het broncodepakket vormen. Er wordt van uitgegaan dat ze zich in dezelfde map bevinden als het B<.dsc>-bestand.
+
+De permissies en het eigenaarschap van de bestanden uit het geëxtraheerde pakket zullen zodanig ingesteld worden dat ze beantwoorden aan wat men zou mogen verwachten mochten de bestanden en mappen gewoon aangemaakt zijn - mappen en uitvoerbare bestanden zullen 0777 zijn en gewone bestanden 0666 en beide zullen aangepast worden op basis van het umask van degene die het pakket uitpakt. Indien de bovenliggende map setgid is, zullen de geëxtraheerde mappen dat ook zijn en al de bestanden en mappen zullen dit groepseigenaarschap overerven.
+
+Indien het broncodepakket een niet-standaardindeling gebruikt (momenteel betekent dit alle indelingen behalve “1.0”), dan zal de naam ervan opgeslagen worden in B<debian/source/format>, zodat standaard deze indeling gebruikt wordt bij de volgende malen dat het broncodepakket gebouwd wordt.
+
+=item B<-b>, B<--build> I<map> [I<indelingsspecifieke-parameters>]
+
+Een broncodepakket bouwen (B<--build> sinds dpkg 1.17.14). Het eerste argument dat geen optie is, wordt gebruikt als de naam van de map die de voor Debian gereedgemaakte broncodeboom bevat (d.w.z. met een onderliggende map debian en eventuele veranderingen aan de originele bestanden). Afhankelijk van de broncodepakketindeling die men gebruikt om het broncodepakket te bouwen, kunnen bijkomende parameters opgegeven worden.
+
+B<dpkg-source> zal het broncodepakket bouwen volgens de eerste indeling die gevonden wordt in de hierna volgende geordende lijst: de indeling opgegeven met de commandoregeloptie I<--format>, de indeling aangegeven in B<debian/source/format>, “1.0”. Het terugvallen op “1.0” word afgeschaft en zal op een bepaald moment in de toekomst weggelaten worden. U zou de gewenste broncode-indeling steeds moeten documenteren in B<debian/source/format>. Zie het onderdeel B<INDELINGEN VAN BRONCODEPAKKETTEN> voor een uitgebreide beschrijving van de verschillende indelingen voor broncodepakketten.
+
+=item B<--print-format> I<map>
+
+Weergeven welke indeling gebruikt zou worden om het broncodepakket te bouwen indien B<dpkg-source --build> I<map> aangeroepen werd (in dezelfde condities en met dezelfde parameters; sinds dpkg 1.15.5).
+
+=item B<--before-build> I<map>
+
+De overeenkomstige uitbreiding (hook) van de broncodepakketindeling uitvoeren (sinds dpkg 1.15.8). Deze uitbreiding wordt telkens aangeroepen voor het pakket gebouwd wordt (B<dpkg-buildpackage> roept ze zeer vroeg aan, zelfs voor B<debian/rules clean>). Dit commando is idempotent en kan meermaals aangeroepen worden. Niet alle broncode-indelingen implementeren iets in deze uitbreiding, en die welke dat wel doen bereiden gewoonlijk de broncodeboom voor op het bouwproces, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat de Debian-patches toegepast worden.
+
+=item B<--after-build> I<map>
+
+De overeenkomstige uitbreiding (hook) van de broncodepakketindeling uitvoeren (sinds dpkg 1.15.8). Deze uitbreiding wordt telkens aangeroepen nadat het pakket gebouwd werd (B<dpkg-buildpackage> roept ze als laatste aan). Dit commando is idempotent en kan meermaals aangeroepen worden. Niet alle broncode-indelingen implementeren iets in deze uitbreiding, en die welke dat wel doen gebruiken ze gewoonlijk om ongedaan te maken wat B<--before-build> gedaan heeft.
+
+=item B<--commit> [I<map>] ...
+
+Veranderingen optekenen in de broncodeboom die in I<map> uitgepakt werd (sinds dpkg 1.16.1). Aan dit commando kunnen afhankelijk van de broncode-indeling bijkomende parameters opgegeven worden. Het zal een foutmelding geven bij indelingen waarvoor deze operatie geen betekenis heeft.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+De gebruiksaanwijzing tonen en afsluiten. Met de optie B<--format> kunnen de indelingsspecifieke bouw- en extractie-opties getoond worden.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=head2 Generieke bouwopties
+
+=over
+
+=item B<-c>I<control-bestand>
+
+Duidt aan wat het belangrijkste controlebestand van de broncode is waaruit informatie gelezen moet worden. Standaard is dat B<debian/control>. Indien het opgegeven wordt met een relatieve padnaam, dan wordt die geïnterpreteerd te beginnen bij de basismap van de broncodeboom.
+
+=item B<-l>I<changelog-bestand>
+
+Duidt het changelog-bestand aan waaruit informatie gelezen moet worden. Standaard is dat B<debian/changelog>. Indien het opgegeven wordt met een relatieve padnaam, dan wordt die geïnterpreteerd te beginnen bij de basismap van de broncodeboom.
+
+=item B<-F>I<changelog-indeling>
+
+Geeft de indeling van het bestand changelog aan. Zie B<dpkg-parsechangelog>(1) voor informatie over alternatieve indelingen.
+
+=item B<--format=>I<waarde>
+
+De opgegeven indeling gebruiken om het broncodepakket te bouwen (sinds dpkg 1.14.17). Het vervangt een eventuele in B<debian/source/format> opgegeven indeling.
+
+=item B<-V>I<naam>B<=>I<waarde>
+
+Een uitvoersubstitutievariabele instellen. Zie B<deb-substvars>(5) voor een bespreking van uitvoersubstitutie.
+
+=item B<-T>I<substvars-bestand>
+
+Substitutievariabelen lezen uit I<substvars-bestand>. De standaard is om geen enkel bestand te lezen. Deze optie kan meermaals gebruikt worden om uit verschillende bestanden substitutievariabelen te lezen (sinds dpkg 1.15.6).
+
+=item B<-D>I<veld>B<=>I<waarde>
+
+Een uitvoerveld uit het control-bestand overschrijven of toevoegen.
+
+=item B<-U>I<veld>
+
+Een uitvoerveld uit het control-bestand verwijderen.
+
+=item B<-Z>I<compressie>, B<--compression>=I<compressie>
+
+Het compressieniveau aanduiden dat gebruikt wordt bij het maken van tar-archieven en diff-bestanden (B<--compression> sinds dpkg 1.15.5). Merk op dat deze optie niet tot effect heeft dat bestaande tar-archieven opnieuw gecomprimeerd worden. Ze heeft enkel invloed op nieuwe bestanden. Ondersteunde waarden zijn: I<gzip>, I<bzip2>, I<lzma> en I<xz>. De standaardwaarde is I<xz> voor de indeling 2.0 en recentere indelingen en I<gzip> voor de indeling 1.0. I<xz> wordt enkel sinds dpkg 1.15.5 ondersteund.
+
+=item B<-z>I<niveau>, B<--compression-level>=I<niveau>
+
+Het te gebruiken compressieniveau (B<--compression-level> sinds dpkg 1.15.5). Zoals dit het geval is bij B<-Z>, beïnvloedt dit enkel nieuw aangemaakte bestanden. Ondersteunde waarden zijn: I<1> tot I<9>, I<best>, en I<fast>. De standaardwaarde is I<9> voor gzip en bzip2, I<6> voor xz en lzma.
+
+=item B<-i>[I<regex>], B<--diff-ignore>[=I<regex>]
+
+U kunt een perl reguliere expressie opgeven om bestanden die ermee overeenkomen weg te houden uit de lijst bestanden waarover de gemaakte diff (overzicht van ondergane wijzigingen) gaat (B<--diff-ignore> sinds dpkg 1.15.6). (Deze lijst wordt gegenereerd door een find-opdracht.) (Als het broncodepakket gebouwd wordt als een versie 3 broncodepakket dat gebruik maakt van een VCS (Version Control System - versiebeheersysteem), kan dit gebruikt worden om niet-toegepaste wijzigingen aan specifieke bestanden te laten negeren. Door -i.* te gebruiken zullen ze allemaal genegeerd worden.)
+
+De optie B<-i> zelf schakelt deze instelling in met een standaard reguliere expressie (met behoud van eventuele wijzigingen aan de standaard reguliere expressie onder invloed van een eerder gebruikt B<--extend-diff-ignore>) die zorgt voor het uitfilteren van controlebestanden en -mappen van de meest courante versiebeheersystemen, van back-upbestanden en wisselbestanden en van bouwuitvoermappen van Libtool. Er kan slechts één reguliere expressie actief zijn. Van meerdere B<-i>-opties zal enkel de laatste uitwerking hebben.
+
+Dit is erg bruikbaar voor het wegknippen van vreemde bestanden die mee opgenomen geraken in de diff, bijvoorbeeld als u de broncode onderhoudt in een versiebeheersysteem en een werkkopie (checkout) wilt gebruiken om een broncodepakket te bouwen, zonder dat daarin ook de extra bestanden en mappen die ze meestal bevat (bijvoorbeeld CVS/, .cvsignore, .svn/), mee opgenomen worden. De standaard reguliere expressie is reeds zeer exhaustief, maar indien u ze moet vervangen, moet u ermee rekening houden dat ze standaard een overeenkomst kan opleveren met elk onderdeel van een pad. Indien u dus een overeenkomst zoekt met het begin van een bestandsnaam of enkel met volledige bestandsnamen, zult u zelf de nodige ankers (bijvoorbeeld ‘(^|/)’, ‘($|/)’) moeten opgeven.
+
+=item B<--extend-diff-ignore>=I<regex>
+
+De opgegeven perl reguliere expressie breidt de standaardwaarde die door B<--diff-ignore> gebruikt wordt, uit en de huidige waarde ervan als die ingesteld werd (sinds dpkg 1.15.6). Het doet dit door “B<|>I<regex>” samen te voegen met de bestaande waarde. Deze optie is handig om te gebruiken in B<debian/source/options> om bepaalde automatisch gegenereerde bestanden uit te sluiten bij het automatisch genereren van patches.
+
+=item B<-I>[I<bestandspatroon>], B<--tar-ignore>[=I<bestandspatroon>]
+
+Indien deze optie opgegeven werd, wordt het patroon doorgegeven aan de optie B<--exclude> van B<tar>(1) wanneer dit commando ingeroepen wordt om een bestand .orig.tar of .tar aan te maken (B<--tar-ignore> sinds dpkg 1.15.6). Bijvoorbeeld, B<-I>CVS zal tar CVS-mappen doen overslaan bij het genereren van een .tar.gz-bestand. Deze optie kan meermaals herhaald worden om meerdere patronen die uitgesloten moeten worden op te sommen.
+
+B<-I> zelf voegt standaard B<--exclude>-opties toe die zorgen voor het uitfilteren van controlebestanden en -mappen van de meest courante versiebeheersystemen, van back-upbestanden en wisselbestanden en van bouwuitvoermappen van Libtool.
+
+=back
+
+B<Opmerking:> hoewel zij vergelijkbare bedoelingen hebben, hebben B<-i> en B<-I> een heel verschillende syntaxis en semantiek. B<-i> kan slechts eenmaal opgegeven worden en verwacht een reguliere expressie die perl-compatibel is en die vergeleken wordt met het volledige relatieve pad van elk bestand. B<-I> kan meermaals opgegeven worden en verwacht een bestandsnaampatroon met shell-jokertekens. Het patroon wordt toegepast op het volledige relatieve pad maar ook op elk individueel onderdeel van het pad. De exacte semantiek van de optie B<--exclude> van tar is enigszins gecompliceerd. Zie voor een volledige documentatie L<https://www.gnu.org/software/tar/manual/tar.html#wildcards>.
+
+De standaard reguliere expressies en patronen voor beide opties zijn te zien in de uitvoer van het commando B<--help>.
+
+=head2 Generieke extractieopties
+
+=over
+
+=item B<--no-copy>
+
+De originele tar-archieven bij het geëxtraheerde broncodepakket niet kopiëren (sinds dpkg 1.14.17).
+
+=item B<--no-check>
+
+Voor het uitpakken geen ondertekeningen en controlesommen controleren (sinds dpkg 1.14.17).
+
+=item B<--no-overwrite-dir>
+
+De extractiemap niet overschrijven als ze al bestaat (sinds dpkg 1.18.8).
+
+=item B<--require-valid-signature>
+
+Weigeren het broncodepakket uit te pakken als het geen OpenPGP-ondertekening bevat die kan gecontroleerd worden (sinds dpkg 1.15.0) met ofwel de I<trustedkeys.gpg>-sleutelbos van de gebruiker, één van de leveranciersspecifieke sleutelbossen of met één van de officiële sleutelbossen van Debian (I</usr/share/keyrings/debian-keyring.gpg>, I</usr/share/keyrings/debian-nonupload.gpg> en I</usr/share/keyrings/debian-maintainers.gpg>).
+
+=item B<--require-strong-checksums>
+
+Weigeren het broncodepakket uit te pakken als het geen krachtige controlesommen bevat (sinds dpkg 1.18.7). Momenteel is B<SHA-256> de enige gekende controlesom die als krachtig aanzien wordt.
+
+=item B<--ignore-bad-version>
+
+Als bij een controle het versienummer van het broncodepakket foutief blijkt te zijn, maakt deze instelling dat de gegeven waarschuwing geen fataal karakter heeft (sinds dpkg 1.17.7). Deze optie zou enkel nodig moeten zijn bij het extraheren van oude broncodepakketten met een defecte versie om neerwaartse compatibiliteit te verzekeren.
+
+=back
+
+=head2 Generieke algemene opties
+
+=over
+
+=item B<--threads-max=>I<threads>
+
+Stelt het maximum aantal threads in dat is toegestaan voor compressors die multi-threaded operaties ondersteunen (sinds dpkg 1.21.14).
+
+=item B<-q>
+
+Stelt de stille modus in om waarschuwingen te onderdrukken.
+
+=back
+
+=head1 INDELINGEN VAN BRONCODEPAKKETTEN
+
+Indien u niet weet welke indeling te kiezen voor de broncode, zou u wellicht ofwel “3.0 (quilt)” of “3.0 (native)” moeten kiezen. Zie L<https://wiki.debian.org/Projects/DebSrc3.0> voor informatie over het in gebruik nemen van deze indelingen binnen Debian.
+
+=head2 Indeling: 1.0
+
+Een broncodepakket volgens deze indeling bestaat ofwel uit een B<.orig.tar.gz> gekoppeld aan een B<.diff.gz> of één enkele B<.tar.gz> (in dat geval wordt van het pakket gezegd dat het I<native> (eigen - van oorsprong van Debian) is). Optioneel mag bij het originele tar-archief een afzonderlijke handtekening van de toeleveraar B<.orig.tar.gz.asc> gevoegd zijn. De extractie ervan wordt ondersteund sinds dpkg 1.18.5.
+
+B<Extracting>
+
+Een Debian-eigen (native) pakket extraheren is een eenvoudige extractie van het enige tar-archief in de doelmap. Een niet-eigen pakket extraheren bestaat erin eerst het B<.orig.tar.gz> uit te pakken en er dan de patch uit het bestand B<.diff.gz> op toe te passen. Voor alle bestanden waarop een patch toegepast werd, wordt de tijdsaanduiding teruggezet op het tijdstip van extraheren van het broncodepakket (dit vermijdt scheeftrekkingen van de tijdsaanduiding wat tot problemen kan leiden wanneer automatisch gegenereerde bestanden gepatcht worden). Het diff-bestand kan nieuwe bestanden aanmaken (de volledige debian-map wordt op die manier aangemaakt), maar kan geen bestanden verwijderen (lege bestanden blijven achter) en kan geen symbolische koppelingen creëren of wijzigen.
+
+B<Bouwen>
+
+Een Debian-eigen (native) pakket bouwen is gewoon een enkel tar-archief maken met daarin de broncodemap. Een niet-eigen pakket bouwen bestaat uit het extraheren van het originele tar-archief in een aparte map “.orig” en het opnieuw aanmaken van het bestand B<.diff.gz> door de I<map> van het broncodepakket te vergelijken met de .orig-map.
+
+B<Bouwopties (met --build):>
+
+Indien een tweede argument opgegeven wordt dat geen optie is, moet het de naam van de originele broncodemap zijn of van het tar-archief of een lege tekenreeks als het pakket Debian-specifiek is en dus geen diffs bevat in verband met de debianisering. Indien geen tweede argument opgegeven werd, zal B<dpkg-source> zoeken naar het tar-bestand met de originele broncode I<pakket>B<_>I<toeleveraarsversie>B<.orig.tar.gz> of naar de map met de originele broncode I<map>B<.orig>, afhankelijk van de argumenten B<-sX>.
+
+B<-sa>, B<-sp>, B<-sk>, B<-su> en B<-sr> zullen geen bestaande tar-bestanden of -mappen overschrijven. Indien dat wel gewenst wordt, dan moeten in de plaats daarvan B<-sA>, B<-sP>, B<-sK>, B<-sU> en B<-sR> gebruikt worden.
+
+=over
+
+=item B<-sk>
+
+Geeft aan dat verwacht mag worden dat de originele broncode in de vorm van een tar-bestand kan aangetroffen worden, wat standaard I<pakket>B<_>I<toeleveraarsversie>B<.orig.tar.>I<extensie> is. Het zal deze originele broncode als een tar-bestand laten staan of ze naar de huidige map kopiëren als ze zich daar nog niet bevindt. Het tar-archief zal uitgepakt worden in I<map>B<.orig> met het oog op het genereren van het diff-bestand.
+
+=item B<-sp>
+
+Zoals B<-sk> maar dit zal naderhand de map weer verwijderen.
+
+=item B<-su>
+
+Geeft aan dat verwacht mag worden dat de originele broncode in de vorm van een map kan aangetroffen worden, wat standaard I<pakket>B<->I<toeleveraarsversie>B<.orig> is, en B<dpkg-source> zal er een nieuw archief met de originele broncode mee maken.
+
+=item B<-sr>
+
+Zoals B<-su>, maar het zal die map na gebruik verwijderen.
+
+=item B<-ss>
+
+Geeft aan dat de originele broncode zowel als een map als in de vorm van een tar-bestand te vinden is. B<dpkg-source> zal de map gebruiken om het diff-bestand te creëren, maar het tar-bestand om het B<.dsc>-bestand te maken. Gebruik deze optie met zorg - indien de map en het tar-bestand niet overeenkomen zal er een slecht broncodearchief gegenereerd worden.
+
+=item B<-sn>
+
+Geeft aan dat er niet naar een originele broncode gezocht moet worden en dat er geen diff-bestand aangemaakt moet worden. Als er een tweede argument opgegeven wordt, moet het de lege tekenreeks zijn. Dit wordt gebruikt voor Debian-specifieke pakketten die geen afzonderlijke toeleveraarsbroncode hebben en om die reden ook geen debianiserings-diffs.
+
+=item B<-sa> of B<-sA>
+
+Geeft aan dat naar de originele broncode gezocht moet worden in de vorm van een tar-bestand of een map. Als er een tweede argument opgegeven wordt, mag dat een van die twee zijn of een lege tekenreeks (dit is het equivalent voor het gebruik van B<-sn>). Indien er een tar-bestand gevonden wordt, zal het dat uitpakken om het diff-bestand aan te maken en het daarna verwijderen (dit is het equivalent voor B<-sp>). Indien een map aangetroffen wordt, zal het die inpakken om de originele broncode te creëren en ze vervolgens verwijderen (dit is het equivalent voor B<-sr>). Indien geen van beide gevonden wordt, zal het aannemen dat het pakket geen debianiserings-diffs heeft, maar enkel een eenvoudig broncodearchief (dit is het equivalent voor B<-sn>). Indien beide aangetroffen worden, dan zal B<dpkg-source> de map negeren, en ze overschrijven als B<-sA> opgegeven werd (dit is het equivalent voor B<-sP>) of een foutmelding geven als B<-sa> opgegeven werd. B<-sa> is de standaard.
+
+=item B<--abort-on-upstream-changes>
+
+Het proces mislukt als het gegenereerde diff-bestand wijzigingen aan bestanden buiten de onderliggende debian-map bevat (sinds dpkg 1.15.8). Deze optie is in B<debian/source/options> niet toegestaan, maar ze kan wel gebruikt worden in B<debian/source/local-options>.
+
+=back
+
+B<Extractieopties (met --extract):>
+
+In alle gevallen zal een eventuele bestaande originele broncodeboom verwijderd worden.
+
+=over
+
+=item B<-sp>
+
+Als dit bij het extraheren gebruikt wordt, dan zal het de (eventuele) originele broncode in zijn vorm van tar-bestand laten. Indien dit zich nog niet in de huidige map bevindt, of indien er zich een bestaand maar verschillend bestand bevindt, zal het naar daar gekopieerd worden. (B<Dit is de standaard>).
+
+=item B<-su>
+
+Pakt de originele broncodeboom uit.
+
+=item B<-sn>
+
+Zorgt ervoor dat de originele broncode noch naar de huidige map gekopieerd wordt noch uitgepakt wordt. Een eventuele originele broncodeboom die zich in de huidige map bevond, wordt nog steeds verwijderd.
+
+=back
+
+Al de B<-s>I<X>-opties sluiten elkaar wederzijds uit. Indien u er meer dan één opgeeft, dan zal enkel de laatste gebruikt worden.
+
+=over
+
+=item B<--skip-debianization>
+
+Slaat het toepassen van de debian diff bovenop de broncode van de toeleveraar over (sinds dpkg 1.15.1).
+
+=back
+
+=head2 Indeling: 2.0
+
+Extraheren wordt sinds dpkg 1.13.9 ondersteund, bouwen sinds dpkg 1.14.8. Ook gekend als wig&pen. Deze indeling wordt niet aangeraden voor massaal gebruik, de indeling “3.0 (quilt)” vervangt ze. Wig&pen was de eerste specificatie van een broncodepakketindeling van de nieuwe generatie.
+
+Het gedrag van deze indeling is hetzelfde als bij de indeling “3.0 (quilt)”, behalve dat het geen gebruik maakt van een expliciete lijst van patches. Alle bestanden in B<debian/patches/> die beantwoorden aan de reguliere expressie B<[\w-]+> moeten geldige patches zijn: zij worden op het moment van extraheren toegepast.
+
+Bij het bouwen van een nieuw broncodepakket worden eventuele wijzigingen aan de broncode van de toeleveraar opgeslagen in een patch met als naam B<zz_debian-diff-auto>.
+
+=head2 Indeling: 3.0 (native) (d.w.z. debian-eigen)
+
+Wordt ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Deze indeling is een uitbreiding van de native pakketindeling, zoals gedefinieerd in de indeling 1.0. Ze ondersteunt alle compressiemethodes en negeert standaard eventuele VCS-specifieke bestanden en mappen (bestanden en mappen die verband houden met het versiebeheersysteem) evenals vele tijdelijke bestanden (zie de uitvoer van de optie B<--help> voor de standaardwaarde van de optie B<-I>).
+
+=head2 Indeling: 3.0 (quilt)
+
+Wordt ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Een broncodepakket volgens deze indeling bevat minstens een origineel tar-archief (B<.orig.tar.>I<ext> waarbij I<ext> B<gz>, B<bz2>, B<lzma> en B<xz> kan zijn) en een debian tar-archief (B<.debian.tar.>I<ext>). Het kan ook bijkomende originele tar-archieven bevatten (B<.orig->I<component>B<.tar.>I<ext>). I<component> mag enkel alfanumerieke tekens (‘a-zA-Z0-9’) en koppeltekens (‘-’) bevatten. Optioneel mag bij elk origineel tar-archief een afzonderlijke handtekening van de toeleveraar (B<.orig.tar.>I<ext>B<.asc> en B<.orig->I<component>B<.tar.>I<ext>B<.asc>), gevoegd worden. De extractie ervan wordt ondersteund sinds dpkg 1.17.20 en het bouwen sinds dpkg 1.18.5.
+
+B<Extracting>
+
+Eerst wordt het belangrijkste originele tar-archief uitgepakt en nadien worden alle bijkomende originele tar-archieven uitgepakt in onderliggende mappen die genoemd worden naar het I<component>-gedeelte van hun bestandsnaam (een eventuele reeds bestaande map wordt vervangen). Het debian tar-archief wordt bovenop de broncodemap geëxtraheerd nadat eerst een eventuele reeds bestaande B<debian>-map verwijderd werd. Merk op dat het debian tar-archief een onderliggende map B<debian> moet bevatten, maar dat het ook binaire bestanden kan bevatten buiten die map (zie de optie B<--include-binaries>).
+
+Vervolgens worden alle patches toegepast die vermeld zijn in B<debian/patches/>I<leverancier>B<.series> of B<debian/patches/series>, waarbij I<leverancier> de naam is in kleine letters van de huidige leverancier, of B<debian> als geen leverancier gedefinieerd is. Indien het eerste bestand gebruikt wordt en het laatste niet bestaat (of een symbolische koppeling is), dan zal het laatste vervangen worden door een symbolische koppeling naar het eerste. Dit is bedoeld om het gebruik van B<quilt> bij het beheer van het geheel van patches te vereenvoudigen. Leveranciersspecifieke series-bestanden hebben tot doel het serialiseren van meerdere leveranciersgebonden ontwikkelingstakken op een declaratieve manier mogelijk te maken, wat verkieslijker is boven een open codering van deze aanpak in B<debian/rules>. Dit is in het bijzonder nuttig wanneer de broncode voorwaardelijk gepatched moet worden omdat de betrokken bestanden geen ingebouwde ondersteuning hebben voor conditionele occlusie. Merk nochtans op dat hoewel B<dpkg-source> op correcte wijze de ontleding uitvoert van series-bestanden met expliciete opties die gebruikt worden voor het toepassen van patches (op elke regel opgeslagen na de bestandsnaam van de patch en één of meer spaties), het deze opties negeert en steeds patches verwacht die kunnen toegepast worden met de optie B<-p1> van B<patch>. Het zal dus een waarschuwing geven als het dergelijke opties tegenkomt en het bouwen zal waarschijnlijk mislukken.
+
+Opmerking: indien leveranciers-series-bestanden gebruikt worden, geeft B<lintian>(1) onvoorwaardelijke waarschuwingen als gevolg van een controversieel Debian-specifiek besluit. Extern gebruik zou hierdoor niet getroffen mogen worden. Om dergelijke waarschuwingen het zwijgen op te leggen kunt u het dpkg-profiel van lintian gebruiken door aan B<lintian>(1) de optie «B<--profile dpkg>» mee te geven.
+
+Voor alle bestanden waarop een patch toegepast werd, wordt de tijdsaanduiding teruggezet op het tijdstip van extraheren van het broncodepakket (dit vermijdt scheeftrekkingen van de tijdsaanduiding hetgeen tot problemen kan leiden wanneer automatisch gegenereerde bestanden gepatcht worden).
+
+In tegenstelling tot het standaardgedrag van B<quilt> wordt verwacht dat patches zonder gedoe toegepast kunnen worden. Indien dat niet het geval is, zou u de patches moeten verversen met B<quilt>, anders zal B<dpkg-source> met een foutmelding afbreken terwijl het probeert ze toe te passen.
+
+Analoog aan het standaardgedrag van B<quilt> kunnen patches ook bestanden verwijderen.
+
+Als tijdens het extraheren patches werden toegepast, wordt het bestand B<.pc/applied-patches> aangemaakt.
+
+B<Bouwen>
+
+Alle originele tar-archieven die in de huidige map gevonden worden, worden geëxtraheerd in een tijdelijke map en daarbij wordt dezelfde logica gevolgd als bij het uitpakken. De debian-map wordt naar de tijdelijke map gekopieerd en alle patches worden toegepast, behalve de automatische patch (B<debian-changes->I<versie> of B<debian-changes>, afhankelijk van B<--single-debian-patch>). De tijdelijke map wordt vergeleken met de map van het broncodepakket. Indien de diff niet leeg is, zal het bouwen mislukken, tenzij B<--single-debian-patch> of B<--auto-commit> gebruikt werden en in dat geval wordt de diff opgeslagen in de automatische patch. Indien de automatische patch aangemaakt/verwijderd wordt, wordt hij toegevoegd aan/verwijderd van het bestand series en van de metadata van B<quilt>.
+
+Een eventuele wijziging aan een binair bestand kan niet weergegeven worden in een diff en zal dus tot een mislukking leiden, tenzij de onderhouder bewust besloot dat gewijzigd binair bestand toe te voegen aan het Debian tar-archief (door het op te sommen in B<debian/source/include-binaries>). Het bouwen zal ook mislukken als er binaire bestanden aangetroffen worden in de onderliggende map debian, tenzij dit toegestaan werd via B<debian/source/include-binaries>.
+
+De bijgewerkte map debian en de lijst van gewijzigde binaire bestanden wordt dan gebruikt om het Debian tar-archief te genereren.
+
+De automatisch gegenereerde diff bevat geen wijzigingen aan VCS-specifieke bestanden (d.w.z. bestanden eigen aan het versiebeheersysteem) en aan veel tijdelijke bestanden (kijk in de uitvoer van B<--help> voor de standaardwaarde die met de optie B<-i>) verbonden is. In het bijzonder wordt de map B<.pc> die door B<quilt> gebruikt wordt, genegeerd tijdens het genereren van de automatische patch.
+
+B<Opmerking>: B<dpkg-source> B<--before-build> (en B<--build>) zal ervoor zorgen dat alle patches die in het bestand series opgesomd zijn, toegepast worden, zodat bij het bouwen van een pakket steeds alle patches toegepast zijn. Het doet dit door te zoeken naar niet-toegepaste patches (ze worden opgesomd in het bestand B<series> maar niet in B<.pc/applied-patches>) en indien de eerste patch uit die reeks foutloos toegepast kan worden, zal het ze allemaal toepassen. De optie B<--no-preparation> kan gebruikt worden om dit gedrag uit te schakelen.
+
+B<Wijzigingen optekenen>
+
+=over
+
+=item B<--commit> [I<map>] [I<patchnaam>] [I<patchbestand>]
+
+Genereert een patch in verband met de lokale wijzigingen die niet door het patchsysteem van B<quilt> beheerd worden en integreert die in het patchsysteem onder de naam I<patchnaam>. Indien de naam ontbreekt, zal er interactief om gevraagd worden. Indien I<patchbestand> opgegeven werd, wordt dat gebruikt als de te integreren patch in verband met de lokale wijzigingen. Na de integratie wordt een editor opgestart, zodat u de meta-informatie in de koptekst van de patch kunt bewerken.
+
+Een I<patchbestand> opgeven is vooral nuttig na een mislukte bouwpoging die dat bestand vooraf aanmaakte. Op grond daarvan wordt dat bestand na integratie verwijderd. Merk ook op dat de wijzigingen die het patch-bestand bevat, reeds toegepast moeten zijn op de boom en dat de bestanden die door de patch aangepast werden geen bijkomende niet-opgetekende wijzigingen mogen bevatten.
+
+Indien het genereren van de patch gewijzigde binaire bestanden opmerkt, zullen die automatisch toegevoegd worden aan B<debian/source/include-binaries>, zodat die terecht komen in het debian tar-archief (exact op dezelfde manier als B<dpkg-source --include-binaries --build> zou doen).
+
+=back
+
+B<Bouwopties>
+
+=over
+
+=item B<--allow-version-of-quilt-db=>I<versie>
+
+B<dpkg-source> toelaten het broncodepakket te bouwen als de versie van de metadata van B<quilt> de opgegeven versie is, zelfs al kent B<dpkg-source> die niet (sinds dpkg 1.15.5.4). Dit zegt effectief dat de opgegeven versie van de B<quilt>-metadata compatibel is met versie 2 die momenteel door B<dpkg-source> ondersteund wordt. De versie van de metadata van B<quilt> wordt opgeslagen in B<.pc/.version>.
+
+=item B<--include-removal>
+
+Verwijderde bestanden niet negeren en ze opnemen in de automatisch gegenereerde patch.
+
+=item B<--include-timestamp>
+
+De tijdsaanduiding toevoegen in de automatisch gegenereerde patch.
+
+=item B<--include-binaries>
+
+Alle gewijzigde binaire bestanden toevoegen aan het debian tar-archief. Ze ook toevoegen in B<debian/source/include-binaries>: in erop volgende bouwactiviteiten zullen ze standaard toegevoegd worden en is deze optie dus niet meer nodig.
+
+=item B<--no-preparation>
+
+Niet proberen de bouwboom voor te bereiden door patches toe te passen die blijkbaar niet toegepast zijn (sinds dpkg 1.14.18).
+
+=item B<--single-debian-patch>
+
+B<debian/patches/debian-changes> gebruiken in plaats van B<debian/patches/debian-changes->I<versie> voor de naam van de tijdens het bouwen automatisch gegenereerde patch (sinds dpkg 1.15.5.4). Deze optie is in het bijzonder nuttig als het pakket wordt onderhouden in een VCS (versiebeheersysteem) en een reeks patches niet op een betrouwbare manier gegenereerd kan worden. De huidige verschillen (de diff) met de toeleveraarsversie moeten dan eerder in een enkele patch opgeslagen worden. Deze optie wordt geplaatst in B<debian/source/local-options> en gaat samen met een bestand B<debian/source/local-patch-header> waarin uitgelegd wordt hoe de door Debian aangebrachte wijzigingen best herzien kunnen worden, bijvoorbeeld in het versiebeheersysteem dat gebruikt wordt.
+
+=item B<--create-empty-orig>
+
+Automatisch een leeg primair origineel tar-archief creëren als dat ontbreekt en er wel bijkomende originele tar-archieven zijn (sinds dpkg 1.15.6). Deze optie is bedoeld om gebruikt te worden als het broncodepakket slechts een bundel is van samengestelde toegeleverde software zonder een “centraal” programma.
+
+=item B<--no-unapply-patches, --unapply-patches>
+
+Standaard zal B<dpkg-source> de patches uit de uitbreiding (hook) B<--after-build> automatisch terugdraaien als het die tijdens B<--before-build> heeft toegepast (B<--unapply-patches> sinds dpkg 1.15.8, B<--no-unapply-patches> sinds dpkg 1.16.5). Deze opties laten u toe om het proces van automatisch terugdraaien van patches uitdrukkelijk in of uit te schakelen. Deze opties mogen enkel in B<debian/source/local-options> gebruikt worden, zodat alle gegenereerde broncodepakketten standaard hetzelfde gedrag vertonen.
+
+=item B<--abort-on-upstream-changes>
+
+Het proces mislukt als een automatische patch gegenereerd werd (sinds dpkg 1.15.8). Deze optie kan gebruikt worden om te verzekeren dat alle wijzigingen terdege geregistreerd worden in aparte B<quilt>-patches vooraleer het broncodepakket gegenereerd wordt. Deze optie is niet toegestaan in B<debian/source/options>, maar mag gebruikt worden in B<debian/source/local-options>.
+
+=item B<--auto-commit>
+
+Het proces mislukt niet als een automatische patch gegenereerd werd. In de plaats daarvan wordt hij onmiddellijk opgetekend in het bestand series van B<quilt>.
+
+=back
+
+B<Extractieopties>
+
+=over
+
+=item B<--skip-debianization>
+
+Slaat het extraheren van het debian tar-archief bovenop de broncode van de toeleveraar over (sinds dpkg 1.15.1).
+
+=item B<--skip-patches>
+
+Op het einde van de extractie geen patches toepassen (sinds dpkg 1.14.18).
+
+=back
+
+=head2 Indeling: 3.0 (custom) (d.w.z. aangepast)
+
+Ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Deze indeling is bijzonder. Ze stelt eigenlijk geen echte broncodepakketindeling voor, maar kan gebruikt worden om broncodepakketten met arbitraire bestanden te maken.
+
+B<Bouwopties>
+
+Alle argumenten die geen opties zijn, worden geïnterpreteerd als bestanden die geïntegreerd moeten worden in het gegenereerde broncodepakket. Ze moeten bestaan en zich bij voorkeur in de huidige map bevinden. Tenminste één bestand moet opgegeven worden.
+
+=over
+
+=item B<--target-format=>I<waarde>
+
+B<Verplicht>. Definieert de echte indeling van het gegenereerde broncodepakket. Het gegenereerde .dsc-bestand zal in het veld B<Format> deze waarde bevatten en niet “3.0 (custom)”.
+
+=back
+
+=head2 Indeling: 3.0 (git)
+
+Ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Dit is een experimentele indeling.
+
+Een broncodepakket volgens deze indeling bestaat uit een eenvoudige bundeling van een git-depot B<.git> die de broncode van het pakket bevat. Er kan ook een bestand B<.gitshallow> bestaan die de revisies vermeldt van een git shallow clone (een summiere kloon van een git-depot).
+
+B<Extracting>
+
+De bundel wordt gekloond in de doelmap als een git-depot. Als er een bestand gitshallow bestaat, wordt het als I<.git/shallow> geïnstalleerd binnenin het gekloonde git-depot.
+
+Merk op dat standaard het nieuwe depot dezelfde tak zal binnengehaald hebben die binnengehaald was in de originele broncode. (Meestal is dat “main”, maar dat kan om het even wat zijn). Eventuele andere takken zullen beschikbaar zijn onder I<remotes/origin/>.
+
+B<Bouwen>
+
+Vooraleer voort te gaan, worden een aantal controles uitgevoerd om zeker te zijn dat er geen niet-vastgelegde wijzigingen zijn die niet mogen genegeerd worden.
+
+B<git-bundle>(1) wordt gebruikt om een bundel te genereren van het git-depot. Standaard worden alle takken en tags uit het depot in de bundel opgenomen.
+
+B<Bouwopties>
+
+=over
+
+=item B<--git-ref=>I<ref>
+
+Laat toe om een git-referentie op te geven die in de git-bundel opgenomen moet worden. Daar gebruik van maken schakelt het standaardgedrag om alle takken en tags op te nemen, uit. Kan meermaals vermeld worden. De I<referentie> kan de naam van een tak of een tag zijn die opgenomen moet worden. Het kan ook een parameter zijn die doorgegeven kan worden aan B<git-rev-list>(1). Gebruik bijvoorbeeld B<--git-ref=>main om enkel de hoofdtak op te nemen. Om alle takken en tags, behalve de tak persoonlijk op te nemen, gebruikt u B<--git-ref=>--all B<--git-ref=>^persoonlijk
+
+=item B<--git-depth=>I<aantal>
+
+Creëert een summiere (shallow) kloon met een geschiedenis die afgekapt werd bij het opgegeven aantal revisies.
+
+=back
+
+=head2 Indeling: 3.0 (bzr)
+
+Ondersteund sinds dpkg 1.14.17. Dit is een experimentele indeling. Ze genereert één enkel tar-archief met daarin het bzr-depot.
+
+B<Extracting>
+
+Het tar-archief wordt uitgepakt en daarna wordt bzr gebruikt om een werkkopie van de huidige tak te maken.
+
+B<Bouwen>
+
+Vooraleer voort te gaan, worden een aantal controles uitgevoerd om zeker te zijn dat er geen niet-vastgelegde wijzigingen zijn die niet mogen genegeerd worden.
+
+Daarna wordt het versiebeheerspecifieke deel van de broncodemap gekopieerd naar een tijdelijke map. Vooraleer deze tijdelijke map in een tar-archief ingepakt wordt, worden verschillende opruimtaken verricht om plaats te winnen.
+
+=head1 DIAGNOSTIEK
+
+=head2 geen broncode-indeling opgegeven in debian/source/format
+
+Het bestand B<debian/source/format> moet altijd bestaan en de gewenste broncode-indeling aangeven. Met het oog op neerwaartse compatibiliteit wordt indeling “1.0” verondersteld als het bestand niet bestaat, maar u zou hierop niet moeten betrouwen: ergens in de toekomst zal B<dpkg-source> aangepast worden, zodat het zal mislukken als het bestand niet bestaat.
+
+De verantwoording is dat indeling “1.0” niet langer de aanbevolen indeling is. U zou gewoonlijk één van de recentere indelingen (“3.0 (quilt)”, “3.0 (native)”) moeten kiezen, maar B<dpkg-source> zal dit niet automatisch voor u doen. Indien u de oude indeling wilt blijven gebruiken, moet u dat expliciet aangeven en “1.0” plaatsen in B<debian/source/format>.
+
+=head2 de diff wijzigt de volgende bestanden van de toeleveraar
+
+Als u broncode-indeling “1.0” gebruikt, is het meestal geen goed idee om rechtstreeks wijzigingen aan te brengen in bestanden van de toeleveraar, vermits de wijzigingen verborgen en grotendeels niet-gedocumenteerd belanden in het bestand .diff.gz. U zou uw wijzigingen dan beter opslaan als patches in de map debian en ze dan op het ogenblik van het bouwen toepassen. Om deze complexe werkwijze te vermijden, kunt u ook de indeling “3.0 (quilt)” gebruiken, die dit geïntegreerd aanbiedt.
+
+=head2 kan wijziging aan I<bestand> niet representeren
+
+Wijzigingen aan de broncode van de toeleveraar worden gewoonlijk met patch-bestanden opgeslagen, maar niet alle wijzigingen kunnen met patches gerepresenteerd worden, omdat die enkel de inhoud van gewone tekstbestanden kunnen aanpassen. Indien u een bestand tracht te vervangen door iets van een ander type (bijvoorbeeld een gewoon bestand vervangen door een symbolische koppeling of een map), zult u deze foutmelding krijgen.
+
+=head2 nieuw gecreëerd leeg bestand I<bestand> zal niet gerepresenteerd worden in
+de diff
+
+Lege bestanden kunnen niet met behulp van patch-bestanden aangemaakt worden. Deze wijziging wordt dus niet geregistreerd in het broncodepakket en u wordt daarover ingelicht.
+
+=head2 uitvoerbare modus I<toegangsrechten> van I<bestand> zal niet weergegeven
+worden in de diff
+
+Patch-bestanden registreren geen toegangsrechten van bestanden en dus wordt het feit dat een bestand uitvoerbaar is, niet in het broncodepakket opgeslagen. Deze waarschuwing brengt dit feit in herinnering.
+
+=head2 bijzondere modus I<toegangsrechten> van I<bestand> zal niet weergegeven
+worden in de diff
+
+Patch-bestanden registreren geen toegangsrechten van bestanden en dus worden wijzigingen aan toegangsrechten niet opgeslagen in het broncodepakket. Deze waarschuwing brengt dit feit in herinnering.
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=item B<SOURCE_DATE_EPOCH>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als de tijdsaanduiding (timestamp) (in seconden sinds de epoch) om de mtime vast te zetten op de items uit het B<tar>(5)-bestand.
+
+=item B<VISUAL>
+
+=item B<EDITOR>
+
+Gebruikt door de broncode-indelingmodules “2.0” en “3.0 (quilt)”.
+
+=item B<GIT_DIR>
+
+=item B<GIT_INDEX_FILE>
+
+=item B<GIT_OBJECT_DIRECTORY>
+
+=item B<GIT_ALTERNATE_OBJECT_DIRECTORIES>
+
+=item B<GIT_WORK_TREE>
+
+Gebruikt door de broncode-indelingmodules “3.0 (git)”.
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=head2 debian/source/format
+
+Dit bestand bevat op één enkele regel de indeling die gebruikt moet worden om het broncodepakket te bouwen (mogelijke indelingen werden hierboven beschreven). Voorafgaande of nakomende witruimte is niet toegelaten.
+
+=head2 debian/source/include-binaries
+
+Dit bestand bevat een lijst van padnamen van binaire bestanden (één per regel) relatief ten opzichte van de broncodebasismap, welke opgenomen moeten worden in het debian tar-archief. Voorafgaande of nakomende spaties worden gestript. Regels die beginnen met ‘B<#>’ zijn commentaar en worden overgeslagen. Lege regels worden genegeerd.
+
+=head2 debian/source/options
+
+Dit bestand bevat een lijst met lange opties die automatisch voorgevoegd moeten worden aan de reeks commandoregelopties die gebruikt worden bij het inroepen van het commando B<dpkg-source --build> of B<dpkg-source --print-format>. Opties zoals B<--compression> en B<--compression-level> zijn zeer geschikt voor dit bestand.
+
+Elke optie moet op een aparte regel geplaatst worden. Lege regels en regels die beginnen met ‘B<#>’ worden genegeerd. De ‘B<-->’ vooraan moeten weggelaten worden en korte opties zijn niet toegelaten. Facultatieve witruimte rond het symbool ‘B<=>’ en facultatieve aanhalingstekens rond de waarde zijn toegelaten. Hierna volgt een voorbeeld van een dergelijk bestand:
+
+ # laat dpkg-source een bestand debian.tar.bz2 aanmaken met maximale compressie
+ compression = "bzip2"
+ compression-level = 9
+ # gebruik debian/patches/debian-changes als automatische patch
+ single-debian-patch
+ # negeer wijzigingen aan config.{sub,guess}
+ extend-diff-ignore = "(^|/)(config.sub|config.guess)$"
+
+B<Opmerking:> B<--format>-opties worden niet aanvaard in dit bestand. U moet daarvoor eerder B<debian/source/format> gebruiken.
+
+=head2 debian/source/local-options
+
+Precies zoals B<debian/source/options>, behalve dat het bestand niet opgenomen wordt in het gegenereerde broncodepakket. Dit kan nuttig zijn om een voorkeur op te slaan die eigen is aan de onderhouder of aan een bepaald depot van een versiebeheersysteem waarin het pakket onderhouden wordt.
+
+=head2 debian/source/local-patch-header
+
+=head2 debian/source/patch-header
+
+Vrij opgemaakte tekst die geplaatst wordt bovenaan de automatische patch die gegenereerd wordt bij de indelingen “2.0” en “3.0 (quilt)”. B<local-patch-header> wordt niet toegevoegd aan het gegenereerde broncodepakket, terwijl dat met B<patch-header> wel het geval is.
+
+=head2 debian/patches/I<leverancier>.series
+
+=head2 debian/patches/series
+
+Dit bestand somt alle patches op die toegepast moeten worden (in de opgegeven volgorde) bovenop het broncodepakket van de toeleveraar. Spaties vooraan en achteraan worden weggehaald. I<leverancier> is de naam in kleine letters van de huidige leverancier of B<debian> als geen leverancier gedefinieerd werd. Indien het leveranciersspecifieke series-bestand niet bestaat, zal het leveranciersloze series-bestand gebruikt worden. Regels die beginnen met ‘B<#>’ zijn commentaar en worden overgeslagen. Lege regels worden genegeerd. De overige regels beginnen met de bestandsnaam van een patch (relatief ten opzichte van de map B<debian/patches/>) tot aan de eerste spatie of het einde van de regel. Facultatieve B<quilt>-opties kunnen daarna komen tot aan het einde van de regel of tot aan het eerste ‘B<#>’-teken dat voorafgegaan wordt door één of meer spaties (hetgeen het begin van een commentaarstuk aangeeft dat doorloopt tot het einde van de regel).
+
+=head1 BUGS
+
+Het punt waarop de vervanging van velden plaats vindt, vergeleken met bepaalde standaardinstellingen voor uitvoervelden, is eerder onduidelijk.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-src-control>(5), B<deb-changelog>(5), B<deb-substvars>(5), B<dsc>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-split.pod b/man/nl/dpkg-split.pod
new file mode 100644
index 0000000..790bf2d
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-split.pod
@@ -0,0 +1,202 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-split - gereedschap voor het splitsen/samenvoegen van Debian pakketarchieven
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-split> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-split> splitst Debian binaire pakketbestanden op in kleinere stukken en stelt ze opnieuw samen met het oog op het opslaan van grote pakketbestanden op kleine media zoals diskettes.
+
+De bewerking kan manueel uitgevoerd worden met de opties B<--split>, B<--join> en B<--info>.
+
+Er bestaat ook een automatische modus van, die met de optie B<--auto> geactiveerd wordt. Daarbij houdt het een wachtlijst bij van geziene maar nog niet terug samengevoegde onderdelen en stelt het een pakketbestand opnieuw samen nadat het alle onderdelen ervan gezien heeft. De opties B<--listq> en B<--discard> laten toe de wachtrij te beheren.
+
+Alle splitsings-, samenvoegings- en wachtrijoperaties produceren op de standaarduitvoer informatieve mededelingen. Zij kunnen probleemloos genegeerd worden.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<-s>, B<--split> I<compleet-archief> [I<prefix>]
+
+Splitst één enkel Debian binair pakket op in verschillende onderdelen.
+
+De onderdelen worden I<prefix>B<.>I<N>B<of>I<M>B<.deb> genoemd, waarbij I<N> het volgnummer van het onderdeel is, te beginnen bij 1, en I<M> het totaal aantal onderdelen (beide in decimale vorm).
+
+Indien geen I<prefix> opgegeven werd, dan wordt als bestandsnaam de naam van I<compleet-archief> genomen, de map inbegrepen, en met eventuele weglating van het achtervoegsel B<.deb>.
+
+=item B<-j>, B<--join> I<onderdeel>...
+
+Voegt de onderdelen van een pakketbestand samen, waarbij het originele bestand terug samengesteld wordt zoals het er voor de splitsing uitzag.
+
+De bestanden van de onderdelen die als argumenten opgegeven worden moeten alle onderdelen zijn van exact hetzelfde originele binaire bestand. Elk onderdeel moet exact eenmaal voorkomen in de lijst van argumenten, maar de onderdelen moeten niet in de goede volgorde opgesomd zijn.
+
+De onderdelen moeten uiteraard allemaal aangemaakt zijn met eenzelfde grootte die op het moment van opsplitsen opgegeven werd, hetgeen betekent dat zij gewoonlijk aangemaakt moeten zijn tijdens eenzelfde uitvoering van het commando B<dpkg-split --split>.
+
+De bestandsnamen van de onderdelen zijn niet significant voor het proces van opnieuw samenstellen.
+
+Standaard wordt het uitvoerbestand I<pakket>B<_>I<versie>B<_>I<arch>B<.deb> genoemd.
+
+=item B<-I>, B<--info> I<onderdeel>...
+
+Geeft in een voor mensen leesbare vorm informatie weer over de/het opgegeven deelbestand(en). Argumenten die niet een stuk van een binair pakket zijn, lokken een mededeling uit die dat stelt (maar wel nog steeds op de standaarduitvoer).
+
+=item B<-a>, B<--auto -o> I<afgewerkte-uitvoer> I<onderdeel>
+
+Onderdelen automatisch in de wachtrij plaatsen en het pakket indien mogelijk opnieuw samenstellen.
+
+Het opgegeven I<onderdeel> wordt onderzocht en (eventueel) vergeleken met andere onderdelen van hetzelfde pakket uit de wachtrij met onderdelen van pakketbestanden.
+
+Indien alle onderdelen van het pakketbestand waarvan I<onderdeel> deel uitmaakt, beschikbaar zijn, wordt het pakket opnieuw samengesteld en geschreven naar I<afgewerkte-uitvoer> (dat gewoonlijk niet reeds zou mogen bestaan, hoewel dat geen fout is).
+
+Indien dat niet het geval is, wordt I<onderdeel> naar de wachtrij gekopieerd en wordt I<afgewerkte-uitvoer> niet aangemaakt.
+
+Indien I<onderdeel> geen deel is van een opgesplitst binair pakket, zal B<dpkg-split> afsluiten met status B<1>. Indien er zich een ander probleem voordoet, zal het afsluiten met status B<2>.
+
+De optie B<--output> of B<-o> moet opgegeven worden als B<--auto> gebruikt wordt. (Mocht dit niet verplicht zijn, dan zou het aanroepende programma niet weten welk uitvoerbestand het moet verwachten.)
+
+=item B<-l>, B<--listq>
+
+Somt de inhoud op van de wachtrij met pakketten die opnieuw samengesteld moeten worden.
+
+Voor elk pakketbestand waarvan er zich onderdelen in de wachtrij bevinden, geeft de uitvoer de naam van het pakket weer, de onderdelen die zich in de wachtrij bevinden en het totaal aantal in de wachtrij opgeslagen bytes.
+
+=item B<-d>, B<--discard> [I<pakket>...]
+
+Dit verwijdert onderdelen uit de wachtrij met onderdelen die wachten op de resterende onderdelen van hun pakket.
+
+Indien geen enkel I<pakket> opgegeven werd, wordt de wachtrij volledig leeggemaakt. Indien er wel opgegeven werden, dan worden enkel onderdelen van het/de relevante pakket(ten) verwijderd.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--depotdir> I<map>
+
+Geeft een alternatieve map op voor de wachtrij van onderdelen die wachten op de automatische hersamenstelling. Standaard is dat B<%ADMINDIR%/parts>.
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+De administratieve map instellen op I<map> (sinds dpkg 1.21.10). Dit is waar het I<statusmodificatie>-bestand opgeslagen is. Standaard is dat «I<%ADMINDIR%>» indien B<DPKG_ADMINDIR> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--root> I<map>
+
+De hoofdmap instellen op B<map> (sinds dpkg 1.21.10), hetgeen de installatiemap instelt op «I<map>» en de administratieve map op «I<map>B<%ADMINDIR%>» indien B<DPKG_ROOT> niet werd ingesteld.
+
+=item B<-S>, B<--partsize> I<kibibytes>
+
+Geeft aan wat de maximale grootte mag zijn van een onderdeel bij het opsplitsen, uitgedrukt in kibibytes (1024 bytes). Standaard is dat 450 KiB.
+
+=item B<-o>, B<--output> I<afgewerkte-uitvoer>
+
+Geeft de bestandsnaam op voor het hersamengestelde bestand.
+
+Bij een handmatige hersamenstelling (B<--join>) vervangt dit de standaardnaam en het is verplicht bij een automatische hersamenstelling of in-de-wachtrij-plaatsing (B<--auto>).
+
+=item B<-Q>, B<--npquiet>
+
+Bij het uitvoeren van een automatische hersamenstelling of in-de-wachtrij-plaatsing, zal B<dpkg-split> gewoonlijk een melding tonen als het een I<onderdeel> aangereikt krijgt dat geen deel uitmaakt van een binair pakket. Deze optie onderdrukt deze melding om het voor programma's zoals B<dpkg> mogelijk te maken om te gaan met zowel opgesplitste als niet-opgesplitste pakketten zonder ongepaste meldingen te produceren.
+
+=item B<--msdos>
+
+Dwingt B<--split> ertoe om de bestandsnamen van de uitvoer die het genereert MSDOS-compatibel te maken.
+
+Dit verhaspelt het prefix - ofwel het standaardprefix dat afgeleid wordt van de bestandsnaam van de invoer of het prefix dat als argument opgegeven werd: alfanumerieke tekens worden naar kleine letters omgezet, een plus-teken wordt vervangen door een B<x> en alle andere tekens worden verwijderd.
+
+Het resultaat wordt dan zoveel als nodig afgekapt en er worden bestandsnamen gegenereerd in de vorm van I<prefixN>B<of>I<M>B<.deb>.
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde opsplitsing, samenvoeging of een ander commando werd met succes uitgevoerd. B<--info> commando's worden als geslaagd beschouwd, ook als de bestanden geen onderdeel zijn van een binair pakket.
+
+=item B<1>
+
+Komt enkel voor bij B<--auto> en geeft aan dat het I<onderdeel>-bestand geen deel van een binair pakket was.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan een ongeldig gebruik van de commandoregel, aan een bestand dat er uitzag als een bestand van een pakketonderdeel maar defect was of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, geheugentoewijzing, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de optie B<--root> niet opgegeven werd, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem (sinds dpkg 1.21.10).
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--admindir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de databasemap van B<dpkg> (sinds dpkg 1.21.10).
+
+=item B<DPKG_DEBUG>
+
+Stelt het foutopsporingsmasker in (sinds dpkg 1.21.10) vanaf een octale waarde. De momenteel geaccepteerde vlaggen worden beschreven in de optie B<dpkg --debug>, maar mogelijk hebben niet al deze vlaggen effect op dit programma.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<SOURCE_DATE_EPOCH>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal het gebruikt worden als de tijdsaanduiding (timestamp) (in seconden sinds de epoch) in de B<ar>(5)-container van B<deb-split>(5).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%ADMINDIR%/parts>
+
+De standaardmap voor de wachtrij met bestandsonderdelen die wachten op de automatische hersamenstelling.
+
+De bestandsnamen die in deze map gebruikt worden, gebruiken een indeling die eigen is aan B<dpkg-split> en zijn hoogstwaarschijnlijk onbruikbaar voor andere programma's en in ieder geval mag men niet steunen op die bestandsnaamstructuur.
+
+=back
+
+=head1 BUGS
+
+Alle details over de pakketten die zich in de wachtrij bevinden, kunnen onmogelijk bekomen worden zonder zichzelf te verdiepen in de wachtrijmap.
+
+Er bestaat geen eenvoudige manier om na te gaan of een bestand dat een onderdeel van een binair pakket zou kunnen zijn, er effectief ook een is.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb>(5), B<deb-control>(5), B<dpkg-deb>(1), B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-statoverride.pod b/man/nl/dpkg-statoverride.pod
new file mode 100644
index 0000000..5cb14d8
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-statoverride.pod
@@ -0,0 +1,168 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-statoverride - eigenaarschap en modus van bestanden wijzigen
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-statoverride> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+“B<stat overrides>” zijn een manier om aan B<dpkg>(1) te laten weten dat het bij het installeren van een pakket een andere eigenaar of modus moet gebruiken voor een bepaald pad (dit is van toepassing op elk bestandssysteemobject dat B<dpkg> verwerkt, met inbegrip van mappen, apparaten, enz.). Dit kan gebruikt worden om af te dwingen dat programma's die normaal setuid zijn, geïnstalleerd worden zonder een setuid-vlag of dat ze enkel uitgevoerd kunnen worden door een bepaalde groep.
+
+B<dpkg-statoverride> is een hulpmiddel voor het beheren van de lijst met statusmodificaties (stat overrides). Het heeft drie basisfuncties: toevoegen, verwijderen en opsommen van modificaties.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<--add> I<gebruiker groep modus pad>
+
+Een statusmodificatie toevoegen voor I<pad>. I<pad> moet niet reeds bestaan of bekend zijn voor B<dpkg> op het ogenblik dat dit commando gebruikt wordt. De modificatie zal opgeslagen worden en later gebruikt worden. Gebruikers en groepen kunnen bij hun naam opgegeven worden (bijvoorbeeld B<root> of B<nobody>), of met hun nummer door voor dat nummer een ‘B<#>’ te plaatsen (bijvoorbeeld B<#0> of B<#65534>). De I<modus> moet als octaal getal opgegeven worden.
+
+Indien B<--update> opgegeven wordt en I<pad> bestaat, dan wordt dat onmiddellijk op de nieuwe eigenaar en modus ingesteld.
+
+=item B<--remove> I<pad>
+
+Een statusmodificatie verwijderen voor I<pad>. De status zelf van I<pad> wordt door dit commando niet gewijzigd.
+
+=item B<--list> [I<glob-patroon>]
+
+Alle modificaties (overrides) opsommen. Beperk de uitvoer tot modificaties die overeenkomen met het glob-patroon, indien een glob-patroon opgegeven werd.
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--force-help>
+
+Hulp bieden over de opties B<--force->I<iets> (sinds dpkg 1.19.5).
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+De administratieve map instellen op I<map>. Dit is waar het I<statusmodificatie>-bestand opgeslagen is. Standaard is dat «I<%ADMINDIR%>» indien B<DPKG_ADMINDIR> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--instdir> I<map>
+
+Instellen van de installatiemap, welke verwijst naar de map waar pakketten geïnstalleerd worden (sinds dpkg 1.19.2). Standaard is dat «I</>» indien B<DPKG_ROOT> niet ingesteld werd.
+
+=item B<--root> I<map>
+
+De hoofdmap instellen op B<map>, hetgeen de installatiemap instelt op «I<map>» en de administratieve map op «I<map>B<%ADMINDIR%>» (sinds dpkg 1.19.2) indien B<DPKG_ROOT> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--force->I<dingen>
+
+=item B<--no-force->I<dingen>, B<--refuse->I<dingen>
+
+Het uitvoeren van sommige dingen opleggen of weigeren (B<no-force> en B<refuse> betekenen hetzelfde) (sinds dpkg 1.19.5). I<dingen> is een door komma's gescheiden lijst van hierna gespecificeerde zaken. B<--force-help> geeft er een beschrijving van weer. Zaken die met een (*) gemarkeerd zijn, worden standaard opgelegd.
+
+I<Waarschuwing: Deze opties zijn vooral bedoeld om enkel door experts gebruikt te worden. Er gebruik van maken zonder een volkomen begrip van hun effecten kan uw volledig systeem defect maken.>
+
+B<all>: Schakelt alle forceer-opties aan (of uit).
+
+B<statoverride-add>: Bij het toevoegen ervan een bestaande statusmodificatie overschrijven (sinds dpkg 1.19.5).
+
+B<statoverride-remove>: Bij het verwijderen ervan een ontbrekende statusmodificatie negeren (sinds dpkg 1.19.5).
+
+B<security-mac>(*): Bij het installeren van bestanden op het bestandssysteem gebruik maken van platformspecifieke beveiliging, gebaseerd op Mandatory Access Controls (MAC) (since dpkg 1.19.5). Op Linux-systemen gebruikt de implementatie SELinux.
+
+B<not-root>: Proberen om zaken te (de-)installeren, zelfs als niet-systeembeheerder (sinds dpkg 1.21.8).
+
+=item B<--force>
+
+Een actie verplicht maken, zelfs als een redelijkheidstoets deze anders zou verbieden. Dit is noodzakelijk om een bestaande modificatie (override) te wijzigen.
+
+=item B<--update>
+
+Proberen om onmiddellijk het I<pad>, als dat bestaat, in te stellen op de nieuwe eigenaar en modus.
+
+=item B<--quiet>
+
+Minder breedsprakig zijn over wat er gedaan wordt.
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<1>
+
+Voor B<--list>, indien er geen modificaties (overrides) zijn of geen enkele beantwoordt aan het opgegeven glob-patroon.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--instdir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--admindir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de datamap voor B<dpkg>.
+
+=item B<DPKG_DEBUG>
+
+Stelt het foutopsporingsmasker in (sinds dpkg 1.21.10) vanaf een octale waarde. De momenteel geaccepteerde vlaggen worden beschreven in de optie B<dpkg --debug>, maar mogelijk hebben niet al deze vlaggen effect op dit programma.
+
+=item B<DPKG_FORCE>
+
+Indien dit ingesteld is en geen enkele van de opties B<--force->I<...> opgegeven werd, zal dit gebruikt worden als de te gebruiken forceer-opties (sinds dpkg 1.19.5).
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%ADMINDIR%/statoverride>
+
+Bestand dat de huidige lijst van statusmodificaties van het systeem bevat. Het bevindt zich in de administratieve map van B<dpkg> samen met andere bestanden die van belang zijn voor B<dpkg>, zoals I<status> en I<available>.
+
+B<Opmerking:> B<dpkg-statoverride> bewaart de oude kopie van dit bestand met de extensie “-old” vooraleer het dit door het nieuwe bestand vervangt.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg-trigger.pod b/man/nl/dpkg-trigger.pod
new file mode 100644
index 0000000..19bcf08
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-trigger.pod
@@ -0,0 +1,124 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-trigger - een hulpprogramma in verband met pakkettriggers
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-trigger> [I<optie>...] I<triggernaam>
+
+B<dpkg-trigger> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-trigger> is gereedschap om triggers expliciet te activeren en na te gaan of ze door het exemplaar van B<dpkg> dat actief is, ondersteund worden.
+
+Dit kan gebruikt worden door scripts van de pakketonderhouder in complexe en voorwaardelijke situaties waarvoor het bestand triggers of de declaratieve opdracht B<activate> van het triggercontrolebestand onvoldoende verfijnd zijn. Het kan ook voor testdoeleinden en door systeembeheerders gebruikt worden (maar merk op dat de triggers niet effectief uitgevoerd worden door B<dpkg-trigger>).
+
+Een syntaxis van een triggernaam die niet herkend wordt, is voor B<dpkg-trigger> een fout.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<--check-supported>
+
+Controleren of het exemplaar van B<dpkg> dat uitgevoerd wordt, triggers ondersteunt (meestal worden die vanuit een postinst-script geactiveerd). Zal afsluiten met B<0> als een exemplaar van B<dpkg> uitgevoerd werd dat triggers aankan of afsluiten met B<1> en een foutmelding op de standaard foutuitvoer indien dat niet het geval was. Het is normaal gezien nochtans beter om gewoon de gewenste trigger te activeren met B<dpkg-trigger>.
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+De locatie van de database van B<dpkg> wijzigen. De standaardlocatie is I<%ADMINDIR%> indien B<DPKG_ADMINDIR> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--root=>I<map>
+
+De hoofdmap instellen op I<map>, hetgeen de administratieve map instelt op «I<map>%ADMINDIR%» (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<--by-package=>I<pakket>
+
+De triggerafwachter overschrijven (normaal wordt dit ingesteld door B<dpkg> via de omgevingsvariabele B<DPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE> van de scripts van de pakketonderhouder. Die bevat de naam van het pakket waartoe het script behoort en standaard wordt die waarde gebruikt).
+
+=item B<--no-await>
+
+Deze optie zorgt ervoor dat het (eventuele) aanroepende pakket I<T> niet moet wachten op de afhandeling van deze trigger. Het/de betrokken pakket(ten) I<I> zal/zullen niet toegevoegd worden aan I<T>'s lijst van triggers waarvan de afhandeling afgewacht wordt en de status van I<T> blijft ongewijzigd. I<T> mag als geïnstalleerd beschouwd worden, zelfs al heeft I<I> misschien de trigger nog niet verwerkt.
+
+=item B<--await>
+
+Deze optie doet het tegenovergestelde van B<--no-await> (sinds dpkg 1.17.21). Indien het belanghebbende pakket een “noawait”-opdracht gedeclareerd heeft, zal deze optie geen effect hebben. Dit is momenteel het standaardgedrag.
+
+=item B<--no-act>
+
+De zaak enkel uittesten, maar geen enkele effectieve wijziging doorvoeren.
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd. Of een commando dat een toets of een assertie verrichtte gaf waar als resultaat.
+
+=item B<1>
+
+Een commando dat een toets of een assertie verrichtte gaf onwaar als resultaat.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de optie B<--root> niet opgegeven werd, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld werd en de optie B<--admindir> niet gebruikt werd, zal dit gebruikt worden als de datamap voor B<dpkg>.
+
+=item B<DPKG_DEBUG>
+
+Stelt het foutopsporingsmasker in (sinds dpkg 1.21.10) vanaf een octale waarde. De momenteel geaccepteerde vlaggen worden beschreven in de optie B<dpkg --debug>, maar mogelijk hebben niet al deze vlaggen effect op dit programma.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1), B<deb-triggers>(5), B<%PKGDOCDIR%/spec/triggers.txt>.
+
diff --git a/man/nl/dpkg-vendor.pod b/man/nl/dpkg-vendor.pod
new file mode 100644
index 0000000..72e7ac5
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg-vendor.pod
@@ -0,0 +1,84 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg-vendor - vraagt informatie op over de leveranciers van de distributie
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg-vendor> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg-vendor> is gereedschap om informatie op te vragen over leveranciers die opgesomd worden in B<%PKGCONFDIR%/origins>. B<%PKGCONFDIR%/origins/default> bevat informatie over de huidige leverancier.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<--is> I<leverancier>
+
+Sluit af met B<0> als de huidige leverancier I<leverancier> is. Sluit anders af met B<1>.
+
+=item B<--derives-from> I<leverancier>
+
+Sluit af met B<0> als de distributie van de huidige leverancier een derivaat is van I<leverancier>. Sluit anders af met B<1>. Het gebruikt het veld B<Parent> om door al de voorvaderen van de huidige leverancier te bladeren.
+
+=item B<--query> I<veld>
+
+Op de standaarduitvoer weergeven wat de waarde is van het leveranciersspecifieke I<veld> voor de huidige leverancier.
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--vendor> I<leverancier>
+
+Neemt aan dat de huidige leverancier I<leverancier> is, in plaats van dit te gaan opzoeken via de omgevingsvariabele B<DEB_VENDOR> of via B<%PKGCONFDIR%/origins/default>.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DEB_VENDOR>
+
+Deze instelling definieert de huidige leverancier. Indien dit niet ingesteld werd, zal er gezocht worden naar de huidige leverancier door in B<%PKGCONFDIR%/origins/default> te gaan kijken.
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_NLS>
+
+Indien dit ingesteld is, zal het gebruikt worden om te beslissen over het activeren van moedertaalondersteuning, ook gekend als internationaliseringsondersteuning (of i18n) (sinds dpkg 1.19.0). Geldige waarden zijn: B<0> and B<1> (standaard).
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<deb-origin>(5).
+
diff --git a/man/nl/dpkg.cfg.pod b/man/nl/dpkg.cfg.pod
new file mode 100644
index 0000000..2af2a2e
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg.cfg.pod
@@ -0,0 +1,34 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg.cfg - configuratiebestand voor dpkg
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit bestand bevat standaardopties voor dpkg. Elke regel bevat één enkele optie, die exact hetzelfde is als een normale commandoregeloptie voor dpkg, behalve dat de koppeltekens vooraan hier niet gebruikt worden. Aanhalingstekens die rond optiewaarden staan, worden verwijderd. Commentaar kan toegevoegd worden door de regel met een hekje (‘B<#>’) te laten starten.
+
+=head1 BESTANDEN
+
+I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg.d/[0-9a-zA-Z_-]*>
+
+I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg>
+
+I<~/.dpkg.cfg>
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1).
+
diff --git a/man/nl/dpkg.pod b/man/nl/dpkg.pod
new file mode 100644
index 0000000..f517bd5
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dpkg.pod
@@ -0,0 +1,1021 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dpkg - pakketbeheerder voor Debian
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dpkg> [I<optie>...] I<actie>
+
+=head1 WAARSCHUWING
+
+Deze handleiding is bedoeld voor gebruikers die de commandoregelopties van dpkg en de pakkettoestanden meer in detail willen begrijpen dan met de info van B<dpkg --help> mogelijk is.
+
+Zij zou I<niet> gebruikt moeten worden door pakketonderhouders die willen begrijpen hoe B<dpkg> hun pakketten installeert. De beschrijving van wat B<dpkg> doet bij het installeren en verwijderen van pakketten is bijzonder inadequaat.
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dpkg> is gereedschap op een tussenniveau voor het installeren, bouwen, verwijderen en beheren van Debian pakketten. Het belangrijkste en meer gebruikersvriendelijke frontend voor B<dpkg> als commandoregelinterface (CLI - command-line interface) is B<apt>(8) en is B<aptitude>(8) als terminalgebruikersinterface (TUI - terminal user interface). B<dpkg> zelf wordt volledig gestuurd via commandoregelparameters, die bestaan uit exact één actie en nul of meer opties. De actieparameter zegt B<dpkg> wat het moet doen en de opties sturen in zekere zin het gedrag van de actie.
+
+B<dpkg> kan ook gebruikt worden als een frontend voor B<dpkg-deb>(1) en B<dpkg-query>(1). De lijst van ondersteunde acties kunt u verderop in het onderdeel B<ACTIES> vinden. Indien B<dpkg> een dergelijke actie tegenkomt, voert het gewoon B<dpkg-deb> of B<dpkg-query> uit met de parameters die het meekreeg. Maar momenteel worden aan hen geen specifieke opties doorgegeven. Indien u een dergelijke optie wenst te gebruiken moet u deze programma's rechtstreeks gebruiken.
+
+=head1 INFORMATIE OVER PAKKETTEN
+
+B<dpkg> houdt bruikbare informatie bij over beschikbare pakketten. De informatie wordt ingedeeld in drie klassen: B<states> (toestand) , B<selection states> (selectietoestand) en B<flags> (vlaggen). Het is de bedoeling deze waarden hoofdzakelijk met behulp van B<dselect> aan te passen.
+
+=head2 Pakketstatus
+
+=over
+
+=item B<not-installed> (niet geïnstalleerd)
+
+Het pakket is niet op uw systeem geïnstalleerd.
+
+=item B<config-files> (configuratiebestanden)
+
+Enkel de configuratiebestanden van het pakket en het B<postrm>-script en de data welke het moet verwijderen, bevinden zich op het systeem.
+
+=item B<half-installed> (gedeeltelijk geïnstalleerd)
+
+De installatie van het pakket werd begonnen, maar om een of andere reden niet afgerond.
+
+=item B<unpacked> (uitgepakt)
+
+Het pakket is uitgepakt, maar niet geconfigureerd.
+
+=item B<half-configured> (gedeeltelijk geconfigureerd)
+
+Het pakket is uitgepakt en de configuratie werd aangevat, maar om een of andere reden niet afgerond.
+
+=item B<triggers-awaited> (afhandeling triggers wordt afgewacht)
+
+Het pakket wacht het verwerken van triggers door een ander pakket af.
+
+=item B<triggers-pending> (aanhangige triggers)
+
+Het pakket werd getriggerd.
+
+=item B<installed> (geïnstalleerd)
+
+Het pakket werd correct uitgepakt en geconfigureerd.
+
+=back
+
+=head2 Pakketselectiestatus
+
+=over
+
+=item B<install> (installeren)
+
+Het pakket werd geselecteerd om geïnstalleerd te worden.
+
+=item B<hold> (te handhaven)
+
+Een pakket dat gemarkeerd is als "on B<hold>" (te handhaven), wordt behouden op dezelfde versie, wat betekent dat er geen automatische nieuwe installaties, opwaarderingen of verwijderingen op uitgevoerd zullen worden, tenzij er expliciet gevraagd wordt om deze acties of wanneer het met de optie B<--force-hold> toegelaten is om deze automatisch uit te voeren.
+
+=item B<deinstall> (de-installeren)
+
+Het pakket werd geselecteerd om gede-installeerd te worden (d.w.z. dat we alle bestanden wensen te verwijderen, op de configuratiebestanden na)
+
+=item B<purge> (wissen)
+
+Het pakket werd geselecteerd om gewist te worden (d.w.z. dat we alles uit de systeemmappen wensen te verwijderen, zelfs de configuratiebestanden).
+
+=item B<unknown>
+
+Het betreft een onbekende pakketselectie. Een pakket dat zich eveneens in de toestand B<not-installed> (niet-geïnstalleerd) bevindt en een B<ok>-vlag heeft, zal de volgende keer weggelaten worden bij het opslaan van de databank.
+
+=back
+
+=head2 Pakketvlaggen
+
+=over
+
+=item B<ok>
+
+Een pakket dat als B<ok> gemarkeerd staat bevindt zich in een gekende toestand, maar verdere afhandeling kan nog nodig zijn.
+
+=item B<reinstreq>
+
+Een pakket dat als B<reinstreq> gemarkeerd werd, is defect en moet opnieuw geïnstalleerd worden. Deze pakketten kunnen niet verwijderd worden, tenzij dit met de optie B<--force-remove-reinstreq> geforceerd wordt.
+
+=back
+
+=head1 ACTIES
+
+=over
+
+=item B<-i>, B<--install> I<pakketbestand>...
+
+Het pakket installeren. Indien de optie B<--recursive> of B<-R> opgegeven werd, moet I<pakketbestand> evenwel naar een map verwijzen.
+
+Een installatie bestaat uit de volgende stappen:
+
+B<1.> Het extraheren van de controle-bestanden van het nieuwe pakket.
+
+B<2.> Indien voorafgaand aan de nieuwe installatie een andere versie van hetzelfde pakket geïnstalleerd was, het I<prerm>-script van het oude pakket uitvoeren.
+
+B<3.> Indien het pakket een I<preinst>-script meelevert, dat uitvoeren.
+
+B<4.> Het uitpakken van de nieuwe bestanden en tegelijk een reservekopie van de oude bestanden maken, zodat ze hersteld kunnen worden mocht er iets fout lopen.
+
+B<5.> Indien voorafgaand aan de nieuwe installatie een andere versie van hetzelfde pakket geïnstalleerd was, het I<postrm>-script van het oude pakket uitvoeren. Merk op dat dit script uitgevoerd wordt na het I<preinst>-script van het nieuwe pakket, omdat nieuwe bestanden neergeschreven worden tegelijk met het verwijderen van oude bestanden.
+
+B<6.> Het configureren van het pakket. Zie B<--configure> voor gedetailleerde informatie over hoe dit gebeurt.
+
+=item B<--unpack> I<pakketbestand>...
+
+Het pakket uitpakken, maar het niet configureren. Indien de optie B<--recursive> of B<-R> opgegeven werd, moet I<pakketbestand> evenwel naar een map verwijzen.
+
+Zal triggers voor B<Pre-Depends> verwerken, tenzij B<--no-triggers> opgegeven werd.
+
+=item B<--configure> I<pakket>...|B<-a>|B<--pending>
+
+Een pakket configureren dat uitgepakt, maar nog niet geconfigureerd werd. Indien echter B<-a> of B<--pending> opgegeven wordt in plaats van I<pakket>, worden alle uitgepakte maar niet-geconfigureerde pakketten geconfigureerd.
+
+Om een pakket dat reeds geconfigureerd werd opnieuw te configureren, moet u echter het commando B<dpkg-reconfigure>(8) gebruiken.
+
+Het configureren bestaat uit de volgende stappen:
+
+B<1.> Het uitpakken van de configuratiebestanden en tegelijk een reservekopie maken van de oude configuratiebestanden, zodat ze hersteld kunnen worden mocht er iets fout lopen.
+
+B<2.> Indien het pakket een I<postinst>-script meelevert, dat uitvoeren.
+
+Zal triggers verwerken, tenzij B<--no-triggers> werd opgegeven.
+
+=item B<--triggers-only> I<pakket>...|B<-a>|B<--pending>
+
+Verwerkt enkel triggers (sinds dpkg 1.14.17). Alle aanhangige triggers zullen verwerkt worden. Indien pakketnamen opgegeven werden, zullen enkel de triggers van die pakketten verwerkt worden, elk exact eenmaal waar nodig. Het gebruiken van deze optie kan pakketten achterlaten in een ongepaste toestand van B<triggers-awaited> (wachten op triggerafhandeling) of B<triggers-pending> (aanhangige triggers). Dit kan later gerepareerd worden door het uitvoeren van B<dpkg --configure --pending>.
+
+=item B<-r>, B<--remove> I<pakket>...|B<-a>|B<--pending>
+
+Een geïnstalleerd pakket verwijderen. Dit verwijdert alles behalve de configuratiebestanden van het type conffiles (conffiles zijn configuratiebestanden die vermeld worden in het controlebestand I<DEBIAN/conffiles>) en andere gegevens die opgeruimd worden door het script I<postrm>, waardoor vermeden kan worden dat het pakket opnieuw geconfigureerd moet worden als het opnieuw geïnstalleerd wordt. Indien er geen controlebestand I<DEBIAN/conffiles> en geen script I<DEBIAN/postrm> bestaat, is dit commando equivalent met het aanroepen van B<--purge>. Indien B<-a> of B<--pending> opgegeven werd in plaats van een pakketnaam, zullen alle pakketten die uitgepakt zijn maar in het bestand I<%ADMINDIR%/status> gemarkeerd staan om verwijderd te worden, verwijderd worden.
+
+Het verwijderen van een pakket bestaat uit de volgende stappen:
+
+B<1.> Het uitvoeren van het I<prerm>-script
+
+B<2.> Het verwijderen van de geïnstalleerde bestanden
+
+B<3.> Het uitvoeren van het I<postrm>-script
+
+Zal triggers verwerken, tenzij B<--no-triggers> werd opgegeven.
+
+=item B<-P>, B<--purge> I<pakket>...|B<-a>|B<--pending>
+
+Een geïnstalleerd of een reeds verwijderd pakket wissen. Dit verwijdert alles, inclusief configuratiebestanden en alles wat anders opgeruimd wordt vanuit I<postrm>. Indien B<-a> of B<--pending> opgegeven werd in plaats van een pakketnaam, dan zullen alle uitgepakte of verwijderde pakketten die echter in het bestand I<%ADMINDIR%/status> gemarkeerd zijn om gewist te worden, gewist worden.
+
+Merk op: sommige configuratiebestanden kunnen onbekend zijn voor B<dpkg> omdat ze via de configuratiescripts gecreëerd en afzonderlijk afgehandeld worden. In dat geval zal B<dpkg> ze niet zelf verwijderen, maar het I<postrm>-script van het pakket (dat door B<dpkg> geactiveerd wordt) moet tijdens een wis-operatie voor hun verwijdering zorgen. Dit is uiteraard enkel van toepassing op bestanden in systeemmappen, niet op configuratiebestanden die neergeschreven werden in de persoonlijke map van gebruikers.
+
+Het wissen van een pakket bestaat uit de volgende stappen:
+
+B<1.> Het verwijderen van het pakket als het nog niet verwijderd was. Zie B<--remove> voor gedetailleerde informatie over hoe dit gebeurt.
+
+B<2.> Het script I<postrm> uitvoeren.
+
+Zal triggers verwerken, tenzij B<--no-triggers> werd opgegeven.
+
+=item B<-V>, B<--verify> [I<pakketnaam>...]
+
+Controleert de integriteit van I<pakketnaam> of van alle pakketten indien er geen naam opgegeven werd. De controle gebeurt door een vergelijking te maken van informatie uit de bestanden die door een pakket geïnstalleerd worden met de metadata-informatie over die bestanden die in de database van B<dpkg> opgeslagen is (sinds dpkg 1.17.2). De metadata-informatie over die bestanden in de database is afkomstig van het binaire pakket zelf. Die metadata worden verzameld tijdens het installatieproces op het moment van het uitpakken van het pakket.
+
+Momenteel is de enige functionele toets die uitgevoerd wordt, een verificatie van de md5-controlesom van de inhoud van het bestand tegenover de opgeslagen waarde in de bestandsdatabase. De toets wordt enkel uitgevoerd als de database de md5-controlesom van het bestand bevat. Om na te gaan of er eventueel metadata ontbreken in de database, kan het commando B<--audit> gebruikt worden.
+
+De indeling van de uitvoer kan met de optie B<--verify-format> gekozen worden. Standaard wordt de indeling B<rpm> gebruikt, maar dit kan in de toekomst veranderen en om die reden zouden programma's die de uitvoer van dit commando ontleden, expliciet moeten aangeven welke indeling zij verwachten.
+
+=item B<-C>, B<--audit> [I<pakketnaam>...]
+
+Voert op de database correctheids- en consistentietoetsen uit met betrekking tot I<pakketnaam> of alle pakketten als er geen pakketnaam opgegeven werd (individuele pakkettoetsen sinds dpkg 1.17.10). Voorbeelden zijn: zoeken naar pakketten die slechts gedeeltelijk geïnstalleerd werden op uw systeem of met ontbrekende, foute of verouderde controlegegevens of -bestanden. B<dpkg> zal een suggestie geven over wat er te doen staat om ze te repareren.
+
+=item B<--update-avail> [I<Packages-bestand>]
+
+=item B<--merge-avail> [I<Packages-bestand>]
+
+De kennis van B<dpkg> en B<dselect> over welke pakketten beschikbaar zijn bijwerken. Bij de actie B<--merge-avail> wordt oude informatie gecombineerd met informatie uit het I<Packages-bestand>. Bij de actie B<--update-avail> wordt de oude informatie vervangen door de informatie uit het I<Packages-bestand>. Het I<Packages-bestand> dat door Debian verdeeld wordt, heeft gewoon «I<Packages>» als naam. Indien het argument I<Packages-bestand> ontbreekt of «B<->» als naam heeft, zal het gelezen worden van de standaardinvoer (sinds dpkg 1.17.7). B<dpkg> houdt zijn overzicht van beschikbare pakketten bij in I<%ADMINDIR%/available>.
+
+Een eenvoudiger commando om in één keer het bestand I<available> op te halen en bij te werken is B<dselect update>. Merk op dat dit bestand grotendeels nutteloos is als u niet B<dselect> gebruikt, maar een op APT gebaseerd frontend: APT heeft zijn eigen systeem om zicht te houden op de beschikbare pakketten.
+
+=item B<-A>, B<--record-avail> I<pakketbestand>...
+
+De kennis van B<dpkg> en B<dselect> over welke pakketten beschikbaar zijn bijwerken met informatie uit het pakket I<pakketbestand>. Indien de optie B<--recursive> of B<-R> opgegeven werd, moet I<pakketbestand> evenwel verwijzen naar een map.
+
+=item B<--forget-old-unavail>
+
+Nu B<verouderd> en een bewerkingsloze opdracht aangezien B<dpkg> automatisch geen kennis meer heeft van gede-installeerde niet-beschikbare pakketten (sinds dpkg 1.15.4), maar enkel van die welke geen gebruikersinformatie, zoals pakketselecties, bevatten.
+
+=item B<--clear-avail>
+
+De huidige informatie over de beschikbaarheid van pakketten wissen.
+
+=item B<--get-selections> [I<pakketnaampatroon>...]
+
+De lijst van pakketselecties ophalen en weergeven op de standaarduitvoer. Als geen patroon opgegeven wordt, zullen niet-geïnstalleerde pakketten (d.w.z. die welke voordien gewist werden) niet getoond worden.
+
+=item B<--set-selections>
+
+Pakketselecties instellen met behulp van het bestand dat van de standaardinvoer gelezen wordt. Dit bestand moet als indeling “I<pakket> I<status>” hebben, waarbij status B<install> (installeren), B<hold> (te handhaven), B<deinstall> (de-installeren) of B<purge> (wissen) kan zijn. Lege regels en commentaarregels die met ‘B<#>’ beginnen, zijn ook toegelaten.
+
+Het bestand I<available> moet up-to-date zijn opdat dit commando dienstig zou zijn, anders zullen niet-gekende pakketten genegeerd worden en zal er in dat verband een waarschuwing gegeven worden. Zie de commando's B<--update-avail> en B<--merge-avail> voor meer informatie.
+
+=item B<--clear-selections>
+
+De gevraagde status voor elk niet-essentieel pakket instellen op deinstall (de-installeren) (sinds dpkg 1.13.18). Dit is bedoeld om gebruikt te worden onmiddellijk voor B<--set-selections> om eventuele pakketten te de-installeren die niet in de lijst staan die doorgegeven wordt aan B<--set-selections>.
+
+=item B<--yet-to-unpack>
+
+Zoekt pakketten op die geselecteerd werden om geïnstalleerd te worden, maar die om één of andere reden nog niet geïnstalleerd werden.
+
+B<Merk op:> dit commando maakt zowel gebruik van het bestand available als van de pakketselectie.
+
+=item B<--predep-package>
+
+Eén enkel pakket tonen dat het doel is van een of meer relevante voorafgaande vereisten en dat zelf geen niet-voldane voorafgaande vereisten heeft.
+
+Indien er een dergelijk pakket is, geef het dan weer in de vorm van een item voor het bestand Packages dat passend verder bewerkt kan worden.
+
+B<Merk op:> dit commando maakt zowel gebruik van het bestand available als van de pakketselectie.
+
+Geeft 0 terug als een pakket weergegeven werd, 1 als geen geschikt pakket te vinden is en 2 in geval van een fout.
+
+=item B<--add-architecture> I<architectuur>
+
+I<Architectuur> toevoegen aan de lijst van architecturen waarvoor pakketten geïnstalleerd kunnen worden zonder B<--force-architecture> te gebruiken (sinds dpkg 1.16.2). De architectuur waarvoor B<dpkg> gebouwd werd (d.w.z. de uitvoer van B<--print-architecture>), maakt steeds deel uit van die lijst.
+
+=item B<--remove-architecture> I<architectuur>
+
+I<Architectuur> verwijderen uit de lijst van architecturen waarvoor pakketten geïnstalleerd kunnen worden zonder B<--force-architecture> te gebruiken (sinds dpkg 1.16.2). Indien de architectuur momenteel in de database in gebruik is, dan zal deze operatie geweigerd worden, behalve wanneer B<--force-architecture> opgegeven wordt. De architectuur waarvoor B<dpkg> gebouwd werd (d.w.z. de uitvoer van B<--print-architecture>), kan nooit uit die lijst verwijderd worden.
+
+=item B<--print-architecture>
+
+De architectuur tonen van de pakketten die B<dpkg> installeert (bijvoorbeeld “i386”).
+
+=item B<--print-foreign-architectures>
+
+Een lijst tonen, met regeleindes als scheidingsteken, van de bijkomende architecturen waarvoor pakketten mogen geïnstalleerd worden volgens de configuratie van B<dpkg> (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<--assert-help>
+
+Hulp bieden over de opties B<--assert->I<iets> (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<--assert->I<functionaliteit>
+
+Bevestigt dat B<dpkg> de gevraagde functionaliteit ondersteunt. Geeft de waarde 0 terug als de functionaliteit volledig ondersteund wordt, 1 als de functionaliteit gekend is maar B<dpkg> er nog geen ondersteuning voor kan bieden en 2 als de functionaliteit niet gekend is. De huidige lijst van functionaliteiten die kunnen bevestigd worden, is:
+
+=over
+
+=item B<support-predepends>
+
+Biedt ondersteuning voor het veld B<Pre-Depends> (sinds dpkg 1.1.0).
+
+=item B<working-epoch>
+
+Biedt ondersteuning voor epoches in versietekenreeksen (sinds dpkg 1.4.0.7).
+
+=item B<long-filenames>
+
+Biedt ondersteuning voor lange bestandsnamen in archieven van het type B<deb>(5) (sinds dpkg 1.4.1.17).
+
+=item B<multi-conrep>
+
+Biedt ondersteuning voor meervoudige B<Conflicts> (tegenstrijdig met) en B<Replaces> (vervangt) (sinds dpkg 1.4.1.19).
+
+=item B<multi-arch>
+
+Biedt ondersteuning voor multi-architectuurvelden en hun semantiek (sinds dpkg 1.16.2).
+
+=item B<versioned-provides>
+
+Biedt ondersteuning voor versiespecifieke B<Provides> (voorziet in) (sinds dpkg 1.17.11).
+
+=item B<protected-field>
+
+Biedt ondersteuning voor het veld B<Protected> (sinds dpkg 1.20.1).
+
+=back
+
+=item B<--validate->I<ding> I<tekenreeks>
+
+De juistheid van de syntaxis van I<ding> I<tekenreeks> valideren (sinds dpkg 1.18.16). Geeft waarde 0 terug als de I<tekenreeks> geldig is, waarde 1 als de I<tekenreeks> ongeldig is, maar in een lakse context aanvaard kan worden en waarde 2 als de I<tekenreeks> ongeldig is. De huidige lijst van I<dingen> die gevalideerd kunnen worden, omvat:
+
+=over
+
+=item B<pkgname>
+
+Valideert de opgegeven pakketnaam (sinds dpkg 1.18.16).
+
+=item B<trigname>
+
+Valideert de opgegeven triggernaam (sinds dpkg 1.18.16).
+
+=item B<archname>
+
+Valideert de opgegeven architectuurnaam (sinds dpkg 1.18.16).
+
+=item B<version>
+
+Valideert de opgegeven versie (sinds dpkg 1.18.16).
+
+=back
+
+=item B<--compare-versions> I<ver1> I<op> I<ver2>
+
+Versienummers vergelijken, waarbij I<op> een binaire operator is. B<dpkg> geeft de waarde waar (B<0>) terug indien voldaan werd aan de opgegeven conditie, en onwaar (B<1>) in het andere geval. Er zijn twee groepen operatoren, die van elkaar verschillen in de manier waarop zij omgaan met een lege I<ver1> of I<ver2>. Voor de volgende operatoren komt een lege versie voor elke andere versie: B<lt le eq ne ge gt>. Voor de volgende operatoren komt een lege versie na elke andere versie: B<lt-nl le-nl ge-nl gt-nl>. In de volgende operatoren wordt enkel voorzien met het oog op compatibiliteit met de syntaxis van het bestand control: B<E<lt> E<lt>E<lt> E<lt>= = E<gt>= E<gt>E<gt> E<gt>>. De operatoren B<E<lt>> en B<E<gt>> zijn verouderd en zouden omwille van de verwarrende semantiek B<niet> gebruikt mogen worden. Om dit te illustreren: B<0.1 E<lt> 0.1> wordt als waar beoordeeld.
+
+=begin uitgeschakeld
+
+=item B<--command-fd> I<n>
+
+Een reeks commando's accepteren op invoerbestandsindicator I<n>.
+
+B<Merk op:> Extra opties die werden ingesteld op de opdrachtregel of via deze bestandsindicator, worden niet opnieuw ingesteld voor volgende opdrachten die tijdens dezelfde doorloop worden uitgevoerd.
+
+=end uitgeschakeld
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Een korte hulptekst weergeven.
+
+=item B<--force-help>
+
+Hulp geven over de opties B<--force->I<iets>.
+
+=item B<-Dh>, B<--debug=help>
+
+Hulp geven over debug-opties.
+
+=item B<--version>
+
+Versie-informatie geven over B<dpkg>.
+
+Wanneer dit gebruikt wordt met B<--robot>, zal de uitvoer het versienummer bevatten in een gespikkeld numeriek formaat, zonder regeleinde.
+
+=item B<dpkg-deb actions>
+
+Zie B<dpkg-deb>(1) voor meer informatie over de volgende acties, en andere acties en opties die niet worden weergegeven door de B<dpkg>-frontend.
+
+=over
+
+=item B<-b>, B<--build> I<map> [I<archief>|I<map>]
+
+Een deb-pakket bnouwen.
+
+=item B<-c>, B<--contents> I<archief>
+
+De inhoud van een deb-pakket opsommen.
+
+=item B<-e>, B<--control> I<archief> [I<map>]
+
+Control-informatie extraheren uit een pakket.
+
+=item B<-x>, B<--extract> I<archief> I<map>
+
+De bestanden uit een pakket extraheren.
+
+=item B<-X>, B<--vextract> I<archief> I<map>
+
+De bestandsnamen welke een pakket bevat, extraheren en weergeven.
+
+=item B<-f>, B<--field> I<archief> [I<control-veld>...]
+
+Het/de control-veld(en) van een pakket weergeven.
+
+=item B<--ctrl-tarfile> I<archief>
+
+Het control-tarbestand dat zich in een Debian pakket bevindt, voortbrengen.
+
+=item B<--fsys-tarfile> I<archief>
+
+Het bestandssysteem-tarbestand dat zich in een Debian pakket bevindt, voortbrengen.
+
+=item B<-I>, B<--info> I<archief> [I<control-bestand>...]
+
+Informatie over een pakket tonen.
+
+=back
+
+=item B<dpkg-query acties>
+
+Zie B<dpkg-query>(1) voor meer informatie over de volgende acties, en andere acties en opties die niet worden weergegeven door de B<dpkg>-frontend.
+
+=over
+
+=item B<-l>, B<--list> I<pakketnaampatroon>...
+
+De pakketten opsommen die beantwoorden aan het opgegeven patroon.
+
+=item B<-s>, B<--status> I<pakketnaam>...
+
+De status rapporteren van het opgegeven pakket.
+
+=item B<-L>, B<--listfiles> I<pakketnaam>...
+
+De bestanden opsommen die vanuit I<pakketnaam> op uw systeem geïnstalleerd werden.
+
+=item B<-S>, B<--search> I<zoekpatroon-bestandsnaam>...
+
+Zoeken naar een bestandsnaam uit geïnstalleerde pakketten.
+
+=item B<-p>, B<--print-avail> I<pakketnaam>...
+
+Details weergeven over I<pakketnaam>, zoals die te vinden zijn in I<%ADMINDIR%/available>. Gebruikers van op APT gebaseerde frontends moeten in plaats daarvan B<apt show> I<pakketnaam> gebruiken.
+
+=back
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+Alle opties kunnen zowel aan de commandoregel opgegeven worden als in het B<dpkg> configuratiebestand I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg> of in fragmentbestanden (met namen die overeenkomen met het shellpatroon '[0-9a-zA-Z_-]*') in de configuratiemap I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg.d/>. Elke regel in het configuratiebestand is ofwel een optie (exact hetzelfde als de commandoregeloptie maar zonder de verbindingstekens aan het begin) of een commentaar (als hij begint met een ‘B<#>’).
+
+=over
+
+=item B<--abort-after=>I<aantal>
+
+Aanpassen na hoeveel fouten B<dpkg> moet afbreken. Standaard is dat 50.
+
+=item B<-B>, B<--auto-deconfigure>
+
+Het is mogelijk dat wanneer een pakket verwijderd wordt, een ander geïnstalleerd pakket het verwijderde pakket nodig heeft. Deze optie gebruiken heeft tot gevolg dat het pakket dat van het verwijderde pakket afhankelijk was, automatisch gedeconfigureerd wordt.
+
+=item B<-D>I<octaal>, B<--debug=>I<octaal>
+
+Debuggen inschakelen. I<octaal> wordt gevormd door de gewenste waarden uit de onderstaande lijst in een bitwise OR-bewerking samen te nemen (merk op dat deze waarden in toekomstige uitgaven kunnen veranderen). B<-Dh> of B<--debug=help> geeft deze debugwaarden weer.
+
+ Getal Beschrijving
+ 1 Algemene informatieve voortgangsinformatie
+ 2 Activering en status van beheerdersscripts
+ 10 Uitvoer voor elk verwerkt bestand
+ 100 Veel uitvoer voor elk verwerkt bestand
+ 20 Uitvoer voor elk configuratiebestand
+ 200 Veel uitvoer voor elk configuratiebestand
+ 40 Vereisten en tegenstrijdigheden
+ 400 Veel uitvoer i.v.m. vereisten/tegenstrijdigheden
+ 10000 Activatie en verwerking van triggers
+ 20000 Veel uitvoer i.v.m. triggers
+ 40000 Belachelijk veel uitvoer i.v.m. triggers
+ 1000 Veel geleuter over bijv. de map dpkg/info
+ 2000 Belachelijk veel geleuter
+
+=item B<--force->I<dingen>
+
+=item B<--no-force->I<dingen>, B<--refuse->I<dingen>
+
+Het uitvoeren van sommige dingen opleggen of weigeren (B<no-force> en B<refuse> betekenen hetzelfde). I<dingen> is een door komma's gescheiden lijst van hierna gespecificeerde zaken. B<--force-help> geeft er een beschrijving van weer. Zaken die met een (*) gemarkeerd zijn, worden standaard opgelegd.
+
+I<Waarschuwing: Deze opties zijn vooral bedoeld om enkel door experts gebruikt te worden. Er gebruik van maken zonder een volkomen begrip van hun effecten kan uw volledig systeem defect maken.>
+
+B<all>: Schakelt alle forceer-opties aan (of uit).
+
+B<downgrade>(*): Een pakket installeren, zelfs als reeds een nieuwere versie ervan geïnstalleerd is.
+
+I<Waarschuwing: Momenteel voert> B<dpkg> I<geen enkele vereistencontrole uit bij degradaties en zal dan ook niet waarschuwen indien een degradatie een vereiste van een ander pakket defect maakt. Dit kan ernstige neveneffecten hebben. Degraderen van essentiële componenten van het systeem kan zelfs uw hele systeem onbruikbaar maken. Te gebruiken met voorzichtigheid.>
+
+B<configure-any>: Ook elk uitgepakt maar niet-geconfigureerd pakket waarvan het huidige pakket afhankelijk is, configureren.
+
+B<hold>: Automatische installaties, opwaarderingen en verwijderingen van pakketten toestaan, zelfs al zijn ze als te behouden (on "hold") gemarkeerd. B<Merk op:> Wanneer expliciet om deze acties gevraagd wordt, zal de selectiestatus "hold" van het pakket altijd genegeerd worden.
+
+B<remove-reinstreq>: Een pakket verwijderen, zelfs als het defect is en er aangegeven staat dat een herinstallatie nodig is. Dit kan bijvoorbeeld tot gevolg hebben dat delen van het pakket op het systeem achterblijven, maar B<dpkg> zal er dan niet meer van op de hoogte zijn.
+
+B<remove-protected>: Het pakket verwijderen, zelfs al wordt het als beschermd beschouwd (sinds dpkg 1.20.1). Beschermde pakketten bevatten meestal belangrijke infrastructuur voor de systeemopstart of worden gebruikt voor aangepaste systeem-lokale metapakketten. Ze verwijderen kan tot gevolg hebben dat het hele systeem niet langer kan opstarten of functionaliteit verliest die vereist is om te functioneren. Gebruik dit dus met de nodige voorzichtigheid.
+
+B<remove-essential>: Het pakket verwijderen, zelfs al wordt het als essentieel beschouwd. Essentiële pakketten bevatten meestal zeer elementaire Unix-commando's, die nodig zijn voor het verpakkingssysteem, voor de werking van het systeem in het algemeen of tijdens het opstarten (hoewel deze laatste in plaats daarvan zouden moeten worden geconverteerd naar beschermde pakketten). Ze verwijderen kan tot gevolg hebben dat het hele systeem stopt met werken. Gebruik dit dus met de nodige voorzichtigheid.
+
+B<depends>: Alle vereistenproblemen omzetten in waarschuwingen. Dit heeft invloed op de velden B<Pre-Depends> en B<Depends>.
+
+B<depends-version>: Zich niet om versies bekommeren bij het toetsen van vereisten. Dit heeft invloed op de velden B<Pre-Depends> en B<Depends>.
+
+B<breaks>: Installeren, zelfs als dit een ander pakket defect zou maken (sinds dpkg 1.14.6). Dit heeft invloed op het veld B<Breaks>.
+
+B<conflicts>: Installeren, zelfs als er een tegenstelling is met een ander pakket. Dit is gevaarlijk, want gewoonlijk zal dit het overschrijven van bepaalde bestanden tot gevolg hebben. Dit heeft invloed op het veld B<Conflicts>.
+
+B<confmiss>: Zonder vragen steeds het ontbrekende configuratiebestand installeren. Dit is gevaarlijk, aangezien het betekent dat een verandering die aan een bestand aangebracht werd (het verwijderen ervan), niet behouden wordt.
+
+B<confnew>: Als een configuratiebestand aangepast werd en de versie uit het pakket gewijzigd werd, dan steeds zonder vragen de nieuwe versie installeren, tenzij ook B<--force-confdef> opgegeven werd. In dat geval wordt de voorkeur gegeven aan de standaardactie.
+
+B<confold>: Als een configuratiebestand aangepast werd en de versie uit het pakket gewijzigd werd, dan steeds zonder vragen de oude versie behouden, tenzij ook B<--force-confdef> opgegeven werd. In dat geval wordt de voorkeur gegeven aan de standaardactie.
+
+B<confdef>: Als een configuratiebestand aangepast werd en de versie uit het pakket gewijzigd werd, dan steeds zonder vragen voor de standaardactie kiezen. Indien er geen standaardactie is, zal het programma stoppen en de gebruiker een vraag stellen, tenzij ook B<--force-confnew> of B<--force-confold> opgegeven werd. In dat geval zal het dit gebruiken om over de uiteindelijke actie te beslissen.
+
+B<confask>: Als een configuratiebestand aangepast werd, altijd aanbieden om het te vervangen door de versie uit het pakket, ook al werd de versie uit het pakket niet gewijzigd (sinds dpkg 1.15.8). Indien ook een van de opties B<--force-confnew>, B<--force-confold> of B<--force-confdef> opgegeven werd, zal het die gebruiken om over de uiteindelijke actie te beslissen.
+
+B<overwrite>: Een bestand van een pakket overschrijven met het bestand van een ander pakket.
+
+B<overwrite-dir>: Een map van een pakket overschrijven met het bestand van een ander pakket.
+
+B<overwrite-diverted>: Een omgeleid bestand overschrijven met een niet-omgeleide versie.
+
+B<statoverride-add>: Bij het toevoegen ervan een bestaande statusmodificatie overschrijven (sinds dpkg 1.19.5).
+
+B<statoverride-remove>: Bij het verwijderen ervan een ontbrekende statusmodificatie negeren (sinds dpkg 1.19.5).
+
+B<security-mac>(*): Bij het installeren van bestanden op het bestandssysteem gebruik maken van platformspecifieke beveiliging, gebaseerd op Mandatory Access Controls (MAC) (since dpkg 1.19.5). Op Linux-systemen gebruikt de implementatie SELinux.
+
+B<unsafe-io>: Bij het uitpakken geen veilige I/O-operaties uitvoeren (sinds dpkg 1.15.8.6). Momenteel houdt dit in dat geen bestandssysteemsynchronisatie gebeurt vooraleer bestanden hernoemd worden. Daarvan is geweten dat dit op sommige bestandssystemen tot aanzienlijk slechtere prestaties leidt, en dit jammer genoeg vooral op die bestandssystemen die veilige I/O het meest nodig hebben omwille van hun onbetrouwbaar gedrag, hetgeen bij abrupte systeemcrashes aanleiding kan geven tot bestanden met lengte zero.
+
+I<Opmerking>: Overweeg liever om voor ext4, de belangrijkste betrokkene, gebruik te maken van de aankoppeloptie B<nodelalloc>, waardoor zowel het prestatieverlies als de problemen inzake de betrouwbaarheid van gegevens opgevangen worden. Dit laatste door er voor te zorgen dat het bestandssysteem geen bestanden aanmaakt met lengte zero als er zich een abrupte crash voordoet en software actief is die geen synchronisatie uitvoert voorafgaand aan een atomische hernoeming.
+
+I<Waarschuwing: Het gebruik van deze optie kan de prestaties verbeteren ten koste van het verlies van gegevens. Gebruik ze behoedzaam.>
+
+B<script-chrootless>: De scripts van de pakketonderhouder uitvoeren zonder te B<chroot>(2)en naar B<instdir>, zelfs als het pakket deze werkwijze niet ondersteunt (sinds dpkg 1.18.5).
+
+I<Waarschuwing: Dit kan uw computersysteem vernietigen, gebruik dit uiterst behoedzaam.>
+
+B<architecture>: Pakketten verwerken, zelfs als ze de verkeerde of geen architectuur hebben.
+
+B<bad-version>: Pakketten verwerken, zelfs als ze een verkeerde versie hebben (sinds dpkg 1.16.1).
+
+B<bad-path>: In B<PATH> ontbreken belangrijke programma's, waardoor het waarschijnlijk is dat er zich problemen zullen voordoen.
+
+B<not-root>: Proberen om zaken te (de-)installeren, zelfs in opdracht van een niet-systeembeheerder.
+
+B<bad-verify>: Een pakket installeren, zelfs als de authenticiteitscontrole mislukt.
+
+=item B<--ignore-depends>=I<pakket>,...
+
+Voor de opgegeven pakketten het toetsen van afhankelijkheden negeren (eigenlijk wordt de controle wel uitgevoerd, maar er worden enkel waarschuwingen in verband met tegenstrijdigheden gegeven en verder niets). Dit heeft invloed op de velden B<Pre-Depends>, B<Depends> en B<Breaks>.
+
+=item B<--no-act>, B<--dry-run>, B<--simulate>
+
+Alles wat gedaan moet worden, uitvoeren, maar geen veranderingen wegschrijven. Dit wordt gebruikt om te zien wat er bij de opgegeven actie zou gebeuren, zonder dat er effectief iets gewijzigd wordt.
+
+Zorg ervoor om B<--no-act> voor de actie-parameter op te geven, anders zou u ongewenste resultaten kunnen bekomen. (bijvoorbeeld zal B<dpkg --purge foo --no-act> eerst pakket "foo" wissen en dan proberen pakket "--no-act" te wissen, ook al verwachtte u wellicht dat er niets gedaan zou worden)
+
+=item B<-R>, B<--recursive>
+
+Alle gewone bestanden die beantwoorden aan het patroon B<*.deb>, recursief behandelen in de opgegeven mappen en al hun onderliggende mappen. Dit kan gebruikt worden samen met de acties B<-i>, B<-A>, B<--install>, B<--unpack> en B<--record-avail>.
+
+=item B<-G>
+
+Een pakket niet installeren als reeds een nieuwere versie van dat pakket geïnstalleerd is. Dit is een alias voor B<--refuse-downgrade>.
+
+=item B<--admindir=>I<map>
+
+De administratieve map instellen op I<directory>. In deze map zitten veel bestanden met informatie over de status van geïnstalleerde of gede-installeerde pakketten, enz. Standaard is dat «I<%ADMINDIR%>» indien B<DPKG_ADMINDIR> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--instdir=>I<map>
+
+Instellen van de installatiemap, welke de map aangeeft waarin pakketten geïnstalleerd zullen worden. B<instdir> is ook de map die aan B<chroot>(2) doorgegeven wordt vooraleer de installatiescripts van een pakket uitgevoerd worden, waardoor de scripts B<instdir> als de hoofdmap beschouwen. Standaard is dat «I</>».
+
+=item B<--root=>I<map>
+
+De hoofdmap instellen op B<directory>, hetgeen de installatiemap instelt op «I<map>» en de administratieve map op «I<map>B<%ADMINDIR%>».
+
+=item B<-O>, B<--selected-only>
+
+Enkel de pakketten verwerken welke geselecteerd werden om geïnstalleerd te worden. Het eigenlijke markeren gebeurt door B<dselect> of door B<dpkg> als het de pakketten behandelt. Als bijvoorbeeld een pakket verwijderd wordt, zal het als geselecteerd om verwijderd te worden gemarkeerd worden.
+
+=item B<-E>, B<--skip-same-version>
+
+Het pakket niet installeren als dezelfde versie en architectuur van dat pakket reeds geïnstalleerd is.
+
+Sinds dpkg 1.21.10 wordt ook rekening gehouden met de architectuur, wat het mogelijk maakt om pakketten te cross-graden of bijkomende co-installeerbare exemplaren van pakketten met dezelfde versie, maar verschillende architectuur te installeren.
+
+=item B<--pre-invoke=>I<commando>
+
+=item B<--post-invoke=>I<commando>
+
+Instellen dat een uitbreiding (hook) I<commando> via "sh -c" moet uitgevoerd worden voor of na het uitvoeren van B<dpkg> bij de acties I<unpack>, I<configure>, I<install>, I<triggers-only>, I<remove>, I<purge>, I<add-architecture> en I<remove-architecture> van B<dpkg> (sinds dpkg 1.15.4 en de acties I<add-architecture> en I<remove-architecture> sinds dpkg 1.17.19). Deze optie kan meermaals opgegeven worden. De volgorde waarin de opties opgegeven worden, wordt behouden, waarbij deze uit de configuratiebestanden voorrang hebben. De omgevingsvariabele B<DPKG_HOOK_ACTION> wordt ingesteld voor de uitbreidingen (hooks) bij de huidige actie van B<dpkg>.
+
+B<Opmerking:> Frontends kunnen B<dpkg> meerdere keren per aanroep aanroepen, waardoor de uitbreidingen meer keren dan verwacht uitgevoerd kunnen worden.
+
+=item B<--path-exclude=>I<glob-patroon>
+
+=item B<--path-include=>I<glob-patroon>
+
+Het I<glob-patroon> bij het installeren instellen als een filter voor paden, ofwel door paden die aan het opgegeven patroon beantwoorden, uit te sluiten ofwel door eerder uitgesloten paden opnieuw toe te voegen (sinds dpkg 1.15.8).
+
+I<Waarschuwing: Houd er rekening mee dat u, afhankelijk van de paden die uitgesloten worden, uw systeem volledig defect kunt maken. Gebruik dit behoedzaam.>
+
+In de glob-patronen kunnen dezelfde jokertekens gebruikt worden als in de shell, waarbij ‘*’ overeenkomt met om het even welke reeks tekens, met inbegrip van de lege tekenreeks evenals van ‘/’. Bijvoorbeeld, «I</usr/*/READ*>» komt overeen met «I</usr/share/doc/package/README>». Zoals gebruikelijk komt ‘?’ overeen met één willekeurig teken (opnieuw met inbegrip van ‘/’). En ‘[’ geeft het begin aan van een klasse van tekens, die een lijst van tekens, bereiken of complementaties kan bevatten. Zie B<glob>(7) voor gedetailleerde informatie over het gebruik van glob-patronen. B<Opmerking:> Het is mogelijk dat de huidige implementatie meer mappen en symbolische koppelingen opnieuw opneemt dan nodig is, in het bijzonder wanneer er een meer specifieke heropname is. Dit is om op veilig te spelen en mogelijke mislukkingen bij het uitpakken te vermijden. In de toekomst kan eraan gewerkt worden om dit te verbeteren.
+
+Dit kan gebruikt worden om alle paden te verwijderen op enkele specifieke paden na. Een typische casus is:
+
+ --path-exclude=/usr/share/doc/*
+ --path-include=/usr/share/doc/*/copyright
+
+om alle documentatiebestanden op de copyrightbestanden na te verwijderen.
+
+Deze twee opties kunnen meermaals opgegeven en afwisselend ingevoegd worden. Ze worden allebei in de opgegeven volgorde verwerkt, waarbij de laatste regel die een overeenkomst met een bestandsnaam oplevert, de uiteindelijke beslissing geeft.
+
+De filters worden toegepast bij het uitpakken van de binaire pakketten en hebben als zodanig enkel weet van het type object dat op dat ogenblik gefilterd wordt (bijv. een gewoon bestand of een map) en hebben geen zicht op welke objecten nadien zullen komen. Omdat deze filters neveneffecten hebben (in tegenstelling tot B<find>(1)-filters), zal het uitsluiten van een exacte padnaam, die toevallig een map-object, zoals I</usr/share/doc>, blijkt te zijn, niet het gewenste effect hebben en zal enkel die padnaam uitgesloten worden (die automatisch terug toegevoegd kan worden als de code dit noodzakelijk acht). Van alle erop volgende bestanden die zich in die mappen bevinden, zal het uitpakken mislukken.
+
+Suggestie: zorg ervoor dat de glob-patronen niet weggewerkt worden door uw shell.
+
+=item B<--verify-format> I<naam-van-indeling>
+
+Stelt de indeling in van de uitvoer van het commando B<--verify> (sinds dpkg 1.17.2).
+
+De enige momenteel ondersteunde indeling van de uitvoer is B<rpm>, die bestaat uit een regel voor elk pad dat een controle niet doorstaan heeft. Deze regels hebben de volgende indeling:
+
+Z<>
+ B<missing > [B<c>] I<padnaam> [B<(>I<foutmelding>B<)>]
+ B<??5??????> [B<c>] I<padnaam>
+
+De eerste 9 tekens worden gebruikt om het resultaat van de controle te rapporteren, ofwel een letterlijke B<missing> wanneer het bestand niet aanwezig is of de metagegevens ervan niet kunnen worden opgehaald, ofwel een van de volgende speciale tekens die het resultaat voor elke controle aangeven:
+
+=over
+
+=item ‘B<?>’
+
+Dit houdt in dat de controle niet kon worden uitgevoerd (gebrek aan ondersteuning, bestandsrechten, enz.).
+
+=item ‘B<.>’
+
+Dit houdt in dat de controle geslaagd is.
+
+=item ‘I<A-Za-z0-9>’
+
+Dit houdt in dat een specifieke controle mislukte. De volgende posities en alfanumerieke tekens worden momenteel ondersteund:
+
+=over
+
+=item 1 ‘B<?>’
+
+Deze controles worden momenteel niet ondersteund, en zullen altijd 'B<?>' zijn.
+
+=item 2 ‘B<M>’
+
+De controle van de bestandsmodus is mislukt (sinds dpkg 1.21.0). Omdat metagegevens van padnamen momenteel niet worden bijgehouden, kan deze controle slechts gedeeltelijk worden geëmuleerd via een zeer eenvoudige heuristiek voor padnamen die een bekende frommel hebben, wat inhoudt dat het normale bestanden moeten zijn, waarbij de controle zal mislukken als de padnaam geen gewoon bestand is op het bestandssysteem. Deze controle zal momenteel nooit slagen omdat er onvoldoende informatie beschikbaar is.
+
+=item 3 ‘B<5>’
+
+De controle van de frommel is mislukt, wat betekent dat de inhoud van het bestand is gewijzigd.
+
+=item 4-9 ‘B<?>’
+
+Deze controles worden momenteel niet ondersteund, en zullen altijd 'B<?>' zijn.
+
+=back
+
+=back
+
+De regel wordt gevolgd door een spatie en een attribuutteken. Het volgende attribuutteken wordt ondersteund:
+
+=over
+
+=item ‘B<c>’
+
+De padnaam is een conffile configuratiebestand.
+
+=back
+
+Tenslotte gevolgd door nog een spatie en de padnaam.
+
+In het geval dat de invoer van het type B<missing> was en het bestand niet echt aanwezig was op het bestandssysteem, dan wordt de regel gevolgd door een spatie en de foutmelding tussen haakjes.
+
+=item B<--status-fd> I<n>
+
+Status- en voortgangsinformatie die leesbaar is voor machines naar bestandsindicator I<n> sturen. Deze optie kan meermaals opgegeven worden. Meestal wordt de informatie met één item per regel weergegeven in een van de volgende vormen:
+
+=over
+
+=item B<status:> I<pakket>B<:> I<status>
+
+De status van het pakket wijzigde. I<status> is zoals in het statusbestand.
+
+=item B<status:> I<pakket> B<: error :> I<omstandig-foutbericht>
+
+Er trad een fout op. Eventuele regeleindes in het I<omstandig-foutbericht> zullen voor de uitvoer omgezet worden naar spaties.
+
+=item B<status:> I<bestand> B<: conffile-prompt : '>I<echt-oud>B<'
+'>I<echt-nieuw>B<'> I<door-gebruiker-bewerkt> I<door-distributie-bewerkt>
+
+Er wordt een vraag in verband met een configuratiebestand gesteld aan de gebruiker.
+
+=item B<processing:> I<fase>B<:> I<pakket>
+
+Verzonden juist voor het begin van een verwerkingsfase. I<fase> is een van de volgende: B<upgrade>, B<install> (beide verzonden voor het uitpakken), B<configure>, B<trigproc>, B<disappear>, B<remove>, B<purge>.
+
+=back
+
+=item B<--status-logger>=I<commando>
+
+Door een machine te lezen informatie over pakketstatus en voortgang versturen naar de standaardinvoer van het shell-commando I<commando> dat via "sh -c" moet uitgevoerd worden (sinds dpkg 1.16.0). Deze optie kan meermaals opgegeven worden. De indeling van de uitvoer is dezelfde als bij B<--status-fd>.
+
+=item B<--log=>I<bestandsnaam>
+
+Updates van toestandswijzigingen en acties loggen in I<bestandsnaam> in plaats van in het standaardlogbestand I<%LOGDIR%/dpkg.log>. Indien deze optie meerdere keren opgegeven wordt, wordt de laatst opgegeven bestandsnaam gebruikt. Log-berichten zijn in de volgende vorm:
+
+=over
+
+=item YYYY-MM-DD HH:MM:SS B<startup> I<type> I<commando>
+
+Voor elke aanroep van dpkg waarbij I<type> ofwel B<archives> (met een I<commando> B<unpack> of B<install>) is ofwel B<packages> (met een I<commando> B<configure>, B<triggers-only>, B<remove> of B<purge>).
+
+=item YYYY-MM-DD HH:MM:SS B<status> I<toestand> I<pkt> I<geïnstalleerde-versie>
+
+Voor updates van toestandswijzigingen.
+
+=item YYYY-MM-DD HH:MM:SS I<actie> I<pkt> I<geïnstalleerde-versie>
+I<beschikbare-versie>
+
+Voor acties waarbij I<actie> een van de volgende is: B<install>, B<upgrade>, B<configure>, B<trigproc>, B<disappear>, B<remove> of B<purge>.
+
+=item YYYY-MM-DD HH:MM:SS B<conffile> I<bestandsnaam> I<beslissing>
+
+Voor wijzigingen aan een configuratiebestand waarbij I<beslissing> ofwel B<install> ofwel B<keep> is.
+
+=back
+
+=item B<--robot>
+
+Een indeling gebruiken die door machines gelezen kan worden. Dit biedt een interface aan programma's die de uitvoer moeten ontleden van sommige van de commando's welke anders geen uitvoer produceren in een door een machine te lezen indeling. Er wordt geen lokalisatie gebruikt en de uitvoer wordt aangepast om deze makkelijker ontleedbaar te maken.
+
+Het enige momenteel ondersteunde commando is B<--version>.
+
+=item B<--no-pager>
+
+Schakelt het gebruik van een pagineringsprogramma uit bij het weergeven van informatie (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<--no-debsig>
+
+Niet proberen pakket-ondertekeningen te verifiëren.
+
+=item B<--no-triggers>
+
+In deze doorloop geen triggers uitvoeren (sinds dpkg 1.14.17), maar activeringen blijven wel opgetekend worden. Indien het gebruikt wordt in combinatie met B<--configure> I<pakket> of B<--triggers-only> I<pakket>, dan zullen de postinst-scripts van het vermelde pakket nog steeds uitgevoerd worden, zelfs als enkel nog het uitvoeren van triggers dient te gebeuren. Het gebruik van deze optie kan pakketten achterlaten in een ongepaste toestand van B<triggers-awaited> en B<triggers-pending>. Dit kan later gerepareerd worden door B<dpkg --configure --pending> uit te voeren.
+
+=item B<--triggers>
+
+Annuleert een eerder gegeven B<--no-triggers> (sinds dpkg 1.14.17).
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd. Of een commando dat een toets of een assertie verrichtte gaf waar als resultaat.
+
+=item B<1>
+
+Een commando dat een toets of een assertie verrichtte gaf onwaar als resultaat.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=head2 Externe omgeving
+
+=over
+
+=item B<PATH>
+
+Er wordt verwacht dat deze variabele in de omgeving gedefinieerd wordt en de systeempaden aangeeft waar verschillende noodzakelijke programma's gevonden kunnen worden. Indien deze variabele niet ingesteld is of de programma's niet gevonden kunnen worden, zal B<dpkg> afbreken.
+
+=item B<HOME>
+
+Indien de variabele ingesteld is, zal B<dpkg> hem gebruiken als de map waar het gebruikersspecifieke configuratiebestand kan gelezen worden.
+
+=item B<TMPDIR>
+
+Indien de variabele ingesteld is, zal B<dpkg> hem gebruiken als de map waarin tijdelijke bestanden en mappen kunnen aangemaakt worden.
+
+=item B<SHELL>
+
+Het programma dat B<dpkg> zal uitvoeren bij het starten van een nieuwe interactieve shell of bij het voortbrengen van een commando via een shell.
+
+=item B<PAGER>
+
+=item B<DPKG_PAGER>
+
+Het programma dat B<dpkg> zal uitvoeren als het gebruik maakt van een pagineringsprogramma, dat uitgevoerd zal worden met «B<$SHELL -c>», bijvoorbeeld voor het tonen van de verschillen tussen de configuratiebestanden. Indien B<SHELL> niet ingesteld is, dan zal «B<sh>» gebruikt worden. B<DPKG_PAGER> overschrijft de omgevingsvariabele B<PAGER> (sinds dpkg 1.19.2).
+
+=item B<DPKG_COLORS>
+
+Stelt de kleurmodus in (sinds dpkg 1.18.5). Waarden die momenteel gebruikt mogen worden zijn: B<auto> (standaard), B<always> en B<never>.
+
+=item B<DPKG_DEBUG>
+
+Stelt het foutopsporingsmasker in (sinds dpkg 1.21.10) vanaf een octale waarde. De momenteel geaccepteerde vlaggen worden beschreven in de optie B<--debug>.
+
+=item B<DPKG_FORCE>
+
+Stelt de forceer-vlaggen in (sinds dpkg 1.19.5). Indien deze variabele aanwezig is, zullen geen ingebouwde forceer-standaardwaarden toegepast worden. Indien de variabele aanwezig, maar leeg is, zullen alle forceer-vlaggen gedeactiveerd worden.
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--admindir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de administratieve map voor B<dpkg> (sinds dpkg 1.20.0).
+
+=item B<DPKG_FRONTEND_LOCKED>
+
+Ingesteld door een frontend voor pakketbeheer om dpkg te informeren dat het de frontendgrendel niet mag bemachtigen (since dpkg 1.19.1).
+
+=back
+
+=head2 Interne omgeving
+
+=over
+
+=item B<LESS>
+
+Ingeval dit niet reeds ingesteld is, wordt dit door B<dpkg> als “B<-FRSXMQ>” gedefinieerd bij het voortbrengen van een pagineringsprogramma (sinds dpkg 1.19.2). Om dit standaardgedrag aan te passen kan deze variabele vooraf ingesteld worden op een andere waarde, met inbegrip van een lege tekenreeks, of kunnen de variabelen B<PAGER> of B<DPKG_PAGER> ingesteld worden om specifieke opties uit te schakelen met «B<-+>», bijvoorbeeld B<DPKG_PAGER="less -+F">.
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> in de omgeving van het pakketonderhouderscript om aan te geven op welke installatie gewerkt moet worden (sinds dpkg 1.18.5). Het is de bedoeling dat deze waarde vooraan toegevoegd wordt aan elk pad waarop scripts van de pakketonderhouder ageren. Tijdens een normale operatie is deze variabele leeg. Indien pakketten geïnstalleerd worden in een afwijkende B<instdir> (installatiemap), zal B<dpkg> de scripts van de pakketonderhouder normaal uitvoeren met behulp van B<chroot>(2) en deze variabele leeg laten, maar indien B<--force-script-chrootless> opgegeven werd, wordt het aanroepen van B<chroot>(2) overgeslagen en is B<instdir> niet leeg.
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder om aan te geven welke map B<dpkg> moet gebruiken als administratieve map (sinds dpkg 1.16.0). Deze variabele wordt steeds ingesteld op de huidige waarde van B<--admindir>.
+
+=item B<DPKG_FORCE>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van de subprocessen voor alle momenteel geactiveerde forceer-optienamen, gescheiden door komma's (sinds dpkg 1.19.5).
+
+=item B<DPKG_SHELL_REASON>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> in de shell die geactiveerd wordt naar aanleiding van een vraag in verband met de configuratie met het oog op het onderzoeken van de situatie (sinds dpkg 1.15.6). Momenteel is de geldige waarde: B<conffile-prompt>.
+
+=item B<DPKG_CONFFILE_OLD>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> in de shell die geactiveerd wordt naar aanleiding van een vraag in verband met de configuratie om de situatie te onderzoeken (sinds dpkg 1.15.6). Bevat het pad naar de oude conffile (configuratiebestand).
+
+=item B<DPKG_CONFFILE_NEW>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> in de shell die geactiveerd wordt naar aanleiding van een vraag in verband met de configuratie om de situatie te onderzoeken (sinds dpkg 1.15.6). Bevat het pad naar de nieuwe conffile (configuratiebestand).
+
+=item B<DPKG_HOOK_ACTION>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> in de shell die geactiveerd wordt bij het uitvoeren van een uitbreiding (hook) (sinds dpkg 1.15.4). Bevat de huidige actie van B<dpkg>.
+
+=item B<DPKG_RUNNING_VERSION>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder als de versie van het exemplaar van B<dpkg> dat momenteel uitgevoerd wordt (sinds dpkg 1.14.17).
+
+=item B<DPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder als de naam van het pakket (zonder architectuurkwalificatie) dat behandeld wordt (sinds dpkg 1.14.17).
+
+=item B<DPKG_MAINTSCRIPT_PACKAGE_REFCOUNT>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder als het pakketreferentieaantal, d.w.z. het aantal pakketexemplaren met een status groter dan B<not-installed> (niet-geïnstalleerd) (sinds dpkg 1.17.2).
+
+=item B<DPKG_MAINTSCRIPT_ARCH>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder als de architectuur waarvoor het pakket gebouwd werd (sinds dpkg 1.15.4).
+
+=item B<DPKG_MAINTSCRIPT_NAME>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder als de naam van het script dat uitgevoerd wordt. Dit is een van de volgende: B<preinst>, B<postinst>, B<prerm> of B<postrm> (sinds dpkg 1.15.7).
+
+=item B<DPKG_MAINTSCRIPT_DEBUG>
+
+Gedefinieerd door B<dpkg> binnen de omgeving van het script van de pakketonderhouder als de waarde (‘B<0>’ of ‘B<1>’), waarmee nota genomen wordt van het feit of debuggen aangevraagd werd (met de optie B<--debug>) voor de scripts van de pakketonderhouder (sinds dpkg 1.18.4).
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg.d/[0-9a-zA-Z_-]*>
+
+Bestanden met configuratiefragmenten (sinds dpkg 1.15.4).
+
+=item I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg>
+
+Configuratiebestand met standaardopties.
+
+=item I<%LOGDIR%/dpkg.log>
+
+Standaard logbestand (zie I<%PKGCONFDIR%/dpkg.cfg> en de optie B<--log>).
+
+=back
+
+De andere bestanden worden hieronder weergegeven in hun standaardmap. Zie de optie B<--admindir> om te weten hoe u de locatie van deze bestanden kunt wijzigen.
+
+=over
+
+=item I<%ADMINDIR%/available>
+
+Lijst van beschikbare pakketten.
+
+=item I<%ADMINDIR%/status>
+
+Status van de beschikbare pakketten. Dit bestand bevat informatie over het feit of een pakket al dan niet gemarkeerd werd om verwijderd te worden, of het al dan niet geïnstalleerd is, enz. Zie het onderdeel B<INFORMATIE OVER PAKKETTEN> voor meer informatie.
+
+Dagelijks wordt een reservekopie van het statusbestand gemaakt in I<%BACKUPSDIR%>. Dit kan nuttig zijn mocht het bestand verloren gegaan zijn of beschadigd ten gevolge van problemen met het bestandssysteem.
+
+=back
+
+De indeling en de inhoud van een binair pakket worden beschreven in B<deb>(5).
+
+=head1 BUGS
+
+B<--no-act> geeft gewoonlijk minder informatie dan nuttig kan zijn.
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+Om de geïnstalleerde pakketten op te sommen die verband houden met de editor B<vi>(1) (merk op dat B<dpkg-query> standaard niet langer het bestand I<available> laadt en dat in de plaats daarvan daarvoor de optie B<dpkg-query> B<--load-avail> gebruikt moet worden):
+
+=over
+
+ dpkg -l '*vi*'
+
+=back
+
+Om de items uit I<%ADMINDIR%/available> over twee pakketten te zien:
+
+=over
+
+ dpkg --print-avail elvis vim | less
+
+=back
+
+Om zelf in de lijst van pakketten te zoeken:
+
+=over
+
+ less %ADMINDIR%/available
+
+=back
+
+Om een geïnstalleerde pakket elvis te verwijderen:
+
+=over
+
+ dpkg -r elvis
+
+=back
+
+Om een pakket te installeren moet u het eerst zoeken in een archief of op een CD. Het bestand I<available> laat zien dat het pakket vim zich in de sectie B<editors> bevindt:
+
+=over
+
+ cd /media/cdrom/pool/main/v/vim
+ dpkg -i vim_4.5-3.deb
+
+=back
+
+Om een lokale kopie te maken van de pakketselectietoestand:
+
+=over
+
+ dpkg --get-selections> mijnselecties
+
+=back
+
+U zou dit bestand kunnen overbrengen naar een andere computer en nadat u daar het bestand I<available> bijgewerkt hebt met het frontend voor pakketbeheer van uw voorkeur (zie L<https://wiki.debian.org/Teams/Dpkg/FAQ#set-selections> voor meer details), bijvoorbeeld:
+
+=over
+
+ apt-cache dumpavail | dpkg --merge-avail
+
+=back
+
+of met dpkg 1.17.6 of vroegere versies:
+
+=over
+
+ avail=$(mktemp)
+ apt-cache dumpavail> "$avail"
+ dpkg --merge-avail "$avail"
+ rm "$avail"
+
+=back
+
+kunt u het installeren met:
+
+=over
+
+ dpkg --clear-selections
+ dpkg --set-selections <mijnselecties
+
+=back
+
+Merk op dat dit eigenlijk niet echt iets installeert of verwijdert, maar enkel de selectiestatus voor de gevraagde pakketten instelt. U heeft een andere toepassing nodig om de gevraagde pakketten echt te downloaden en te installeren. Voer bijvoorbeeld B<apt-get dselect-upgrade> uit.
+
+U zult ondervinden dat B<dselect>(1) gewoonlijk een meer comfortabele manier biedt om de selectiestatus van pakketten te wijzigen.
+
+=head1 BIJKOMENDE FUNCTIONALITEIT
+
+U kunt bijkomende functionaliteit verkrijgen door het installeren van elk van de volgende pakketten: B<apt>, B<aptitude> en B<debsums>.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<aptitude>(8), B<apt>(8), B<dselect>(1), B<dpkg-deb>(1), B<dpkg-query>(1), B<deb>(5), B<deb-control>(5), B<dpkg.cfg>(5), en B<dpkg-reconfigure>(8).
+
+=head1 AUTEURS
+
+Zie I<%PKGDOCDIR%/THANKS> voor een lijst van mensen die bijgedragen hebben aan B<dpkg>.
+
diff --git a/man/nl/dsc.pod b/man/nl/dsc.pod
new file mode 100644
index 0000000..00c52f9
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dsc.pod
@@ -0,0 +1,195 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dsc - Indeling van het controlebestand van Debian-broncodepakketten
+
+=head1 OVERZICHT
+
+I<bestandsnaam>B<.dsc>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Elk Debian-broncodepakket bestaat uit een .dsc-controlebestand, dat een aantal velden bevat volgens de indeling L<deb822(5)>.
+
+Ieder veld begint met een markering, zoals B<Source> of B<Binary> (niet hoofdlettergevoelig), gevolgd door een dubbele punt en de tekstinhoud van het veld (hoofdlettergevoelig tenzij anders vermeld). Velden worden enkel door veldmarkeringen begrensd. De tekstinhoud van het veld kan met andere woorden verschillende regels lang zijn, maar de installatiegereedschappen zullen bij het verwerken van de tekstinhoud de regels gewoonlijk samenvoegen (behalve in het geval van de multiregel-velden B<Package-List>, B<Files>, B<Checksums-Sha1> en B<Checksums-Sha256>; zie hierna)
+
+De controle-data mogen ingesloten liggen in een OpenPGP-handtekening met ASCII-harnas volgens de specificatie RFC4880.
+
+=head1 VELDEN
+
+=over
+
+=item B<Format:> I<indelingsversie> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld declareert de indelingsversie van het broncodepakket. De veldwaarde wordt door programma's die met een broncodepakket werken, gebruikt om de bestandenlijst in het broncodepakket te interpreteren en te bepalen hoe het uitgepakt moet worden. De syntaxis van de veldwaarde is: een numerieke hoofdversie (“0-9”), een punt (“.”), een numerieke onderversie (“0-9”), en dan eventueel na witruimte (“ \t”) een subtype dat, als het opgegeven wordt, bestaat uit een alfanumeriek (“a-z0-9”) woord tussen haakjes (“()”). Vanuit het oogpunt van syntaxis is het subtype optioneel, maar voor specifieke revisies van de indeling van broncodepakketten kan het een verplicht onderdeel zijn.
+
+De indelingen van de broncode die momenteel ondersteund worden door B<dpkg> zijn B<1.0>, B<2.0>, B<3.0 (native)>, B<3.0 (quilt)>, B<3.0 (git)>, B<3.0 (bzr)> en B<3.0 (custom)>. Raadpleeg B<dpkg-source>(1) voor de beschrijving ervan.
+
+=item B<Source:> I<broncode-naam> (verplicht)
+
+De waarde van dit veld bepaalt de pakketnaam en wordt door de meeste installatiegereedschappen gebruikt om bestandsnamen te genereren.
+
+=item B<Binary:> I<lijst-van-binaire-pakketten>
+
+Dit gevouwen veld somt, door komma's van elkaar gescheiden, de binaire pakketten op die door dit broncodepakket gebouwd kunnen worden.
+
+Dit veld is nu vervangen door het veld B<Package-List> dat voldoende informatie geeft over welke binaire pakketten op welke architecturen geproduceerd worden, over bouwprofielen en over andere restricties die van belang zijn.
+
+=item B<Architecture:> I<arch-lijst> (aanbevolen)
+
+Een lijst van door spaties van elkaar gescheiden architecturen en architectuurjokertekens die aangeven voor welk type hardware dit pakket gecompileerd kan worden. Gebruikelijke architectuurnamen en architectuurjokertekens zijn B<amd64>, B<armel>, B<i386>, B<linux-any>, B<any-amd64>, enz.
+
+Merk op dat de waarde B<all> bedoeld is voor pakketten die architectuuronafhankelijk zijn en B<any> voor pakketten die architectuurafhankelijk zijn. De lijst mag de speciale waarde B<all> bevatten (of er uitsluitend uit bestaan). Wanneer de lijst het architectuurjokerteken B<any> bevat, is B<all> de enige andere toegelaten waarde in de lijst.
+
+De waarde van dit veld wordt gewoonlijk gegenereerd op basis van de B<Architecture>-velden in het bestand I<debian/control> van het broncodepakket.
+
+=item B<Version:> I<versie-tekenreeks> (verplicht)
+
+Gewoonlijk is dit het originele versienummer van het pakket, welke vorm de auteur van het programma er ook voor gebruikt. Het kan ook een Debian-revisienummer bevatten (voor niet uit Debian stammende pakketten). De exacte indeling en het sorteringsalgoritme worden beschreven in B<deb-version>(7).
+
+=item B<Origin:> I<naam>
+
+De naam van de distributie waaruit dit pakket afkomstig is.
+
+=item B<Maintainer:> I<volledige-naam-en-e-mail> (aanbevolen)
+
+Moet opgemaakt worden volgens de indeling “Joe Bloggs E<lt>jbloggs@foo.comE<gt>”, en is gewoonlijk de persoon die het pakket maakte, in tegenstelling tot de auteur van de verpakte software.
+
+=item B<Uploaders:> I<lijst van volledige-namen-en-e-mailadressen>
+
+Somt al de namen en de e-mailadressen op van de personen die het pakket mee onderhouden volgens dezelfde indeling als van het veld B<Maintainer>. Meerdere mede-onderhouders moeten onderling door een komma gescheiden worden.
+
+=item B<Description:> I<korte-beschrijving>
+
+=item S< >I<uitgebreide-beschrijving>
+
+De indeling van een pakketbeschrijving bestaat uit een beknopte korte samenvatting op de eerste regel (na de veldmarkering B<Description>). De daaropvolgende regels moeten gebruikt worden voor een langere, meer gedetailleerde beschrijving. Elke regel van de uitgebreide beschrijving moet voorafgegaan worden door een spatie, en lege regels in de uitgebreide beschrijving moeten één enkele ‘B<.>’ bevatten die volgt op de eraan voorafgaande spatie.
+
+=item B<Homepage:> I<URL>
+
+De I<URL> van de homepage van het toeleverend project (upstream).
+
+=item B<Standards-Version:> I<versietekenreeks> (aanbevolen)
+
+Dit documenteert de meest recente versie van de normen die vastgelegd werden in de richtlijnen van de distributie en waaraan dit pakket voldoet.
+
+=item B<Vcs-Browser:> I<URL>
+
+De I<url> van een webinterface waarmee door de opslagruimte van het versiecontrolesysteem kan gebladerd worden.
+
+=item B<Vcs-Arch:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Bzr:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Cvs:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Darcs:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Git:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Hg:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Mtn:> I<URL>
+
+=item B<Vcs-Svn:> I<URL>
+
+Deze velden declareren de I<url> van de opslagruimte van het versiecontrolesysteem dat gebruikt wordt om dit pakket te onderhouden. Zie B<deb-src-control>(5) voor verdere informatie.
+
+=item B<Testsuite:> I<namenlijst>
+
+Dit veld declareert dat het broncodepakket de opgegeven testsuites bevat. De waarde is een lijst van onderling door komma's gescheiden testsuites. Indien de waarde B<autopkgtest> bestaat, wordt verondersteld dat het bestand I<debian/tests/control> bestaat. Indien het bestand bestaat, maar de waarde niet, dan zal B<dpkg-source> die automatisch toevoegen met behoud van de vroegere waarden.
+
+=item B<Testsuite-Triggers:> I<pakketlijst>
+
+Dit veld declareert de door komma's gescheiden unie van alle testvereisten (de velden B<Depends> uit het bestand I<debian/tests/control>), waaruit alle restricties verwijderd en alle OR-vereisten uitgevlakt werden (dit betekent omgezet naar aparte AND-relaties), uitgezonderd voor de binaire pakketten, gegenereerd door dit broncodepakket en het equivalent van zijn meta-vereiste B<@>.
+
+Motivering: dit veld is noodzakelijk omdat anders elk broncodepakket uitgepakt zou moeten worden om de testvereisten te kunnen achterhalen.
+
+=item B<Build-Depends:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Build-Depends-Arch:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Build-Depends-Indep:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Build-Conflicts:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Build-Conflicts-Arch:> I<pakketlijst>
+
+=item B<Build-Conflicts-Indep:> I<pakketlijst>
+
+Deze velden declareren de relaties tussen het broncodepakket en de pakketten die gebruikt worden om het te bouwen. Zij worden besproken in de man-pagina B<deb-src-control>(5).
+
+=item B<Package-List:>
+
+=item S< >I<pakket> I<pakkettype> I<sectie> I<prioriteit>
+I<trefwoord-waarde-lijst>
+
+Dit multiregel-veld bevat een lijst van binaire pakketten die door dit broncodepakket gegenereerd worden.
+
+Het element I<pakket> is de naam van het binaire pakket.
+
+Het element I<pakket-type> is het type van het binaire pakket, meestal B<deb>; een andere gebruikelijke waarde is B<udeb>.
+
+De elementen I<sectie> (section) en I<prioriteit> (priority) komen overeen met de velden met dezelfde naam van het binaire pakket.
+
+Het element I<trefwoord-waarde-lijst> is een lijst van door spaties gescheiden I<trefwoord>B<=>I<waarde> en de momenteel herkende optionele trefwoorden zijn:
+
+=over
+
+=item B<arch>
+
+De architectuurrestrictie uit het veld B<Architecture> van het binaire pakket, waarbij spaties naar ‘,’ geconverteerd worden.
+
+=item B<profile>
+
+De genormaliseerde bouwprofiel-restrictieformule uit het veld B<Build-Profile> van het binaire pakket, waarbij OR's omgezet worden naar ‘+’ en AND's naar ‘,’.
+
+=item B<protected>
+
+Indien het binaire pakket beschermd (protected) is, zal dit trefwoord de waarde hebben van het veld B<Protected>, wat een waarde B<yes> is.
+
+Ondersteund sinds dpkg 1.20.1.
+
+=item B<essential>
+
+Indien het binaire pakket essentieel (essential) is, zal dit trefwoord de waarde hebben van het veld B<Essential> en dat is de waarde B<yes>.
+
+=back
+
+=item B<Files:> (verplicht)
+
+=item B<Checksums-Sha1:> (verplicht)
+
+=item B<Checksums-Sha256:> (verplicht)
+
+=item S< >I<controlesom> I<grootte> I<bestandsnaam>
+
+Deze multiregel-velden bevatten een lijst van bestanden met voor elk van hen een controlesom en een grootte. Deze velden hebben een identieke syntaxis en verschillen onderling enkel inzake het gebruikte algoritme voor de controlesom: MD5 voor B<Files>, SHA-1 voor B<Checksums-Sha1> en SHA-256 voor B<Checksums-Sha256>.
+
+De eerste regel van de veldwaarde (het deel dat op dezelfde regel staat als de door een dubbele punt gevolgde veldnaam) is steeds leeg. De inhoud van het veld wordt in de vervolgregels verwoord, één regel per bestand. Elke regel bestaat uit de controlesom, een spatie, de bestandsgrootte, een spatie en de bestandsnaam.
+
+Deze velden sommen alle bestanden op die deel uitmaken van het broncodepakket. De lijst bestanden in deze velden moet overeenkomen met de lijst bestanden in de andere verwante velden.
+
+=back
+
+=head1 BUGS
+
+Het veld B<Format> combineert de indeling van het B<.dsc>-bestand zelf en de indeling van het uitgepakte broncodepakket.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+L<deb822(5)>, B<deb-src-control>(5), B<deb-version>(7), B<dpkg-source>(1).
+
diff --git a/man/nl/dselect.cfg.pod b/man/nl/dselect.cfg.pod
new file mode 100644
index 0000000..f1daeb4
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dselect.cfg.pod
@@ -0,0 +1,34 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dselect.cfg - configuratiebestand voor dselect
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+Dit bestand bevat de standaardopties voor dselect. Elke regel bevat één enkele optie, die exact hetzelfde is als de gewone commandoregeloptie voor dselect, behalve wat de verbindingstekens aan het begin betreft, die hier niet gebruikt worden. Als de opties tussen aanhalingstekens staan, worden die laatste verwijderd. Commentaar is toegelaten. Daarvoor moet men de regel met een hekje (‘B<#>’) laten beginnen.
+
+=head1 BESTANDEN
+
+I<%PKGCONFDIR%/dselect.cfg.d/[0-9a-zA-Z_-]*>
+
+I<%PKGCONFDIR%/dselect.cfg>
+
+I<~/.dselect.cfg>
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dselect>(1).
+
diff --git a/man/nl/dselect.pod b/man/nl/dselect.pod
new file mode 100644
index 0000000..aa21a8c
--- /dev/null
+++ b/man/nl/dselect.pod
@@ -0,0 +1,473 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+dselect - Debian frontend voor pakketbeheer
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<dselect> [I<optie>...] [I<commando>...]
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<dselect> is een van de belangrijkste gebruikersinterfaces voor het beheren van pakketten op een Debian-systeem. In het hoofdmenu van B<dselect> kan de systeembeheerder:
+
+=over
+
+=item *
+
+De lijst van beschikbare pakketversies bijwerken,
+
+=item *
+
+De toestand van geïnstalleerde en beschikbare pakketten bekijken,
+
+=item *
+
+Pakketselecties wijzigen en afhankelijkheden/vereisten beheren,
+
+=item *
+
+Nieuwe pakketten installeren of opwaarderen naar recentere versies.
+
+=back
+
+B<dselect> functioneert als een frontend voor B<dpkg>(1), het primaire Debian gereedschap voor het behandelen van pakketten. Het maakt gebruik van het volledige scherm om een systeem ter beschikking te stellen voor het beheren van pakketselecties met een oplosser voor vereisten en tegenstrijdigheden. Indien het uitgevoerd wordt met beheerdersrechten, kunnen er pakketten mee geïnstalleerd, opgewaardeerd of verwijderd worden. Verschillende benaderingsmethodes kunnen ingesteld worden voor het ophalen van informatie over beschikbare pakketversies en voor het ophalen van installeerbare pakketten uit pakketbronnen. Afhankelijk van de gebruikte benaderingsmethode kunnen deze pakketbronnen publieke archiefservers zijn op het internet, lokale archiefservers of cd's. De aanbevolen benaderingsmethode is I<apt>, welke door het pakket B<apt>(8) geleverd wordt.
+
+Gewoonlijk wordt B<dselect> zonder parameters gestart. Er wordt een interactief menu weergegeven dat de gebruiker een lijst met commando's biedt. Indien een commando opgegeven wordt als argument, dan wordt dat commando onmiddellijk opgestart. Er kunnen ook nog verschillende commandoregelparameters gebruikt worden om de werking van B<dselect> aan te passen of bijkomende informatie over het programma te tonen.
+
+=head1 OPTIES
+
+Alle opties kunnen zowel opgegeven worden aan de commandoregel als in het configuratiebestand I<%PKGCONFDIR%/dselect.cfg> of in de bestanden van de configuratiemap I<%PKGCONFDIR%/dselect.cfg.d/> van B<dselect>. Elke regel in het configuratiebestand is ofwel een optie (exact hetzelfde als de commandoregeloptie, maar zonder de verbindingsstreepjes aan het begin) of commentaar (als hij begint met een ‘B<#>’).
+
+=over
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+Wijzigt de map waarin de bestanden ‘I<status>’ en ‘I<available>’ van dpkg en gelijkaardige bestanden te vinden zijn. De standaard ervoor is I<%ADMINDIR%> indien B<DPKG_ADMINDIR> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--instdir> I<map>
+
+Instellen van de installatiemap, welke verwijst naar de map waar pakketten geïnstalleerd worden (sinds dpkg 1.19.2). Standaard is dat «I</>» indien B<DPKG_ROOT> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--root> I<map>
+
+De hoofdmap instellen op B<map>, hetgeen de installatiemap instelt op «I<map>» en de administratieve map op «I<map>%ADMINDIR%» (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<-D>I<bestand>, B<--debug> I<bestand>
+
+Schakel debuggen in. Debug-informatie wordt naar I<bestand> gezonden.
+
+=item B<--expert>
+
+Schakelt de expert-modus in, d.w.z. dat het geen mogelijks vervelende hulpmededelingen toont.
+
+=item B<--color>
+I<schermdeel>:[I<voorgrond>],[I<achtergrond>][:I<attr>[I<+attr>]...]
+
+=item B<--colour>
+I<schermdeel>:[I<voorgrond>],[I<achtergrond>][:I<attr>[I<+attr>]...]
+
+Configureert de schermkleuren. Dit werkt enkel indien uw scherm kleuren ondersteunt. Deze optie kan meermaals gebruikt worden (en wordt best gebruikt in I<dselect.cfg>). Elk gebruik wijzigt de kleur (en eventueel andere attributen) van een deel van het scherm. De delen van het scherm (van boven naar onder) zijn:
+
+=over
+
+=item B<title>
+
+De titel van het scherm.
+
+=item B<listhead>
+
+De kopregel boven de pakketlijst.
+
+=item B<list>
+
+De schuivende lijst met pakketten (en ook wat hulptekst).
+
+=item B<listsel>
+
+Het geselecteerde item uit de lijst.
+
+=item B<pkgstate>
+
+De tekst die in de pakketlijst de huidige status van elk pakket aangeeft.
+
+=item B<pkgstatesel>
+
+De tekst die in de pakketlijst de huidige status van het momenteel geselecteerde pakket weergeeft.
+
+=item B<infohead>
+
+De kopregel die de toestand van het momenteel geselecteerde pakket toont.
+
+=item B<infodesc>
+
+De korte beschrijving van het pakket.
+
+=item B<info>
+
+Gebruikt om pakket-info te tonen, zoals de beschrijving van het pakket.
+
+=item B<infofoot>
+
+De onderste regel van het scherm bij het selecteren van pakketten.
+
+=item B<query>
+
+Gebruikt om opvragingsregels te tonen
+
+=item B<helpscreen>
+
+De kleur voor hulpschermen.
+
+=back
+
+Na het schermdeel komt een dubbele punt en de opgave van de kleur. U kunt ofwel de voorgrondkleur, de achtergrondkleur of beide instellen ter vervanging van de ingebouwde kleuren. Maak gebruik van de standaardnamen voor curses-kleuren.
+
+Facultatief kan er na de kleuropgave opnieuw een dubbele punt staan en een attribuutspecificatie. Dit is een lijst van één of meer attributen, onderling gescheiden door plus-tekens (‘+’). Mogelijke attributen (niet alle zullen op alle terminals werken) zijn: B<normal>, B<standout>, B<underline>, B<reverse>, B<blink>, B<bright>, B<dim>, B<bold>
+
+=item B<-?>, B<--help>
+
+Geef een korte hulptekst weer en sluit succesvol af.
+
+=item B<--version>
+
+Toon versie-informatie en sluit succesvol af.
+
+=back
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+Als B<dselect> opgestart wordt, kan het de volgende commando's uitvoeren, ofwel rechtstreeks als het commando opgegeven werd aan de commandoregel, ofwel door de gebruiker een menu aan te bieden met beschikbare commando's als het interactief uitgevoerd wordt:
+
+=head2 toegang
+
+Kies en configureer een benaderingsmethode om pakketbronnen te benaderen.
+
+Standaard biedt B<dselect> diverse benaderingsmethodes, zoals I<multi_cd>, I<mounted> of I<ftp>, maar andere pakketten kunnen andere methodes aanbieden, zoals bijvoorbeeld het pakket B<apt>(8) dat de benaderingsmethode I<apt> aanbiedt.
+
+Het gebruik van de benaderingsmethode I<apt> wordt sterk aanbevolen.
+
+=head2 bijwerken
+
+Ververs de database met beschikbare pakketten.
+
+Haalt een lijst van beschikbare pakketversies op uit de voor de huidige benaderingsmethode geconfigureerde pakketbronnen en werkt de database van dpkg bij. Gewoonlijk wordt de pakketlijst door de pakketbron aangeleverd onder de vorm van een bestand met de naam I<Packages> of I<Packages.gz>. Deze bestanden kunnen door onderhouders van pakketbronnen gegenereerd worden met het programma B<dpkg-scanpackages>(1).
+
+De bijzonderheden van het update-commando zijn afhankelijk van de implementatie van de benaderingsmethode. Normaal gezien is het een eenvoudig proces dat geen tussenkomst van de gebruiker nodig heeft.
+
+=head2 selecteren
+
+Bekijk of beheer pakketselecties en vereisten.
+
+Dit is de hoofdfunctie van B<dselect>. In het selectiescherm kan de gebruiker een lijst van alle beschikbare en geïnstalleerde pakketten nakijken. Indien dit uitgevoerd wordt met beheerdersrechten, is het ook mogelijk om interactief de selectiestatus van pakketten te wijzigen. B<dselect> gaat de implicaties van deze wijzigingen na voor andere pakketten die ervan afhankelijk of ermee in tegenstrijd zijn.
+
+Indien een tegenstrijdigheid of een falende vereiste ontdekt wordt, krijgt de gebruiker een scherm voor het oplossen van vereisten aangeboden. In dat scherm wordt een lijst van tegenstrijdige of afhankelijke pakketten getoond en voor elk weergegeven pakket wordt aangegeven wat de reden is waarom het daar getoond wordt. De gebruiker kan de door B<dselect> voorgestelde suggesties toepassen, ze veranderen of alle wijzigingen intrekken, met inbegrip van die welke de onopgeloste vereisten of tegenstrijdigheden creëerden.
+
+Het gebruik van het scherm voor interactief selectiebeheer wordt hierna meer gedetailleerd uitgelegd.
+
+=head2 installeren
+
+Installeert geselecteerde pakketten.
+
+De geconfigureerde benaderingsmethode zal installeerbare of opwaardeerbare pakketten ophalen uit de betrokken pakketbronnen en ze met behulp van B<dpkg> installeren. Afhankelijk van de implementatie van de benaderingsmethode, kunnen alle pakketten voor de installatie vooraf opgehaald worden, of opgehaald worden als dat nodig is. Sommige benaderingsmethodes kunnen ook pakketten verwijderen die gemarkeerd waren om verwijderd te worden.
+
+Indien zich tijdens het installeren een fout voordeed, wordt over het algemeen aangeraden om het commando install nogmaals uit te voeren. In de meeste gevallen zullen de problemen verdwijnen of opgelost geraken. Indien er problemen blijven bestaan of de uitgevoerde installatie niet correct was, gelieve dan op zoek te gaan naar de oorzaken ervan en de omstandigheden te onderzoeken en een bugrapport te sturen naar het bugvolgsysteem van Debian. Instructies over hoe u dit kunt doen, zijn te vinden op L<https://bugs.debian.org/> of u kunt de documentatie lezen bij B<bug>(1) of B<reportbug>(1) mochten die geïnstalleerd zijn.
+
+De bijzonderheden van het install-commando hangen af van de implementatie van de benaderingsmethode. Er kan behoefte zijn aan aandacht en invoer vanwege de gebruiker tijdens het installeren, configureren of verwijderen van pakketten. Dit is afhankelijk van de scripts van de pakketonderhouder uit het pakket. Een aantal pakketten maakt gebruik van de bibliotheek B<debconf>(1) die meer flexibele installatieopstellingen en zelfs geautomatiseerde installaties toelaat.
+
+=head2 configureren
+
+Configureert eventuele eerder geïnstalleerde maar nog niet volledig geconfigureerde pakketten.
+
+=head2 verwijderen
+
+Verwijdert of wist geïnstalleerde pakketten die gemarkeerd waren om verwijderd te worden.
+
+=head2 einde
+
+Beëindigt B<dselect>.
+
+Sluit het programma af met de foutcode nul (succesvol).
+
+=head1 PAKKETSELECTIES BEHEREN
+
+=head2 Inleiding
+
+B<dselect> stelt de beheerder rechtstreeks bloot aan sommige aspecten van de complexiteit van het beheren van een grote hoeveelheid pakketten met een grote onderlinge afhankelijkheid. Voor een gebruiker die niet vertrouwd is met het concept en de werkwijze van het Debian pakketbeheersysteem kan dit behoorlijk overdonderend zijn. Hoewel B<dselect> erop gericht is pakketbeheer te vergemakkelijken, is het niet meer dan een instrument ervoor en er kan niet van verwacht worden dat het afdoend in de plaats treedt van de vaardigheden en de kennis van de beheerder. Van de gebruiker wordt vereist dat hij vertrouwd is met de onderliggende concepten van het Debian pakketsysteem. Gelieve in geval van twijfel de man-pagina van B<dpkg>(1) te raadplegen en de beleidsrichtlijnen van de distributie.
+
+Tenzij B<dselect> uitgevoerd wordt in de rechtstreekse of de expertmodus, wordt eerst een hulpscherm getoond als u dit commando via het menu uitvoert. Het wordt de gebruiker I<ten stelligste> aangeraden om bij het verschijnen van een online hulpvenster alle informatie eruit grondig te bestuderen. Op elk moment kan een online hulpvenster opgeroepen worden met de ‘B<?>’-toets.
+
+=head2 Schermopmaak
+
+Het selectiescherm is standaard opgesplitst in een bovenste en onderste helft. De bovenste helft toont een lijst met pakketten. Een cursorbalk kan een individueel pakket selecteren of een groep pakketten door de kopregel van een groep te selecteren, waar dat van toepassing is. De onderste helft van het scherm toont een aantal bijzonderheden over het momenteel geselecteerde pakket uit de bovenste schermhelft. Het soort getoonde bijzonderheden kan verschillen.
+
+Drukken op de toets ‘B<I>’ wisselt tussen de pakketlijst over het volledige scherm, een meer uitgebreide weergave van de pakketdetails en een opgesplitst scherm in twee gelijke helften.
+
+=head2 Het scherm met de pakketbijzonderheden
+
+Het scherm met de pakketdetails toont standaard de uitvoerige pakketbeschrijving van het pakket dat momenteel geselecteerd is in de pakketstatuslijst. Tussen het type van informatie kan geschakeld worden met de toets ‘B<i>’. Daarmee wisselt u af tussen:
+
+=over
+
+=item *
+
+de uitvoerige beschrijving
+
+=item *
+
+de controle-informatie over de geïnstalleerde versie
+
+=item *
+
+de controle-informatie voor de beschikbare versie
+
+=back
+
+In een scherm voor het oplossen van vereisten bestaat ook de mogelijkheid om de specifieke niet-voldane vereisten of tegenstrijdigheden in verband met het pakket, die de reden zijn waarom het pakket vermeld wordt, te zien.
+
+=head2 De pakketstatuslijst
+
+Het selectiehoofdscherm toont een lijst met alle pakketten die door het Debian pakketbeheersysteem gekend zijn. Dit omvat de pakketten die op het systeem geïnstalleerd zijn en de pakketten die gekend zijn in de databank van beschikbare pakketten.
+
+Voor elk pakket geeft de lijst de status van het pakket weer, zijn prioriteit, sectie, geïnstalleerde en beschikbare architectuur, geïnstalleerde en beschikbare versies, de pakketnaam en een beknopte beschrijving ervan, en dit allemaal op één enkele regel. Door op de toets ‘B<A>’ te drukken, kan de weergave van de geïnstalleerde en beschikbare architectuur aan- en uitgeschakeld worden. Door op de toets ‘B<V>’ te drukken, kan de weergave van de geïnstalleerde en beschikbare versie aan- en uitgeschakeld worden. Door op de toets ‘B<v>’ te drukken, kan gewisseld worden tussen een verkorte of een uitgebreide weergave van de pakketstatus. De verkorte weergave is standaard.
+
+De verkorte statusaanduiding bestaat uit vier delen: een foutvlag, die normaal gezien leeg zou moeten zijn, de huidige status, de laatste selectiestatus en de huidige selectiestatus. De eerste twee houden verband met de actuele toestand van het pakket, de laatste twee hebben betrekking op de selecties die door de gebruiker gemaakt zijn.
+
+Dit is de betekenis van de verkorte pakketstatusaanduidingscodes:
+
+=over
+
+Foutvlag:
+
+=over
+
+=item I<leeg> geen fout
+
+=item B<R> ernstige fout, behoeft herinstallatie;
+
+=back
+
+Instalatietoestand:
+
+=over
+
+=item I<leeg> niet geïnstalleerd;
+
+=item B<*> volledig geïnstalleerd en geconfigureerd;
+
+=item B<-> niet geïnstalleerd maar sommige configuratiebestanden kunnen
+achtergebleven zijn;
+
+=item B<U> uitgepakt, maar nog niet geconfigureerd;
+
+=item B<C> half geconfigureerd (er trad een fout op);
+
+=item B<I> half geïnstalleerd (er trad een fout op).
+
+=back
+
+Huidige en gevraagde selecties:
+
+=over
+
+=item B<*> gemarkeerd voor installatie of opwaardering;
+
+=item B<-> gemarkeerd voor verwijdering, configuratiebestanden zullen blijven;
+
+=item B<=> on hold (vastgehouden): het pakket zal helemaal niet verwerkt worden;
+
+=item B<_> gemarkeerd om gewist te worden, ook configuratie wissen;
+
+=item B<n> pakket is nieuw en moet nog gemarkeerd worden.
+
+=back
+
+=back
+
+=head2 Cursor- en schermbewegingen
+
+Men kan door de pakketselectielijst en in de schermen voor het oplossen van vereisten en tegenstrijdigheden navigeren met behulp van bewegingscommando's die aan de volgende toetsen gekoppeld zijn:
+
+=over
+
+=over
+
+=item B<p, pijl omhoog, k> de cursorbalk omhoog bewegen
+
+=item B<n, pijl omlaag, j> de cursorbalk omlaag bewegen
+
+=item B<P, Pgup, Backspace> in de lijst 1 pagina naar boven verschuiven
+
+=item B<N, Pgdn, Spatie> in de lijst 1 pagina naar onder verschuiven
+
+=item B<^p> in de lijst 1 regel naar boven verschuiven
+
+=item B<^n> in de lijst 1 regel naar onder verschuiven
+
+=item B<t, Home> naar het begin van de lijst springen
+
+=item B<e, End> naar het einde van de lijst springen
+
+=item B<u> in de info 1 pagina naar boven verschuiven
+
+=item B<d> in de info 1 pagina naar onder verschuiven
+
+=item B<^u> in de info 1 regel naar boven verschuiven
+
+=item B<^d> in de info 1 regel naar onder verschuiven
+
+=item <B, pijl links> weergave 1/3 schermbreedte naar links zwaaien
+
+=item B<F, pijl rechts> weergave 1/3 schermbreedte naar rechts zwaaien
+
+=item B<^b> weergave 1 tekenbreedte naar links zwaaien
+
+=item B<^f> weergave 1 tekenbreedte naar rechts zwaaien
+
+=back
+
+=back
+
+=head2 Zoeken en sorteren
+
+In de pakketlijst kan gezocht worden op pakketnaam. Dit gebeurt door op ‘B</>’ te drukken en een eenvoudige zoektekenreeks in te typen. De tekenreeks wordt als een B<regex>(7) reguliere expressie geïnterpreteerd. Indien u ‘B</d>’ toevoegt aan de zoekexpressie, dan zal dselect ook in de beschrijvingen zoeken. Indien u ‘B</i>’ toevoegt, dan zal de zoekbewerking hoofdletterongevoelig zijn. U kunt deze beide suffixen op de volgende manier combineren: ‘B</id>’. Herhaalde zoekbewerkingen gebeuren door telkens opnieuw op de toets ‘B<n>’ of ‘B<\>’ te drukken, totdat het gewenste pakket gevonden werd. Indien de zoekbewerking onderaan de lijst uitkomt, loopt ze door naar boven en zoekt van daaraf verder.
+
+De volgorde van de lijst kan veranderd worden door herhaaldelijk op de toetsen ‘B<o>’ en ‘B<O>’ te drukken. Uit de volgende negen volgordes kan gekozen worden:
+
+=over
+
+=over
+
+=item B<alfabetisch>
+
+=item B<prioriteit+sectie>
+
+=item B<sectie+prioriteit>
+
+=item B<beschikbaar>
+
+=item B<beschikbaar+prioriteit>
+
+=item B<beschikbaar+sectie>
+
+=item B<status>
+
+=item B<status+prioriteit>
+
+=item B<status+sectie>
+
+=back
+
+=back
+
+Waar die hierboven niet expliciet vermeld wordt, wordt de alfabetische volgorde als sorteersleutel gebruikt voor het laatste subniveau.
+
+=head2 Selecties wijzigen
+
+De gevraagde selectiestatus van individuele pakketten kan gewijzigd worden met de volgende commando's:
+
+=over
+
+=over
+
+=item B<+, Insert> installeren of opwaarderen
+
+=item B<=, H> vasthouden in de huidige toestand en versie
+
+=item B<:, G> niet langer vasthouden: opwaarderen of niet-geïnstalleerd laten
+
+=item B<-, Delete> verwijderen, maar de configuratie laten
+
+=item B<_> verwijderen & configuratie wissen
+
+=back
+
+=back
+
+Indien de gevraagde verandering resulteert in één of meer niet-voldane vereisten of tegenstrijdigheden, zal B<dselect> de gebruiker een scherm presenteren voor het oplossen van afhankelijkheden. Dit zal hierna verder toegelicht worden.
+
+Het is ook mogelijk om deze commando's te gebruiken voor groepen pakketselecties door de cursorbalk te plaatsen op een koptekst van een groep. De exacte groepering van pakketten is afhankelijk van de huidige instellingen voor de lijstordening.
+
+Het aanbrengen van wijzigingen aan de selectie van een grote groep pakketten moet met voldoende zorg gebeuren, aangezien dit onmiddellijk een groot aantal niet-voldane vereisten en tegenstrijdigheden kan creëren. Die worden dan allemaal tegelijk opgesomd in één enkel scherm met het oog op het oplossen van afhankelijkheden, hetgeen het zeer moeilijk kan maken om ermee om te gaan. In de praktijk heeft het enkel nut om groepsactivatie of -deactivatie te gebruiken voor de instelling 'te handhaven'.
+
+=head2 Vereisten en tegenstrijdigheden oplossen
+
+Wanneer een wijzigingsverzoek resulteert in één of meer onvoldane vereisten of tegenstrijdigheden, krijgt de gebruiker een scherm gepresenteerd om de afhankelijkheden op te lossen. Eerst wordt er echter een informatief hulpscherm weergegeven.
+
+De bovenste helft van dat scherm somt alle pakketten op die niet-voldane vereisten en tegenstrijdigheden zullen hebben ten gevolge van de gevraagde wijziging en al de pakketten waarvan de installatie een vereiste kan oplossen of waarvan een verwijdering een oplossing kan bieden voor een tegenstrijdigheid. De onderste helft toont standaard de vereisten of tegenstrijdigheden die er de oorzaak van zijn dat het momenteel geselecteerde pakket vermeld wordt.
+
+Bij de initiële weergave van de sub-lijst met pakketten, kan B<dselect> reeds voor sommige van de opgesomde pakketten de aangevraagde selectiestatus ingesteld hebben in functie van een oplossing voor de vereiste of de tegenstrijdigheid die leidde tot het weergeven van dit scherm, gericht op het oplossen van afhankelijkheidsproblemen. Gewoonlijk doet u er goed aan de suggesties van B<dselect> te volgen.
+
+De selectiestatus van de vermelde pakketten kan teruggedraaid worden naar de originele instelling, zoals die was vooraleer de niet-voldane vereiste of tegenstrijdigheid gecreëerd werd, door op de toets ‘B<R>’ te drukken. Door op de toets ‘B<D>’ worden de automatische suggesties teruggedraaid, maar blijft de wijziging die de aanleiding was voor het tonen van het oplossingsscherm voor afhankelijkheden, behouden op de aangevraagde toestand. Door op de toets ‘B<U>’ te drukken tenslotte, worden de selecties terug ingesteld op de automatisch gesuggereerde waarden.
+
+=head2 De gevraagde selecties effectief tot stand brengen
+
+De momenteel weergegeven reeks selecties wordt aanvaard door op B<enter> te drukken. Indien B<dselect> geen niet-voldane vereisten ontdekt die het gevolg zijn van de gevraagde selecties, dan zullen de nieuwe selecties ingesteld worden. Indien er echter wel nog niet-voldane vereisten zijn, dan zal B<dselect> de gebruiker opnieuw een scherm presenteren voor het oplossen van afhankelijkheden.
+
+Om een reeks selecties die niet-voldane vereisten of tegenstrijdigheden creëren, door te voeren en B<dselect> te dwingen ze te aanvaarden, drukt u op de toets ‘B<Q>’. Dit stelt de selecties onvoorwaardelijk in zoals ze door de gebruiker opgegeven werden. U zou dit over het algemeen niet moeten doen, tenzij u de kleine lettertjes gelezen heeft.
+
+Het tegenovergestelde effect, namelijk intrekken van eventuele aangevraagde selectiewijzigingen en terugkeren naar de vorige lijst met selecties, bekomt u door op de toets ‘B<X>’ of B<escape> te drukken. Door meermaals op deze toetsen te drukken kunnen eventuele misschien schadelijke wijzigingen aan de aangevraagde pakketselecties volledig ingetrokken worden en kan teruggekeerd worden tot aan de laatste effectief tot stand gebrachte instellingen.
+
+Indien u bij vergissing bepaalde instellingen effectief tot stand bracht en alle selecties wilt terugdraaien naar wat momenteel op het systeem geïnstalleerd is, drukt u op de toets ‘B<C>’. Dit is min of meer gelijk aan voor alle pakketten het commando gebruiken 'annuleer te handhaven', maar het is een meer voor de hand liggende paniekknop voor het geval de gebruiker per ongeluk op B<enter> drukte.
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+Het gevraagde commando werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<2>
+
+Fatale of onherstelbare fout die te wijten is aan ongeldig gebruik van de commandoregel of aan interacties met het systeem, zoals het benaderen van de database, het toewijzen van geheugen, enz.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<DPKG_ROOT>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--instdir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<DPKG_ADMINDIR>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--admindir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de databasemap van B<dpkg> (sinds dpkg 1.21.0).
+
+=item B<HOME>
+
+Indien dit ingesteld werd, zal B<dselect> dit gebruiken als de map waarin het gebruikersspecifieke configuratiebestand te vinden is.
+
+=back
+
+=head1 BUGS
+
+De pakketselectie-interface van B<dselect> is voor sommige nieuwe gebruikers verwarrend. Volgens geruchten doet het zelfs ervaren kernelontwikkelaars huilen.
+
+Er ontbreekt goede documentatie.
+
+Het hoofdmenu bevat geen hulp-optie.
+
+De zichtbare lijst van beschikbare pakketten kan niet gereduceerd worden.
+
+De ingebouwde benaderingsmethodes voldoen niet langer aan de huidige kwaliteitsnormen. Gebruik de benaderingsmethode die B<apt>(8) voorziet. Die is niet enkel niet defect, ze is ook veel flexibeler dan de ingebouwde benaderingsmethodes.
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<dpkg>(1), B<apt>(8), B<sources.list>(5), B<deb>(5).
+
diff --git a/man/nl/start-stop-daemon.pod b/man/nl/start-stop-daemon.pod
new file mode 100644
index 0000000..473fdb1
--- /dev/null
+++ b/man/nl/start-stop-daemon.pod
@@ -0,0 +1,294 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+start-stop-daemon - start en stopt systeemachtergronddiensten
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<start-stop-daemon> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<start-stop-daemon> wordt gebruikt om het creëren en afsluiten van processen op systeemniveau te regelen. Door een van de overeenkomstige opties te gebruiken kan B<start-stop-daemon> geconfigureerd worden om bestaande exemplaren te vinden van actieve processen.
+
+B<Opmerking:> tenzij B<--pid> of B<--pidfile> opgegeven werden, gedraagt B<start-stop-daemon> zich gelijk B<killall>(1). B<start-stop-daemon> zal de procestabel overlopen op zoek naar processen die overeenkomen met de procesnaam, het moeder-pid, uid en/of gid (als ze opgegeven werden). Voor elk proces dat een overeenkomst oplevert, zal verhinderd worden dat B<--start> het proces opstart. Aan alle overeenkomende processen zal het TERM-signaal (of het signaal dat met B<--signal> of B<--retry> opgegeven werd) gegeven worden, indien B<--stop> opgegeven werd. Voor achtergronddiensten met langlevende dochterprocessen die bij een B<--stop> moeten blijven bestaan, moet u een pid-bestand opgeven.
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<-S>, B<--start> [B<-->] I<argumenten>
+
+Nagaan of het opgegeven proces bestaat. Indien een dergelijk proces bestaat, doet B<start-stop-daemon> niets en sluit het af met foutstatus 1 (0 indien B<--oknodo> opgegeven werd). Indien een dergelijk proces niet bestaat, start het een exemplaar ervan, door het programma te gebruiken dat ofwel met B<--exec> opgegeven werd, ofwel met B<--startas> als dat gebruikt werd. Eventuele argumenten die na B<--> opgegeven werden aan de commandoregel, worden ongewijzigd doorgegeven aan het programma dat opgestart wordt.
+
+=item B<-K>, B<--stop>
+
+Gaat na of het opgegeven proces bestaat. Indien een dergelijk proces bestaat, geeft B<start-stop-daemon> het het signaal dat met B<--signal> opgegeven werd en sluit dan af met foutstatus 0. Indien een dergelijk proces niet bestaat, sluit B<start-stop-daemon> af met foutstatus 1 (0 indien B<--oknodo> opgegeven werd). Indien B<--retry> opgegeven werd, zal B<start-stop-daemon> controleren of het/de proces(sen) beëindigd werden.
+
+=item B<-T>, B<--status>
+
+Gaat het bestaan van een opgegeven proces na en geeft een afsluitstatuscode terug die in overeenstemming is met de LSB-acties voor initialisatiescripts (LSB Init Script Actions) (sinds versie 1.16.1).
+
+=item B<-H>, B<--help>
+
+Informatie over het gebruik tonen en afsluiten.
+
+=item B<-V>, B<--version>
+
+De programmaversie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=head2 Vergelijkingsopties
+
+=over
+
+=item B<--pid> I<pid>
+
+Nagaan of een proces bestaat met het opgegeven I<pid> (sinds versie 1.17.6). Het I<pid> moet een getal zijn groter dan 0.
+
+=item B<--ppid> I<moeder-pid>
+
+Nagaan of een proces bestaat met het opgegeven moeder-pid I<moeder-pid> (sinds versie 1.17.7). Het I<moeder-pid> moet een getal zijn groter dan 0.
+
+=item B<-p>, B<--pidfile> I<pid-bestand>
+
+Nagaan of een proces het bestand I<pid-bestand> aangemaakt heeft.
+
+B<Opmerking:> deze vergelijkingsoptie alleen gebruiken, kan ertoe leiden dat geageerd wordt op niet-bedoelde processen in het geval het oude proces eindigde zonder dat het in staat was het I<pid-bestand> te verwijderen.
+
+B<Waarschuwing:> deze vergelijkingsoptie gebruiken met een pid-bestand dat door iedereen beschreven kan worden, of deze enkel gebruiken met een achtergronddienst die het pid-bestand wegschrijft als gebruiker zonder bijzondere rechten, zal met een foutmelding geweigerd worden (sinds versie 1.19.3) omdat het een veiligheidsrisico inhoudt. Dit is omdat elke gebruiker er naartoe kan schrijven, of omdat de inhoud van het pid-bestand niet vertrouwd kan worden als de achtergronddienst aangetast raakt, met als resultaat dat een programmauitvoerder met bijzondere rechten (zoals een init-script dat als systeembeheerder uitgevoerd wordt) op gelijk welk systeemproces kan inwerken. Het gebruik van I</dev/null> is vrijgesteld van deze controles.
+
+=item B<-x>, B<--exec> I<programma>
+
+Op processen controleren welke exemplaren zijn van dit I<programma>. Het argument I<programma> moet een absolute padnaam zijn.
+
+B<Opmerking:> met geïnterpreteerde scripts kan dit anders dan bedoeld werken, aangezien de interpreter aangewezen zal worden als het bedoelde programma. Houd er rekening mee dat ook processen die in een chroot uitgevoerd worden een overeenkomst zullen opleveren. Het kan dus nodig zijn om bijkomende vergelijkingsrestricties op te geven.
+
+=item B<-n>, B<--name> I<procesnaam>
+
+Nagaan of er processen bestaan die de naam I<procesnaam> hebben. De I<procesnaam> is meestal de bestandsnaam van het proces, maar dat kan door het proces zelf gewijzigd zijn.
+
+B<Opmerking:> op de meeste systemen wordt deze informatie gehaald uit de kernel uit de comm-naam van het proces. De limiet voor de lengte ervan heeft de tendens relatief klein te zijn (uitgaan van meer dan 15 tekens is niet-overdraagbaar).
+
+=item B<-u>, B<--user> I<gebruikersnaam>|I<uid>
+
+Nagaan of er processen zijn die eigendom zijn van de gebruiker die met I<gebruikersnaam> of I<uid> opgegeven werd.
+
+B<Opmerking:> enkel deze vergelijkingsoptie gebruiken zal ertoe leiden dat geageerd wordt op alle processen die met de gebruiker overeenkomen.
+
+=back
+
+=head2 Algemene opties
+
+=over
+
+=item B<-g>, B<--group> I<groep>|I<gid>
+
+Naar I<groep> of I<gid> veranderen bij het starten van het proces.
+
+=item B<-s>, B<--signal> I<signaal>
+
+Samen met B<--stop> gebruikt, geeft het op welk signaal moet gestuurd worden naar de processen die gestopt worden (standaard is dat TERM).
+
+=item B<-R>, B<--retry> I<verlooptijd>|I<schema>
+
+Samen met B<--stop> gebruikt, geeft het aan dat B<start-stop-daemon> moet nagaan of het/de proces(sen) stoppen. Het zal bij herhaling controleren of er eventueel processen actief zijn die een overeenkomst opleveren, totdat dit voor geen enkel proces nog het geval is. Indien de processen niet afsluiten, dan zal het verdere actie ondernemen, zoals aangegeven door het schema.
+
+Indien I<verlooptijd> opgegeven werd in plaats van I<schema>, dan wordt het schema I<signaal>B</>I<verlooptijd>B</KILL/>I<verlooptijd> gebruikt, waarbij I<signaal> het signaal is dat opgegeven werd met B<--signal>.
+
+I<schema> is een lijst van minstens twee items, van elkaar gescheiden door slashes (B</>). Elk item kan B<->I<signaalnummer> of [B<->]I<signaalnaam> zijn, hetgeen betekent dat dit signaal gegeven moet worden, of I<verlooptijd>, hetgeen betekent dat dit aantal seconden gewacht moet worden op het afsluiten van de processen, of B<forever>, hetgeen betekent dat de rest van het schema zo nodig permanent herhaald moet worden.
+
+Indien het einde van het schema bereikt wordt en B<forever> niet opgegeven werd, dan zal B<start-stop-daemon> afsluiten met de foutstatus 2. Indien een schema opgegeven werd, dan wordt elk signaal dat met B<--signal> opgegeven werd, genegeerd.
+
+=item B<-a>, B<--startas> I<padnaam>
+
+Samen met B<--start> gebruikt, start dit het proces dat met I<padnaam> opgegeven werd. Indien dit niet opgegeven werd, wordt als standaard het argument gebruikt dat bij B<--exec> opgegeven werd.
+
+=item B<-t>, B<--test>
+
+De acties die ondernomen zouden worden tonen en de passende terugkeerwaarde geven, maar geen actie ondernemen.
+
+=item B<-o>, B<--oknodo>
+
+Afsluitstatus 0 teruggeven in plaats van 1 indien er geen acties ondernomen werden(/zouden worden).
+
+=item B<-q>, B<--quiet>
+
+Geen informatieve berichten weergeven; enkel foutmeldingen tonen.
+
+=item B<-c>, B<--chuid> I<gebruikersnaam>|I<uid>[B<:>I<groep>|I<gid>]
+
+Naar deze gebruikersnaam/uid veranderen voordat het proces gestart wordt. U kunt ook een groep opgeven door een B<:> toe te voegen en dan de groep of gid op te geven op dezelfde manier als voor het commando B<chown>(1) (I<gebruiker>B<:>I<groep>). Indien een gebruiker opgegeven wordt zonder een groep, dan wordt voor die gebruiker zijn primaire GID gebruikt. Bij het gebruik van deze optie moet u er zich van bewust zijn dat ook de primaire en bijkomende groepen ingesteld worden, ook als de optie B<--group> niet opgegeven werd. De optie B<--group> dient enkel voor groepen waartoe de gebruiker normaal niet behoort (zoals het voor een specifiek proces instellen van een groepslidmaatschap voor algemene gebruikers zoals B<nobody>).
+
+=item B<-r>, B<--chroot> I<hoofdmap>
+
+Chdir en chroot naar I<hoofdmap> voordat het proces gestart wordt. Merk op dat het pid-bestand ook na het chrooten gemaakt wordt.
+
+=item B<-d>, B<--chdir> I<pad>
+
+Chdir naar I<pad> voordat het proces gestart wordt. Dit gebeurt na het chrooten als de optie B<-r>|B<--chroot> ingesteld werd. Indien dit niet opgegeven wordt, dan zal B<start-stop-daemon> een chdir naar de hoofdmap uitvoeren voordat het proces gestart wordt.
+
+=item B<-b>, B<--background>
+
+Wordt meestal gebruikt bij programma's die zich niet uit zichzelf afsplitsen. Deze optie dwingt B<start-stop-daemon> om een nieuw proces (fork) te beginnen voordat het proces wordt gestart, en dwingt het naar de achtergrond.
+
+B<Waarschuwing: start-stop-daemon> kan de afsluitstatus van het proces niet opvolgen mocht de uitvoering ervan om B<een of andere> reden mislukken. Dit is een laatste toevlucht en is enkel bedoeld voor programma's waarvoor het ofwel geen zin heeft om uit zichzelf een nieuw proces (fork) te beginnen, of waarvoor het ondoenbaar is om code toe te voegen waardoor ze dat uit zichzelf zouden doen.
+
+=item B<--notify-await>
+
+Wachten tot het achtergrondproces een kennisgeving zendt dat het gereed is, vooraleer de dienst als opgestart beschouwd wordt (sinds versie 1.19.3). Dit past elementen van het 'readiness protocol' van systemd toe, zoals dit in de man-pagina B<sd_notify>(3) gespecificeerd wordt. De volgende variabelen worden ondersteund:
+
+=over
+
+=item B<READY=1>
+
+Het programma is gereed om zijn dienstverlening aan te bieden en dus kunnen we veilig afsluiten.
+
+=item B<EXTEND_TIMEOUT_USEC=>I<aantal>
+
+Het programma vraagt om de wachttijd uit te breiden met I<aantal> microseconden. Dit stelt de huidige wachttijd opnieuw in op de opgegeven waarde.
+
+=item B<ERRNO=>I<nummer>
+
+Het programma sluit af met een foutmelding. Hetzelfde doen en van de B<errno>-waarde de gebruikersvriendelijke tekenreeks tonen.
+
+=back
+
+=item B<--notify-timeout> I<wachttijd>
+
+Een wachttijd instellen voor de optie B<--notify-await> (sinds versie 1.19.3). Wanneer de wachttijd verlopen is, zal B<start-stop-daemon> afsluiten met een foutmelding en zal niet gewacht worden op de kennisgeving van gereedheid. Standaard is dit B<60> seconden.
+
+=item B<-C>, B<--no-close>
+
+Een eventuele bestandsindicator niet sluiten bij het naar de achtergrond dwingen van de achtergronddienst (sinds version 1.16.5). Gebruikt met het oog op debuggen om de uitvoer van het proces te zien of om bestandsindicatoren om te leiden om de procesuitvoer te loggen. Enkel relevant als B<--background> gebruikt wordt.
+
+=item B<-O>, B<--output> I<padnaam>
+
+B<stdout> en B<stderr> omleiden naar I<padnaam> wanneer de achtergronddienst naar de achtergrond gedwongen wordt (sinds versie 1.20.6). Enkel relevant bij het gebruik van B<--background>.
+
+=item B<-N>, B<--nicelevel> I<geheel-getal>
+
+Dit wijzigt de prioriteit van het proces voor het gestart wordt.
+
+=item B<-P>, B<--procsched> I<beleid>B<:>I<prioriteit>
+
+Dit wijzigt het procesplannerbeleid en de procesplannerprioriteit van het proces voor het gestart wordt (sinds versie 1.15.0). Facultatief kan de prioriteit opgegeven worden door een B<:>, gevolgd door de waarde, toe te voegen. De standaardI<prioriteit> is 0. De momenteel ondersteunde waarden voor beleid zijn B<other>, B<fifo> en B<rr>.
+
+Deze optie doet mogelijk niets op sommige systemen waar POSIX-procesplanning niet wordt ondersteund.
+
+=item B<-I>, B<--iosched> I<klasse>B<:>I<prioriteit>
+
+Dit wijzigt de IO-plannerklasse en IO-plannerprioriteit van het proces voor het gestart wordt (sinds versie 1.15.0). Facultatief kan de prioriteit opgegeven worden door een B<:>, gevolgd door de waarde, toe te voegen. De standaardI<prioriteit> is 4, tenzij I<klasse> B<idle> is. In dat geval zal I<prioriteit> steeds 7 zijn. De momenteel ondersteunde waarden voor I<klasse> zijn B<idle>, B<best-effort> en B<real-time>.
+
+Deze optie doet mogelijk niets op sommige systemen waar Linux IO-planning niet wordt ondersteund.
+
+=item B<-k>, B<--umask> I<masker>
+
+Dit stelt het umask van het proces in voor het gestart wordt (sinds versie 1.13.22).
+
+=item B<-m>, B<--make-pidfile>
+
+Wordt gebruikt bij het starten van een programma dat zijn eigen pid-bestand niet creëert. Deze optie zal B<start-stop-daemon> het bestand waarnaar met B<--pidfile> verwezen wordt, doen aanmaken en er het pid in doen plaatsen juist voor het uitvoeren van het proces. Merk op dat het bestand bij het stoppen van het programma enkel verwijderd zal worden als B<--remove-pidfile> gebruikt wordt.
+
+B<Opmerking:> het is mogelijk dat deze functionaliteit niet in alle gevallen werkt. Dit is in het bijzonder zo als het programma dat uitgevoerd wordt, een nieuw proces (fork) begint vanuit zijn hoofdproces. Daarom is dit gewoonlijk enkel nuttig in combinatie met de optie B<--background>.
+
+=item B<--remove-pidfile>
+
+Wordt gebruikt bij het stoppen van een programma dat zijn eigen pid-bestand niet verwijdert (sinds versie 1.17.19). Deze optie zal B<start-stop-daemon> het bestand waarnaar met B<--pidfile> verwezen wordt, doen verwijderen na het beëindigen van het proces.
+
+=item B<-v>, B<--verbose>
+
+Uitvoerige informatieve mededelingen weergeven.
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd uitgevoerd. Indien B<--oknodo> opgegeven werd, is het ook mogelijk dat er niets gedaan moest worden. Dit kan het geval zijn als B<--start> opgegeven werd en er al een overeenkomstig proces actief was, of als B<--stop> opgegeven werd en er geen overeenkomstige processen waren.
+
+=item B<1>
+
+Indien B<--oknodo> niet opgegeven werd en niets gedaan werd.
+
+=item B<2>
+
+Indien B<--stop> en B<--retry> opgegeven werden, maar het einde van het schema bereikt werd en de processen nog steeds actief waren.
+
+=item B<3>
+
+Elke andere fout.
+
+=back
+
+Bij het gebruik van het commando B<--status>, worden de volgende statuscodes teruggegeven:
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+Het programma is actief.
+
+=item B<1>
+
+Het programma is niet actief en het pid-bestand bestaat.
+
+=item B<3>
+
+Het programma is niet actief.
+
+=item B<4>
+
+Niet in staat om de status van het programma te bepalen.
+
+=back
+
+=head1 VOORBEELD
+
+De achtergronddienst B<food> starten, tenzij er al één actief is (een proces met als naam food, dat actief is als gebruiker food met de pid in food.pid):
+
+=over
+
+ start-stop-daemon --start --oknodo --user food --name food \
+ --pidfile %RUNSTATEDIR%/food.pid --startas /usr/sbin/food \
+ --chuid food -- --daemon
+
+=back
+
+B<SIGTERM> naar B<food> sturen en tot 5 seconden wachten op zijn beëindiging:
+
+=over
+
+ start-stop-daemon --stop --oknodo --user food --name food \
+ --pidfile %RUNSTATEDIR%/food.pid --retry 5
+
+=back
+
+Demonstratie van een aangepast schema om B<food> te stoppen:
+
+=over
+
+ start-stop-daemon --stop --oknodo --user food --name food \
+ --pidfile %RUNSTATEDIR%/food.pid --retry=TERM/30/KILL/5
+
+=back
+
diff --git a/man/nl/update-alternatives.pod b/man/nl/update-alternatives.pod
new file mode 100644
index 0000000..4b93bb6
--- /dev/null
+++ b/man/nl/update-alternatives.pod
@@ -0,0 +1,364 @@
+
+ *****************************************************
+ * GENERATED FILE, DO NOT EDIT *
+ * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
+ *****************************************************
+
+This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
+but store the PO file used as source file by po4a-translate.
+
+In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
+If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.
+
+=encoding UTF-8
+
+=head1 NAAM
+
+update-alternatives - symbolische koppelingen onderhouden welke standaardcommando's bepalen
+
+=head1 OVERZICHT
+
+B<update-alternatives> [I<optie>...] I<commando>
+
+=head1 BESCHRIJVING
+
+B<update-alternatives> creëert, verwijdert, onderhoudt en toont informatie over de symbolische koppelingen die het Debian systeem van alternatieven vormen.
+
+Het is mogelijk dat verschillende programma's die dezelfde of vergelijkbare functies vervullen, op hetzelfde moment op hetzelfde systeem geïnstalleerd zijn. Op veel systemen zijn bijvoorbeeld tezelfdertijd meerdere teksteditors geïnstalleerd. Dit biedt de gebruikers van een systeem keuzemogelijkheden en laat iedere gebruiker toe desgewenst een andere editor te gebruiken. Maar het maakt het ook moeilijk voor een programma om een goede keuze te maken betreffende de op te starten editor indien de gebruiker geen specifieke voorkeur opgegeven heeft.
+
+Debian's systeem van alternatieven is erop gericht dit probleem op te lossen. Een algemene naam in het bestandssysteem wordt onderling gedeeld door alle bestanden die inwisselbare functionaliteit bieden. Het systeem van alternatieven samen met de systeembeheerder bepalen naar welk effectief bestand door deze algemene naam verwezen wordt. Indien bijvoorbeeld zowel de editor B<ed>(1) als B<nvi>(1) op het systeem geïnstalleerd zijn, zal het systeem van alternatieven er voor zorgen dat de algemene naam I</usr/bin/editor> standaard naar I</usr/bin/nvi> verwijst. De systeembeheerder kan dit aanpassen en hem in plaats daarvan naar I</usr/bin/ed> doen verwijzen. In dat geval zal het alternatievensysteem deze instelling niet wijzigen totdat het er expliciet om gevraagd wordt.
+
+De algemene naam is geen rechtstreekse symbolische koppeling naar het geselecteerde alternatief. Hij is eerder een symbolische koppeling naar een naam in de I<map> I<alternatives> die op zijn beurt een symbolische koppeling is naar het eigenlijke bestand waarnaar verwezen wordt. Dit wordt gedaan zodat de wijzigingen van de systeembeheerder beperkt kunnen blijven tot de map I<%CONFDIR%>: de FHS (zie aldaar) legt uit waarom dit een goede zaak is.
+
+Bij het installeren, wijzigen of verwijderen van elk pakket dat een bestand met een bepaalde functionaliteit levert, wordt B<update-alternatives> aangeroepen om informatie over dat bestand in het systeem voor alternatieven bij te werken. B<update-alternatives> wordt gewoonlijk aangeroepen vanuit de volgende scripts van de Debian pakketbeheerder, B<postinst> (configure) om het alternatief te installeren en vanuit B<prerm> en B<postrm> (remove) om het alternatief te verwijderen. B<Opmerking:> In de meeste (zo niet alle) gevallen mogen geen andere acties van beheerderscripts B<update-alternatives> aanroepen, in het bijzonder B<upgrade> en B<disappear> niet, aangezien elke andere dergelijke actie de handmatige status van een alternatief kan verloren laten gaan, of het alternatief tijdelijk kan laten heen en weer schakelen, of volledig laten overschakelen wanneer meerdere van hen dezelfde prioriteit hebben.
+
+Het is dikwijls nuttig om een aantal alternatieven te synchroniseren, zodat ze als groep aangepast worden. Als er bijvoorbeeld verschillende versies van de editor B<vi>(1) geïnstalleerd zijn, moet de man-pagina waarnaar verwezen wordt door I</usr/share/man/man1/vi.1> overeenkomen met het uitvoerbaar programma waarnaar door I</usr/bin/vi> verwezen wordt. B<update-alternatives> handelt dit af met behulp van I<master> (hoofd-) en I<slave> (secundaire of slaaf-) koppelingen. Als de hoofdkoppeling gewijzigd wordt, worden eventuele ermee verband houdende secundaire koppelingen ook gewijzigd. Een hoofdkoppeling en zijn ermee verbonden secundaire koppelingen vormen samen een I<link> I<group> (koppelingengroep).
+
+Elke koppelingengroep bevindt zich op gelijk welk moment in de tijd in één van twee modi: automatische modus of manuele modus. Als een groep zich in automatische modus bevindt, dan zal wanneer pakketten geïnstalleerd of verwijderd worden, het alternatievensysteem automatisch beslissen of en hoe de koppelingen bijgewerkt moeten worden. In de manuele modus zal het alternatievensysteem de keuze van de systeembeheerder behouden en vermijden om de koppelingen te wijzigen (behalve wanneer iets defect is).
+
+Een koppelingengroep bevindt zich in de automatische modus als die voor het eerst op het systeem geïntroduceerd wordt. Indien de systeembeheerder aan de automatische instellingen van het systeem veranderingen aanbrengt, zal dit de volgende keer dat B<update-alternatives> uitgevoerd wordt op de groep van de gewijzigde koppeling, opgemerkt worden en de groep zal automatisch omgeschakeld worden naar manuele modus.
+
+Aan elk alternatief is een I<prioriteit> gekoppeld. Als een koppelingengroep zich in de automatische modus bevindt, dan zijn het de alternatieven met de hoogste prioriteit waarnaar verwezen zal worden door leden van die groep.
+
+Als de optie B<--config> gebruikt wordt, zal B<update-alternatives> een lijst geven met al de keuzemogelijkheden voor de koppelingengroep waarvan de opgegeven I<naam> de naam is van het hoofdalternatief. De huidige keuze wordt gemarkeerd met een‘*’. Daarna zult u gevraagd worden naar uw keuze voor deze koppelingengroep. Afhankelijk van de gemaakte keuze, kan het zijn dat de koppelingengroep niet langer in de modus I<auto> (automatische modus) verkeert. U zult de optie B<--auto> moeten gebruiken om terug te keren naar de automatische modus (of u kunt B<--config> opnieuw uitvoeren en het item selecteren dat als automatisch gemarkeerd staat).
+
+Indien u op een niet-interactieve manier wilt configureren, kunt u in de plaats daarvan de optie B<--set> gebruiken (zie hierna).
+
+Verschillende pakketten die hetzelfde bestand leveren, moeten dat B<op een coöperatieve manier> doen. Het gebruik van B<update-alternatives> is met andere woorden in dergelijke gevallen B<verplicht> voor alle betrokken pakketten. Het is niet mogelijk om een bepaald bestand uit een pakket te vervangen dat geen gebruik maakt van het B<update-alternatives> mechanisme.
+
+=head1 TERMINOLOGIE
+
+Aangezien de activiteit van B<update-alternatives> behoorlijk ingewikkeld is, kunnen een aantal specifieke termen helpen bij het verduidelijken van zijn werking.
+
+=over
+
+=item algemene naam (of alternatievenkoppeling)
+
+Een naam, zoals I</usr/bin/editor>, die via het systeem van alternatieven verwijst naar één of een aantal bestanden met een gelijkaardige functie.
+
+=item alternatief-naam
+
+De naam van een symbolische koppeling in de map alternatives.
+
+=item alternatief (of alternatief-pad)
+
+De naam van een specifiek bestand in het bestandssysteem, dat met behulp van het alternatievensysteem via een algemene naam benaderbaar gemaakt kan worden.
+
+=item alternatievenmap
+
+Een map, standaard I<%CONFDIR%/alternatives>, die de symbolische koppelingen bevat.
+
+=item administratieve map
+
+Een map, standaard I<%ADMINDIR%/alternatives>, die de statusinformatie voor B<update-alternatives> bevat.
+
+=item koppelingengroep
+
+Een reeks symbolische koppelingen die met elkaar verband houden en waarvan het de bedoeling is dat ze als groep bijgewerkt worden.
+
+=item hoofdkoppeling (master link)
+
+De alternatievenkoppeling uit een koppelingengroep die bepaalt hoe de andere koppelingen uit de groep geconfigureerd worden.
+
+=item secundaire koppeling (of slaafkoppeling) (slave link)
+
+Een alternatievenkoppeling uit een koppelingengroep die gecontroleerd wordt door de instelling van de hoofdkoppeling.
+
+=item automatische modus
+
+Als een koppelingengroep zich in automatische modus bevindt, verzekert het alternatievensysteem dat de koppelingen uit de groep verwijzen naar het voor de groep passende alternatief met de hoogste prioriteit.
+
+=item manuele modus
+
+Als een koppelingengroep zich in manuele modus bevindt, zal het alternatievensysteem geen enkele wijziging aanbrengen aan de instellingen van de systeembeheerder.
+
+=back
+
+=head1 COMMANDO'S
+
+=over
+
+=item B<--install> I<koppeling naam pad prioriteit> [B<--slave> I<koppeling naam
+pad>]...
+
+Een groep alternatieven toevoegen aan het systeem. I<koppeling> is de algemene naam voor de hoofdkoppeling. I<naam> is de naam van zijn symbolische koppeling in de alternatievenmap. I<pad> is het alternatief dat voor de hoofdkoppeling aangevoerd wordt. De argumenten na B<--slave> zijn de algemene naam, de naam van de symbolische koppeling in de alternatievenmap en het alternatief-pad van een slaaf-koppeling. Nul of meer B<--slave>-opties kunnen opgegeven worden. Elk van hen moet door drie argumenten gevolgd worden. Merk op dat het hoofdalternatief moet bestaan. Zo niet, dan zal de aanroep mislukken. Indien evenwel een slaaf-alternatief niet bestaat, dan zal de overeenkomstige slaaf-alternatievenkoppeling gewoon niet geïnstalleerd worden (er zal wel een waarschuwing gegeven worden). Indien een echt bestand geïnstalleerd is waar een alternatievenkoppeling geïnstalleerd moet worden, wordt dat behouden tenzij de optie B<--force> gebruikt wordt.
+
+Indien de opgegeven alternatief-naam reeds bestaat in de registers van het alternatievensysteem, dan zal de verstrekte informatie toegevoegd worden als een nieuwe reeks van alternatieven voor de groep. Anders zal een nieuwe groep in automatische modus toegevoegd worden met die informatie. Indien de groep zich in automatische modus bevindt en de pas toegevoegde alternatieven een grotere prioriteit hebben dan om het even welke andere geïnstalleerde alternatieven voor die groep, dan zullen de symbolische koppelingen bijgewerkt worden zodat ze verwijzen naar de pas toegevoegde alternatieven.
+
+=item B<--set> I<naam> I<pad>
+
+Het programma I<pad> instellen als alternatief voor I<naam>. Dit is het equivalent voor B<--config>, maar het is non-interactief en dus bruikbaar in scripts.
+
+=item B<--remove> I<naam> I<pad>
+
+Een alternatief en alle eraan gekoppelde secundaire (of slaaf-)koppelingen verwijderen. I<naam> is een naam in de alternatievenmap en I<pad> is een absolute bestandsnaam waaraan I<naam> gekoppeld zou kunnen zijn. Indien I<naam> inderdaad gekoppeld is aan I<pad>, dan wordt I<naam> bijgewerkt, zodat die verwijst naar een ander geschikt alternatief (en wordt de groep opnieuw in automatische modus geplaatst), of verwijderd als er geen dergelijk alternatief meer voorhanden is. Gelieerde slaafkoppelingen zullen navenant bijgewerkt of verwijderd worden. Indien de koppeling momenteel niet naar I<pad> verwijst, worden geen koppelingen gewijzigd. Enkel de informatie over het alternatief wordt dan verwijderd.
+
+=item B<--remove-all> I<naam>
+
+Alle alternatieven en alle ermee verbonden secundaire (of slaaf-)koppelingen verwijderen. I<naam> is een naam in de alternatievenmap.
+
+=item B<--all>
+
+B<--config> uitvoeren op alle alternatieven. Het kan nuttig zijn om dit te combineren met B<--skip-auto> om alle alternatieven te inspecteren en te configureren, die niet in automatische modus geconfigureerd zijn. Ook worden defecte alternatieven getoond. Een eenvoudige manier om alle defecte alternatieven te repareren is dus het aanroepen van B<yes '' | update-alternatives --force --all>.
+
+=item B<--auto> I<naam>
+
+De koppelingengroep achter het alternatief voor I<naam> omschakelen naar automatische modus. In dit proces worden de hoofdkoppeling en zijn slaafkoppelingen bijgewerkt zodat ze verwijzen naar de geïnstalleerde alternatieven met de hoogste prioriteit.
+
+=item B<--display> I<naam>
+
+Informatie over de koppelingengroep tonen. De getoonde informatie bevat de modus van de groep (auto of manueel), de hoofdkoppeling en de slaafkoppelingen, het alternatief waarnaar de hoofdkoppeling momenteel verwijst, de andere alternatieven die beschikbaar zijn (en hun overeenkomstige slaaf-alternatieven) en het momenteel geïnstalleerde alternatief met de hoogste prioriteit.
+
+=item B<--get-selections>
+
+Alle namen opsommen van de hoofdalternatieven (die welke een koppelingengroep controleren) en hun status (sinds versie 1.15.0). Elke regel kan tot 3 velden bevatten (door één of meer spaties van elkaar gescheiden). Het eerste veld is de naam van het alternatief. Het tweede is de status ervan (ofwel B<auto> ofwel B<manual>). Het laatste bevat het momenteel gekozen alternatief (let op: dit is een bestandsnaam en kan dus spaties bevatten).
+
+=item B<--set-selections>
+
+Op standaardinvoer configuratie voor alternatieven lezen in de door B<--get-selections> gegenereerde indeling en deze dienovereenkomstig herconfigureren(sinds versie 1.15.0).
+
+=item B<--query> I<naam>
+
+Informatie weergeven over de koppelingengroep zoals B<--display> dat doet, maar dan op een manier die door een machine ontleed kan worden (sinds versie 1.15.0, zie hierna bij het onderdeel B<INDELING GEGEVENSOPVRAGING>).
+
+=item B<--list> I<naam>
+
+Alle doelen van de koppelingengroep weergeven.
+
+=item B<--config> I<naam>
+
+De beschikbare alternatieven voor een koppelingengroep tonen en de gebruiker toelaten om interactief te selecteren welke er gebruikt moet worden. De koppelingengroep wordt bijgewerkt.
+
+=item B<--help>
+
+Info tonen over het gebruik en afsluiten.
+
+=item B<--version>
+
+De versie tonen en afsluiten.
+
+=back
+
+=head1 OPTIES
+
+=over
+
+=item B<--altdir> I<map>
+
+Duidt de alternatievenmap aan als die anders dan de standaard moet zijn. Standaard is dit «I<%CONFDIR%/alternatives>».
+
+=item B<--admindir> I<map>
+
+Specificeert de administratieve map als die anders dan de standaard moet zijn. Standaard is deze «I<%ADMINDIR%/alternatives>» indien B<%ADMINDIR_ENVVAR%> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--instdir> I<map>
+
+Specificeert de installatiemap waar alternatievenkoppelingen gecreëerd zullen worden (sinds versie 1.20.1). Standaard is dat «I</>» indien B<%INSTDIR_ENVVAR%> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--root> I<map>
+
+Specificeert de basismap (sinds versie 1.20.1). Hiermee worden ook de alternatieven, installatie- en administratieve mappen aangepast. Standaard is dat «I</>» indien B<%INSTDIR_ENVVAR%> niet werd ingesteld.
+
+=item B<--log> I<bestand>
+
+Duidt het logbestand aan (sinds versie 1.15.0) als dat anders dan de standaard (%LOGDIR%/alternatives.log) moet zijn.
+
+=item B<--force>
+
+Toestaan om een echt bestand te vervangen of te verwijderen dat geïnstalleerd is waar een alternatievenkoppeling geïnstalleerd of verwijderd moet worden.
+
+=item B<--skip-auto>
+
+Voor alternatieven die in automatische modus behoorlijk geconfigureerd zijn, de configuratievraag overslaan. Deze optie is enkel relevant in combinatie met B<--config> of B<--all>.
+
+=item B<--quiet>
+
+Geen commentaar genereren tenzij er zich fouten voordoen.
+
+=item B<--verbose>
+
+Meer commentaar genereren bij wat er gedaan wordt.
+
+=item B<--debug>
+
+Zelfs nog meer commentaar genereren bij wat er gedaan wordt, nuttig bij het debuggen (sinds versie 1.19.3).
+
+=back
+
+=head1 AFSLUITSTATUS
+
+=over
+
+=item B<0>
+
+De gevraagde actie werd succesvol uitgevoerd.
+
+=item B<2>
+
+Er deden zich problemen voor tijdens het ontleden van de commandoregel of het uitvoeren van de actie.
+
+=back
+
+=head1 OMGEVING
+
+=over
+
+=item B<%INSTDIR_ENVVAR%>
+
+Indien dit ingesteld is en de opties B<--instdir> of B<--root> niet opgegeven werden, zal dit gebruikt worden als de hoofdmap voor het bestandssysteem.
+
+=item B<%ADMINDIR_ENVVAR%>
+
+Indien dit ingesteld is en de optie B<--admindir> niet opgegeven werd, zal dit gebruikt worden als de administratieve basismap.
+
+=back
+
+=head1 BESTANDEN
+
+=over
+
+=item I<%CONFDIR%/alternatives/>
+
+De standaardmap voor alternatieven. Kan gewijzigd worden met de optie B<--altdir>.
+
+=item I<%ADMINDIR%/alternatives/>
+
+De standaardmap voor beheersdoeleinden. Kan gewijzigd worden met de optie B<--admindir>.
+
+=back
+
+=head1 INDELING GEGEVENSOPVRAGING
+
+De indeling die gebruikt wordt bij B<--query> is een RFC822-achtige vlakke indeling. Ze bestaat uit I<n> + 1 onderdelen, waarbij I<n> het aantal beschikbare alternatieven is uit de opgevraagde koppelingengroep. Het eerste onderdeel bevat de volgende velden:
+
+=over
+
+=item B<Name:> I<naam>
+
+De naam van het alternatief in de alternatievenmap.
+
+=item B<Link:> I<koppeling>
+
+De algemene naam van het alternatief.
+
+=item B<Slaves:> I<lijst-van-slaven>
+
+Als dit veld aanwezig is, bevatten de B<volgende> regels alle slaaf-koppelingen die gelieerd zijn met de hoofdkoppeling van het alternatief. Per regel wordt één slaaf vermeld. Elke regel bevat één spatie, de algemene naam van het slaaf-alternatief, opnieuw een spatie en het pad naar de slaaf-koppeling.
+
+=item B<Status:> I<status>
+
+De status van het alternatief (B<auto> of B<manual>) (automatisch of manueel).
+
+=item B<Best:> I<beste-keuze>
+
+Het pad naar het beste alternatief voor deze koppelingengroep. Komt niet voor als er geen alternatieven beschikbaar zijn.
+
+=item B<Value:> I<momenteel-geselecteerd-alternatief>
+
+Het pad naar het momenteel geselecteerde alternatief. Het kan ook de magische waarde B<none> hebben. Die wordt gebruikt als de koppeling niet bestaat.
+
+=back
+
+De andere onderdelen geven de beschikbare alternatieven weer in de opgevraagde koppelingengroep:
+
+=over
+
+=item B<Alternative:> I<pad-van-dit-alternatief>
+
+Het pad naar het alternatief uit dit onderdeel.
+
+=item B<Priority:> I<waarde-van-prioriteit>
+
+De prioriteitswaarde van dit alternatief.
+
+=item B<Slaves:> I<lijst-van-slaven>
+
+Als dit veld voorkomt, bevatten de B<volgende> regels alle slaaf-alternatieven die gelieerd zijn aan de hoofdkoppeling van het alternatief. Per slaaf wordt één regel gebruikt. Elke regel bevat één spatie, de algemene naam van het slaaf-alternatief, opnieuw een spatie en het pad naar het slaaf-alternatief.
+
+=back
+
+=head2 Voorbeeld
+
+ $ update-alternatives --query editor
+ Name: editor
+ Link: /usr/bin/editor
+ Slaves:
+ editor.1.gz /usr/share/man/man1/editor.1.gz
+ editor.fr.1.gz /usr/share/man/fr/man1/editor.1.gz
+ editor.it.1.gz /usr/share/man/it/man1/editor.1.gz
+ editor.pl.1.gz /usr/share/man/pl/man1/editor.1.gz
+ editor.ru.1.gz /usr/share/man/ru/man1/editor.1.gz
+ Status: auto
+ Best: /usr/bin/vim.basic
+ Value: /usr/bin/vim.basic
+
+ Alternative: /bin/ed
+ Priority: -100
+ Slaves:
+ editor.1.gz /usr/share/man/man1/ed.1.gz
+
+ Alternative: /usr/bin/vim.basic
+ Priority: 50
+ Slaves:
+ editor.1.gz /usr/share/man/man1/vim.1.gz
+ editor.fr.1.gz /usr/share/man/fr/man1/vim.1.gz
+ editor.it.1.gz /usr/share/man/it/man1/vim.1.gz
+ editor.pl.1.gz /usr/share/man/pl/man1/vim.1.gz
+ editor.ru.1.gz /usr/share/man/ru/man1/vim.1.gz
+
+=head1 DIAGNOSTIEK
+
+Als B<update-alternatives> gebruikt wordt met B<--verbose>, dan ratelt het onophoudelijk over zijn activiteiten op zijn standaard uitvoerkanaal. Indien er zich problemen voordoen, produceert B<update-alternatives> foutmeldingen op zijn standaard foutkanaal en geeft het een afsluitstatus 2 terug. Deze diagnostiek zou eenvoudig te verstaan moeten zijn. Mocht u dit niet vinden, gelieve dat dan als een bug te rapporteren.
+
+=head1 VOORBEELDEN
+
+Er zijn verschillende pakketten die een teksteditor leveren die compatibel is met B<vi>, bijvoorbeeld B<nvi> en B<vim>. Welke er gebruikt wordt, wordt geregeld door de koppelingengroep B<vi>, die koppelingen bevat naar het programma zelf en naar de ermee verband houdende man-pagina.
+
+Om weer te geven welke beschikbare pakketten B<vi> leveren en wat de huidige instelling ervoor is, gebruikt u de actie B<--display>:
+
+=over
+
+ update-alternatives --display vi
+
+=back
+
+Om een specifieke B<vi>-toepassing te kiezen, gebruikt u als systeembeheerder dit commando en vervolgens kiest u een nummer uit de lijst:
+
+=over
+
+ update-alternatives --config vi
+
+=back
+
+Om terug te keren naar een situatie waarbij de B<vi>-toepassing automatisch gekozen wordt, doet u als systeembeheerder dit:
+
+=over
+
+ update-alternatives --auto vi
+
+=back
+
+=head1 ZIE OOK
+
+B<ln>(1), FHS (the Filesystem Hierarchy Standard - de standaardisatie van bestandsorganisatie en mappenstructuur op unix-achtige systemen).
+